• No results found

3. De musical – Kiezen in oorlogstijd

3.8 Nog altijd goed en fout

Als een van de makers kijkt Edwin de Vries met tevredenheid naar wat de voorstelling nog dagelijks bij een groot publiek teweeg brengt: ‘Ouderen nemen hun kinderen en kleinkinderen mee om te laten zien wat er is gebeurd. Het is een soort collectief geheugen wat we hebben aangeboord.’52 Dat de oorlog nog altijd in dat collectieve geheugen aanwezig is, wijdt hij aan het feit dat het refereert aan de tegenstellingen die er toen heersten. ‘De oorlog leent zich daar natuurlijk heel erg goed voor, omdat de oorlog een extreme situatie vormt waarin de tegenstellingen enorm op het spits zijn gedreven.’53 De verklaring die De Vries hier aandraagt, komt overeen met de uitleg van Kees Ribbens waarom nog altijd veel mensen naar de oorlog teruggrijpen. Ribbens stelt dat de aanhoudende oorlogsfascinatie voortkomt uit het feit dat ‘oorlogsvoorstellingen appelleren aan scherpe tegenstellingen.’54 De aantrekkingskracht van de oorlog kan volgens Ribbens zitten in gevoelige morele vraagstukken die bij het maken van keuzes een rol spelen.55 In het dagelijks leven komt deze problematiek niet zo direct aan de orde, maar in tijden van oorlog kunnen keuzes bepalend zijn tussen leven en dood, lijken de makers te willen benadrukken. In de voorstelling worden de tegenstellingen tussen goed en kwaad door de contrasten tussen de hoofdpersonen uitvergroot, zoals in de vriendschap tussen Erik en Anton.

Hans Blom concludeerde terugblikkend op zijn rede uit 1983, dat binnen de academische geschiedschrijving de ontworsteling aan “de ban van goed en fout” betrekkelijk ver gevorderd is, maar er van een ‘verminderde band tussen analyse en morele en publieke appreciatie in de publieke sector nauwelijks sprake [lijkt] te zijn.’56 Het boek van Grijs verleden van Chris van der Heijden was controversieel, maar wel een passend voorbeeld van hoe de vernieuwde kijk op de oorlogsjaren in wetenschappelijke kring vorm heeft gekregen. In zijn boek stelde hij dat voor veel mensen de rol die zij in de oorlog innamen niet per definitie een morele keuze was, maar daarbij de omstandigheden en toeval een grote rol speelden. Veel kritiek viel Van der Heijden ten deel, omdat hij met zijn werk ‘alle daden en gedachten zo nivelleerde dat hij het deed overkomen of alle daden van collaboratie en verzet irrelevant waren.’57 Gelet op het thema kiezen in oorlogstijd in Soldaat van Oranje – De musical, kan worden vastgesteld dat het grijze gebied waarover Van der Heijden sprak, niet aanwezig is. Vanwege de thema’s in het verhaal blijkt dat de consensus van politiek-morele keuzes

52 RTL Productions, Making of Soldaat van Oranje – De musical (5 mei 2014). 53

Interview met Edwin de Vries, 20 januari 2015.

54

Ribbens, ‘Strijdtonelen’, 91.

55 Ibidem, 91.

56 H. Blom, ‘Nog altijd in de ban van goed en fout’, http://www.volkskrant.nl/dossier-archief/nog-altijd-in-de-

ban-van-goed-en-fout~a861913/ [20 april 2007] De Volkskrant, 15 december 2014.

57

A. Fortuin, ‘Een ander moreel oordeel propageren’, http://nrcboeken.vorige.nrc.nl/recensie/een-ander- moreel-oordeel-propageren [12-7-2010] NRC Boeken, 10 februari 2015.

46 en het denken in goed en fout nog volop aanwezig is. Zo blijkt de invulling van de omgang met het Nederlandse oorlogsverleden in Soldaat van Oranje – De musical niet helemaal eigentijds te zijn.

