• No results found

ILT? Toelichting

Bijlage 11 Factsheet Ondergronds bouwen

Beschrijving bodemgebruik

Het aanleggen van infrastructuur (tunnels), gebouwen (parkeergarages) of netwerkvoorzieningen (kabeltunnels) grijpt in op de ondergrond. Bodem wordt afgegraven voor het aanleggen van funderingen of het boren van tunnels. Fysieke en mechanische omstandigheden veranderen (direct of indirect; denk aan zettingen of verzakkingen) bij grote ingrepen. Ook het grondwater wordt beïnvloed door ondergrondse bebouwing, bijvoorbeeld als er voor de bouw grondwater onttrokken moet worden of als waterscheidende lagen doorboord worden.

Beoordeling en scoretabel

Bij de aanleg van ondergrondse bouwwerken worden (tijdelijke) barrières opgeworpen voor flora en fauna. Constructies in de diepte kunnen

ondoordringbare lagen doorboren (kleischotten), aardkundige waarden en archeologische vondsten beschadigen, dit is niet meer te herstellen. De directe omgeving kan beïnvloed worden door trillingen/zettingen, voor grondwater geldt dat dit een meer regionale uitstraling heeft (bronbemalingen, verlaging

grondwaterstanden).

Tabel. Effectbeoordeling ondergronds bouwen, voor 12 categorieën

bodemeigenschappen op basis van de criteria herstelvermogen en schaalgrootte. Score: 1= verwaarloosbaar effect (=herstelbaar, plaatselijk) t/m 5= zeer groot effect (=onherstelbaar, regionaal).

Ondergronds bouwen Chemisch 2 Hydro-chemisch 3 Ecologisch 2 Fysisch / mechanisch 3 Hydrologisch 3

Toelichting beoordeling effecten

Effecten op bodemchemie

Bij ondergronds bouwen wordt een beperkt effect verwacht, ondanks het feit dat de toegepast materialen voldoen aan de wet- en regelgeving. Voor sommige bouwmaterialen, zoals beton, geldt dat norm vastgesteld is voor de eindvorm, maar niet voor de tussenvorm. Tijdens het storten van het beton op de bodem en gedurende het uithardingsproces kan het poriewater van het beton in contact komen met de bodem (wanneer zonder bekisting gebouwd wordt). Bij beton gemaakt uit hergebruikte materialen bestaat de kans op het vrijkomen van verontreinigende stoffen uit dit poriewater. Ook een hoge pH (o.a. bji beton) kan ter plaatse zorgen voor veranderde chemische omstandigheden ter plaatse.

Effecten op hydro-chemie (kwaliteit grondwater)

Bij de aanleg van ondergrondse bouwwerken kunnen waterscheidende lagen ter plaatse onherstelbaar beschadigd worden. Dit kan gevolgen hebben voor menging van (verontreinigde) grondwaterlagen.

Ecologische effecten

Ecologische effecten worden vooral veroorzaakt het doorsnijden van gebieden in het geval van infrastructuur (verdiepte treintracé’s). Parkeergarages en andere bouwconstructies hebben vaak ook nog een bovengrondse deel, dat voor versnippering van leefgebieden kan zorgen. Het herstelvermogen is groot en de effecten hebben vooral een lokale uitstraling.

Fysisch/mechanische effecten

Zettingen beïnvloeden de omgeving, met verzakkingen van huizen en straatwerk als gevolg (ter plaatse, niet meer direct te herstellen). Deze zettingen treden alleen op direct rond de bouwlocaties (10 meter). Een verzakking van het straatwerk is op het maaiveld te corrigeren. Bouwfundering die zakt, is een groter probleem, waar vooraf maatregelen voor getroffen kunnen worden. De zettingen zelf worden dus niet hersteld.

