• No results found

VAN AANDEELHOUDERS

FENING VAN INLANDSCHE RECHTSPERSONEN

IN NAAM DER KONINGIN.

De Gouverneur-Generaal van Nederlandsch-Indië.

Allen, die deze zullen zien of hooren lezen saluut!

doet te weten:

Dat hij regelen willende stellen op de gerechtelijke vereffening van inlandsehe rechtspersonen op Java en Madoera en daarbij van het voor de inheemsche bevolking geldende adatreclit willende afwijken, voor-zoover de bij haar gebleken maatschappelijke behoeften en liet algemeen belang zullen vorderen.

De Raad van Nederlandsch-Indië gehoord en in overeenstemming met den Volksraad.

Heeft goedgevonden en verstaan :

Vast te stellen de volgende regeling op de gerechtelijke vereffening van inlandsehe rechtspersonen.

Artikel 1.

Een inlandseh rechtspersoon, die verkeert in den toestand van te hebben opgehouden te betalen, kan op verzoek van een der schuldeischers of op aangifte door liet, door de leden of aandeelhouders speciaal daartoe gemachtigde bestuur, onder gerechtelijke vereffening worden gesteld.

Artikel 2.

1. Het verzoek wordt schriftelijk of mondeling ingediend bij den voorzitter van den landraad, waar de rechtspersoon is ingeschreven of binnen welks rechtsgebied de rechtspersoon is gevestigd.

2. Van het mondeling verzoek geschiedt aanteekening door den voorzitter van den landraad.

3. Gaat het verzoek uit van een schuldeischer, dan beslist de land-raad na het bestuur der rechtspersoon te hebben gehoord, althans behoorlijk te hebben opgeroepen en beveelt, zoo daartoe gronden zijn, de gerechtelijke vereffening.

4. Van het vonnis wordt aanteekening gehouden in het register, waarin de rechtspersoon is ingeschreven.

Artikel 3.

De vereffening geschiedt door een of meer door den voorzitter van den landraad benoemde vereffenaars.

De voorzitter of een door hem aan te wijzen lid van den landraad is belast met het toezicht op de vereffening.

De naam van den vereffenaar wordt ingeschreven in het register, waarin de rechtspersoon is ingeschreven.

Artikel 4.

De vereffenaar maakt onmiddellijk na zijn optreden in het officieele nieuwsblad en in een door den voorzitter van den landraad aan te wijzen nieuwsblad, bekend, dat de gerechtelijke vereffening is bevolen en dat hij tot vereffenaar is benoemd.

Artikel 5.

De vereffenaar neemt de goederen en gelden der rechtspersoon onder zich en bewaart die op de wijze als degene die met het toezicht op zijn handelingen is belast, zal bepalen. Hij maakt onmiddellijk na zijn benoeming een volledige beschrijving van de baten en schulden der rechts-persoon.

Artikel 6.

Tijdens de vereffening kunnen tegen de rechtspersoon geen rechts-vorderingen ter zake van een verbintenis worden ingesteld, begonnen rechtsvorderingen en executies worden gestaakt.

Pandrecht, krachtens het voor europeanen geldend recht gevestigd, hypotheek en credietverband, kunnen worden uitgeoefend alsof er geen gerechtelijke vereffening ware.

Krachtens adatrecht gevestigde pandrechten of andere zekerheid, blijven beheerscht door de daarvoor geldende bepalingen.

De vereffenaar mag geen verpande gronden of goederen inlossen dan met toestemming van den in artikel 3 lid 2 bedoelden persoon.

Artikel 7.

De vereffenaar mag geen. activa van den boedel te gelde maken, geen dadingen aangaan en geen procedures als eischer of verweerder voeren zonder toestemming van die artikel 3 lid 2 bedoelde persoon.

Artikel 8.

