• No results found

Gecodeerd transcript hardop denken

In deze bijlage is de opgenomen audio van het hardop denken door de drie geselecteerde leerlingen uitgewerkt. Gesproken tekst of opmerkingen door degene die het hardop denken heeft afgenomen wordt weergegeven als [D: ]. De tekst tussen [] zijn opmerkingen over het gedrag van de leerling en punten geven aan dat de leerling niks zei. Het transcript is vergeleken met het ingevulde aangepaste SPA+ model van de geselecteerde vraag van de nameting in de toets en de kleurcodering is als volgt: Geel: doe- en puntwoorden Blauw: gegevens/data Roze: verbinding Groen: conclusie Grijs: verbindingswoorden

Leerling 1.

1 punt gescoord op de nameting vraag in de toets (4min32)

‘effe kijken, dus ik zie hier een synthetische zeep dat is natriumdodecylbenzeensulfonaat. Uhm die puntwoorden en doewoorden moet ik sowieso opschrijven. Dus er staat leg uit en de stof en ik moet uitleggen waarom die ene wel een waswerking heeft en die andere niet. En ik zie dat die ene die heeft een SO2 met nog een O eraan. Na+. En die andere niet dus volgens mij heeft dat te maken met dat die

ene apolair is en die andere niet. Uhm. Ja hoe zat het ook alweer… Die hebben een HC [zacht] die hebben een.. die ene .. ja ze hebben allebei een H3C.... Uhm.. Ik ben het een beetje kwijt we hadden

dus geleerd van dat apolair en polair dat sowieso. En die ene die heeft zo’n SO2 groep.. Ik ben een

beetje vergeten hoe dat ook alweer zat…. Uhmm… Even kijken… Sowieso hebben ze alle . Ja ze hebben zo’n benzeen ding….. even kijken…. [D: probeer hardop te denken] Ja ..dus. ja het enige waar ik nu aan denk is dat ze dat de ene zeg maar die SO2 en die Na+ eraan heeft maar ik weet niet ik ben even

vergeten hoe dat zat met die polair en apolair ……[D: wil je binas?] uhm.. even kijken dus ik moest uitleggen [D: probeer de vraag gewoon te beantwoorden] ja .. dus.. ja dat komt sowieso omdat ohja omdat die ene polair was en die andere apolair en apolair die kunnen niet mengen met ehh polaire stoffen dus dan heb je sowieso een polaire stof nodig die dan kan mengen met een andere polaire stof volgens mij en daarom heeft die een waswerking dus dat zou best kunnen dat dan .. Dodecylbenzeen volgens mij polair is omdat die dan uhm .. zoals we geleerd hadden dat die polair was en die kon dan mengen met andere polaire stoffen en die andere kon dat niet omdat die apolair is.. en daarom heeft die zeg maar geen waswerking want als je zeg maar iets apolairs hebt zeg maar dan wordt dat niet ehh .. hoe zit het ook alweer dan wordt het volgens mij niet schoon gemaakt zeg maar, opgeruimd dan bindt dat niet [D: dus als je gewoon nu een antwoord opschrijft gewoon je mag gewoon op het blaadje schrijven] uhmm effe kijken hoor maar ik weet wel ik weet niet meer welke polair was en welke apolair .. dus dat had er volgens mij mee te maken dat daar zo’n groep aanzat. Ohja hier zat hier zat zo’n uhm .. ja ik ben het even kwijt maar uhm de ene is sowieso [schrijft] de ene is polair en da andere is apolair. En de apolaire stof kan niet mengen met polaire stoffen. [schrijft] Ohja dus ohja ze vragen waarom die bovenste dus een waswerking heeft als het goed is ja want volgens mij omdat die groep daaraan zit, is het een polaire stof . als het goed is maar die kan dus uhm de apolaire stof kan dus niet mengen met polaire stof en daarom heb je een uhm daarom heb je een andere polaire stof nodig die dan kan mengen met ja wat je schoon wil maken en daarom heeft die eigenlijk een waswerking omdat die andere dat niet kan [schrijft] wacht daarom kan die eerste stof …[schrijft].. mengen met uhm andere uh andere polaire stoffen [schrijft] uhh en heeft daarom een waswerking [D: en de eerste stof is?] de eerste stof was die uh dat was natriumdodecyl [D: oke dan mag je daar even een eentje desnoods bijzetten] oke.. uh bij deze ..ja dat was dan één en dit was dan twee. Dus ik denk dat dat het is dan.

Leerling 8.

