• No results found

§ 6.1. Inleiding

Share-based Payment is niet alleen een onderwerp wat speelt onder het IFRS. Ook in de Verenigde Staten heeft er onlangs een herziening plaatsgevonden. Daar is men van FAS 123 Stock-based Compensation overgegaan naar FAS 123 (revised) Share-based Payment. Deze standaard is in essentie hetzelfde als Share-based Payment zoals dat geldt onder IFRS 2. FAS 123(R) vereist dat publieke entiteiten aan het begin van het derde kwartaal van 2005 de personeelsopties verantwoord als kosten.

Door Bear Stearns & CO is er in maart 2005 een onderzoek gedaan naar de impact van de implementatie van FAS 123(R). Daarbij is gekeken wat voor impact de verantwoording van opties als kosten zal hebben op de winst van 2005. Om deze impact te bepalen heeft men een samenstelling gemaakt van entiteiten uit de Standard & Poor 500 (S&P 500) en de NASDAQ 100 (technologie-index), daarvan zijn de meest recente 10k formulieren geraadpleegd. In de 10k formulieren zijn de reconciliatiegegevens van entiteiten verwerkt. Uit het onderzoek is gebleken dat het resultaat na belastingen voor de S&P 500 entiteiten is gereduceerd met 5 % en dat dit voor de NASDAQ 100 entiteiten gereduceerd is met 22 %.

Bear Stearns & Co heeft ook in de UK een zelfde onderzoek uitgevoerd. Hierbij ging het niet om de impact van FAS 123(R) maar om de impact van IFRS 2. Onder fondsen van de FTSE 100 is vervolgens een impact gemeten van gemiddeld 2%.

Hieruit kan geconcludeerd worden dat implementatie van Share-based Payment een redelijke tot grote impact heeft op het resultaat. Tevens bleek uit het verrichte onderzoek dat de implementatie van FAS 123(R) het grootste impact heeft op de technologiesector.

In de inleiding van dit hoofdstuk is reeds aangegeven dat de essentie van FAS 123(R) en IFRS 2 hetzelfde is. In dit hoofdstuk wordt verder gegaan met het empirische onderzoek onder entiteiten van de grootste beurzen van continentaal Europa. Het onderzoek, waarvan de methode in de volgende paragraaf wordt besproken zal op de zelfde wijze plaatsvinden als het Amerikaanse en Britse onderzoek. Omdat de verschillen tussen de twee standaarden zo minimaal zijn kan er verwacht worden dat de uitkomsten van het hier verrichte onderzoek in de zelfde lijn zal liggen. Er kunnen dan ook op basis van het Amerikaanse en Britse onderzoek een aantal hypotheses geformuleerd worden. In de onderzoeksmethode komen de gestelde hypotheses verder aan de orde.

§ 6.2. Onderzoeksmethode

Om te onderzoeken wat de impact is van de implementatie van IFRS 2 op het resultaat na belasting moet eerst de benodigde gegevens worden verzameld. Om een goed en gedegen onderzoek te krijgen is het van belang dat de populatie van voldoende omvang is. Als populatie zijn de grootste beurzen van continentaal Europa gekozen. Tot deze beurzen behoren de Euronext (Nederland, België en Frankrijk) en de Duitse beurs DAX Xetra.

Voor alle geraadpleegde beurzen zijn de jaarverslagen van 2004 en de meest recente reconciliatiegegevens van de entiteiten geraadpleegd, een overzicht van deze entiteiten is in bijlage 1 opgenomen. Indien deze gegevens niet voldoende houvast bieden wordt er overgegaan tot het raadplegen van andere gegevens, zoals het kwartaal- of halfjaarverslag van 2005. Indien er geen informatie beschikbaar is over IFRS 2 “Share-based Payment” wordt er nagegaan of er een 20-f document beschikbaar is. Het 20-f document is een document dat moet worden opgesteld om aan de regelgeving van de Securities and Exchange Commission te voldoen. Feitelijk is dit geen IFRS informatie maar FAS informatie. Maar omdat zoals al eerder is gezegd de verschillen tussen FAS 123 (R) en IFRS 2 minimaal zijn is het toch nuttig zijn om de informatie uit een 20-f document te halen, om zo toch enige informatie voor handen te hebben.

