• No results found

6 Voorgestelde wijzigingen

7.2 Totstandkoming interviewschema

7.2.5 Deel V: afsluitend

Het laatste deel van de vragenlijst geeft de respondent de gelegenheid om nog iets op te merken over de accountantsverklaring. Daarnaast bevat dit deel een aantal praktische vragen.

25. Wilt u tot slot nog iets opmerken over dit onderwerp?

26. Mag ik met u contact opnemen voor eventuele aanvullende vragen?

7.3 Respondenten

Stakeholders, ook wel belanghebbenden, zijn personen en instellingen die op één of andere wijze belang hebben in de onderneming (Hoogendoorn en Mertens, 2001). “De gebruikers van jaarreke-ningen omvatten huidige en potentiële beleggers, werknemers, geldschieters, leveranciers, en andere handelscrediteuren, cliënten, overheden en hun instellingen“ (Raad voor de Jaarverslaggeving, 2007, p. LI). Niet al deze stakeholders hebben direct belang bij financiële verslaggeving. Voorname-lijk de stakeholders met een financieel belang in de onderneming zijn hierin geïnteresseerd. De voornaamste groepen zijn de aandeelhouders en verschaffers van het vreemd vermogen (Hoogen-doorn en Mertens, 2001). Om deze reden betrek ik deze beide groepen in dit onderzoek.

Naast de bovengenoemde partijen betrek ik in dit onderzoek ook de onderneming zelf. De onderne-ming is gebaat bij de accountantsverklaring, aangezien deze verklaring het communicatiemiddel van de accountant is en deze wordt opgenomen in hun jaarverslag. Daarnaast wordt een beter beeld ver-kregen van de situatie door gegevens te verzamelen van verschillende databronnen. Dit wordt aan-geduid met data-triangulatie (Baarda et al., 2005).

Dit onderzoek betreft een kwalitatief explorerend onderzoek. De ontwikkeling van theorie staat hierbij centraal. Daarnaast wordt in dit onderzoek het probleem beschreven en geïnterpreteerd met behulp van gegevens van kwalitatieve aard, die verzameld worden met behulp van interviews (Baarda en De Goede, 2005). Vanwege dit kwalitatieve karakter zijn zes respondenten betrokken (figuur 7.1). Naar aanleiding van deze zes interviews ben ik in staat om theorie op dit gebied te ont-wikkelen en hypotheses op te stellen, die later getoetst kunnen worden met behulp van kwantitatief onderzoek.

Resp. Nr. Organisatie Functie RA achtergrond

R1 ABN AMRO Directeur Zaken (voorheen kredietbeoordelaar) Nee

R2 Rabobank Senior kredietbeoordelaar Nee

R3 Rijksuniversiteit Groningen Docent Accounting Nee

R4 AEGON CFO, lid van Raad van Bestuur Nee

R5 ASML Senior Financial Reporting Expert Ja

R6 Shell Finance Director Shell Nederland Nee

R1 en R2 behoren tot de groep gebruikers van de jaarrekening. Beiden respondenten nemen vanuit het oogpunt van kredietverstrekker dagelijks jaarverslagen door en raadplegen zodoende de accoun-tantsverklaring. Dit doen zij zowel voor nieuwe kredietaanvragen als voor revisies. R3 heb ik in dit onderzoek betrokken, aangezien deze docent gespecialiseerd is op het gebied van Accounting en verwachtingen van beleggers. R4 t/m R6 behoren tot de groep die vanuit het oogpunt van de onder-neming deelneemt.

7.4 Onderzoeksmodel

Het onderzoeksmodel geeft de te nemen stappen in het onderzoek visueel weer. Dit model is weer-gegeven in figuur 7.2.

1) Wet- en Norm Eisen vanuit literatuur

Regelgeving

Vragenlijst Interview Conclusie

2) Aanleiding Product Navraag NIVRA en PwC

A) B) C) D) E)

Figuur 7.2Onderzoeksmodel

De stappen die in dit onderzoek gezet moeten worden, staan weergegeven op de horizontale as, mid-dels de letters A t/m E in het onderzoeksmodel. Op de verticale as staan de substappen, die genomen moeten worden bij de stappen A en B. Al deze stappen licht ik hieronder kort toe:

A1) Bij deze stap wordt vastgesteld welke wet- en regelgeving betrekking heeft op de accountantsverklaring. Deelvraag één komt in deze sectie aan bod.

1Wat is een accountantsverklaring en wat is haar functie?

A2) De aanleiding tot het opstellen van alternatieve verklaringen wordt vastgesteld.

B1) Bij deze stap wordt bepaald welke elementen de voorgeschreven accountantsverkla-ring dient te bevatten vanuit de wet- en regelgeving. Deze stap geeft antwoord op deelvraag drie.

