• No results found

Geregistreerde criminaliteit

In document Criminaliteit en rechtshandhaving 2012 (pagina 87-95)

In 2005 registreerde de politie 1,35 miljoen misdrijven. Vanaf dat jaar daalde het aantal geregistreerde misdrijven geleidelijk tot ruim 1,19 mil-joen in 2010. In 2011 bleef de geregistreerde criminaliteit gelijk. In 2012 registreerde de politie 1,14 miljoen misdrijven, 5% minder dan in 2011. Daarmee nam in de periode 2005-2012 de geregistreerde criminaliteit af met 15% (zie figuur 4.1).

De dalende trend geldt voor vrijwel alle onderscheiden hoofdgroepen van misdrijven. Het aantal geregistreerde vermogensmisdrijven nam in de periode 2005-2012 met 13% af, het aantal vernielingen en misdrijven tegen openbare orde en gezag (hierna te noemen: vernielingen) met 30%, het aantal gewelds- en seksuele misdrijven met 11%, het aantal verkeersmis-drijven met 14% en het aantal drugsmisverkeersmis-drijven met 8%. Alleen het aantal (vuur)wapenmisdrijven nam in deze periode toe met 11%.

Mede doordat tussen 2005 en 2012 de bevolking van 12-79 jaar in Neder-land met 3% toenam, daalde het aantal geregistreerde misdrijven per 1.000 inwoners van 12-79 jaar van 82,7 in 2005 naar 68,1 in 2012. Voor vermogensmisdrijven daalde dit cijfer van 48,6 naar 41,3, voor vernielin-gen van 14,1 naar 9,6, voor gewelds- en seksuele misdrijven van 7,5 naar 6,5 en voor verkeersmisdrijven van 9,9 naar 8,3 (zie tabel 4.7 in bijlage 4).

2 Omdat de criminaliteit die door de bijzondere opsporingsdiensten wordt opgespoord (zie hoofdstuk 2) niet in de CBS Politiestatistiek is opgenomen, blijft dit deel van de geregistreerde criminaliteit in dit hoofdstuk buiten beschouwing. Naar schatting gaat het jaarlijks om enige honderden zaken.

Figuur 4.1 Geregistreerde en opgehelderde misdrijven en bevolking, index 2005=100 75 80 85 90 95 100 105 110 115 120 125 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012

Geregistreerd Opgehelderd Bevolking 12-79 jaar

Voor de corresponderende cijfers zie tabel 4.1 in bijlage 4. Bron: CBS

De geregistreerde criminaliteit bestond in 2012 voor 61% uit vermogens-misdrijven, waaronder diefstal en woninginbraak. Dit aandeel is verge-leken met 2005 met 2% toegenomen. Vernielingen komen met 14% op de tweede plaats. Vergeleken met 2005 is dit aandeel 3% gedaald. Hierna volgen de verkeersmisdrijven (12%) en gewelds- en seksuele misdrijven (10%), drugsmisdrijven (1,6%), (vuur)wapenmisdrijven (0,6%) en overige misdrijven (1,3%). Het aandeel van deze laatste delictgroepen in het totaal is in de periode 2005-2012 vrijwel onveranderd gebleven (zie figuur 4.2).

Figuur 4.2 Percentage geregistreerde misdrijven naar delictgroep

0 10 20 30 40 50 60 70

Vermogensmisdrijven Vernielingen en misdrijven tegen openbare orde en gezag Verkeersmisdrijven Gewelds- en seksuele misdrijven Drugsmisdrijven Overige misdrijven 2005 2012

Voor de corresponderende cijfers zie tabel 4.7 in bijlage 4. Bron: CBS

Het totale aantal geregistreerde vermogensmisdrijven is in de periode 2005-2012 sterk gedaald, van 792.000 in 2005 naar 691.000 in 2012. Dit is een daling van 13%. De dalende trend van vermogensmisdrijven komt vooral door de afname van diefstaldelicten (inbraak). Het aantal hier-van geregistreerde gevallen daalde hier-van 758.000 in 2005 naar 648.000 in 2012. Andere (minder voorkomende) vormen van vermogenscriminaliteit namen in de periode 2005-2012 juist toe. Zo steeg het aantal geregistreer-de gevallen van bedrog met 37%, heling met 38% en afpersing met 29%. Diefstallen vormen 94% van alle geregistreerde vermogensmisdrijven. Diefstaldelicten worden onderscheiden naar de aard van wat gestolen is (bijvoorbeeld een fiets of een auto), naar de wijze van diefstal (bijvoor-beeld straatroof en zakkenrollerij) en naar het object van de diefstal (bijvoorbeeld woning, winkel, school). De top 3 van diefstaldelicten bestaat in 2012 uit diefstal (inbraak) uit woning3 (112.000), fietsdiefstal (106.000) en diefstal uit/vanaf personenauto (100.000).

