• No results found

De rol van individuele verschillen in procesvariabelen op attitudes

5. SAMENHANG MEDIAGEBRUIK EN ATTITUDES VAN JONGEREN 1. Introductie

5.5. De rol van individuele verschillen in procesvariabelen op attitudes

In het bestuderen van de samenhang tussen het mediagebruik en de attitudes, is het tot slot van belang rekening te houden met individuele verschillen tussen jongeren in de mate waarin zij bepaalde cognities en gevoelens hebben die hun attitudes mede beïnvloeden. Met andere woorden, onderzoeksvraag 7 (hoofdstuk 1) luidt: welke overige relevante procesvariabelen spelen een rol bij de attitudevorming van moslimjongeren?

Uit de relevante literatuur (hoofdstuk 2) bleek dat met name bij de bestudering van

moslimjongeren rekening dient te worden gehouden met de rol van identiteitsvorming, relatieve deprivatie of vermeende achterstelling, negatieve gevoelens zoals onzekerheid, en de mate van zelfvertrouwen. Daarom zijn we hieronder nagegaan in hoeverre de procesvariabelen op zichzelf (eveneens) van invloed zijn op de attitudes van de jongeren.

Geweld

-Relatieve deprivatie

-Emoties

- Stabiele identiteit - Zelfvertrouwen

Mediagebruik Proces-variabelen Attituden t.a.v.:

Islam-geweld Legitimiteit NL regering Islam-nieuws Media NL samenleving -Leeftijd - Geslacht - Opleidingsniveau TV kijken: •TV Commercieel • TV Publiek • Engelse TV • Turkse TV • Arabische TV Internet gebruik: •Nederlands • Marokkaans • Turks Kranten lezen: • Nederlands • Turks

Figuur 5.23. Regressiemodel t.b.v. beantwoording van de vraag naar de samenhang tussen de procesvariabelen en de attitudes van moslimjongeren en niet-moslimjongeren, gecontroleerd voor drie achtergrondvariabelen.68

Voor elk van de procesvariabelen werd nagegaan in hoeverre deze een verband had met elk van de attitudes. In de afzonderlijke relaties tussen de procesvariabelen en de attitudes werden gecontroleerd

68 Strikt genomen vraagt dit model om mediatie-analyses en ‘structural equation modeling’. Voor het doel van

onderhavig onderzoek volstaan we hier met het analyseren van de samenhang tussen de procesvariabelen en de attitudes, gecontroleerd voor de achtergrondvariabelen. Nadere analyses (in vereenvoudigde opzet) zouden ook kunnen

voor de achtergrondvariabelen voor zover die significant met een afzonderlijke procesvariabele samenhingen. Dus behalve dat bijvoorbeeld, geslacht samen kan gaan met een specifieke attitude, kan geslacht ook samengaan met de mate van relatieve deprivatie. Dat beïnvloedt mede de mate van samenhang tussen relatieve deprivatie en de attitudes. Door hiervoor te controleren, kunnen hieronder dus uitspraken worden gedaan over gevonden samenhangen tussen elk van de procesvariabelen en elk van de attitudes, ongeacht de eventuele samenhang met leeftijd, geslacht of opleidingsniveau.

Uit de resultaten van de regressieanalyses blijkt dat de identiteitsvorming, relatieve deprivatie (vermeende achterstelling), negatieve gevoelens zoals onzekerheid, en de mate van zelfvertrouwen elk op zich samenhangen met de attitude t.a.v. geweld in het algemeen (dus ongeacht de eventuele invloed van bijvoorbeeld leeftijd, draagt elk van de procesvariabelen bij aan deze attitude). Specifiek betekent dit:

• Gevoelens van achterstelling (relatieve deprivatie) hangen samen met de attitude t.a.v. geweld in het algemeen, voor zowel de moslimscholieren als de niet-moslimscholieren. Een sterker gevoel achtergesteld te worden gaat samen met een minder negatieve attitude t.a.v. het gebruik van geweld (maar niet specifiek ten behoeve van de islam).

