De elektronische regeling van de DAIKIN EKHHP geeft fout-codes op het display weer. Bovendien knippert de LED aan de re-geling (zie afb. 8-1).
Voor het wissen van de foutcode:
● Toets ten minste 5 s indrukken.
Als de fout weer optreedt:
● Controle en reparatie door een DAIKIN verwarmingsmonteur.
Tab. 8-2 Mogelijke foutcodes aan de regeling van de DAIKIN EKHHP 1 Foutcode
2 Knipperende LED Afb. 8-1 Foutweergave
Foutcode Bouwdeel/beschrijving A1 Ontbrekende geleiderplaat EKHHP A5 Koudemiddeltemperatuur te hoog AC STB Booster-Heater (BSH) is geactiveerd E1 Ontbrekende geleiderplaat
warmtepompbuiten-toestel
E6 Koudemiddelcompressor geblokkeerd E7 Ventilatorblokkering warmtepompbuitentoestel E8 Stroomsterkte warmtepompbuitentoestel te hoog EC Temperatuur in de interne warmtebuffer is te hoog F3 Uitstroomtemperatuur op de warmtewisselaar van
het warmtepompbuitentoestel te hoog H0 Sensor koudemiddelcircuit
H6 Sensor koudemiddelcompressor
H9 Buitenthermometer
HC Boilertemperatuursensor
J3 Temperatuursensor uitgang koudemiddelcom-pressor
L3 Elektrische componenten
L4 Temperatuur warmtewisselaar te hoog L5 Elektrische componenten
P4 Sensor warmtewisselaar warmtepompbuiten-toestel defect
U0 Koudemiddelverlies
U2 Voedingsspanning in storing
U4 Gestoorde communicatie warmtepompbinnen-toestel / warmtepompbuitenwarmtepompbinnen-toestel
U5 Communicatiefout regeling
UA Geen communicatie warmtepompbinnentoestel / warmtepompbuitentoestel
9 Inspectie en onderhoud 9.1 Algemeen
De regelmatige inspectie en onderhoud van de DAIKIN EKHHP vermindert het energieverbruik en waarborgt een lange le-vensduur en storingsvrije werking.
Wettelijke bepalingen
Conform de F-gassenbepaling (EG) Nr. 517/2014 artikel 3 en 4 zijn gebruikers (resp. eigenaars) verplicht om hun plaatsge-bonden koelinstallaties regelmatig te onderhouden, op lekkages te controleren en eventuele lekkages onmiddellijk te laten ver-helpen.
Alle installatie-, onderhouds- en reparatiewerkzaamheden in het koelcircuit moeten bijv. in het bedrijfshandboek gedocumenteerd worden.
Voor DAIKIN warmtepompsystemen zijn voor de eigenaar de volgende plichten van toepassing:
● Bij een totaal volume van de installatie met koelmiddel van 3 kg – 30 kg resp. vanaf 6 kg in hermetische installaties en vanaf 01.01.2017 bij een totaal volume van 5-50 t CO2 -equivalent resp. vanaf 10 t CO2-equivalent in hermetische installaties:
Controles door gecertificeerd personeel met tussenpo-zen van uiterlijk 12 maanden en documentatie van de uit-gevoerde werkzaamheden conform de van toepassing zij-nde verordening. Deze documentatie moet ten minste 5 jaar bewaard worden.9.2 Periodieke controle
Vanwege de constructie kan een gedeelte van het drukloze boi-lerwater gedurende een bepaalde periode verdampen. Dit is geen technisch mankement maar is een natuurkundige eigen-schap die een regelmatige controle en eventueel een correctie van het waterpeil door de eigenaar noodzakelijk maakt.
● Afdekkap demonteren (zie hfst. 4.4).
● Visuele controle van het waterpeil in de boiler (vulpeilaan-duiding).
Indien nodig water bijvullen (zie hfst. 9.2.1 resp. 9.2.2) en de oorzaak voor het te lage vulpeil opsporen en verhel-pen.GEVAAR VOOR MILIEUSCHADE!
Belangrijke informatie over het gebruikte koel-middel.
Het algehele warmtepompsysteem bevat kou-demiddel met gefluoreerde broeikasgassen die bij vrijkomen schadelijk zijn voor het milieu.
Koudemiddeltype: R410A GWP*-waarde: 2087,5
* GWP = Global Warming Potential (broeikaspotentiaal)
● Voor werkzaamheden aan plaatsgebonden koelinstallaties (warmtepompen) en aircondi-tioning-installaties is voor Europa de
goedkeuring van een deskundige conform de F-gassenbepaling (EG) nr. 303/2008
noodzakelijk.
● Totale vulhoeveelheid van het koudemiddel op het meegeleverde etiket aan de
warmtepomp buitenunit noteren (Aanwij-zingen zie installatiehandleiding
warmtepomp buitenunit).
