• No results found

3. Hoe zijn de huidige de doelstellingen en instrumenten op het gebied van

3.4 Wat zijn de huidige doelstellingen en regelgeving van de provincie Utrecht en

3.4.2 Doelstellingen en instrumenten gemeente Zeist

De wet- en regelgeving die op landelijk niveau is vastgelegd, kent ook zeker zijn doorwerking voor gemeenten. In deze paragraaf zal nader onderzocht worden welke

doelstellingen wat betreft duurzame energie in het beleid vastgelegd liggen en wat de wet- en regelgeving op dit gebied voor de gemeente Zeist betekent.

Doelstellingen

De gemeente Zeist heeft haar doelstellingen omtrent (onder andere) duurzame energie vastgelegd in de Brede Milieuvisie, die in oktober 2016 is vastgesteld.77 Deze visie kent 4 pijlers, te weten:

• Een klimaatneutrale gemeente in 2030; • Het streven naar een circulaire economie; • Het zorgen voor een groen dooraderd Zeist;

• De inzet voor een goede lucht- en waterkwaliteit, minder geluidshinder en een duurzame voedselvoorziening.78

77

Voor dit onderzoek is met name de eerste pijler die toeziet op klimaat en energie van belang. In het kader daarvan stelt de gemeente Zeist de volgende doelen voor zichzelf:

• Zoveel mogelijk zelfvoorzienende energieopwekking in de gemeente;

• Zelf energie opslaan zodat de energie aan bedrijven en huishoudens gegarandeerd kan worden;

• Het energiezuinig maken van woningen voor iedereen financieel toegankelijk maken. In principe hoeven gemeenten pas in 2050 energieneutraal te zijn volgens de Europese en nationale ambities, maar de Gemeente Zeist streeft ernaar om dit in 2030 al te zijn. Om dit te realiseren worden er in Zeist onder andere de volgende maatregelen genomen:

• Deelname in de ontwikkeling van SMART grid, een slim energienetwerk dat ook de opgewekte energie kan opslaan;

• De samenwerking binnen het netwerk Samenwerkingsverband Energie Zeist, maar ook binnen het netwerk Utrechtse Stadsregio (U10).79

Instrumenten

Indien we kijken binnen welk wettelijk kader een gemeente moet opereren als het gaat om het stellen van eisen aan duurzame verwarming van huizen en gebouwen, zien we hier duidelijk een doorwerking van landelijke wetgeving terug.

Op basis van artikel 2.1 lid 1 sub a jo artikel 2.10 Wabo is het verboden om een bouwwerk te bouwen zonder omgevingsvergunning. Daar kunnen nadere eisen aan worden gesteld bij AMvB, in dit geval het bouwbesluit. Ook kent de gemeente Zeist nog een Bouwverordening, maar deze regelt tot op heden niets over duurzaamheid. In beginsel is de gemeente op basis artikel 2.4 lid 1 Wabo bevoegd gezag voor het verlenen van een omgevingsvergunning bij de aanvraag voor het bouwen van een gebouw.

Indien de gemeente voornemens is om een omgevingsvergunning te verlenen, zal dit dan ook aan moeten sluiten bij de bepalingen omtrent duurzame verwarming die het bouwbesluit kent. Sinds 1 januari 2013 is het wettelijk verplicht om een MPG te laten opstellen indien er een vergunning wordt aangevraagd voor kantoren groter dan 100m2 en voor woningen. Deze

moet bij de aanvraag van de omgevingsvergunning worden aangeleverd. Deze MPG is vastgelegd in artikel 5.8 tot en met 5.10 Bouwbesluit. Deze check ziet hoofdzakelijk toe op het gebruik van duurzame bouwmaterialen, hetgeen ook kan bijdragen aan het uiteindelijk minder verbruik van energie om woningen dan wel gebouwen te verwarmen. Het blijkt echter dat gemeenten nog weinig handhaven op het niet indienen van deze berekening.

78

Idem, p. 11.