• Ook voor de oudere jongeren geldt dat naarmate de relatieve deprivatie toeneemt, zij een minder negatieve attitude hebben ten aanzien van geweld in het algemeen maar ook specifiek ten behoeve van de islam. Dus, hoe sterker de gevoelens achtergesteld te zijn, hoe minder afwijzend men staat t.a.v. het gebruik van geweld (N.B. voor zowel de moslimjongeren als de niet-moslimjongeren).

• Hoe sterker de Nederlandse identiteitsvorming, hoe negatiever het gebruik van geweld wordt gevonden, onder zowel de moslimscholieren als de niet-moslimscholieren. • Opmerkelijk is dat sterkere negatieve gevoelens onder de niet-moslimscholieren wel

bijdragen aan een minder negatieve attitude t.a.v. het gebruik van geweld, maar onder de moslimscholieren juist niet.

Tot slot blijkt meer zelfvertrouwen onder de niet-moslimscholieren samen te gaan met een minder positieve attitude, terwijl meer zelfvertrouwen onder de moslimscholieren juist samen gaat met een minder negatieve attitude ten aanzien van geweld in het algemeen.

Onder de moslimscholieren hangt de attitude ten aanzien van het gebruik van geweld

voor de islam niet samen met identiteitsvorming, relatieve deprivatie of vermeende

achterstelling, negatieve gevoelens zoals onzekerheid, of de mate van zelfvertrouwen. • Onder de niet-moslimscholieren speelt juist elk van de vier procesvariabelen wel een rol

Minder zelfvertrouwen en een minder sterke Nederlandse identiteit gaan samen met een minder negatieve attitude t.a.v. het gebruik van geweld t.b.v. doelen voor de islam. Bovendien gaat onder de niet-moslimscholieren het gevoel meer achtergesteld te zijn en het ervaren van meer negatieve gevoelens samen met een minder positieve attitude t.a.v. het gebruik van geweld voor doelen van de islam.

Onder de niet-moslimscholieren gaat een zwakkere Nederlandse identiteit samen met het idee dat de islam negatief in het nieuws komt. Onder de moslimjongeren gaat relatieve deprivatie enigszins samen met een sterker gevoel dat de islam negatief in het nieuws komt.

• Onder de moslimjongeren gaat een sterkere Nederlandse identiteitsvorming, een sterker gevoel van relatieve deprivatie, en sterkere negatieve gevoelens samen met meer

vertrouwen in de Nederlandse Samenleving en de Nederlandse Media. Dat geldt ook

voor de niet-moslimjongeren. Bij hen geldt dit ook voor de mate van zelfvertrouwen.

Kortom, individuele verschillen in gevoelens van relatieve deprivatie, negatieve gevoelens, de mate van zelfvertrouwen en de Nederlandse identiteitsvorming, gaan op een aantal punten gepaard met de attitudevorming onder zowel de moslimjongeren als de niet-moslimjongeren. Wat betreft de

moslimjongeren (onderzoeksvraag 7) moet bij de bepaling van de attitude t.a.v. het gebruik van

geweld (zowel in het algemeen als specifiek ten behoeve van de islam) rekening worden gehouden met

de samenhang met gevoelens van relatieve deprivatie, de sterkte van de Nederlandse identiteit, en het zelfvertrouwen.

Hieronder analyseren we in hoeverre het mediagebruik samenhangt met deze procesvariabelen (zie Figuur 5.24). Geweld -Relatieve deprivatie -Emoties - Stabiele identiteit - Zelfvertrouwen

Mediagebruik Proces-variabelen Attituden t.a.v.:

Islam-geweld Legitimiteit NL regering Islam-nieuws Media NL samenleving -Leeftijd - Geslacht - Opleidingsniveau TV kijken: •TV Commercieel • TV Publiek • Engelse TV • Turkse TV • Arabische TV Internet gebruik: •Nederlands • Marokkaans • Turks Kranten lezen: • Nederlands • Turks

Figuur 5.24. Regressiemodel t.b.v. beantwoording vragen naar de samenhang tussen het mediagebruik en de procesvariabelen van moslimjongeren en niet-moslimjongeren, gecontroleerd voor achtergrondvariabelen in het licht van de media-invloed op attitudes.69

Relatieve deprivatie

Onder moslimscholieren gaat het raadplegen van Marokkaanse websites samen met relatieve deprivatie of zich achtergesteld voelen. Oudere moslimjongeren die kijken naar binnenlandse commerciële tv en het lezen van Nederlandse kranten ervaren juist minder relatieve deprivatie.

