• No results found

INRICHTINGEN EN HET VERBOD OP ONMENSELIJKE OF VERNEDERENDE BEHANDELING EN BESTRAFFING EN OVERIGE PENOLOGISCHE STANDAARDEN

4.2 B EVINDINGEN CPT

Uit de rapporten van het CPT valt het volgende op te merken over de Nederlandse praktijk omtrent het afzonderen van gedetineerden. De gedetineerden ontvingen geen gedetailleerde schriftelijke mededeling voordat zij werden gehoord omtrent de plaatsing in een strafcel. Ook kregen ze niet de kans om getuigen te horen over het vermeende feit waarvoor zij een

disciplinaire straf kregen en kregen zij niet de kans om juridisch advies in te winnen. In de penitentiaire inrichtingen De Schie en Krimpen aan den IJssel waren disciplinaire straffen volgens het CPT proportioneel en werden ze niet te snel opgelegd. In Krimpen aan den IJssel werd afzondering in een strafcel als disciplinaire straf slechts opgelegd bij de meest ernstige gevallen als geweld tegen het personeel of andere gedetineerden. In andere gevallen werd tot minder ingrijpende straffen als opsluiting in eigen cel zonder toegang tot televisie overgegaan. In de penitentiaire inrichting Zuyder Bos merkte het CPT op dat er in vier maanden 58 gedetineerden in afzondering waren geplaatst als disciplinaire straf.

In de penitentiaire inrichtingen Veenhuizen – Esserheem en Arnhem Zuid bleek een tendens gaande dat de beslissing tot het afzonderen van gedetineerden als disciplinaire straf niet alleen aan de directeur of zijn vervanger werd overgelaten, maar ook aan het lager management.

Wat betreft de materiële omstandigheden van de strafcellen heeft het CPT opgemerkt dat de grootte van de cel en de toegang tot licht en ventilatie in orde zijn. De ramen van de cellen waren echter van mat glas zodat de gedetineerden er niet doorheen konden kijken. In de PI Arnhem-Zuid waren de cellen niet voorzien van een bed, tafel of stoel. Er lag alleen een matras op de grond. Volgens het CPT moeten de buitenfaciliteiten groot genoeg zijn zodat gedetineerden zich echt fysiek kunnen inspannen, een minder benauwend uiterlijk hebben en

dienen ze voorzien te zijn van rustelementen en een afdakje. Hier voldoen de Nederlandse buitenfaciliteiten van isoleercellen niet aan. Ze zijn te klein om echt te kunnen sporten en hebben geen elementen om op te rusten. Sommige buitenfaciliteiten bestonden uit een cel van 14 m2 met een groot raam in een van de muren en een metalen rooster in het plafond in plaats van een echte buitenplaats. Andere metalen ‘kooien’ zijn kleiner dan 12 m2.

Het medisch personeel bleek niet verplicht de als gevolg van een disciplinaire straf afgezonderde gedetineerden regelmatig te bezoeken en deed dit op onregelmatige basis.83

4.3 Bevindingen Inspectie Veiligheid en Justitie

Uit het rapport van de Inspectie Veiligheid en Justitie van 2011 valt het volgende op te merken over de Nederlandse praktijk omtrent het afzonderen van gedetineerden.

In enkele inrichtingen mag, naast de directeur, ook het hoofd veiligheid beslissen omtrent het opleggen van de plaatsing in afzondering. In de praktijk kunnen één of meer strafwaardige handelingen leiden tot een aaneengesloten verblijf in afzondering van meer dan 14 dagen. Dit kan voorkomen in het geval waarin de gedetineerde in afwachting van overplaatsing langer in afzondering moet blijven of wanneer de gedetineerde bij samenloop van meerdere

strafwaardige handelingen meer dan 14 dagen in een strafcel dient te verblijven.

