• No results found

Conclusie: een schoolvoorbeeld van gentrification

Coby 79 V Nederlandse mbo huur 1 administratie

H.4 Gentrification in de Indische buurt sinds

4.5 Conclusie: een schoolvoorbeeld van gentrification

Nu kan worden afgevraagd of de bovenstaande ontwikkelingen daadwerkelijk wijzen op gentrification. Naast verandering in de residentiele, commerciële en openbare ruimte treedt er bij gentrification ook verandering op in het aanzien, de sfeer en de reputatie van de buurt (van der Land et al., 2012). In het Nederlands stedelijk beleid is het van belang selectieve emigratie van de groeiende middenklasse tegen te gaan door deze mensen een plek te bieden in de stad. Om dit te kunnen realiseren heeft de overheid in samenwerking met de lokale stadsdelen geïnvesteerd in naoorlogse achterstandswijken. Deze state led gentrification zorgde ervoor dat sociale huisvesting plaats maakte voor de privé en koopsectoren (van der Graaf & Veldboer, 2009).

Wanneer er vanuit de literatuur wordt gekeken naar de Indische buurt kan worden gesteld dat de buurt een schoolvoorbeeld is van gentrification. Hier zijn verschillende argumenten voor. Vanuit het stadsdeel is actief beleid gevoerd m.b.t. de differentiatie van de woningvoorraad. Hierbij zijn sloop, nieuwbouw en renovatie belangrijke tools geweest. Als er wordt gekeken naar de huidige situatie, ten opzichte van 15 jaar geleden (tabel 1), dan valt op dat het aandeel van het koopsegment flink is toegenomen. Vanuit het stadsdeel is nadrukkelijk naar voren gekomen in diverse Nota’s en in gesprek met de gebiedsontwikkelaar Hillechien Meier dat het hierbij de bedoeling is de middeninkomens aan te trekken. Dit met het oog op sociale menging en het tegengaan van segregatie. De genoemde projectclusters zijn hier meetbare voorbeelden van. Sociale huur maakt steeds meer plaats voor de vrije huur en koop sector. Er wordt expliciet genoemd dat deze nieuwe woningen plek dienen te bieden voor de toenemende groep middeninkomen (Samen Indische Buurt, 2015). Daarnaast zijn er blokken

37

zoals de Batjanschool gerealiseerd, die ruimte bieden voor de creatieve klasse. Een karaktereigenschap van een wijk die aan het gentrificeren is, is de aanwezigheid van een creatieve klasse. Dit kan voor een bepaalde sfeer in een buurt zorgen die aantrekkelijk is voor een bepaald middensegment (Marcuse, 1985; Douglas, 2012)

Verder zijn ingrepen in de openbare ruimte gerealiseerd naar wens van veranderde bevolkingssamenstelling. De vraag naar bepaalde kwalitatieve horecagelegenheden en modewinkels wordt voldaan met behulp van gunstige subsidie regelingen. Wie Coffee Company zegt, zegt gentrification. Vanuit het stadsdeel is actief getracht een ‘divers’ winkelaanbod te creëren. In de Nota’s wordt expliciet genoemd dat het winkelaanbod in het verleden niet aansloot op de wensen van de nieuwe huishoudens. Een actieve rol van de gemeente met betrekking tot subsidieregelingen en het weren van bepaalde ondernemers sluit aan bij een beeld van gentrification. Wanneer er residentiele en commerciële vernieuwing plaatsvindt, kan de openbare ruimte niet achterblijven. Ook hier is met projectclusters flink ingegrepen in de openbare ruimte. Niet alleen zijn straten, pleinen en onderdoorgangen veiliger gemaakt, ze sluiten ook meer aan bij de wensen van de nieuwe middenstanders. Door parkeerplaatsen onder de grond te verplaatsen, behoudt de buurt een fijne uitstraling en blijft er meer ruimte over voor de bakfiets. Daarnaast kunnen de bewoners die buiten Amsterdam werken zo makkelijk hun auto kwijt. De bovenstaande ontwikkelingen en veranderingen in zowel de fysieke als sociale structuur geven antwoord op de vraag in hoeverre er sprake is van gentrification. In het geval van de Indische buurt kan er worden gesteld dat de gentrification een milde vorm heeft aangenomen. Hierbij biedt het Nederlandse woonbeleid kans de gentrification klein te houden en menging te stabiliseren door het aandeel goedkope huurwoningen op een bepaald niveau te consolideren in de opkomende gebieden. De

gentrification is volgens deze gedachte niet alleen mild in tempo en omvang, maar ook mild in de bijbehorende sociale processen (Veldboer, Bergstra, Kleinhans, 2011). Ondanks deze milde vorm van gentrification hebben er toch behoorlijk wat veranderingen plaatsgevonden. De vraag die nu echter overblijft is wat de invloed van al deze veranderingen op de ervaringen van place based displacement is onder inwoners die deze veranderingen bewust en gedurende een lange tijd hebben meegemaakt.

38

H5. ‘Dit is en blijft toch je buurt’

Om place based displacement te onderzoeken is de hechting van de respondenten met de buurt onderzocht. Hierbij is onderscheid gemaakt tussen fysieke en sociale hechting. Waar het bij de fysieke hechting gaat om de hechting met de openbare ruimte, gaat het bij de sociale hechting om de sociale netwerken, de betrokkenheid en de identificatie met de populatie in de buurt. Om te kijken wat de invloed van het gentrification proces is geweest op het bestaan van van place based displacement is gevraagd naar de verandering in de afgelopen 15 jaar.

Allereerst wordt er nagegaan of de sociale hechting in de afgelopen 15 jaar is veranderd en wat de respondenten vinden van de situatie. Hierbij is gevraag naar contact met buren, buurtbewoners, vrienden en familie Dit wordt aangevuld met de verandering in

betrokkenheid, waarbij deelname aan buurtinitiatieven en de houding tegenover de

afschildering van de buurt in de media en volksmond. Daarna wordt beschreven in hoeverre de fysieke hechting is veranderd in de afgelopen 15 jaar en hoe de houding daar tegenover is. Om de fysieke hechting te onderzoek is gekeken naar de verandering in het gebruik van winkels en voorzieningen en de openbare ruimte. Daarnaast is de respondenten gevraagd in hoeverre het straatbeeld is veranderd in de afgelopen 15 jaar en hoe zij hier tegenover staan. Het hoofdstuk wordt afgesloten met eventuele verhuisplannen en de vraag of de respondenten zich thuis voelen. Dit kan het gevolg zijn van zowel een toe of afname in zowel de fysieke als sociale hechting.

5.1 Sociale hechting.