79

Vanaf 2018 worden er waarschijnlijk minimumeisen gesteld aan de MPG. Deze minimumeis geldt in eerste instantie alleen voor woningen en kantoren. In het toekomstige omgevingsplan mag een gemeente deze waarde ook verder aanscherpen.80

Los van de doorwerking van het nationale wettelijke kader heeft de gemeente Zeist ervoor gekozen om uitvoering te geven aan de ambities die zijn opgenomen in de Brede Milieuvisie. Hiertoe is een notitie opgesteld die nadere eisen stelt aan verduurzaming van nieuwbouw van zowel woningen, utiliteit en bedrijven. Deze notitie biedt duidelijke richtlijnen die als

referentie gebruikt gaan worden bij besprekingen met initiatiefnemers en bouwers in Zeist. Gerealiseerd moet worden dat de richtlijnen die in deze notitie zijn opgenomen, niet juridisch afdwingbaar zijn. Op basis van artikel 122 Woningwet is de mogelijkheid tot het opstellen van een gemeentelijke verordeningen begrensd door Rijks beleid waarvoor de Rijkswetgever een uitputtende regeling heeft opgesteld. Dit is in het geval van het Bouwbesluit zo. De eisen omtrent duurzaamheid die gesteld worden, zijn in het Bouwbesluit uitputtend geregeld. De richtlijn moet dan ook met name worden nageleefd door het vastleggen van afspraken tussen de gemeente en de initiatiefnemers. Daarnaast geldt deze nota alleen voor nieuwbouw en is dan ook niet van toepassing op bestaande bouw.

De ambitie is dat alle nieuwbouwwoningen die hedendaags in de gemeente Zeist gebouwd worden NoM-woningen zijn. Afwijking hiervan is mogelijk indien inzichtelijk wordt gemaakt dat dit niet haalbaar is. Daarnaast moeten nieuwbouwwoningen altijd zonder gasaansluiting gebouwd worden.

Voor nieuwbouw-utiliteit heeft de gemeente Zeist de ambitie om deze energieneutraal te bouwen. Ook hiervan kan worden afgeweken indien inzichtelijk wordt gemaakt dat dit niet haalbaar is. Naast deze ambitie blijven ook de eisen voor nieuwbouw vanuit het Bouwbesluit van toepassing, dus dat ook alle ‘erkende maatregelen’ worden toegepast.

Voorts heeft de gemeente Zeist nog vastgelegd in deze notitie dat het naar aanleiding van de minimumeisen die vanaf 2018 gaan gelden voor de MPG, geen strengere eisen gaat hanteren in het Omgevingsplan. Dit omdat Zeist al een hoge eis stelt met de ambitie om uitsluitend NoM-woningen te bouwen.

Tot slot heeft Zeist op 12 december jl. besloten om de leges voor omgevingsvergunningen voor onder andere het plaatsen van zonnepanelen, nieuwbouw, NoM-woningen en

investeringen aan monumenten die het energiegebruik beperkten te verlagen. Dit om zo een duurzame en gezonde leefomgeving te stimuleren.81

Het feit dat de gemeente Zeist de maatregelen zoals opgenomen in de notitie niet juridisch kan afdwingen, laat in de praktijk een belangrijke tekortkoming in het huidige

80

‘Minister Blok wil minimumeisen aan milieuprestatie in Bouwbesluit’, https://www.nen.nl/NEN-

Shop/Bouwnieuwsberichten/Minister-Blok-wil-minimum-milieuprestatie-in-Bouwbesluit.htm, geraadpleegd op 10 oktober 2017.