Bij het bouwen treden ook trillingen op, die kunnen leiden tot zettingen. Het gevoel van de trillingen geeft effecten voor de leefomgeving, dit is lokaal en stopt als het bouwen gereed is. Trillingsarm en -vrij bouwen voorkomt dat deels. Andere effecten die kunnen optreden zijn: compactie van zand, dit is het

samendrukken van zand waardoor de poriënruimte afneemt en de dichtheid toeneemt, door trillingen (erg afhankelijk van de situatie), het toepassen van damwanden dat tot kleine aardbevingen leidt en wateroverspanning van

grondwater (zettingsvloeiing). Deze effecten zijn allemaal op zeer kleine schaal, zie je ook bij het bovengronds bouwen op slappe gronden.

Hydrologische effecten (grondwater kwantiteit)

Bij de aanleg van ondergrondse bouwwerken, moet soms het grondwaterpeil verlaagd worden. Dit kan via bronbemalingen, die aan regelgeving gebonden zijn. Een andere mogelijkheid is het gebruik van een bouwkuip met

onderwaterbeton. Men legt dan eerst een kuip van beton aan, die vervolgens wordt leeggepompt. Deze methode kan ook via een natuurlijke kleilaag, die als kuip dient waar een damwand in gezet wordt. Afhankelijk van de situatie worden de damwanden weer verwijderd, maar het verschilt per gemeente hoe men daar

mee omgaat. Bij het gebruik van damwanden worden tijdelijk en lokaal de grondwaterstromen beïnvloed.

Gedurende een bronbemaling wordt de omgeving in grote gebieden beïnvloed door de verlaging van grondwaterstanden en dit kan effecten hebben voor de landbouw, ecologie en bebouwing. Debieten en periodes van bemaling zijn via regelgeving geregeld. In zettingsgevoelige gebieden zullen zettingen optreden bij grondwaterpeilveranderingen. Over het algemeen zijn de effecten op de hydrologie regionaal met een groot herstelvermogen.

Effecten op aardkundige waarden

Bij graafwerkzaamheden en aanleg van ondergrondse structuren wordt de bodem ter plaatse van de ingreep verstoord, dit is onherstelbaar.

Effecten op archeologische objecten

Bij graafwerkzaamheden en aanleg van ondergrondse structuren wordt de bodem ter plaatse van de ingreep verstoord, dit is onherstelbaar. De bestaande bodem met daarin de archeologie wordt verwijderd.

Ruimtebeslag oppervlakte

Ondergronds bouwen biedt juist meer ruimte voor de oppervlakte, omdat er dubbelgebruik van het maaiveld is (zoals bebouwing boven- en ondergronds). In steden is dit de voornaamste reden om ondergronds te gaan bouwen. Alleen tijdens de bouw (dit geldt niet voor boorwerkzaamheden) is er bezetting van het oppervlak. De effecten voor het ruimtebeslag aan de oppervlakte worden

daarom verwaarloosbaar geacht.

Ruimtebeslag diep

Het ruimtebeslag in de diepte is vooral ter plaatse van de ingreep. Het

herstelvermogen is er bij actief ingrijpen, alleen de praktijk wijst uit dit niet vaak gebeurt (aangelegde structuren worden niet opgeruimd). Door vooraf rekening houden met het ruimtebeslag in de diepte kunnen efficiënte combinaties gevonden worden.

Effect op afdekking bodem (sealing)

Ondergronds bebouwing heeft een verwaarloosbaar effect voor geheel

ondergrondse structuren (tunnels). Constructies die ook een bovengronds deel hebben, zorgen wel voor afdekking. Dit is ter plaatse en te herstellen bij actief ingrijpen.

Meer informatie en literatuur

De Risman methode wordt bij ondergronds bouwen regelmatig toegepast. De methode benoemt risico's, schat kansen in van optreden, de kosten van gevolgen en de kosten voor het herstel. Hierbij wordt gebruik gemaakt van deskundigheid vanuit bedrijven voor de inschatting of men baseert zich op ervaringen uit de markt. De scores worden weergegeven in getallen en percentages.

http://nl.wikipedia.org/wiki/Risicoanalyse http://www.cob.nl