Op verzoek van den vereffenaar, of van een schuldeischer en ook ambtshalve, kan door den landraad een commissie van drie leden uit de schuldeischers worden benoemd, welker advies moet worden gevraagd in alle gevallen in het vorige artikel genoemd.

Artikel 9.

1. Tijdens de vereffening roept de vereffenaar de schuldeischers bij advertentie, in een door den voorzitter van den landraad aan te.wijzen blad, op, ten einde van hun schuldvordering te doen blijken.

2. Na. verzilvering der activa stelt de vereffenaar een uitdeelings-lijst samen.

3. De uitdeelingslijst moet door den voorzitter van den landraad of door het door hem aangewezen lid, worden goedgekeurd.

4. Hij stelt daarbij het loon van de vereffenaars vast. Het loon wordt uit den boedel betaald.

5. De uitdeelingslijst wordt ter inzage van een ieder neergelegd ter griffie van den landraad, waar de rechtspersoon is gevestigd.

6. Van. deze neder] egging wordt aankondiging gedaan in het offi-cieel nieuwsblad en zoodanige andere bladen als de artikel 3 lid 2 bedoelde persoon zal noodig achten.

van de nederlegging wordt mededeeling gedaan aan de bekende schuldeischers.

Artikel 10.

De sclruldeischers kunnen binnen een maand na de bekendmaking verzet doen tegen de uitdeelingslijst door het indienen van een schriftelijk of mondeling verzoek aan den landraad die het bevel tot gerechtelijke vereffening uitsprak.

De voorzitter van den landraad houdt aanteekening van liet monde-ling verzoek.

Artikel 11.

Het verzoek wordt behandeld op een door den voorzitter van den landraad te bepalen dag. De schuldeischers worden daarvoor opgeroepen onder mededeeling, dat het verzoek ter griffie 1er inzage ligt.

Elk der schuldeischers kan tegen betaling der kosten afschrift van het verzoek verkrijgen.

De landraad beslist na de schuldeischers en den vereffenaar te hebben gehoord.

Wanneer ondanks behoorlijken oproep schuldeischers niet zijn ver-henen heeft de behandeling van liet verzet onmiddellijk voortgang.

se

Artikel 12.

Elk der schuldeischers kan. van de beslissing van den landraad bij den raad van justitie in hooger beroep komen binnen 14 dagen nadat

de beslissing is gegeven.

Het hooger beroep geschiedt in den vorm als voorgeschreven voor het hooger beroep van burgerlijke landraad vonnissen in het inlandsch reglement.

De voorzitter van den landraad kan in geval van hooger beroep bepalen dat aan de schuldeischers, wier vorderingen zijn opgenomen in de uitdeelingslijst en waartegen geen verzet is gedaan, na reserveering van een bedrag, voldoende tot betaling van hetgeen na afloop der proce-dure nog zal blijken te moeten worden betaald en voldoende om de kosten te dekken, een evenredig deel van hun vordering wordt uitgekeerd.

Artikel 13.

Indien geen verzet is gedaan of het verzet ongegrond is verklaard, kan tot uitkeering worden overgegaan. Indien de rechter het verzet gegrond verklaart, maakt hij zelf de uitdeelingslijst op.

Artikel 14.

Wanneer na voldoening der scliuldeischers een batig saldo overblijft wordt dit, wanneer door gerechtelijke vereffening de rechtspersoonlijk-heid tevens is vervallen, door den rechter onder de rechthebbenden verdeeld.

In alle andere gevallen wordt het aan den rechtspersoon teruggegeven Wanneer de rechtspersoon na de vereffening blijft voortbestaan, blijft zij voor het onbetaald gebleven gedeelte van de schulden

aanspra-OP DE GERECHTELIJKE VEREFFENING VAN INLANDSCHE RECHTSPERSONEN.

Algemeen.

1. Het is noodig gebleken, als aanvulling van de ordonnanties op de inlandsche maatschappij op aandeelen en de 'inlandsche vereeniging met rechtspersoonlijkheid, een regeling te ontwerpen voor de gerechtelijke vereffening van inlandsche rechtspersonen.