In het artikel ‘Goed en fout als spektakel op een draaischijf’ onderstreepte journalist Hein Jansen van De Volkskrant niet alleen dit aanwezige goed-fout denken in de musical. Hij zag

bovendien een belangrijke rol voor Soldaat van Oranje weggelegd. Op 1 november 2010 schreef hij:

‘Vrijdag werd bekend dat het Nationaal Historisch Museum geen eigen gebouw krijgt. Directeur Erik Schilp zei daarover dat er meer methoden zijn om historisch besef op peil te houden. Met Soldaat van Oranje – de musical wordt hij op zijn wenken bediend. Het is informatief, educatief, spannend en ook nog eens grensverleggend muziektheater.’58

Dat hier door de journalist een musical als vervanging van Het Nationaal Historisch Museum wordt aangewezen gaat natuurlijk wat ver. Maar zijn woorden wijzen wel op een essentieel gegeven, namelijk het feit dat de populaire historische cultuur zich ontwikkeld tot een steeds meer bepalende factor in onze omgang met het verleden. Door de verschillende manieren waarop het verleden in de populaire cultuur tot ons komt wordt dit verleden levend gehouden. Dat laatste kan als een

verrijking van het vakgebied worden gezien, omdat het allerminst betekent dat historici daarin geen rol van betekenis kunnen spelen.

47

Slotbeschouwing

Erik Hazelhoff Roelfzema schreef zijn boek omdat hij niet wilde dat zijn herinneringen aan de Tweede Wereldoorlog verloren zouden gaan. Met een uniek verhaal over zijn ervaringen als strijdbare Engelandvaarder, wist hij een groot lezerspubliek te bereiken. Zijn houding was

eigengereid, antiparlementair en vastberaden en de persoonlijke herinneringen van de auteur waren van invloed op het verhaal dat hij in 1970 op papier zette. In zijn boek gaf hij een levendig beeld van de oorlog, waarin een heroïsch beeld van het verzet schetste. Daarmee voldeed het min of meer aan het klassieke beeld van het verzet zoals dat tot in de jaren vijftig bestond. Desondanks kon het boek van Roelfzema bij zowel de voor-, als naoorlogse generatie op veel waardering rekenen. Dit lijkt te verklaren door een hernieuwde interesse in de oorlog die in de loop van de jaren zestig in de samenleving ontstond. Maar het boek sloot ook aan bij het gedachtegoed van de jaren zestig en zeventig, waarin de jonge generatie zich afzette tegen het gezag.

Met de verfilming van zijn verhaal werd de status van Roelfzema als oorlogsheld definitief bevestigd. Ondanks het feit dat in de loop van de jaren zeventig de kritische vragen over de oorlog steeds vaker hoorbaar waren, vergrootte de film zijn aanzien. Het verzet werd hierin net als leger bespot, omdat de regisseur het als een ‘reeks mislukkingen’ wist te verbeelden. Bovendien voegde hij elementen toe werden toe om er een ‘nationaal speelfilmevenement’ vol actie van te maken, De tendens van de oorlogsherinnering was daarmee van grote invloed op het verhaal, en de tijdgeest wist zodoende een flinke stempel op de film te drukken. Er is ook gebleken dat de conventies van het medium hier flink aan bij hebben gedragen.

In vergelijking met de film heeft het verzet in de musical veel van zijn aanzien

teruggekregen. De persoonlijke verhoudingen spelen een grote rol, maar in de voorstelling wordt vooral veel aandacht besteed aan morele dilemma’s ten tijde van oorlog. Daarmee komt het gedachtegoed van Roelfzema sterk uitvergroot en minder genuanceerd in het stuk naar voren. Het universele thema kiezen in oorlogstijd heeft voornamelijk tot doel de relevantie van de Tweede Wereldoorlog te benadrukken, want de herkenbare elementen zorgen er voor dat vrijwel iedere bezoeker zich met het verhaal en de hoofdpersonen kan identificeren. Het is een verdienste van de makers dat ze vijfenveertig jaar na het verschijnen van het boek zowel de jonge als de oude

generatie weet te raken.

In het succes zien we nog altijd een grote belangstelling voor het verhaal van Soldaat van Oranje bevestigd. Het boek wordt nog steeds herdrukt, elk jaar wordt de film rond Bevrijdingsdag door de Publieke Omroep uitgezonden en de kaartjes voor de musical zijn vrijwel altijd uitverkocht.

