• No results found

De brandwetgeving in woonzorgcentra is niet in één wet terug te vinden. De bevoegdheidsverdeling alleen is zo complex dat volgens Danny Sagaert de minister van defensie en de minister van buitenlandse zaken waarschijnlijk de enige ministers op alle niveaus onbevoegd voor wzc’s zijn.

300 Voor meer informatie verwijs ik graag naar de presentatie van A. BEUSEN, “Toelichting ontwerpbesluit Vlaamse Regering”, VIPA studiedag 27 januari 2011 te Brussel, Brandveiligheid voor ouderenvoorzieningen. Life Cycle Cost Analyse,

een instrument voor beter bouwheerschap, presentaties raadpleegbaar op

www4.vlaanderen.be/wvg/vipa/brandveiligheid/Pages/studiedag.aspx (consultatie 23 februari 2011).

51

Een brandweerverslag is niet enkel voor de stedenbouwkundige vergunning belangrijk maar evenzeer voor de erkenning als wzc. In de praktijk zijn er helaas nog vele pijnpunten zoals het niet-naleven van termijnen door het bestuur zonder enige sanctie.

De rechtsbescherming van de bestuurde m.b.t. brandweerverslagen is niet bijzonder groot omdat deze in het kader van een complexe bestuurlijke rechtshandeling worden afgeleverd. Administratief beroep, beroep bij de RvVB in geval van stedenbouwkundige vergunning en bij de RvS in alle andere gevallen is mogelijk. Beroep tegen het brandweerverslag op zich lijkt op het eerste zicht niet mogelijk. Maar de toekomst kan er verandering in brengen, o.a. door bemiddeling.

De gemeente en/of burgemeester en zelfs brandweercommandant kunnen eventueel aansprakelijk worden gesteld voor het afleveren van een foutief, niet of te laat afgeleverd brandweerverslag.

De aanvrager zou zich eventueel tot de burgerlijke rechtbank kunnen wenden om een vergoeding voor geleden schade te bekomen maar dit is een moeilijke en waarschijnlijk lang durende oefening.

De brandweerkorpsen schenden m.i. niet of zelden het gelijkheidsbeginsel door ongelijke toepassing van de wetgeving in zake brandveiligheid in wzc. Er stellen zich echter vragen bij de toepassing van de algemene beginselen van behoorlijk bestuur.

In het kader van deze thesis kon niet in dieper worden ingegaan op alle mogelijke procedures met termijnen e.d.m. in het kader van een stedenbouwkundige vergunning of van een erkenning als wzc onder de oude en nieuwe regelgeving. Evenmin konden alle voorliggende voorbeelden uit de praktijk in extenso worden belicht. De koppeling aan de algemene beginselen van behoorlijk bestuur zou eveneens in een grotere mate aan bod moeten komen.

De woonzorgsector is een sector in expansie maar moet betaalbaar blijven. Het stelt zich dus de vraag hoe de materie in de praktijk evolueert, ook omdat er onlangs op verschillende vlakken van brandweerorganisatie over ruimtelijke ordening tot woonzorg de wetgeving is gewijzigd en een nieuw specifiek besluit op komst is.

52

Bibliografie

ALEN, A. en MUYLLE, K., Compendium van het Belgisch staatsrecht. Syllabusuitgave, I, Mechelen, Kluwer, 2008, xv+213 p.

ANTHIERENS, J. “Het georganiseerd administratief beroep in de Vlaamse Decreten op de ruimtelijke ordening” in WAUTERS, K. (ed.), Het administratief beroep, Antwerpen, Maklu, 2008, 189-249.

BAEKELAND, C., “De rol van het Cassatiearrest van 25 mei 2009: een constructieve of destructieve bijdrage ter invulling van het begrip ‘administratieve overheid’ (artikel 14, § 1 RvS-wet), TBP 2011, 133-142.