Het ontbreken van een faillissementsregeling doet zich voor deze meer moderne figuren nog sterker gevoelen dan voor de inhecmsche particulieren.

2. Het is wenschelijk voorgekomen om deze regeling zoo'te maken, dat alle rechtspersonen van deze regeling zullen kunnen gebruik maken.

Zoo wordt deze ordonnantie een regeling van de gerechtelijke vereffening van alle inlandsche rechtspersonen, uitgezonderd natuurlijk die, waar-voor eene speciale regeling uitdrukkelijk is gegeven, zooals waar-voor de coöperatieve vereeniging van 1927. De regeling zelf heeft opzettelijk niet den naam van failliscmcnts-verordening gekregen, omdat de rege-ling inderdaad alleen bevat een gerechtelijke vereffening, zonder alle mogelijkheden, die het faillissement biedt. Geacht wordt, dat deze gerechtelijke vereffening voor de bestaande verhoudingen voldoende zal zijn om het opkomen van moeilijkheden van juridischen aard bij insol-ventie of ontbinding en verlies van rechtspersoonlijkheid te verhinderen.

3. Het belangrijke verschil met de faillissementsregeling van het europeesche recht is, dat geen mogelijkheid van gerechtelijk accoord, noch van rehabilitatie wordt gegeven. Ten aanzien van het eerste is eenige toelichting gewenscht.

Het accoord is niet opgenomen, omdat juist bij rechtspersonen de noodzakelijkheid van accoord veel minder sterk is, en dan ook m de praktijk vrijwel niet voorkomt.

Daartegenover zou het inpassen van het accoord in het eenvoudige stelsel van deze ordonnantie zeer bezwaarlijk zijn.

" Aan een eenvoudige regeling is bij het geringe belang van het accoord verre de voorkeur te geven boven de mogelijkheid van accoord-àanbieding. Een onderhaiidsch accoord met medewerking van alle sehuldeischers blijft natuurlijk mogelijk.

4. Door het ontbreken van het accoord kan de scheiding tusschen een periode vóór en na de verificatievergadering vervallen. De verifi-catie der schuldvorderingen en beoordeeling van de uitdeelingslijst kunnen tegeüjk plaats hebben. Reeds aanstonds kan met de liquidatie worden begonnen,

Echter moest worden gezorgd voor de mogelijkheid van toezicht op de vereffening van den aanvang af, ook namens de belanghebbenden, terwijl noodzakelijk de geheele vereffening behoort te geschieden onder strenge controle van de rechterlijke macht.

5. Het systeem der procedure is derhalve:

a. opening van de gerechtelijke vereffening,

b. verzilvering van de baten door den vereffenaar onder toezicht van den rechter, met mogelijkheid van verplicht advies vragen aan een commissie uit de schuldeischcrs en

c. gelijktijdig vaststellen van namen van de schuldeischers en de bedragen van hunne vorderingen.

d. Na de voltooiing van de sub b en c genoemde werkzaamheden, opmaken van een uitdcelingslijst, die dan vatbaar is voor betwisting op grond van niet of onjuist opnemen van een schuldeischer in de verdeeling, en ook op grond van onjuiste of onvolledige verantwoor-ding van het actief.

e. Na definitieve vaststelling van de uitdcelingslijst, uitkeering en einde van de vereffening.

6. Als rechtsgrond voor de gerechtelijke vereffening is gekozen dezelfde als voor het europeesche faillissement. Deze formuleering heeft in de praktijk hare juistheid bewezen in volkomen gelijke omstandigheden als waarvoor de thans ontworpen regeling geldt.

^ 7. De gerechtelijke vereffening kan worden uitgelokt door de débitrice zelve en door een crediteur. De derde mogelijkheid, die van uitlokking door het openbaar ministerie, de overheid dus, werd hier niet noodig geacht.

Artikelen.