3 Welke elementen bevat de accountantsverklaring en hoe is deze tot stand geko-men?

B2) Tijdens deze stap wordt vastgesteld welke elementen de alternatieve accountants-verklaringen bevatten. De deelvragen vier, vijf en zes komen in deze sectie aan bod.

4Welke elementen bevat de voorgestelde accountantsverklaring door het NIVRA?

5Welke elementen bevat de voorgestelde accountantsverklaring door de APB?

6Welke elementen bevat de voorgestelde accountantsverklaring door PwC?

C) Aan de hand van de verschillen tussen de norm en de alternatieve producten wordt een vragenlijst opgesteld. Allereerst stel ik een lijst met onderwerpen vast. Vervol-gens zal naar aanleiding van de uit literatuur blijkende eisen en overige aspecten ten aanzien van deze verklaring deze lijst worden bijgewerkt. Tot slot vraag ik het NI-VRA en PwC of zij elementen hebben overwogen om op te nemen in hun voorstel, die uiteindelijk zijn weggelaten (deelvraag zeven). Het antwoord hierop kan ook van invloed zijn op de vragenlijst.

7Welke elementen zou de gewenste accountantsverklaring daarnaast kunnen bevat-ten?

D) Door middel van het afnemen van interviews met belanghebbenden, wordt vastge-steld welke verklaring hun voorkeur heeft en wat hen wensen ten aanzien van de accountantsverklaring zijn.

8Welke verklaring heeft de voorkeur van de belanghebbenden?

9 Wat zijn de wensen van de belanghebbenden ten aanzien van de accountantsver-klaring?

E) Bij deze laatste stap worden de resultaten uit de interviews verwerkt en hieruit wor-den conclusies getrokken.

7.5 Randvoorwaarden

Dit onderzoek betreft een onderzoek naar de wensen ten aanzien van de onderwerpen, oftewel ele-menten, in de accountantsverklaring. De vraagstelling in dit onderzoek is ook hierop gericht. Tek-stuele verschillen worden buiten beschouwing gelaten. Hierover zullen dan ook geen vragen worden gesteld tijdens de interviews. Deze beperking van het onderzoek is de eerste randvoorwaarde.

Met PwC is overeengekomen dat voor de respondenten niet mag blijken dat één van de voorstellen afkomstig is van PwC. Dit in verband met het proces van acceptatie en invoering van dit voorstel. Het gevolg hiervan is dat ik geen gebruik kan maken van de reeds bestaande communicatiekanalen tussen PwC en derden, aangezien respondenten hieruit kunnen afleiden dat het gaat om een voorstel afkomstig van PwC. Om deze reden heb ik alle respondenten benaderd vanuit de studentenmail van de RUG. Het niet laten blijken dat het een verklaring van PwC betreft, kan gezien worden als een tweede randvoorwaarde.

Ook worden de paragrafen ‘Emphasis of matter’ en ‘Other Matters’ buiten beschouwing van dit onderzoek gelaten. Ik heb hiervoor gekozen, omdat de voorstellen van APB en PwC niet ingaan op deze paragrafen, terwijl het voorstel van het NIVRA deze wel betrekt in haar voorstel. Om tot een eerlijke vergelijking te komen, heb ik besloten om deze paragrafen niet mee te nemen in dit onder-zoek.

De laatste randvoorwaarde is de beperkte tijd die beschikbaar is voor dit onderzoek. In overeen-stemming met het accountantskantoor PwC, waar ik deze scriptie schrijf, en de begeleiding vanuit de RUG, is afgesproken dat dit onderzoek uiterlijk 31 augustus 2008 afgerond dient te zijn. De zwaarte van de scriptie bedraagt 20 European Credits, wat overeenkomt met 560 uur.

8 Resultaten

Geen van de respondenten was voorafgaand bekend met één van de voorgestelde alternatieve ac-countantsverklaringen. Onder andere de resultaten uit de kennismaking met de alternatieve verkla-ringen worden in dit hoofdstuk uiteengezet. § 8.1 beschrijft de verwachtingen die de gebruikers hebben ten aanzien van de accountantsverklaring. § 8.2 gaat in op de eis van duidelijkheid en de plaats van de boodschap, terwijl § 8.3 de eis van volkomenheid behandeld. § 8.4 behandelt de eis van beknoptheid en de lengte van de verklaring komt in § 8.5 aan bod. § 8.6 bespreekt het waarde-oordeel met betrekking tot de losse elementen. In § 8.7 komt de voorkeur ten aanzien van één van de verklaringen aan bod en tot slot behandelt § 8.8 de exacte wensen ten aanzien van de accoun-tantsverklaring.