48 De herinnering aan de oorlog lijkt volop levend te worden gehouden, al kan worden betwist of het de bezoekers gaat om het verleden zelf. Aangezien de musical veelvuldig om het visuele spektakel is geroemd vragen historici zich misschien af of de bezoekers niet alleen om deze reden naar Katwijk afreizen. Er zijn echter meer ontwikkelingen binnen de populaire historische cultuur die historici zorgen baren. Een belangrijke reden voor deze zorgen komt voort het feit dat de geschiedenis niet altijd voldoende serieus wordt genomen. Maar met een begeleidende tentoonstelling, een educatief programma en een stichting die historisch-maatschappelijk relevante cultuur aanmoedigt lijkt daarvan bij Soldaat van Oranje allerminst sprake. Want hoewel de voorstelling een bepaalde vrijheid in de omgang met het oorlogsverleden laat zien, hebben de makers wel degelijk een behoefte om het verhaal historisch in te bedden. Het is echter opvallend dat zij de klassieke methoden, zoals een tentoonstelling en educatie, gebruiken om de voorstelling van een historische context te voorzien. Met een dergelijke randprogrammering bewegen de makers zich op de grens van de

wetenschappelijke- en populaire cultuur. Maar is dit erg?

Vanuit puur wetenschappelijk oogpunt wel. In zowel de film als de musical staat het

verstrekken van op waarheid gebaseerde informatie niet erg hoog in het vaandel. Elk medium vraagt om aanpassingen en toevoegingen, wat in sommige gevallen als problematisch kan worden gezien. Informatie wordt gemakkelijk aangepast om aan de wensen van het medium, het publiek en de tijd te voldoen. Er lijkt daardoor minder aandacht voor een genuanceerde weergave van het verleden te bestaan. Toch betekent dit niet dat dergelijke vormen van geschiedenisoverdracht zonder betekenis zijn.

De musical Soldaat van Oranje lijkt een eigentijdse invulling aan onze omgang met de Tweede Wereldoorlog te geven. Aan het verhaal van Roelfzema hebben de makers letterlijk en figuurlijk een hedendaagse draai gegeven. De voorstelling grijpt mensen aan en blijkt daarnaast voor een zeer breed publiek toegankelijk. Toch is die invulling ook weer niet helemaal eigentijds te noemen, omdat de voorstelling appelleert aan grote tegenstellingen. Hoewel de problematiek van ‘keuzes maken’ in de voorstelling wordt aangestipt, is het goed-fout denken alom aanwezig. In de vriendschap tussen Erik en Anton komen de tegenstellingen duidelijk terug. Daarmee heeft de populaire cultuur zich nog niet van de goed-fout consensus ontworsteld, waar de wetenschap dat in navolging van Hans Blom wel heeft gedaan.

Dat de academische inzichten voorlopen op de populaire cultuur is niet verwonderlijk. De wetenschap bestaat immers om het voortouw te nemen op het gebied van kennis en informatie. De vraag is of er in de populaire cultuur überhaupt ruimte is voor een genuanceerd oordeel over de gebeurtenissen uit het oorlogsverleden. Met een voorstelling waarin de een kiest voor verzet, de

49 ander voor collaboratie en een laatste zijn ogen sluit voor wat er om zich heen gebeurt, kan moeilijk worden gesteld dat daarmee een genuanceerd beeld van de problematiek in oorlogstijd wordt gegeven. Vanuit dat oogpunt zou het mooi zijn geweest als de makers van de musical een stapje verder waren gegaan in het benadrukken van de problematiek rond het maken van keuzes. Maar daarbij lopen we direct tegen het probleem aan dat in de populaire cultuur het verleden nu eenmaal vlakker en ongenuanceerder wordt gepresenteerd dan in wetenschappelijk onderzoek. De wetten van het medium, de commercie en de wensen van het publiek spelen daarvoor een te grote rol. Het is echter niet zo dat de populaire cultuur daarom niets aan het historisch besef kan bijdragen.

Met films, websites, games en voorstellingen in het theater wordt het historisch besef voortdurend levend gehouden en aangewakkerd. Daarmee blijkt ook dat het historisch besef kan niet alleen geïnstitutionaliseerd op peil kan worden gehouden, zoals journalist Hein Jansen naar aanleiding van het falen van de totstandkoming van het Nationaal Historisch Museum terecht concludeerde. Het publiek laat zich als ontvanger van historische informatie niet langer leiden door de informatie die in musea of schoolboeken wordt gegeven. In een tijd waarin individualisering, visualisering en beleving van grote betekenis zijn, kiest men zelf, al dan niet bewust, de informatie die tot hen komt. Hoewel deze uitspraak wellicht anders doet vermoeden, is het niet zo dat historici daarbij aan de zijlijn hoeven te staan. Integendeel, het is juist zaak voor historici om deze

voortdurend veranderende omgang met het verleden te blijven onderzoeken.