Artikel 1.

Voor de vraag of de toestand van te hebben opgehouden te betalen aanwezig is, kan worden gebruik gemaakt van de omtrent het europee-sche recht bestaande jurisprudentie.

Hetzelfde geldt voor de beantwoording van de vraag, of een niet opeischbare schuld voldoende grondslag is, en dergelijke vragen. Vast-gelegd is, dat het bestuur niet, zonder machtiging van de vergadering van aandeelhouders of van de vereeniging, de aangifte van de gerechte-lijke vereffening kan doen, waarmede een twistvraag van het europeesche vennootschapsrecht is beslist,

Artikel 2.

1. Zoowel schriftelijk als mondeling kan het verzoek worden gedaan.

Dit past in het stelsel der ordonnanties op de inlandsche maatschappij

op aandeden en de vereeniging, die steeds de mogelijkheid van het mondelinge verzoek naast het schriftelijke open laten.

2 lid 3 Het bestuur van de rechtspersoon moet steeds gehoord, althans opgeroepen worden. De landraad moet, wanneer de wettelijke voorwaarden vervuld zijn de gerechtelijke vereffening bevelen. Het is aannemelijk, dat zich een praktijk zal vormen, die aan debiteuren de gelegenheid biedt de uitspraak te voorkomen, wanneer dat wenschebjk

mocht blijken. . 3 lid 4 Voor die rechtspersonen, die zijn ingeschreven m een

register ter griffie van den landraad is het noodig, dat het vonnis daar wordt ingeschreven, opdat bij onderzoek onmiddellijk zal kunnen binken, dat de faillissementstoestand bestaat.

Voor de inlandsche maatschappij op aandeden is het bovendien kennisgeving van het eindigen, (zie artikel 33 ordonnantie inlandsche maatschappij op aandeden).

Artikel 3.

1 Tot vereffenaar is iedereen benoembaar, er is geen beperking ten aanzien van den landaard van den vereffenaar gesteld, evenmin is een bestuurslid van benoeming uitgesloten. De voorzitter van den land-raad heeft hier volkomen vrijheid van handelen. De mogelijkheid wordt geopend, dat de landraadvoorzitter een lid van den landraad belast met het toezicht op de vereffening.

2. De naam van den vereffenaar behoort gemakkelijk door derden te kunnen worden gevonden. Daarom is inschrijving van zijn naam m het register mede voorgeschreven.

Artikel 4.

De eerste taak van den vereffenaar is de aankondiging van de o-erechtdÄke vereffening en van zijn benoeming tot vereffenaar. Hier-voor is het officiede nieuwsblad aangewezen, benevens een door den voorzitter van den landraad aan te wijzen nieuwsblad.

Aan den voorzitter kan worden overgelaten daarvoor een blad te kiezen, dat de crediteuren zooveel mogelijk bereikt.

Artikel 5.

1 Ten aanzien van de vereffening zelve moet de vereffenaar aller-eerst de moederen en waarden in bezit nemen en een inventaris maken, waarop alle activa en de passiva voor zoover zij bekend zijn voorkomen.

Een taxatie van de activa is niet noodig, tenzij in bepaalde gevallen ter aanduiding van kwaliteit.

2. De vereffenaar moet de lichamelijke goederen bewaren. Degene die met het toezicht is belast geeft de wijze aan, waarop die bewaring moet geschieden.

Al naar de omstandigheden zal kunnen worden bevolen depot van gelden bij een bepaalde bank onder bepaalde voorwaarden, bewaring in een safeloket, maar ook bewaring door een of meer der tot bewaarder aangestelde bestuurders.

Artikel 6.

1. De vereffening sluit elke vordering ter zake van een verbintenis uit. Bestaande vonnissen kunnen niet worden geëxecuteerd en begonnen executies moeten worden gestaakt.