● Laat koelmiddel nooit in de atmosfeer terecht komen - zuig het altijd met een hiervoor geschikt recyclingapparaat af en recyclen.
De inspectie en het onderhoud dienen eenmaal per jaar, het liefst vóór de verwarmingsperiode, door be-voegde en geschoolde verwarmings- en koeltechnici te worden uitgevoerd. Op die manier kunnen storingen tijdens de verwarmingsperiode worden voorkomen.
Voor de waarborging van regelmatige inspectie en onderhoud adviseert DAIKIN om een onderhoudsovereenkomst af te sluiten.
De Europese wettelijke controletermijn geldt voor warmtepompen vanaf een totale inhoud van de instal-latie met koelmiddel van 3 kg resp. vanaf 01.01.2017 vanaf een totaal volume van 5 t CO2-equivalent (bij R410A vanaf 2,4 kg).
DAIKIN adviseert echter om een onderhoudsovereenkomst af te sluiten inclusief de documentatie van de uitgevoerde werkzaam-heden in het bedrijfshandboek voor het behoud van garantie-claims, ook voor installaties waarvoor er geen wettelijke plicht op dichtheidscontrole geldt.
Gecertificeerd zijn personen die voor werkzaamheden aan plaatsgebonden koelinstallaties (warmtepompen) en aircosystemen in het bezit zijn van een certificaat van bekwaamheid voor het Europese gebied conform de F-gassenverordening conform (EG) Nr. 303/2008.
– Tot 3 kg totaal koelmiddelvolume: certificaat van bekwaam-heid categorie II
– Vanaf 3 kg totaal koelmiddelvolume: certificaat van bekwaamheid categorie I
LET OP!
Vullen van de boiler met een te hoge waterdruk of een te grote doorstroming kan beschadi-gingen aan DAIKIN EKHHP veroorzaken.
● Vul slechts met een waterdruk van < 6 bar en
een aanvoersnelheid van < 15 l/min.
9.2.1 Boiler vullen, bijvullen - zonder geïnstalleerd zonne-energiesysteem
● Vulslang met terugstroombeveiliging (1") op de aansluiting
" Zonne-energiesysteem - aanvoer" (zie afb. 9-1, pos. 1) aansluiten.
● Boiler van de DAIKIN EKHHP vullen tot er water aan de aansluiting (afb. 9-1, (pos. 23) vrijkomt die als veiligheids-overloop is aangesloten.
● Vulslang met terugstroombe (1") weer verwijderen.
9.2.2 Boiler vullen, bijvullen - met optionele KFE-vulaansluiting of met geïnstalleerd DrainBack-zonne-energiesysteem
● Zonder zonne-energiesysteem: KFE-vulaansluiting (toebe-horen KFE BA) aan de vul- en leegaansluiting van de DAIKIN EKHHP (zie afb. 3-1, pos. 10)
resp.
Met zonne-energiesysteem: KFE-vulaansluiting (toebe-horen KFE BA) aan de aansluithoek van de regelings- en pompeenheid (EKSRPS4A) monteren.
● Vulslang met terugstroombeveiliging (1/2") op de vooraf geïnstalleerde KFE-kraan aansluiten.
● Boiler van de DAIKIN EKHHP vullen tot er water aan de aansluiting (afb. 9-1, (pos. 23) vrijkomt die als veiligheids-overloop is aangesloten.
● Vulslang met terugstroombeveiliging (1/2") weer verwijderen.
Aanwijzingen voor de wateraansluiting en voor de waterkwaliteit conform hfst. 2.4 en 4.7 in acht nemen.