De trend verschilt per type diefstal. In 2012 lag het aantal woninginbraken 16% en het aantal zakkenroldelicten 23% hoger dan in 2005. In dezelfde periode daalde het aantal ‘autokraken’ met 41% en het aantal inbraken uit bedrijven met 48%.

Het aantal berovingen op straat daalde met 35%, van 12.400 naar 8.000 in 2012. Ook het aantal gestolen personenauto’s daalde fors. In 2012 regis-treerde de politie 12.600 gestolen personenauto’s tegen 20.600 in 2005. Dit is een daling met 39%. Winkeldiefstal steeg naar bijna 43.000 in 2012 (9%). De fietsdiefstallen laten een wisselend beeld zien. Dalingen in 2006, 2007, 2010 en 2011 en stijgingen in 2008 en 2012. Per saldo is het aantal gere-gistreerde fietsdiefstallen in de periode 2005-2012 met 24% gedaald (zie figuur 4.3).

Figuur 4.3 Geregistreerde diefstallen naar type, x 1.000

0 20 40 60 80 100 120 140 160 180 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012

Diefstal uit woning* Diefstal van fiets

Diefstal uit/vanaf personenauto Winkeldiefstal

Zakkenrollerij Diefstal (inbraak) uit bedrijven**

Diefstal van personenauto Straatroof

* Inclusief diefstal uit box, garage, schuur of tuinhuis. ** Inclusief winkels en kantoren.

Voor de corresponderende cijfers zie tabel 4.8 in bijlage 4. Bron: CBS

Evenals de vermogensmisdrijven is het aantal vernielingen en misdrijven tegen openbare orde en gezag in de periode 2005-2012 sterk gedaald. In 2012 registreerde de politie 30% minder van deze misdrijven dan in 2005: 161.000 in 2012 tegen 231.000 in 2005. Aanvankelijk steeg in 2006 en 2007 het aantal vernielingen, maar in de jaren erna treedt een sterke daling in. Vernielingen en beschadigingen aan auto’s daalden met 32%, vernielingen aan openbare gebouwen (waaronder graffiti) met 85% en vernielingen aan middelen van openbaar vervoer met 57%. De overige vernielingen en beschadigingen daalden met 23% (zie figuur 4.4).

Het aantal geregistreerde misdrijven tegen openbare orde en gezag is licht toegenomen. Weliswaar daalden openlijke geweldpleging tegen personen in de periode 2005-2012 met 14% en brandstichting met 34%, maar daar staan relatief grotere stijgingen tegenover voor het niet opvolgen van een ambtelijk bevel en computercriminaliteit (zie tabel 4.7 in bijlage 4). In 2005 registreerde de politie bijna 600 gevallen van computervredebreuk, zoals hacking. In 2012 is dit aantal gestegen naar meer dan 4.500 gevallen.4

Figuur 4.4 Geregistreerde vernielingen naar type, x 1.000

0 20 40 60 80 100 120 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012

Vernieling aan auto Overige vernieling en beschadiging Vernieling aan openbare

gebouwen Vernieling aan middelen openbaar vervoer Voor de corresponderende cijfers zie tabel 4.7 in bijlage 4.

Bron: CBS

Het totale aantal geregistreerde gewelds- en seksuele misdrijven is in de periode 2005-2012 met 11% gedaald: van 122.000 in 2005 naar 109.000 in 2012. Tot de geweldsmisdrijven behoren mishandeling, bedreiging en stalking, seksuele misdrijven en misdrijven tegen het leven. Diefstal met geweld en openlijke geweldpleging tegen personen vallen hier niet onder, maar vallen respectievelijk in de categorie vermogensmisdrijven en in de categorie vernielingen (zie ook bijlage 2).

4 In 2012 registreerde de politie 4.543 keer computervredebreuk, tegen 1.968 keer in 2011. Tegelijkertijd daalde het aantal registraties van overige misdrijven tegen de openbare orde van 7.701 in 2011 naar 3.053. Het is mogelijk dat de politie voor 2012 computervredebreuk in de categorie ‘overig’ vastlegde. Hiermee moet bij de interpretatie van deze cijfers rekening worden gehouden.

Mishandeling is het meest voorkomende geregistreerde geweldsdelict. In 2012 had ruim de helft van de gewelds- en seksuele misdrijven hierop betrekking. Het aantal mishandelingen steeg aanvankelijk van 67.000 in 2005 tot 72.000 in 2007. Na 2007 daalde dit aantal tot 57.000 registraties in 2012. Vergeleken met 2005 ligt in 2012 het aantal geregistreerde mishan-delingen 16% lager. Het aantal geregistreerde bedreigingen (inclusief stalking) bedroeg in 2012 bijna 37.000 tegenover 39.000 in 2005. Daarmee is het aantal geregistreerde bedreigingen tussen 2005 en 2012 met 6% afgenomen.