2. Het europeesche recht kent enkele zakelijke rechten, die worden uitgeoefend, alsof er geen faillissement ware, en die dan de algeheele of gedeeltelijke d'elging van een schuld ten gevolge hebben.

Datzelfde is ook hier aangenomen voor de europeesche zakelijke pandrechten en voor het credietverband. De andere zakelijke rechten van derden op goederen van den rechtspersoon kunnen vanzelfsprekend worden uitgeoefend, alsof er geen faillissement is.

3. Het pandrecht van het adatrecht kent geen verkoopsrecht en eindigt alleen door terugbetaling.

Dit blijft ook bij de gerechtelijke vereffening zoo, zoodat feitelijk dit pandrecht geheel buiten het faillissement valt.

4. In de gevallen van adatrechtelijk pandrecht kan het echter zijn, dat daardoor een actief buiten den boedel zou worden gehouden wegens een kleinere schuld, dan de waarde van het actief bedraagt. Hetzelfde geval doet zich in het europeesche faillietenreeht voor bij retentie. Daar-liet recht tot terugnemen van het verpande goed tegen betaling van de schuld in het adatrecht reeds bestaat, kan de vereffenaar steeds dit voordeel voor den boedel verwerven. Voor deze handeling, die .gezette beoordeeling vraagt, is de toestemming van de met de controle belaste

autoriteit geeischt.

Artikel 7.

De hier bedoelde belangrijke behandelingen betreffende den boedel mag de vereffenaar niet op eigen gezag verrichten. De toe-' stemming van den controleerenden rechterlijken ambtenaar wordt vereischt, (zie ook het volgende artikel).

Artikel 8.

Ter tegemoetkoming aan het bezwaar, dat de schuldeischers praktisch eerst aan het woord komen, wanneer het geheele actief is

verzilverd, is de mogelijkheid van een adviescommissie uit de sehuld-eischers geopend.

Het vragen van het advies is dwingend voorgeschreven, maar de vereffenaar, onder het over hem gestelde rechtelijke toezicht, is vrij

om van het advies af te wijken.

De benoeming van een commissie kan worden gevraagd door den vereffenaar zelve, door een schuldeischer, en ook kan de commissie

worden benoemd door den 1-andraad, die dat dus ook reeds biD het uitspreken van het bevel tot vereffening kan doen.

Artikel 9.

1. Paralelloopend met de verzilvering van de baten is gedacht de vaststelling van de schuldeischers en de door hen te vorderen bedragen.

Daartoe doet de vereffenaar een oproep bij advertentie. De voorzitter van den landraad stelt ook hiervoor het blad vast, waarin die advertentie moet worden geplaatst. Een combinatie van deze advertentie met die van artikel 4 is mogelijk.

2. De uitdeelingslijst bevat de opbrengst van de baten, een opgave van de uitgaven en kosten van den vereffenaar, waaronder het door den met de controle belasten persoon vastgestelde loon van den

veref-fenaar, en het saldo, dat ter verdeeling blijft, voorts een opsomming van dé schuldeischers en het bedrag, dat aan elk van hen kan worden

& De lust behoeft de goedkeuring van de met de contrôle belaste persoon. . „ 3 Het loon wordt voor ieder geval vastgesteld m overeenstemming met de arbeid door den vereffenaar verricht en de beschikbare baten.

Hierin bestaat vrijheid van beoordeeling. Hierbij is de regeling van de Nederlandsche faillissementswet gevolgd en niet overgenomen de beta ing naar vaste maatstaven, zooals in Indië voor de weeskamer gebruikelijk.

Soepelheid zal hier zeer gewenscht blijken.

4 De uitdeelingslijst wordt ter inzake gelegd ter griffie en daar-van wordt aankondiging gedaan in het officieele nieuwsblad en een ander blad door den met de controle belasten persoon aan te wijzen.

Aan de bekende schuldeischers wordt van de nedcrleggmg bovendien mededeeling gedaan.

Artikel 10.