BEUSEN, A., presentatie “Toelichting ontwerpbesluit Vlaamse Regering”, VIPA studiedag 27 januari 2011 te Brussel, Brandveiligheid voor ouderenvoorzieningen. Life Cycle Cost Analyse, een instrument

voor beter bouwheerschap, presentaties raadpleegbaar op

www4.vlaanderen.be/wvg/vipa/brandveiligheid/Pages/studiedag.aspx (consultatie 23 februari 2011).

BOCKEN, H., “De aansprakelijkheid van ministers en lokale politieke mandatarissen in hoofdlijnen” in VLAAMSE CONFERENTIE DER BALIE VAN GENT, Aansprakelijkheidsrecht, Antwerpen, Maklu, 2004, 113-127.

BRONSELAER, J., CALLENS, M. EN VANDEN BOER, L., “Het subjectief welbevinden van Vlaamse rusthuisbewoners”, Tijdschrift voor sociologie 2008, afl. 2-3, 232-257.

BUIJS, X. en GLABEKE, A., “De bomen in het bos: enkele concrete vragen rond de toepassing van de nieuwe regelgeving inzake ruimtelijke ordening”, TROS 2009, 341-347.

ALLAERT, E., presentatie “Canvas van intern noodplan”, Provinciaal Comité voor de Bevordering van de Arbeid, studiedag 10 december 2010 te Gent, Brandveiligheid in de rusthuizen.

COPPENS, A., „Hakbijlen zonder hart” (noot onder Arbitragehof 21 juni 2001, nr. 87/2001), RW 2001-02, (1131-1133) 1132-1123

DEBERSAQUES, G., HUBEAU, B. en LUST, S. (eds.), Ruimtelijke ordening en stedenbouw geannoteerd, Brugge, die Keure, 2008, xiv+460 p.

DECKERS, I., “Naar een ethische en rechtvaardige financiëring van de ouderenzorg op basis van zorgbehoefte. Een uitgangspunt voor een Vlaamse financiering van de residentiële ouderenzorg”, Tijdschrift voor Welzijnswerk, juni 2009, afl. 300, 34-41.

DECLERCQ, A., DEMAERSCHALK, M., VANDEN BOER, L., BRONSELAER, J. DE WITTE, N. VERTÉ, D. en MOLENBERGHS, G. “De invloed van individuele en gemeentelijke kenmerken op het formele en informele zorggebruik van Vlaamse ouderen” in VANDERLEYDEN, L., CALLENS, M. EN NOPPE, J. (eds.), De sociale staat van Vlaanderen 2009, Brussel, Studiedienst van de Vlaamse Regering, 2009, 381-399, www4.vlaanderen.be/dar/svr/Pages/2009-05-12-ssv2009.aspx (consultatie 10 maart 2010).

DELGRANGE, X. en LAGASSE, N., “La création de juridictions administratives par les communautés et les régions“ in DUMONT, H., JADOUL, P. en VAN DROOGHENBROECK, S. (eds.), La protection juridictionelle du citoyen face à l’administration in Bibliothèque de droit administratif nr. 6, Brussel, la charte, 2007, 487-524.

53

DELVOIE, J., Orgaantheorie in rechtspersonen van privaatrecht, Antwerpen, intersentia, 2010, xxvii+590 p.

DENOEL, J.-F., Brandveiligheid en betonconstructies, Brussel, FEBELCEM, 2007 (online raadpleegbaar op www.febelcem.be).

DENYS, S., “Advisering in het bestuursrecht door publiekrechtelijke organen” in Administratieve rechtsbibliotheek. Algemene reeks nr. 17, Brugge, die Keure, 2008, xv+173 p.

DENYS, S., “Stilzwijgende adviezen in de milieuvergunningsprocedure” (noot onder RvS 23 april 2009, nr. 192.598, bvba NIFRA-Van Camp, TBP 2010, 424-426).

