• No results found

Categoriaal beschermingsbeleid ten aanzien van Burundezen

Hoofdstuk 5: Case Study Burund

5.3 Categoriaal beschermingsbeleid ten aanzien van Burundezen

Alle respondenten hebben in Nederland asiel aangevraagd.193 Op twee na hebben alle respondenten

een verblijfsvergunning in Nederland gehad. In eerste instantie kregen zij deze vergunning op grond van een zogenoemd ‘categoriaal beschermingsbeleid’. Wat een dergelijk beleid precies inhoudt, waarom dat ten aanzien van Burundezen werd gevoerd en na een tijd weer werd beëindigd en waarom dit relevant is voor de hele groep respondenten en hun terugkeer, bespreek ik in de volgende twee paragrafen.

188 In dit onderzoek wordt niet verder ingegaan op de genocide die in Rwanda heeft plaatsgevonden. Voor

meer informatie over Rwanda en de genocide zie: Central Intelligence Agency, The World Fact Book, Rwanda. https://www.cia.gov/library/publications/the-world-factbook/geos/rw.html (bezocht op 16 december 2014).

189 Cordewener, J., We ween niets van het binnenland van Afrika, in: Internationale Samenwerking, 2007,

jaargang 29, nr. 2.

190 Kamerstukken II, 1995/96, 19637, nr. 177, p.1. 191 Jimmy, interview 6, 23 juli 2013.

192 Guy, interview 11, 1 augustus 2013. 193 Zo blijkt uit de interviews.

38

5.3.1 De Nederlandse asielprocedure geldend tussen 2002 en 2007

194

Een vreemdeling kan in Nederland op asielgronden worden toegelaten op grond van internationaalrechtelijke verplichtingen, waarbij valt te denken aan het Vluchtelingenverdrag en het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens. Daarnaast kan toelating plaatsvinden op grond van klemmende redenen van humanitaire aard.195 In afdeling 4 van de Vw 2000 wordt nader ingegaan op

de verblijfsvergunning asiel. Er is één status voor alle asiel-gerelateerde gronden, de verblijfsvergunning asiel. De verblijfsvergunning is aanvankelijk tijdelijk en wordt in principe voor drie jaar verleend.196

5.3.2 Het instellen van een categoriaal beschermingsbeleid

In artikel 29 van de Vw 2000 worden de gronden genoemd waarop een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd kan worden verleend. Artikel 29 van de Vw 2000 is aanzienlijk gewijzigd.197 Inmiddels

bestaat de “d-grond”, niet meer, dus als de Burundezen nu naar Nederland zouden komen zou hun asielprocedure inhoudelijk waarschijnlijk anders zijn verlopen, omdat op twee respondenten na, zij allemaal een verblijfsvergunning hebben gekregen op deze grond, het categoriaal beschermingsbeleid. Artikel 29, eerste lid aanhef en onder d, van de Vw 2000 bepaalde dat een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd kan worden verleend aan de vreemdeling voor wie terugkeer naar het land van herkomst naar het oordeel van Onze Minister van bijzondere hardheid

zou zijn in verband met de algehele situatie aldaar. 198

Het beleid van categoriale bescherming schepte de mogelijkheid om bescherming te bieden aan personen die niet kunnen aantonen dat zij vanwege hun individuele situatie voor vervolging of wrede of onmenselijke behandeling hebben te vrezen, maar die niettemin gevaar lopen vanwege de algehele situatie in hun land van herkomst.199 Dit categoriaal beschermingsbeleid werd voordat een

vergunning op deze grond werd toegekend vastgesteld door de minister. Het kon betrekking hebben op alle asielzoekers uit een bepaald land, maar het kon ook beperkt zijn tot asielzoekers uit een bepaalde regio, of tot asielzoekers die behoren tot een bepaalde (etnische) groep. Om in aanmerking te kunnen komen voor een verblijfsvergunning asiel op deze grond moest een asielzoeker in beginsel alleen aan te hoeven tonen dat hij behoorde tot de in het beleid bepaalde groep.200

194 Alle respondenten kwamen tussen het jaar 2002 en 2007 naar Nederland. Daarom is het niet van belang wat

de op dit moment (december 2014) geldende regels met betrekking tot de Nederlandse asielprocedure zijn, maar bespreek ik de regelgeving zoals deze gold in de jaren 2002 tot en met 2007.

195 Depping, R. en Olivier, B.K., Vreemdelingenwet 2000 Tekst en toelichting, Editie 2002-2003, Sdu Uitgevers,

Den Haag, 2002, p.66.

196 Artikel 28 van de Vw 2000 en artikel 3.105 van het Vb 2000. Inmiddels is dit artikel gewijzigd en wordt een

verblijfsvergunning asiel in beginsel voor één jaar verleend.

197 Stb. 2013, 478, p.2. Het voeren van een nationaal categoriaal beschermingsbeleid kon niet langer

verantwoord worden geacht, gelet op het risico van fraude en aanzuigende werking.

198 Dit artikel is inmiddels, zoals gezegd, gewijzigd.

199 Adviescommissie voor Vreemdelingenzaken, Categoriaal beschermingsbeleid, een ‘nood zaak’, Den Haag,

juni 2006, p.10.

200 Lodder, G.G., Vreemdelingenrecht in vogelvlucht, Sdu Uitgevers, Den Haag, 2005, p.103. Voor dit onderzoek

zijn vooral de regels omtrent terugkeer van belang en daarom wordt verder niet uitgebreid ingegaan op de 39

In een brief van 26 maart 1996201 liet de Staatssecretaris van Justitie weten dat de algehele situatie in

Burundi aanleiding vormde om het beleid ten aanzien van dit land aan te passen. “Het door Tutsi’s gedomineerde leger gebruikt grof geweld om de extremistische Hutu-oppositie te vernietigen, waarvan niet alleen Hutu-rebellen het slachtoffer worden, maar ook Hutu-burgers. Hutu-extremisten plegen daarentegen weer aanvallen op Tutsi’s. Gematigde elementen, die een oplossing zoeken in een dialoog tussen beide bevolkingsgroepen, lopen het risico om slachtoffer te worden van daden van

vervolging van zowel Tutsi- als Hutu-extremisten.”202 “Aangezien de verwachting bestaat dat de

algehele situatie niet op korte termijn zal verbeteren, heb ik besloten om Burundese asielzoekers, die niet in aanmerking komen voor toelating als vluchteling of een vergunning tot verblijf, vanaf heden in

aanmerking te doen komen voor een voorwaardelijke vergunning tot verblijf.”203

Vanaf dat moment gold er in Nederland een categoriaal beschermingsbeleid ten aanzien van Burundezen.204 Dat betekende in beginsel dat alle Burundese asielzoekers die in Nederland asiel

aanvroegen in aanmerking kwamen voor een verblijfstatus op humanitaire gronden.205