3 punten gescoord op de nameting vraag in de toets (3min24)

Uuh.. eerst lees ik de vraag .. uh Leg uit waarom natriumdodecylbenzeensulfonaat wel waswerking heeft en dodecylbenzeen niet. Uuh dan lees ik de theorie die is gegeven.. in moderne wasmiddelen worden tegenwoordig vaan synthetische zepen gemaakt. Een voorbeeld van zo’n synthetische zeep is natriumdodecylbenzeensulfonaat. Dit is een goed oplosbare zout met de volgende structuurformule. En de structuurformule van dodecylbenzeen. Uuh dan zie ik dat .. de natriumdodecylbenzeensulfonaat een-eh polaire kant heeft . en een niet polaire kant .. en dan de vraag was waarom natriumdodecylbenzeensulfonaat wel waswerking heeft nou omdat die een polaire kant heeft en dodecylbenzeen niet . en ….[D: wil je je antwoord ook opschrijven] oh [D: en alles hardop alsjeblieft] natriumdodecylbenzeensulfonaat heeft wel waswerking [schrijft] en dodecyl niet . en dodecylbenzeen niet [schrijft] omdat natriumdodecylbenzeensulfonaat een polaire kant heeft die hydro-fiel (twijfelachtig) hydrofiel is.. en dodecylbenzeen alleen een apolaire kant die hydrofoob is. Uuh de hydro .. oh wacht natriumcylobeen heeft polaire en apolaire kant . de apolaire kant kan dan met . uh met vetten verbinden en de polaire kant met water en zo kan het weggespoeld worden [schrijft] ….. [D: hardop alsjeblieft] dodecylbenzeen kan met vetten verbinden oh wacht dode natriumdodecylbenzeen .. sulfonaat .. kan met vetten verbinden en met water .. ja.

77

Leerling 13.

2 punten gescoord op de nameting vraag in de toets (6min24)

In moderne wasmiddelen worden tegenwoordig vaak synthetische zepen gemaakt. Een voorbeeld van zo’n synthetische zeep is natriumdodecylbenzeensulfonaat. Dit is een goed oplosbaar zout met de volgende structuurformule. Ik zie hier een structuurformule en ik zie ook eh twee O’tjes en een natrium plus eh groep ehh de zeep wordt gemaakt uit dodecylbenzeen. Leg uit waarom natriumdodecylbenzeensulfonaat wel waswerking heeft en dodceylbenzeen niet … oke nou ik zou denken dan ehh deze heeft een ehh een natrium eh groep erbij en die kan een waterstofbrug aangaan en-eh daarom is ie dan wel uhm oplosbaar in zeep en deze eh heeft dat niet dus die kan dat dan niet .. en uhm ja bij natrium dus wel die kan ehh die is delta plus vergeleken met de O en dan kan die delta plus uhm met die eehm met de andere O min van een waterstofatoom eehm binden en dan krijg je dan zo’n waterstofbrug en zo [D: oke je mag je mag hem ook opschrijven] o-kee . dus even kijken .. [D: probeer ook hardop] [schrijft] natrium-dodecylbenzeen-sulfo-naat oh dit was . ja eh heeft .. [schrijft en praat] groep bij de kop en deze is delta plus uhm .. [schrijft en praat] en de zuurstof atoom eraan is delta min uhm de natrium . het natrium atoom . kan een waterstofbrug aangaan met een uhm waterstofatoom [schrijft] uh de O delta min zal dan met de Na+ binden dit vormt uhm [krast] uuuh het Na trouwens .. misschien zie ik het verkeerd ….. even kijken [D: probeer hardop te denken] het zou ook kunnen dat die eh deze twee O’tjes bij de SO2 eehm juist een waterstofbrug aangaan ….. is er een Binas

hier? [D: geeft Binas] even kijken …... [D: probeer ook hardop te zeggen wat je doet] uhm nou ik ben nu op zoek naar eh de tabel van eehhm .. nouja ik kijk eerst gewoon of ik iets kan vinden over die hy- draten of eh nee over .eh ol en-eh eh ammoniak enzo [bladert in Binas] even kijken waar die ook alweer stond hier niet in ieder geval [bladert in Binas] iets naar voren [bladert in Binas] hier .. of nee niet [bladert in Binas] normaal zou ik hem gelijk vinden [lacht] oke .. dus . dit is we hebben nu met sulfaat dus dan waarschijnlijk ehm SO2 en we hebben natrium … dat is met de N maar we hebben geen NH

groep … maar hij is wel positief dus hij zou wel eventueel met die O min kunnen gaan want dan . ehm waterstofatoom maar .. even kijken .. ik heb wel een NO verbinding oh nee niet .. SO2 ([zachtjes] …...

dan blijf ik op dit antwoord denk ik … dus omdat die natrium plus eh positief is en nouja eigenlijk wat ik heb opgeschreven dus . dus de natrium plus zal binden . ja dus en dan … en dan ehm [schrijft en vertelt] dus zal de kop van het zeepmolecuul tussen haakjes het natrium en het SO2 gedeelte uhm met

Bijlage 12. Gescoorde punten op de verschillende onderdelen van een