Alle inrichtingen voldeden aan het minimale uur luchten per dag en enkele inrichtingen boden zelfs een tweede luchtmoment aan. Bij één inrichting hing een boksbal op een van de

luchtplaatsen zodat de afgezonderde gedetineerden extra beweging konden krijgen. In een ander onderzoek van de Inspectie bevond zich een hometrainer op de luchtplaats van een afzonderingsafdeling. De meeste luchtplaatsen zijn in de buitenlucht en hebben verticaal vrij zicht op de open lucht. In twee van de inrichtingen voldeed de luchtplaats ten tijde van de inspectie niet aan de eisen omdat een verblijf op die luchtplaats niet als een verblijf in de buitenlucht kon worden aangemerkt. In twee andere inrichtingen voldeed de luchtplaats niet omdat er geen overkapping was om te schuilen tegen de weersomstandigheden. Vrijwel alle

83 CPT/Inf (2012) 8, The Netherlands, ‘Report to the Government of the Netherlands on the visit to the

Netherlands carried out by the European Committee for the Prevention of Torture and Inhuman or Degrading Treatment or Punishment en CPT/Inf (2017) 1, The Netherlands, ‘Report to the Government of the Netherlands on the visit to the Netherlands carried out by the European Committee for the Prevention of Torture and Inhuman or Degrading Treatment or Punishment

luchtplaatsen waren schoon, op een enkele na, waar ontlasting lag van een gedetineerde die daar eerder die dag had gelucht.

In enkele inrichtingen beschikten de afgezonderde gedetineerden slechts bij hoge uitzondering over andere literatuur dan de Bijbel of de Koran. Deze praktijk is volgens de Inspectie zeer onwenselijk, zeker in het geval waarin de afzondering meerdere dagen voortduurt. Volgens gesprekken met gedetineerden blijkt het beschikken over literatuur een belangrijk aspect om het verblijf in afzondering goed door te komen. Ook bleek in drie van de tien inrichtingen geen radio aanwezig te zijn.

Vrijwel alle inrichtingen gaven de afgezonderde gedetineerden de gelegenheid om wekelijks tien minuten te telefoneren. In enkele inrichtingen mochten de gedetineerden pas na 6 dagen het thuisfront informeren over hun verblijf in afzondering. Ook het recht op bezoek wordt de afgezonderde gedetineerden in vrijwel alle inrichtingen niet ontnomen. Tijdens het bezoekuur dragen gedetineerden meestal hun eigen kleding. Wanneer er door personeelsgebrek geen tijd is om de gedetineerde zich te laten omkleden gaan ze in de kleding van de isolatieafdeling naar het bezoek. Dit wordt door de gedetineerden over het algemeen als vernederend ervaren. In een van de inrichtingen waren de strafcellen overdag niet voorzien van zitelementen, maar van een matras. Bij de helft van de inrichtingen was er vanuit de straf- of afzonderingscel vrij zicht naar buiten en bij de andere helft waren de ramen geblindeerd of bedekt door niet te bedienen luxaflex. In één inrichting waren de ramen heel klein en op hoogte aanwezig. Deze ramen voldeden niet aan de minimale oppervlakte die door de wet wordt voorgeschreven. De cellen waren wel in meer of mindere mate voorzien van daglicht.

In zes van de tien inrichtingen was het voor de gedetineerden niet mogelijk om het toilet zelf door te spoelen. Uit gesprekken met gedetineerden bleek dat het soms lang duurt voordat er na een oproep werd doorgespoeld door het personeel. Er is één geval bekend waarin de gedetineerde de hele nacht in de stank lag en dat er pas ’s ochtends voor hem werd doorgespoeld.

In alle inrichtingen waren de straf- en afzonderingscellen voorzien van een intercom, verlichting, luchtverversing en verwarming. De verlichting was meestal ’s avonds aan en ’s nachts uit. De kwaliteit van de luchtverversing was over het algemeen redelijk tot goed en de temperatuur was volgens de Inspectie redelijk aangenaam. In een strafcel kregen de

gedetineerden overdag meestal een overal of joggingpak en ’s avonds een pyjama. In een afzonderingscel droegen de gedetineerden vaak dag en nacht een scheurhemd.

Over het algemeen bracht de arts binnen 24 uur een bezoek aan de afgezonderde

gedetineerden en vervolgens alleen op indicatie. In sommige inrichtingen zagen gedetineerden de arts slechts als hier aanleiding toe was. Zij werden wel door iemand van de medische dienst bezocht binnen 24 uur en daarna meestal dagelijks. In de meeste inrichtingen was er in het weekend niemand van de medische dienst aanwezig, maar werd er een arts opgeroepen indien nodig. De directeur liet zich in alle inrichtingen dagelijks op de hoogte stellen van de toestand van de afgezonderde gedetineerden. In het weekend gebeurde dit echter alleen over bijzonderheden.84

4.4 TOETSINGAAN EUROPESEEN INTERNATIONALE STANDAARDEN