Uit de jaarverslagen is het resultaat na belastingen over 2004 genomen. De kosten die de implementatie van IFRS 2 teweeg heeft gebracht is vaak gevonden in de gepubliceerde reconciliatiegegevens, maar komt ook vaak tot uitdrukking op een andere manier. Sommige entiteiten vermelden de reconciliatiegegevens in het jaarverslag. De Share-based Payment die zijn inbegrepen in de gerapporteerde winst na belasting over 2004 worden er weer bij opgeteld. De totale Share-based Payment na belasting worden vervolgens in mindering gebracht op het gerapporteerde resultaat over 2004, waardoor er een pro forma netto winst ontstaat. De pro forma netto winst wordt vervolgens vergeleken met de gerapporteerde netto winst. Hierdoor kan de procentuele verandering in de netto winst worden bepaald en kan ook geconcludeerd worden wat de impact van de implementatie van IFRS 2 op het resultaat is. De uiteindelijke resultaten van het onderzoek worden geanalyseerd in totaal en afzonderlijk per beurs.

Tevens is het interessant om in kaart te brengen wat de impact is van de implementatie van IFRS 2: “Share-based Payment” op bepaalde sectoren.

Er is gekozen om de entiteiten in te delen in drie sectoren. Deze sectoren kunnen als volgt omschreven worden:

TICE: Technology Information Communication Entertainment & media CIPS: Consumer and Industrial Products & Services

In de inleiding van dit hoofdstuk is gesproken over eerder verricht onderzoek door Bear Stearns & CO. Omdat dit onderzoek op dezelfde wijze te werk is gegaan als het onderzoek wat in dit hoofdstuk wordt uitgevoerd kan de uitkomst van het eerder verrichte onderzoek ook gebruikt worden bij het formuleren van de hypotheses.

De twee hypotheses luiden als volgt:

Hypothese 1: Implementatie van IFRS 2 heeft een gemiddelde impact van 4 % op het resultaat na belasting

Deze hypothese zal worden getoetst per beurs en over de gehele populatie.

Hypothese 2: Implementatie van IFRS 2 heeft de grootste impact op de TICE-sector

Deze hypothese zal worden getoetst aan de hand van de classificatie in eerder gemaakte verdeling. In de volgende paragraaf worden per beurs de hypotheses getoetst. In de conclusie worden vervolgens de hypotheses getoetst over de totale in het onderzoek geraadpleegde populatie.

§ 6.3. Analyse onderzoek per beursindex

§ 6.3.1. Nederland (AEX)

De AEX is de hoofdindex van Nederland en is aangesloten bij de Euronext. Aan de AEX zijn 23 entiteiten genoteerd, van deze 23 entiteiten zijn er 5 entiteiten waarvan de impact niet is te meten. Dat de impact van Share-based Payment op het resultaat niet te meten is heeft 2 oorzaken. De eerste oorzaak is dat er simpelweg geen informatie door de entiteit wordt verstrekt met betrekking tot Share based Payment. Een tweede oorzaak is dat een entiteit verlieslijdend is en er geen reëel beeld kan worden gevormd over de impact van Share-based Payment op het resultaat. De 5 entiteiten zijn verder buiten het onderzoek gelaten. De resultaten van de 18 overige entiteiten zijn opgenomen in bijlage 2. Wat het impact van IFRS 2: “Share-based Payment” is op het resultaat gespecificeerd per sector is hieronder grafisch weergegeven. In de tabel hieronder wordt uiteengezet voor welke entiteiten genoteerd aan de AEX de impact het grootste is.