In de periode 2005-2012 daalde ook het aantal geregistreerde seksuele misdrijven sterk: van 13.000 in 2005 naar 9.000 in 2012. Dit is een daling van 28%. Zowel aanranding als verkrachting, schennis der eerbaarheid, ontucht met minderjarige en overige seksuele misdrijven laten in deze periode een dalend aantal registraties zien.

Opmerkelijk is de toename van het aantal geregistreerde gevallen van misdrijven tegen het leven.5 In de periode 2006-2008 registreerde de poli-tie jaarlijks ongeveer 1.700 gevallen. Maar in de jaren erna stijgt dit aantal aanzienlijk, naar bijna 4.100 in 2011. Mogelijk is hier echter sprake van een registratie-effect en worden gevallen van (zware) mishandeling die voorheen tot mishandeling werden gerekend nu zwaarder geclassificeerd. Een indicatie voor deze verklaring is te vinden in het feit dat het aantal geregistreerde mishandelingen in de jaren 2009-2011 sterk is afgenomen. In 2012 is het aantal registraties van levensdelicten met 335 afgenomen (zie figuur 4.5).

Een deel van de misdrijven uit de Wegenverkeerswet, zoals rijden onder invloed, het besturen van een motorrijtuig na ontzegging van de rij bevoegdheid en het weigeren van medewerking aan een bloedproef, kan slechts geconstateerd worden na een gerichte controle van de politie. Het aantal processen-verbaal voor deze misdrijven zegt dan feitelijk meer over de opsporingsintensiteit van de politie dan over het werkelijke aantal automobilisten in overtreding. Het doorrijden na een ongeval (verlaten plaats ongeval) is echter een voorbeeld van een verkeersmisdrijf waarbij het slachtoffer mogelijk aangifte doet en waarvan de politie een proces-verbaal van aangifte opmaakt. Te hard rijden en door rood licht rijden zijn geen misdrijven maar overtredingen en blijven in dit hoofdstuk buiten beschouwing.6

5 Hieronder vallen zowel de voltooide levensdelicten (moord en doodslag) als de pogingen daartoe. 6 In hoofdstuk 8 komen overtredingen apart aan bod.

Figuur 4.5 Geregistreerde gewelds- en seksuele misdrijven naar type, x 1.000 0 10 20 30 40 50 60 70 80 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012

Mishandeling Bedreiging en stalking

Seksuele misdrijven Overige geweldsmisdrijven Voor de corresponderende cijfers zie tabel 4.7 in bijlage 4.

Bron: CBS

Bijna twee derde van de geregistreerde verkeersmisdrijven heeft te maken met doorrijden na een ongeval (verlaten plaats ongeval). In 2012 regis-treerde de politie hiervan 91.000 gevallen, een daling van 6% ten opzichte van 2005. Rijden onder invloed constateerde de politie in 2005 bijna 58.000 keer. In de jaren 2006 en 2007 steeg het aantal registraties hier-van tot 61.000. In de jaren daarna daalde het aantal registraties. In 2012 registreerde de politie ruim 44.000 keer rijden onder invloed. Daarmee daalde dit misdrijf ten opzichte van 2011 met 12%. Over de gehele periode is de daling 24% (zie figuur 4.6).

Figuur 4.6 Geregistreerde verkeersmisdrijven naar type, x 1.000 0 20 40 60 80 100 120 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012

Verlaten plaats ongeval Rijden onder invloed Overige verkeersmisdrijven

Voor de corresponderende cijfers zie tabel 4.7 in bijlage 4. Bron: CBS

Ook de delicten die vallen onder de Opiumwet en de Wet wapens en muni-tie worden meestal ‘ontdekt’ door gerichte opsporingsactiviteiten van de politie. Evenals bij sommige verkeersmisdrijven weerspiegelt de ontwik-keling van deze vormen van criminaliteit deels de aandacht van de politie hiervoor. In 2012 registreerde de politie 18.000 drugsmisdrijven. Na 2006 neemt het aantal geregistreerde drugsmisdrijven geleidelijk af, maar in 2012 is sprake van een lichte stijging. Ten opzichte van 2005 is de daling van geregistreerde drugsmisdrijven 8%. Het aantal geregistreerde (vuur-) wapenmisdrijven in 2012 is 7.000. Vergeleken met 2005 betekent dit een stijging van 11%. Vooral in 2011 nam het aantal (vuur)wapenmisdrijven toe, in 2012 is sprake van een lichte daling (zie figuur 4.7).

Figuur 4.7 Geregistreerde drugs- en (vuur)wapenmisdrijven, x 1.000 0 2

In document Criminaliteit en rechtshandhaving 2012 (pagina 87-95)