DE PRETER, F., “Informele contacten met de overheid in het kader van aanvragen tot stedenbouwkundige vergunning” in JUDO, F. (ed.), Cont(r)acten tussen overheid en onderneming/Contacts et contrats entre pouvoirs publics et entreprises in Dossiers voor Bedrijfsjuristen, Gent/Brussel, De Boeck/Larcier, 2010, 51-60.

DE SOMER, S., LAMBRECHT, S. en VERBEECK, V. “De toepasselijkheid van algemene publiekrechtelijke regelgeving en beginselen op autonome overheidsbedrijven, IVA’s en EVA’s”, TBP 2011, 4-33.

DE STAERCKE, J., “Naar een algemene wet bestuursrecht in België?”, NTB 2006, 1-11.

FEDERAAL PLANBUREAU EN FOD ECONOMIE, Bevolkingsvooruitzichten 2007-2060, Planning paper 105, Brussel, Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie, 2008.

www.plan.be/publications/Publication_det.php?lang=nl&TM=30&IS=71&KeyPub=650&Type=21 (consultatie 10 maart 2011).

GEERTS, I. en BREDA, J., “Back to the future. Beleidsvoornemens en –realisaties in de Vlaamse/Belgische ouderenzorg in de periode 1975-2005 in CANTILLON, B., VAN DEN BOSCH, K. en LEFEBURE, S. (eds.), Ouderen in Vlaanderen 1975-2005. Een terugblik in de toekomst, Leuven, Acco, 2007, 139-202.

GORIS, J., “Gemeentelijke aansprakelijkheid bij vergunningsbeslissingen inzake ruimtelijke ordening en de impact hierop van het georganiseerd bestuurlijk beroep”, T.Gem. 2011, 59-70.

KIEKENS, N. en VANDENDRIESSCHE, F., “De organisatie van de brandweer in België: een stand van zaken”, T.Gem. 2007, 269-286.

LANCKSWEERDT, E., “De participatieve democratie als nieuw hoofdstuk in het verhaal van de politieke vrijheid: ruimte voor de verwezenlijking van het menselijk potentieel”, TBP 2010, 67-87.

LANCKSWEERDT, E., “Naar een faciliterende wetgeving voor bemiddeling met openbare besturen”, TBP 2010, 511-530.

LEUS, K., “Het zorgvuldigheidsbeginsel” in OPDEBEEK, I. en VAN DAMME, M. (eds.), Beginselen van behoorlijk bestuur in Administratieve rechtsbibliotheek. Algemene reeks, vol. 1, Brugge, die Keure, 2006, 101-129.

LUST, S., “Wat is een administratieve overheid?”, NJW 2004, 1046-1050.

LUST, S., “Straatsburgs arrest over trage Franse administratieve rechtspraak leerrijk voor Belgische Raad van State”, Juristenkrant, afl. 37, 7 november 2001, 10.

54

MAN, K., “De hoorplicht als algemeen beginsel van behoorlijk bestuur”, jura falconis 2005-2006, www.law.kuleuven.be/jura/art/42n3/kamain.html (consultatie 24 februari 2011).

MAST, A., DUJARDIN, J., VAN DAMME, M. en J. VANDE LANOTTE, J. (eds.), Overzicht van het Belgisch administratief recht, Mechelen, Kluwer, 2006, xxxix+1172 p.

MOLIN, J., “Subsidiariteitsbeginsel als waarborg voor lokale autonomie”, Juristenkrant, afl. 232, 29 juni 2011, 10-11.

OPDEBEEK, I. en COOLSAET, A., “De formele motivering van bestuurshandelingen” in Administratieve Rechtsbibliotheek, Algemene reeks, vol. 7, Brugge, die Keure, 1999, xxxi+378 p.

OPDEBEEK, I., “De redelijketermijneis” in OPDEBEEK, I. en VAN DAMME, M. (eds.), Beginselen van behoorlijk bestuur in Administratieve rechtsbibliotheek. Algemene reeks, vol. 1, Brugge, die Keure, 2006, 397-426.