Grafiek 1: Impact implementatie IFRS 2 op het resultaat van de AEX

Om een goed oordeel te kunnen vormen over de werkelijke impact moet echter ook gekeken worden naar het resultaat. In resultaat kunnen namelijk verscheidene factoren zitten die een grote invloed hebben op dit resultaat. Als deze factoren uit het resultaat gefilterd zou worden zou dat ook een verandering in de impact van Share-based Payment betekenen. Voor de 3 bovengenoemde entiteiten is dan ook verder gekeken in hoeverre het resultaat beïnvloed wordt door bijzondere factoren. Voor Reed Elsevier en VNU is er echter geen reden om het resultaat aan te passen voor bepaalde factoren, ook liggen de resultaten van deze 2 entiteiten in lijn met de resultaatontwikkeling. Voor Getronics daarentegen is de impact wel in belangrijke mate beïnvloed door het matige resultaat. Getronics verkeert in een moeilijke tijd, het concern maakt voor het eerst sinds jaren weer winst. De Share-based Payment is absoluut gezien niet hoog, maar op het

Entiteit Sector Impact

Reed Elsevier TICE -16%

VNU TICE -14%

Getronics TICE -9%

Impact implementatie IFRS 2 op het resultaat per sector van de AEX

-3% -9% -1% CIPS TICE FS

minimale resultaat van 2004 heeft dat wel een grote impact. De impact op de sectoren ligt in de lijn der verwachting, waardoor de hypothese hier kan worden aangenomen. De entiteiten in de FS sector geven geen van allen enige informatie over de impact van IFRS 2: “Share-based Payment”. In het jaarverslag van 2004 van deze entiteiten wordt wel aangegeven dat IFRS 2 geen materiële impact zal hebben op het resultaat. De informatie met betrekking tot deze sector is gevonden in de door hen gepubliceerde 20-f documenten. De gemiddelde impact van IFRS 2: “Share-based Payment” op het resultaat over de gele AEX populatie is 4%, dus de hypothese kan aangenomen worden.

§ 6.3.2. Nederland (AMX)

De AMX is de Nederlandse index waar de middelgrote fondsen aan genoteerd staan. Ook de AMX is onderdeel van de Euronext. Van de 24 AMX fondsen zijn er 10 entiteiten waarvan de impact niet te meten is. Ook hier is de reden van het niet meetbaar zijn gebrek aan informatie of verlieslijdendheid. Voor de 14 entiteiten zijn de resultaten van de impact van IFRS 2: “Share-based Payment” als volgt:

Grafiek 2: Impact implementatie IFRS 2 op het resultaat van de AMX

Een uitgebreid overzicht van de resultaten is weergegeven in bijlage 3. De gemiddelde impact is 5%, 1% hoger dan de gestelde hypothese. De impact op de sectoren komt wel overeen met de gestelde hypothese. Ook hier geven de entiteiten in de FS-sector weinig tot geen disclosure. Wessanen heeft zoals in de tabel hierboven te zien is de grootste impact. Absoluut gezien is de Share-based Payment van Wessanen eerder aan de lage kant dan aan de hoge kant. De grote impact komt dan ook door de lage winst over 2004. Als deze impact in 2001 of 2002 was genomen had dat voor die jaren een impact gehad van minder dan 1%. Voor Logica CMG en ASM International is het Share-based Payment bedrag in vergelijking met de ander AMX-fondsen ook absoluut een groot bedrag. Ook de winst van deze 2 entiteiten is in lijn met de resultaatontwikkeling en behoeft geen aanpassing. Er is dan ook geen reden om aan te nemen dat de impact van IFRS 2: “Share-based Payment” op deze 2 entiteiten geen getrouw beeld geeft.

Entiteit Sector Impact

Wessanen CIPS -28%

ASM International TICE -13%

Logica CMG TICE -13%

Impact implementatie IFRS 2 op het resultaat per sector van de AMX

-5% -16% -1% CIPS TICE FS

§ 6.3.3. België (BEL-20)

BEL-20 is de hoofdindex van België en tevens aangesloten bij de Euronext. Van de 19 entiteiten zijn er 9 om de zelfde reden als eerder aangegeven niet meetbaar. Van de 10 meetbare entiteiten zijn er 5 entiteiten waar een impact van 1% of meer is waargenomen. Deze populatie is dusdanig klein dat het moeilijk is om hier een weloverwogen oordeel over te geven. Voor de volledigheid is toch getracht om ook voor de Belgische beurs de resultaten uiteen te zetten. De resultaten die naar voren komen zijn hieronder weergegeven en het volledige overzicht is in bijlage 4 weergegeven.