10 Technische gegevens
Type EKHHP300A*2V3 EKHHP500A*2V3
Kan worden gebruikt met een warmtepompbuitentoestel ERWQ02AAV3
Afmetingen en gewichten Eenheid
Afmetingen (lxbxd) cm 177,5 x 59,5 x 61,5 177,5 x 79 x 79
Diagonale hoogte cm 190,0 205,0
Ledig gewicht kg 70 80
Boiler
Maximaal toelaatbare watertemperatuur in met voorraadvat °C 85
Boilerinhoud totaal liter 294 477
Warmtewisselaar voor drink-water (roestvrij staal 1.4404)
Waterinhoud warmtewisselaar liter 25,6 27,3
Maximale bedrijfsdruk PMW bar 6
Oppervlak warmtewisselaar tapwater m2 5,1 5,5
Warmtewisselaar van onder druk staande zonne-energie-installatie (roestvrij staal 1.4404)
Waterinhoud warmtewisselaar liter — 9,9
Oppervlak warmtewisselaar m2 — 2,0
Warmtetechnische vermogensgegevens 1)
Warmwaterhoeveelheid zonder
bijverwarmen bij een taphoeveelheid van 10 l/min (TS = 45 °C)
liter 98 2) 146 2)
Warmwaterhoeveelheid zonder
bijverwarmen bij een taphoeveelheid van 10 l/min (TS = 50 °C)
liter 169 2) 264 2)
Warmwaterhoeveelheid zonder
bijverwarmen bij een taphoeveelheid van 10 l/min (TS = 55 °C)
liter 229 2) 367 2)
Buisaansluitingen 3)
Koud- en warmwater inch 1" AG
Aansluitingen zonne-energiesysteem
inch 1" IG
inch — 3/4" IG + 1" AG
Koudemiddelcircuit
Aantal circuits — 1
Boilerlading-warmtewisse-laar (roestvrij staal 1.4404)
Volume liter 1,01
Oppervlak warmtewisselaar m2 2,5
Buisaansluitingen 3)
Aantal — 2
Vloeistofleiding Type — Kraagverbinding
Buiten-Ø inch 1/4" AG
Gasleiding Type — Kraagverbinding
Buiten-Ø inch 3/8" AG
Bedrijfsgegevens
Bedrijfsgebied Warmwaterbereiding zonder / met
Booster-Heater) (min/max) °C 40 tot 55 / 75
Omgevingstemperatuur plaatsingsruimte °C 2 - 35
Verwarmingsvermogen
Alleen warmtepomp
(TA = 7 °C / TS = 10 - 55 °C) kW 2,2
Alleen Booster-Heater (BSH) kW 2
10.1 Vermeldingen op het typeplaatje
Elektrische gegevens
Beschermingsklasse — IP XOB
Voeding EKHHP
Fases — 1
Spanning V 230
Spanningsbereik V Spanning ±10%
Frequentie Hz 50
Netaansluiting 4)
warmtepomp buitenapparaat dicht
EKHHP — 4G
Booster-Heater (BSH) — 3G (1 fase)
1) TCW Koud water-aanvoertemperatuur = 10 °C TDHWWarm water-taptemperatuur = 40 °C
TS Boiler streeftemperatuur (laadtoestand voor begin van het tappen) 2) Warmwaterboiler alleen met warmtepomp beladen
(zonder Booster-Heater).
3) AG Uitwendige schroefdraad IG Inwendige schroefdraad
4) Aantal aparte leidingen in de aansluitkabel inclusief rand-aarde. De diameter van de afzonderlijke leidingen is afhan-kelijk van de stroombelasting, de lengte van de
aansluitkabel en de van toepassing zijnde wettelijke bepa-lingen.
Tab. 10-1 Basisgegevens DAIKIN EKHHP
Type EKHHP300A*2V3 EKHHP500A*2V3
1 Apparaat-type 2 Leeg gewicht 3 Totaal gewicht gevuld
4 Max. toegestane bedrijfsdruk PMS (verwarming) 5 Boilerinhoud totaal
6 Max. toegestane bedrijfstemperatuur Tmax
7 Standby warmteprestatie in 24 uur bij 60 °C (boiler) Qst 8 Bedrijfsdruk boilerwater pH2O
9 Nominale inhoud drinkwater
10 Zonne-energiedruksysteem warmtewisselaar nominale inhoud (alleen EKHHP500A*2V3)
11 Max. bedrijfsdruk PMW (sanitair) 12 Nominale spanning U
13 Elektr. vermogensopname elmax 14 Warmtepompbinnentoestel 15 Booster-Heater BSH
16 Beschermingsklasse Booster-Heater BSH 17 Zekering Booster-Heater BSH
18 Vermogen / voeding Booster-Heater BSH 19 Koudemiddelcircuit
20 Max.bedrijfsdruk (koudemiddelcircuit) 21 Totale vulhoeveelheid van het koudemiddel 22 Boilerlaad-warmtewisselaar nominale inhoud 23 Nominaal vermogen / A 7/W10-55
24 Fabricagenummer (vermelden bij klachten en vragen) 25 Productiedatum
Afb. 10-1 Typeplaatje
11 Aantekeningen
12 Trefwoordenlijst
Weergave actuele temperaturen. . 24
Bedieningselementen . . . 23 Checklist voor de inbedrijfstelling . . 19
Circulatierem . . . 9
Continue gebruikstemperatuur . . . . 16
D
Debiet . . . 33,
34 Documenten die eveneens van toepassing zijn . . . 3Druktest en vacüum . . . 15
E
ECO-bedrijfsmodus. . . 25Elektrische aansluiting . . . 16
Hoog tarief / laag tarief aansluiting17 Externe verwarming . . . 14
,
17H
Handgreep . . . 9Hoog tarief / laag tarief netaansluiting . . . .17
,
30,
31Individuele parameterwijzigingen . . 32
Installatielocatie. . . 6
K
KFE-vulaansluiting . . . 37Koudemiddel . . . 7
Koudemiddelleidingen leggen . . . 14
L
Opstellingsruimte van het apparaat. .6 Overloopaansluiting. . . .9
Verklaring van de pictogrammen. . . .4
Verwarmingsondersteuning. . . .14
Vorstgevaar. . . .20