POPELIER, P., “Het gelijkheidsbeginsel in de ruimtelijke ordening en stedenbouw”, TROS 1996, 221-231.

POPELIER, P., “Beginselen van behoorlijk bestuur: begrip en plaats in de hiërarchie van de normen” in OPDEBEEK, I. en VAN DAMME, M. (eds.), Beginselen van behoorlijk bestuur in Administratieve rechtsbibliotheek. Algemene reeks, vol. 1, Brugge, die Keure, 2006, 3-33.

SOTTIAUX, S., „Het gelijkheidsbeginsel: langs oude paden en nieuwe wegen“, RW 2008-09, 690-702.

VANDENBERGHE, H., “Overheidsaansprakelijkheid. Aansprakelijkheid van de uitvoerende macht” in VANDENBERGHE, H. (ed.), Overheidsaansprakelijkheid, Brugge, die Keure, 2005, 1-121.

VANDEN BOER, L., BRONSELAER, J., DECLERCQ, A. DEMAERSCHALK, M. en MOLENBERGHS, G., “Het belang van omgevingsfactoren voor beleidsgericht ouderenonderzoek”, Tijdschrift voor Welzijnswerk, februari 2010, afl. 305, 5-11.

VANDEN BOER, L., Over wonen met zorg van ouderen. Serviceflat en rusthuis: (g)een paar apart?, Leuven/Appeldoorn, Centrum voor Bevolkings- en Gezinsstudie (CBGS)/Garant, 1999, x+164 p.

VAN DE VELDE, E., “Naar een codificatie van de beginselen van behoorlijk bestuur?”[in OPDEBEEK, I.

en VAN DAMME, M. (eds.), Beginselen van behoorlijk bestuur in Administratieve rechtsbibliotheek.

Algemene reeks, vol. 1, Brugge, die Keure, 2006, 429-448.

VAN DE WALLE, D., presentatie “Ervaringen inzake evacuatieoefening”, VIPA studiedag 27 januari 2011 te Brussel, Brandveiligheid voor ouderenvoorzieningen. Life Cycle Cost Analyse, een instrument

voor beter bouwheerschap, raadpleegbaar op

www4.vlaanderen.be/wvg/vipa/brandveiligheid/Pages/studiedag.aspx (consultatie 23 februari 2011).

VAN HAL, F., presentatie “Rol van de brandweer”, Provinciaal Comité voor de Bevordering van de Arbeid, studiedag 10 december 2010 te Gent, Brandveiligheid in de rusthuizen, niet gepubliceerd.

VAN HOORICK, G., Handboek ruimtelijk bestuursrecht, Antwerpen, Gandaius, 2011, 344 p.

VAN MENSEL, A., CLOECKAERT, I., ONDERDONCK, W. en WYCKAERT, S., De administratieve rechtshandeling – een proeve, Gent, Mys & Breesch, 1997, xvii+199 p.

55

VAN MENSEL, A. “De rechtsbescherming tegen het overheidsoptreden. De Belgische lappendeken” in Thorbecke-colleges 23, Antwerpen, story-Kluwer, 2000.

VAN STEENBERGE, A., “De uitbreiding van het voorwerp van het beroep bij de Raad van State tijdens de procedure”, TBP 2008, 523-535.

WAUTERS, K. en LONCKE, E., “Het administratief beroep: algemeen kader” in WAUTERS, K. (ed.), Het administratief beroep, Antwerpen, Maklu, 2008, 251-282.

WEYMEERSCH, W., “Artikel 159 van de Grondwet in de rechtspraak van de Raad van State” in I.

COOREMAN, I. (ed.), De wettigheidstoets van artikel 159 van de Grondwet in Administratieve rechtsbibliotheek – studies nr. 10, Brugge, die Keure, 2010, xiv+364 p.

X, “Raad van State hervormen”, Juristenkrant, afl. 232, 29 juni 2011, 14.