Grafiek 3: Impact implementatie IFRS 2 op het resultaat van de BEL-20

Er zijn geen entiteiten die een dusdanige impact hebben dat het nog enige verduidelijking of aanpassing behoeft. Hierboven is een indeling gegeven van de impact op de 3 sectoren. Echter is zoals gezegd de populatie te klein, waardoor het ook lastig is om een verdeling te maken van de sectoren. Hoewel het lastig is om op basis van deze populatie de hypotheses te testen, zal dat voor de volledigheid van het onderzoek toch gedaan worden. De sectorhypothese kan geaccepteerd worden, en hypothese 1 moet verworpen worden. De gemiddelde impact is hier 1%, wat aanzienlijk lager is dan hypothese 1.

Entiteit Sector Impact

Delhaize CIPS -5%

Barco TICE -3%

Omega Pharma CIPS -1%

Impact implementatie IFRS 2 op het resultaat per sector van de BEL-20

-1% -2% -1% CIPS TICE FS

§ 6.3.4. Frankrijk (CAC-40)

CAC-40 is de hoofdindex van Frankrijk en aangesloten bij de Euronext. Aan de CAC-40 zijn 40 fondsen genoteerd. Van deze veertig fondsen zijn er 5 entiteiten waarvan de impact om de zelfde reden als eerder aangegeven niet te meten is. Omdat de CAC-40 een redelijke populatie heeft en deze populatie ook in een zekere mate verdeeld is over de verschillende sectoren geeft deze index een goed beeld van de Impact van IFRS 2: “Share-based Payment” op het resultaat. De resultaten van het Franse onderzoek zijn opgenomen in bijlage 5. De verdeling van de impact op de sectoren is in de onderstaande grafiek weergegeven. Deze verdeling komt overeen met de gestelde hypothese, waardoor deze kan worden aangenomen.

Grafiek 4: Impact implementatie IFRS 2 op het resultaat van de CAC-40

De bovenstaande tabel geeft de verdeling weer van de top drie van de Franse entiteiten genoteerd aan de CAC-40 waarop IFRS 2: “Share-based Payment” de grootste impact heeft gehad over 2004. Voor ST Electronics zijn de gegevens verkregen uit het door de entiteit opgestelde 20-f document. In dit document wordt niet gesproken over IFRS 2 maar over FAS 123, echter is zoals eerder aangegeven de essentie hiervan hetzelfde. Om te beoordelen of deze impact niet exorbitant hoog is zijn tevens de 20-f documenten van 2003 en 2002 ter vergelijking beoordeeld. Ook de impact van Share-based Payment in deze jaren is aanzienlijk, waardoor aangenomen kan worden dat de impact zoals die in 2004 een goed beeld geeft. Alcatel verkeert in een moeilijke tijd, de entiteit maakt al jaren aanzienlijke verliezen en maakt in 2004 voor het eerst weer wat winst. Share-based Payment voor Alcatel wijkt absoluut gezien niet significant af van de andere entiteiten uit de Franse populatie. Dat deze impact zo aanzienlijk is komt met name door het lage resultaat wat de entiteit over 2004 behaald heeft. Voor France Telecom is het resultaat in lijn met de resultaatontwikkeling. Absoluut is het bedrag van Share-based Payment extreem hoog, maar de

Entiteit Sector Impact

ST Microelec CIPS -28%

Alcatel TICE -21%

France Telecom TICE -12%

Impact implementatie IFRS 2 op het resultaat per sector van de CAC-40

-3% -9% -2% CIPS TICE FS

impact wordt gedrukt door het eveneens hoge resultaat over 2004. Over de hele Franse populatie is een impact van Share-based Payment op het resultaat van 4% waargenomen. Deze 4% komt overeen met de gestelde hypothese.