1 De uitdeelingslijst is zoowel mededeeling van de beschikbare uitkeering, als rekening en verantwoording van de verzilvering van de activa, alsook erkenning van de schuldeischers.

De schuldeischers hebben het recht zoowel op de rekening en ver-antwoording, als op de wel- of niet-erkenning van bepaalde schuldeischers, waaronder zijzelve, en het bedrag waarvoor en de voorwaarden waaronder de erkenning geschiedt, aanmerking te maken.

2. Hiertoe is een verzetprocedure ingesteld. Het verzet geschiedt weer mondeling of schriftelijk.

Blijkens het volgende artikel wordt het verzet behandeld in een comparitie voor den landraad van alle schuldeischers, en worden alle verzoeken tegelijk behandeld. De dagbepaling van artikel 10 zal dus niet kunnen geschieden dan na het verloop van de maand ia het eerste lid genoemd.

Artikel 11.

De schuldeischers worden voor de comparitie opgeroepen door den landraad, nadat deze de dag voor behandeling heeft bepaald, onder mededeeling dat het verzoek ter inzage ligt,

Opdat zij zich beter zullen kunnen orié'nteeren kunnen zij afschrift van het verzoek, krijgen.

Ieder der schuldeischers kan zijn bezwaren voordraigen, of de uit-deelingslijst verdedigen. Dit volgt uit de 3e alinea (verhoor). Ook de vereffenaar heeft daartoe de gelegenheid. Ter voorkoming van de ver-korting van de rechten van de schuldeischers in hunne afwezigheid is het laatste lid opgenomen, dat bepaalt, dat van de behoorlijke oproeping van den schuldeiseher die niet opkwam, moet zijn gebleken.

De oproeping geschiedt op de wijze, waarop de landraad oproepingen voor een procedure doet.

Artikel 12.

1. Waar het hier een voor de schuldeischers zeer belangrijke beslissing geldt, is de mogelijkheid van hooger beroep opengesteld.

2. 3e lid. Het hooger beroep zou de uitkeering voor langen tijd kunnen opschorten. Dit is dikwijls een groot nadeel voor de schuld-eischers en niet steeds noodig.

Het laatste lid geeft daarom gelegenheid om wanneer de omstandig-heden van het geval het toelaten, aan de schuldeischers, wier vorderingen erkend zijn, een voorloopige uitkeering te doen, onder inhouding van een voldoende reserve.

Artikel 13.

1. De uitkeering kan worden gedaan, wanneer er geen verzet tegen de uitdeelingslijst is gedaan of wanneer het verzet ongegrond is verklaard.

Wordt het verzet gegrond verklaard, dan maakt de rechter zelf de uit-deelingslijst op.

2 Het kan zich voordoen, dat het verzet niet is gedaan tegen de schuldvorderingen, maar tegen de verzilvering van het actief, hetz«

omdat de opbrengst niet juist is, of niet juist is verantwoord, hetz*, om-dat ecnig actief niet is verzilverd. In om-dat geval zal natuurlijk de rechter

de opmaking moeten aanhouden en de lijst eerst vaststellen, nadat deze fout is verbeterd. De landraad bepaalt in dit geval de juiste opbrengst desnoods nadat hij den vereffenaar de gelegenheid heeft gegeven om het overgebleven actief te verzilveren. De vereffenaar heeft het door den landraad vastgestelde bedrag tot uitkeering te brengen Het verschü tusschen zijn kas en het door den landraad vastgestelde bedrag moet hij uit eiüen beurs aanvullen.

Bij behoorlijke plichtsvervulling zal de vereffenaar geen gevaar loopen.

Artikel 14.

1 - De mogelijkheid, dat de gerechtelijke vereffening wordt bevolen van een boedel die meer baten dan schulden bevat, is niet uitgesloten,

1 - De mogelijkheid, dat de gerechtelijke vereffening wordt bevolen van een boedel die meer baten dan schulden bevat, is niet uitgesloten,