De relevantie van het vakgebied komt dus allerminst op de tocht te staan. Het is alleen zaak om een actievere rol te gaan spelen in de totstandkoming van de uitingen van de populaire cultuur en toe te zien hoe de omgang met het verleden voor mensen van blijvende waarde kan zijn. De grenzen tussen de wetenschap en populaire cultuur zijn steeds verder aan het vervagen. Zoals Blom in 1983 voor een open vizier binnen de wetenschap pleitte, moet daarom nu op eenzelfde wijze de populaire cultuur tegemoet worden getreden. In het publieke debat over de oorlog zijn frisse, nieuwe inzichten gewenst en het is aan de academici in hoeverre zij daaraan gaan bijdragen. De oorlog is en blijft, om met de woorden van Van Vree en Van der Laarse te besluiten, geen afgesloten hoofdstuk, maar een levend verleden.

50

Literatuur en bronnen

Literatuur

Abbink, F.F.L. Van Engelandvaarders tot Oorlogswinter. Het veranderende beeld van de Tweede Wereldoorlog in de Nederlandse jeugdliteratuur 1945-2005 (Zutphen 2005).

Beekers, K. ‘Soldaat van Oranje, een megamusical?’ (Bachelor scriptie Theater- Film- en televisiewetenschappen Universiteit, Utrecht 2014).

Blom, J.C.H. In de ban van goed en fout? Wetenschappelijke geschiedschrijving over de bezettingstijd in Nederland (Bergen 1983).

Cohen, J. en Hinke Piersma (red.), Moedige mensen. Helden in oorlogstijd (Amsterdam 2014). Dessing, A. Tulpen voor Wilhelmina. De geschiedenis van de Engelandvaarders (Amsterdam 2004). Dessing, A. ‘Engelandvaarders’, in: Madelon Keizer en M. Plomp (red.), Een open zenuw. Hoe wij ons de Tweede Wereldoorlog herinneren’ (Amsterdam 2010).

Dunk, H.W. von der, In het huis van herinnering (Amsterdam 2007).

Eickhoff, M. en Remco Ensel, ‘Soldaat van Oranje’, in: Madelon Keizer en M. Plomp (red.), Een open zenuw. Hoe wij ons de Tweede Wereldoorlog herinneren (Amsterdam 2010) 507-518.

Fasseur, C. ‘Restauratie en revolutie. De laatste regeringsjaren van koningin Wilhelmina’, BMGN 110 (1995) 499-514.

Ginkel, R. van, Rondom de stilte. Herdenkingscultuur in Nederland (Amsterdam 2011).

Ham, B. van der, De koning kun je niet spelen. Toneelwetten voor kiezers en politici (Amsterdam 2014).

Heijden, C. van der, Dat nooit meer. De nasleep van de Tweede Wereldoorlog in Nederland (Amsterdam/Antwerpen 2011).

Heijden, C. van der, Grijs verleden. Nederland en de Tweede Wereldoorlog (Amsterdam 2003). Jong, L. de, Het koninkrijk der Nederlanden in de Tweede Wereldoorlog IX, Londen (Den Haag 1969- 1994).

Kolthoff, K. Veilige afstand. De geschiedenis van oorlogsherinneringen (Soesterberg 2010). Norel, K. Engelandvaarders (Meppel 1945).

51 Prece, P. en W. Everett, ‘The megamusical. The creation, internationalization and impact of a genre’, in: The Cambridge Companion to the Musical (Cambridge 2011) 250-269.

Presser, J. Ondergang. De vervolging en verdelging van het Nederlandse Jodendom (Den Haag 1965, 1985).

Presser, P. ‘Memoires als geschiedbron’ in: M.C. Brands, J. Haak, Ph. de Vries (red.) Uit het werk van dr. J. Presser (Amsterdam 1969) 277-282.