§ 6.3.5. Duitsland (Dax Xetra)

De DAX Xetra is na de Euronext de grootste beurs van continentaal Europa (Europa exclusief UK). Aan de DAX Xetra zijn 30 fondsen genoteerd. Van deze 30 fondsen zijn er 14 entiteiten waarvan om de eerder aangegeven reden geen impact van IFRS 2: “Share-based Payment” op het resultaat meetbaar is. De resultaten van de 16 meetbare entiteiten zijn hieronder op dezelfde manier weergegeven als de dat voor de overige onderzochte beurzen eerder gedaan is, een uitvoerig overzicht van de resultaten is weergegeven in bijlage 6.

Grafiek 5: Impact implementatie IFRS 2 op het resultaat van de Dax Xetra

De gemiddelde impact van IFRS 2: “Share-based Payment” op het resultaat is voor de Duitse populatie 6%, wat boven de gestelde hypothese ligt. De impact van Share-based Payment op het resultaat van 2004 van de Deutsche Bank, SAP en van Allianz is laag vergeleken met de jaren 2002 en 2003. Dat de impact op SAP groot is ligt in de lijn der verwachting, maar dat er 2 FS entiteiten in de top 3 staan is opvallend. De verdeling in sectoren geeft hier wel aan dat de gestelde hypothese kan worden aangenomen, hoewel dit wel komt omdat er maar 2 TICE entiteiten onder de populatie vallen. Echter is de grote impact op de FS sector opvallend. Het aantal entiteiten dat onder FS valt is 5 en er is 1 entiteit waar geen informatie van beschikbaar is. Er kan gezegd worden dat de waargenomen impact voor de FS sector een goed beeld geeft van deze sector. In hoeverre de Duitse FS sector representatief is voor de gehele populatie van dit onderzoek zal bij de analyse van de totale populatie verder aan de orde komen.

Entiteit Sector Impact

Deutsche Bank FS -22%

SAP TICE -14%

Allianz FS -12%

Impact implementatie IFRS 2 op het resultaat per sector van de Dax Xetra

-3% -11% -8% CIPS TICE FS

§ 6.4. Analyse gehele populatie

In het totaal zijn er 136 entiteiten geraadpleegd in dit onderzoek. Van de 136 entiteiten zijn er 43 entiteiten die niet meetbaar zijn, dit omdat er geen informatie met betrekking tot Share-based Payment beschikbaar is, of dat een entiteit verlieslijdend is waardoor het geen reëel beeld geeft van de impact. Het totaaloverzicht van het onderzoek is hieronder weergegeven. Ook voor de totale populatie is een verdeling gemaakt naar de sectoren.

Grafiek 6: Impact implementatie IFRS 2 op het resultaat van de sectoren

Uit dit onderzoek blijkt dat de gemiddelde impact van IFRS 2: “Share-based Payment” op het resultaat 4 % bedraagt. Daarmee kan de geformuleerde hypothese 1 geaccepteerd worden. Ook hypothese 2 die ingaat op de sectorimpact kan geaccepteerd worden. Er moeten echter wel vraagtekens geplaatst worden bij de FS-sector. Zoals uit het de afzonderlijke analyses is gebleken zijn er weinig FS entiteiten die informatie verstrekken over Share-based Payment. Vaak wordt er wel aangegeven dat de impact van Share-based Payment niet materieel zal zijn. Uit het Duitse onderzoek is echter gebleken dat de impact weldegelijk materieel is. Het zou dan ook zeker mogelijk kunnen zijn dat wanneer de cijfers over 2005 gerapporteerd worden dat IFRS 2: “Share-based Payment” voor de FS sector toch een grotere impact zal hebben dan verwacht.

Totaal percentage Totaal entiteiten Gemiddeld percentage CIPS -180% 57 -3% TICE -181% 20 -9% FS -32% 16 -2% Totaal -393% 93 -4%

Impact implementatie IFRS 2 op het resultaat per sector

-3% -9% -2% CIPS TICE FS