81

omgevingsrecht zien. Interessant wordt dan ook om te onderzoeken of deze richtlijnen wel juridisch afdwingbaar zijn onder het Bbl. Dit zal in de volgende paragraaf naar voren komen

Tussenconclusie

De gemeente Zeist heeft in de brede milieuvisie een aantal ‘deeldoelstellingen’ geformuleerd in het kader van het streven om in 2030 een klimaatneutrale gemeente te zijn. Deze luiden als volgt:

• Zoveel mogelijk zelfvoorzienende energieopwekking in de gemeente;

• Zelf energie opslaan zodat de energie aan bedrijven en huishoudens gegarandeerd kan worden;

• Het energiezuinig maken van woningen voor iedereen financieel toegankelijk maken. Voor een gemeente gelden met name de wettelijke doelstellingen die op landelijk niveau zijn vastgelegd. Dit betekent dat de gemeente Zeist bij de verlening van een bouwvergunning moet aansluiten bij het Bouwbesluit in het geval van (nieuwbouw)woning en/of de erkende maatregelen uit het Activiteitenbesluit- en regeling in het geval van utiliteit. Wel heeft de gemeente een notitie opgesteld waarin de ambities uit het beleid vertaald zijn in richtlijnen en van toepassing zijn op nieuwbouw. Deze zijn door de uitputtende regeling in het Bouwbesluit niet juridisch afdwingbaar, maar toont wel van ambitie op het gebied van duurzame energie. 3.5 Conclusie

In dit hoofdstuk is onderzocht wat de doelstellingen en instrumenten op het gebied van duurzame verwarming op nationaal niveau zijn.

De doelstellingen die gesteld inzake duurzame energie, zijn voornamelijk af te leiden uit het Kyoto verdrag. Deze doelstellingen hebben zijn nadere uitwerking gekregen in het in

Nederland afgesloten Energieakkoord. De doelstellingen hierin zien onder andere toe op een volledige duurzame energievoorziening in 2050, het prioriteit geven aan energiebesparing en het vergroten van het aandeel in duurzame energie.

Meer specifiek toegespitst op huizen en gebouwen, zien de nationale doelstellingen toe op het volledig duurzaam zijn van de gebouwde omgeving in 2050, en het bouwen van energie- neutrale nieuwbouw (overheidsgebouwen) vanaf 2019.

Voorts ziet de Europese EED richtlijn meer specifiek toe op het verduurzamen van de verwarming van huizen en gebouwen. Hierin werd gesteld dat meer duurzaamheid op dit gebied onder andere bereikt kan worden door het verhogen van de energie-efficiëntie, maar ook door het renoveren van de bestaande gebouwen.

De doelstellingen die vanuit Europa en Nederland zijn geformuleerd, zijn niet haalbaar indien hiervoor geen wettelijk kader bestaat. Op nationaal niveau zijn de maatregelen vastgelegd in

met name het Bouwbesluit. Dit besluit stelt allerlei eisen aan bestaande bouw, nieuwbouw en het gebruik van bouwwerken, die (ook) toezien op duurzaamheid. Echter, door de beperking van artikel 122 Woningwet, is het niet mogelijk dat bevoegd gezag bij een aanvraag van een omgevingsvergunning strengere eisen afdwingt dan op basis van het Bouwbesluit mogelijk is. Dit omdat het Bouwbesluit uitputtend is geregeld. Hieruit blijkt dat de lokale ruimte om een stap extra te nemen met betrekking tot duurzame verwarming zeer beperkt is. Wel is het mogelijk voor bevoegd gezag om te bewerkstelligen dat een initiatiefnemer op vrijwillige basis meewerkt aan strengere eisen aan duurzaamheid. Een voorbeeld hiervan zijn de afspraken die de provincie Utrecht en de gemeente Zeist gemaakt hebben in het kader van hun ambities en doelstellingen op het gebied van duurzame energie. Zij zijn een mooi voorbeeld van hoe provincie en gemeente ambitieuzer kunnen zijn dan de overheid van hen verwacht. Wel wordt duidelijk dat deze ambities vaak nog afhankelijk zijn van de vrijwillige medewerking van initiatiefnemers en dat de overheid dit nog niet voldoende (juridisch) faciliteert.

4. Hoe zijn de doelstellingen en instrumenten inzake duurzame