Ribbens, K. ‘Strijdtonelen. De Tweede Wereldoorlog in de populaire historische cultuur’, Tijdschrift voor geschiedenis 127 (2014) 85-106.

Ribbens, K. Een eigentijds verleden. Alledaagse historische cultuur in Nederland 1945-2000 (Hilversum 2002).

Roelfzema, E.H. Het hol van de ratelslang (Amsterdam 1970). Roelfzema, E.H. Soldaat van Oranje 40-45 (Den Haag 1971).

Roelfzema, E.H. Het leven van de Soldaat van Oranje (Houten 2013).

Rosenstone, R. Visions of the past. The challenge of film to our idea of history (Harvard 1995). Rosenstone, R. ‘The historical film. Looking at the past in a post-literal age’, in: Marcia Landy (ed.), The Historical Film: History and Memory in Media (New Jersey 2001) 50-66.

Rosenstone, R. ‘Inventing historical truth on the silver screen’, in: Cinéaste (2004) 29-33.

Rossem, M. van, E. Jonker en L. Kooijmans, Een tevreden natie. Nederland van 1945 tot nu (Baarn 1993).

Somers, E. Oorlog in het museum. Herinnering en verbeelding (Amsterdam 2014).

Vermolen, J. ‘De vierde en vijfde mei: herinnering aan en herdenking van de Tweede Wereldoorlog. Een overzicht van de betekenis van en de vormgeving aan 4 en 5 mei’, in: Oorlogsdocumentatie ’40- ’45. Zesde jaarboek van het Rijksinstituut voor Oorlogsdocumentatie, vol.6 (1995) 87-122.

Vree, F. van, en Rob van der Laarse (red.), De dynamiek van de herinnering. Nederland en de Tweede Wereldoorlog in een internationale context (Amsterdam 2009).

Vree, F. van, ‘De visualisering van de historische cultuur en de moderne media’ in: Thomas Essenaer en P. Hesseberth (red.), Hollywood op straat. Film en televisie in de hedendaagse mediacultuur (Amsterdam 2000).

52 Withuis, J. Erkenning. Van oorlogstrauma naar klaagcultuur (Amsterdam 2002).

Krantenartikelen

Boltendal, R. ‘Twee verschijningsvormen van hetzelfde boek’, Leeuwarder Courant, 17 april 1971, 31. Dijk, J. van, ‘Soldaat van Oranje. De oorlog in rokkostuum’, De Waarheid, 22 september 1977, 3. Haagmans, J. ‘Roelfzema heb ik juist verdiept, dat kan ik wel zeggen ja’, De Waarheid, 10 december 1977, pagina onb.

Huygens, S. ‘Roelfzema’s succesboek’, De Telegraaf, 18 november 1971, 4.

Kooijman, J. ‘Boekbespreking: Soldaat van Oranje 40-45’, Nederlands Dagblad, 29 juni 1971, 3. Lulofs, B. ‘Na dertig jaar terug op landingsplaats’, De Telegraaf, 3 april 1971, 19.

Lulofs, B. ‘Honderdduizend soldaten van Oranje’, De Telegraaf, 16 oktober 1971, 27.

Meyden, H. van der, ‘Karin is de echte vrouw achter de Soldaat van Oranje’, De Telegraaf, 24 september 1977, 5.

Meulen, T. van der, ‘Soldaat van Oranje. Sommigen zullen wel kwaad worden over dit boek, ’t niet zo fijn vinden’, Nieuwsblad van het Noorden, 3 april 1971, 33.

Pasing, T. ‘Soldaat van Oranje kan zich verheugen in deskundig publiek’, Limburgchs Dagblad, 27 september 1977, 1.

Pasing, T. ‘Soldaat van Oranje kost vijf miljoen’, Limburgsch Dagblad, 30 september 1977, 2. Auteur onbekend, ‘Soldaat van Oranje no.1’, Het vrije volk, 6 mei 1971, pagina onb.

Auteur onbekend, ‘Soldaat van Oranje versterkt ons saamhorigheidsgevoel’, Het vrije volk, 1 september 1976, 15.

Auteur onbekend, ‘Soldaat van Oranje in première’, Nieuwsblad van het Noorden, 21 september 1977, 1.