69 Strikt genomen vraagt dit model om mediatie-analyses en ‘structural equation modeling’. Voor het doel van

onderhavig onderzoek volstaan we hier met het analyseren van de invloed van het mediagebruik op de procesvariabelen, gecontroleerd voor de achtergrondvariabelen. Nadere analyses (in vereenvoudigde opzet) zouden ook kunnen

Onder de niet-moslimscholieren gaat het kijken naar Engelse tv-zenders samen met zich relatieve deprivatie. Maar het kijken naar de binnenlandse publieke tv-zenders gaat bij hen samen met minder relatieve deprivatie.

Ook onder de oudere niet-moslimjongeren gaat het kijken naar commerciële tv samen met een gevoel van relatieve deprivatie. Het lezen van Nederlandse kranten en het bezoeken van Nederlandse websites gaat juist samen met minder relatieve deprivatie onder oudere niet-moslimjongeren.

Negatieve emoties

Onder de moslimscholieren geldt dat alleen het raadplegen van Turkse websites enigszins samen gaat met het ervaren van minder negatieve gevoelens. De niet-moslimscholieren die vaker de

Nederlandse kranten lezen, ervaren meer negatieve gevoelens dan zij die dit minder doen.

Nederlandse identiteit

Onder de moslimscholieren is er een verband tussen een stabielere Nederlandse identiteit en het kijken naar binnenlandse commerciële tv-zenders en het lezen van Nederlandse kranten. Terwijl moslimscholieren die vaker Turkse websites raadplegen een minder sterke Nederlandse identiteit hebben. Onder de niet-moslimjongeren geldt dat het kijken naar commerciële Nederlandse

tv-zenders samenhangt met een sterkere Nederlandse identiteit, terwijl het kijken naar Engelse tv en het lezen van Nederlandse kranten samengaat met een zwakkere Nederlandse identiteit.

Zelfvertrouwen

Voor de moslimjongeren geldt dat het kijken naar Turkse tv-zenders samengaat met meer zelfvertrouwen, maar het bezoeken van Nederlandse websites samen gaat met minder

zelfvertrouwen. Niet-moslimjongeren die vaker naar Publieke tv kijken hebben meer zelfvertrouwen, terwijl zij die vaker Nederlandse websites bezoeken minder zelfvertrouwen hebben.

Samenvatting.

De analyses die gedaan zijn om na te gaan in hoeverre het mediagebruik samenhangt met de procesvariabelen, gecontroleerd voor de achtergrondvariabelen, leiden tot de volgende conclusies over de doelgroep moslimjongeren:

• Het raadplegen van Marokkaanse websites gaat, onder moslimscholieren, samen met relatieve deprivatie (zich achtergesteld voelen). Onder de oudere moslimjongeren gaat het kijken naar binnenlandse commerciële tv en het lezen van Nederlandse kranten samen met juist minder relatieve deprivatie.

• Het raadplegen van Turkse websites gaat enigszins samen met het ervaren van minder negatieve gevoelens onder moslimscholieren.

• Het kijken naar binnenlandse commerciële tv-zenders en het lezen van Nederlandse kranten gaat bij moslimscholieren samen met een stabielere Nederlandse identiteit, terwijl het raadplegen van Turkse websites samengaat met een minder sterke Nederlandse identiteit. • Het kijken naar Turkse tv-zenders gaat samen met meer zelfvertrouwen bij moslimscholieren,