• No results found

Beschrijving van het project

In document Passende beoordeling (pagina 6-9)

2. Activiteit

2.2. Beschrijving van het project

In voorjaar 2018 zijn de off-bottom systemen voor de oesterkweek geplaatst en zijn de eerste halfwas oesters (welke geraapt zijn in de Oosterschelde op oesterpercelen en in de Heerenkeet zelf) in de manden en zakken gestopt voor verdere opkweek. Ook is begin 2018 de flupsy ge-plaatst.

De experimenten van de Hogeschool Zeeland zijn in het voorjaar 2018 gestart (voor een beschrij-ving van het onderzoek zie bijlage 2). Het hoofddoel van het onderzoek is te onderzoeken hoe er optimaal gebruik gemaakt kan worden van de kweekomgeving om met een bestaand kweeksys-teem een zo optimaal mogelijke productie te behalen, in termen van groei, overleving en kwaliteit en daarbij de hoeveelheid werk minimaal te houden.

De activiteit wordt uitgevoerd conform de omschrijving in de passende beoordeling van november 2017, op basis waarvan in februari 2018 een vergunning is verleend (kenmerk: DGAN-NB / 18034651). De huidige aanvraag betreft uitsluitend een voortzetting van een activiteit waarvoor eerder reeds een vergunning is afgegeven. De werkzaamheden die horen bij het opzetten van de systemen en het starten van het onderzoek van de HZ zijn reeds uitgevoerd en zijn in de voorlig-gende passende beoordeling achterwege gelaten.

2.2.1. Flupsy

De nursery bestaat uit een vlot met aangehangen buizen met gaas onderin. Op het gaas rust het broed. Het broed gaat in een ring, deze wordt periodiek schoongemaakt en bij oogst wordt het broed weer uit de ring gehaald. Dit wordt een flupsy (Floating Upwelling System) systeem ge-noemd. Het systeem is 10m x 3m in omvang, later mogelijk uit te breiden. Er is een centrale pomp die voorzichtig water aanzuigt door het schelpdierbroed. De watercirculatie vindt geheel

De flupsy wordt gebruikt om klein broed op te kweken van ca. 1 mm tot ca. 1 cm. De ondernemer gaat geen triploïde oesters of andere triploïde weekdieren kweken. Het uitzetten van broed, de schoonmaak en het oogsten zijn vergelijkbare handelingen, welke ca. 5 minuten per ring kosten.

Een flupsy bestaat uit 36 ringen.

Figuur 3: flupsy

Figuur 4: waterdoorstroming in flupsy

2.2.2. Kweek in manden

De kweek van oesters in manden aan lijnen is een methode die in het buitenland (o.a. Australië) veel voorkomt.

Het oesterkweeksysteem bestaat uit 'lijnen' met houten palen, touwen en manden.

Begin 2018 zijn 10 'lijnen' geplaatst van elk ca. 24 meter lengte + 2 meter aan beide einden om ze vast te kunnen zetten. Eén lijn bestaat uit 2 rijen palen om de 4 meter, waartussen op elke rij 2 touwen zijn gespannen. Aan de touwen hangen de oestermanden. Indien deze in de lengte van de touwen worden gehangen, passen er 2 x 4 manden tussen twee palen. De breedte van de lijn (2 rijen met palen) is ca. 70 cm.

Aan elke 'lijn' van 24 meter worden maximaal 4 x 24 = 96 manden opgehangen.

Met 10 lijnen komt dit tot een totaal van maximaal 960 manden. De totale oppervlakte is < 0,2 ha.

De lijnen tussen een rij palen, waaraan de manden hangen, zijn op ca. 0,5 en 1,0 meter boven de bodem bevestigd.

Figuur 5: schema van de installatie (niet op schaal). Er komen per lijn 2 touwen boven elkaar te hangen en 2x2 naast elkaar.

Figuur 6: droogvallende oestermanden in 2 rijen boven elkaar en 2 rijen naast elkaar.

De vulling van de manden is afhankelijk van de beschikbaarheid van oesterbroed kleine oesters, die bij het rapen op oesterpercelen uit gesorteerd worden. Voor de oesterkweek wordt in de eer-ste instantie gebruik gemaakt van geraapte halfwas oeeer-sters.

Op termijn wordt hatcherybroed met behulp van de Flupsy opgekweekt tot het formaat dat het in mandjes kan worden uitgezet.

Elke mand wordt gevuld met ca 5 kg oesters. Getracht wordt zoveel mogelijk creuses met het-zelfde gewicht in een zak te stoppen.

De oesters moeten groeien naar gemiddeld ca. 70 gram (60 - 80 gram). Rekening houdend met het uitdunnen en enige sterfte, zullen er bij het oogsten ca. 180-250 oesters (ca. 15 kg) per mand

Bij het kweken uitgaande van broed worden naarmate de oesters groeien, manden of zakken ge-bruikt met steeds grotere openingen.

2.2.3. Kweek in zakken

Een deel van de oesters wordt opgekweekt in zakken op tafels.

Hierbij worden tafels (een frame van bouwstaal) gebruikt die op de bodem in lange rijen zijn ge-plaatst. De tafels zijn aan elkaar vastgezet en ze zijn met bakens aan de bodem verankerd. Op deze tafels worden kunststof zakken gelegd, die zijn gevuld met oesters. De zakken worden aan de tafels vastgemaakt. Een zak is ca. 100 x 50 cm (0,5 m2).

Op één tafel kunnen 6 zakken met oesters liggen. Voor de kweek worden maximaal 300 zakken gebruikt.

De tafels zijn in rijen van 2 naast elkaar geplaatst over een lengte van ca. 50 m.

De bedoeling is dat de oesters bij laag water enige uren droogvallen. Dat betekent dat vooral rond de laagwaterkentering zal worden gewerkt.

De oesters moeten regelmatig worden uitgedund. De zakken worden periodiek (tweewekelijks in mei-augustus) omgekeerd om de aangroei van algen te voorkomen. Daarbij worden de zakken en manden opgeschud om de groeiranden van de oesters te beschadigen, zodat de oester een mooie diep-bolle vorm krijgt. Het uitdunnen en vullen gebeurt aan de wal, evenals het schoonma-ken.

In de periode van april t/m september wordt verwacht dat er 1 maal per twee weken gedurende 2 uur activiteiten (inspectie, onderhoud, draaien van de manden, aan- en afvoer) op de kweekloca-ties zullen zijn. In de periode oktober t/m maart zal dat 1 maal per maand zijn.

De werkzaamheden voor het kweken van de oesters worden vrijwel geheel gecombineerd met de werkzaamheden die plaatsvinden voor het kweken van de tapijtschelpen in de Heerenkeet. Al-leen voor de experimenten door de HZ worden extra werkzaamheden verricht.

Afval, zoals kapotte zakken of manden, onbruikbaar geworden materialen zoals bevestigingsma-teriaal e.d. wordt mee naar de wal genomen en daar door een afvalverwerker afgevoerd.

Manden en zakken worden meegenomen naar het bedrijf van de ondernemer aan de wal en daar geleegd, gereinigd, gerepareerd en opnieuw gevuld.

Afval dat hierbij vrij komt, wordt met het andere bedrijfsafval ter verdere verwerking aan een af-valverwerker aangeboden.

In document Passende beoordeling (pagina 6-9)