Auteur onbekend, ‘Miljoenste bezoeker voor Soldaat’, Het vrije volk, 11 november 1977, 1. Auteur onbekend, ‘Soldaat’ in 1977 film no.1’, Het vrije volk, 18 mei 1978, pagina onb.

53

Internetartikelen

Bartels, B. ‘Soldaat van Oranje nu ook als musical’

http://www.trouw.nl/tr/nl/4324/Nieuws/article/detail/1814607/2010/10/28/Soldaat-van-Oranje- nu-ook-als-musical.dhtml [28 oktober 2010] Trouw, geraadpleegd op 5 oktober 2014.

Bartels, B. ‘Soldaat van Oranje: groots en intiem’,

http://www.trouw.nl/tr/nl/4324/Nieuws/article/detail/1818221/2010/11/01/Soldaat-van-Oranje- Groots-en-intiem.dhtml [1 november 2011] Trouw, geraadpleegd op 8 januari 2015.

Blom, H. ‘Nog altijd in de ban van goed en fout’, http://www.volkskrant.nl/dossier-archief/nog-altijd- in-de-ban-van-goed-en-fout~a861913/ [20 april 2007] De Volkskrant, geraadpleegd op 15 december 2014.

Fortuin, A. ‘Een ander moreel oordeel propageren’, http://nrcboeken.vorige.nrc.nl/recensie/een- ander-moreel-oordeel-propageren [12-7-2010] NRC Boeken, geraadpleegd op 10 februari 2015. Gelder, H. van ‘En het publiek draait met deze scène mee’,

http://www.nrc.nl/next/van/2010/november/04/en-het-publiek-draait-met-deze-scène-mee- 11964966 [4 november 2011] NRC, geraadpleegd op 5 januari 2015.

Hesselink, R. ‘Soldaat zonder franje. De betekenis van het leven en werk van Erik Hazelhoff Roelfzema’, http://www.academia.edu/8830643/Soldaat_zonder_franje [1988] Academia.edu, geraadpleegd op 14 januari 2014.

Jansen, H. ‘Goed en fout als spektakel in een draaischijf’, http://www.volkskrant.nl/dossier-

archief/goed-en-fout-als-spektakel-in-een-draaischijf~a1043613/ [1 november 2010] De Volkskrant, geraadpleegd op 7 januari 2015.

Magnée. R. ‘Oorlogsheld zonder kapsones’ http://www.mareonline.nl/2002/29/13.html [25 april 2002] Mare, geraadpleegd op 12 december 2014.

Pronk, I. ‘Held van een jongensboek’

http://www.trouw.nl/tr/nl/4324/Nieuws/article/detail/1362820/2007/10/01/Held-van-een- jongensboek.dhtml [1-10-2007] Trouw, geraadpleegd op 9 februari 2015.

Ribbens, A. ‘Het leek iedereen een bar slecht idee’,

http://www.nrc.nl/next/van/2013/september/26/het-leek-iedereen-een-bar-slecht-idee-1296070 [26 september 2013] NRC, geraadpleegd op 7 januari 2015.

54 Vree, F. van, ‘Een historische beweging. Televisie schrijft en herschrijft het verleden’,

http://dare.uva.nl/document/2/75545 [2009] geraadpleegd op 7 februari 2015. Vree, F. van, ‘Televisie en de geschiedschrijving van de Tweede Wereldoorlog’,

http://www.uu.nl/wetfilos/wetfil05/literatuur/Van_Vree.pdf [1995], Theoretische geschiedenis, geraadpleegd op 6 februari 2015.

Interview

Edwin de Vries, 20 januari 2015. Overige bronnen

AVROTROS, ‘Opium TV- Special Soldaat van Oranje’ (29-12-14).

Jong, L. de, De Bezetting, ‘De opkomst van het socialisme, de meidagen van 1940, afl. 1 (NTS 1962). Kolmia Media, ‘Soldaat van Oranje de biografie’ (DVD Soldaat van Oranje 2010).

NedFilm/TROS, ‘Soldaat van Oranje revisited. Film en mensen 25 jaar later’ (Documentaire Frank Krom 2002).

New Productions, Programmaboek Soldaat van Oranje (8e herziene druk Houten-Antwerpen 2014). New Productions, CD-boekje Soldaat van Oranje (z.p. 2011).

New Productions, Onderwijsfolder Soldaat van Oranje – De musical (zonder datum).