• No results found

De beleving van de omgang tussen gedetineerden en personeel Als reactie op werkomstandigheden worden vaak psychologische uitingen van

Literatuurscan en expertinformatie

6.1.3 De beleving van de omgang tussen gedetineerden en personeel Als reactie op werkomstandigheden worden vaak psychologische uitingen van

spanning gevonden bij beroepsgroepen die werken met gedetineerden. In eerste aanleg wordt de spanning veroorzaakt doordat relaties met gedetineerden psy-chisch en emotioneel veel vragen van personeel (Keinan & Malach-Pines, 2007). Van daaruit kan zich negatief gedrag bij personeel ontwikkelen, zoals een af-standelijke of cynische houding jegens gedetineerden. Dit gedrag heeft tot doel de spanning het hoofd te kunnen bieden. Doorgaans is dit copingmechanisme contra-effectief en draagt het niet bij aan het gevoel van competentie en zelf-verzekerdheid bij personeel. Een fasering in de gedesillusioneerde werkhouding van personeel is te duiden met — vertrekkende vanuit enthousiasme — stagnatie, frustratie en apathie (Edelwich & Brodsky, 1980).

De jobstressoren en hun gevolgen voor personeel hebben effecten op de om-gang met gedetineerden. Schaufeli en Peeters (2000) beschrijven dat gevangenis-personeel vervreemding, verveling en machteloosheid ervaren in hun dagelijkse werkzaamheden. Dat uit zich gedragsmatig in cynisme, autoritarisme, scepticis-me en pessimisscepticis-me.

Positieve contacten met gedetineerden worden verondersteld samen te hangen met tevredenheidsgevoelens van personeel over hun werkprestaties. Negatieve contacten zijn gerelateerd aan emotionele uitputting en depersonalisatie (aspec-ten van stress/burnout) door bijvoorbeeld overvraging. Härenstam et al. (1988) concluderen dat er bij Zweeds gevangenispersoneel hogere bloeddrukwaarden en cortisol (het stresshormoon) voorkomen in vergelijking met een controle-groep met niet-gevangenispersoneel. De aard van de contacten met

86

den lijkt van belang voor de werkomstandigheden en de gezondheid van gevangenispersoneel.

Voorts blijkt dat een discrepantie tussen investering en resultaat van personeel in hun contacten met gedetineerden positief gerelateerd zijn aan burnout verschijnselen (Schaufeli en Peeters 2000). Een onbevredigende omgang kan leiden tot onbevredigende werkresultaten en kan uitingen van spanning tot gevolg hebben. Relatief ontevreden personeel kent een hoger verloop, is vaker afwezig of ziek en neemt psychologisch meer afstand van de werkzaamheden. Tevreden personeel is socialer in de omgang met gedetineerden en heeft een positievere kijk op gedetineerden en hun toekomstmogelijkheden (Kerce, Magnusson & Rudolph, 1994).

Ook heeft de onderlinge omgang een invloed op het voorkomen van geweld. Wanneer gedetineerden de omgang met personeel echter in hogere mate waarderen, bleek geweld minder voor te komen (Patrick, 1998).

Box 2a Beleving van de omgang tussen gedetineerden en personeel

– De tevredenheid over de omgang met personeel houdt verband met de omgang met

gedetineerden;

– De overvraging door gedetineerden hangt samen met de mate waarin het personeel

psychologische uitingen van stress heeft;

– Ontevredenheid van gedetineerden over de omgang met personeel leidt tot personele

gedragsmatige uitingen van stress (verloop/verzuim/minder functioneren);

– De gedetineerdenwaardering van de omgang met personeel hangt samen met het ervaren

van burn-out symptomen en fysiologische uitingen van spanning.

– Wanneer gedetineerden meer tevreden zijn over de omgang met personeel, heeft het

per-soneel een positiever beeld van de toekomstverwachting van gedetineerden;

– Gedetineerdentevredenheid over de omgang met personeel hangt samen met het

voor-komen van gedetineerdengeweld naar personeel en de ervaring van agressie.

De oriëntatie van personeel in de omgang met gedetineerden houdt verband met de ervaren stress van personeel. Een oriëntatie gericht op humane behan-deling en rehabilitatie van gedetineerden brengt minder stress met zich mee onder personeel. Deze bevinding werd aangetroffen in landen, zoals Denemar-ken en Zweden, waar menselijke behandeling en rehabilitatie expliciete doel-einden zijn van detentie. In het Amerikaanse gevangeniswezen houdt de ‘so-ciale’ oriëntatie van personeel verband met juist een hogere mate van stress (Dowden en Tellier, 2004). Een personele oriëntatie op de regels zou in die situatie gunstiger zijn.

Er kan worden verondersteld dat personeel sterk georiënteerd is op regels en structuur, meer stress ervaart. Gedetineerden reageren mogelijk negatief op een dergelijke oriëntatie van personeel en raken gefrustreerd, waardoor de onder-linge omgang onder druk komt te staan. Experts herkennen dit beeld; de regels moeten niet als heilig worden gezien, dat kan frustraties bij gedetineerden in de hand werken. Wel wordt verondersteld dat de omgang beter verloopt wanneer de regels duidelijk zijn voor gedetineerden.

Box 2b Beleving van de omgang tussen gedetineerden en personeel

– De nadruk op regels gepercipieerd door gedetineerden hangt samen met de mate waarin

het personeel structuur biedt;

– Gedetineerden ervaren de omgang met personeel negatiever wanneer het personeel sterker

op de structuur georiënteerd is;

– De nadruk op regels gepercipieerd door gedetineerden hangt samen met de

personeels-tevredenheid over de omgang met gedetineerden;

– Wanneer de regels helder zijn voor gedetineerden, ervaart het personeel de omgang

positiever;

– De perceptie van de omgang van personeel door gedetineerden hangt samen met het

ervaren van psychologische en gedragsmatige uitingen van spanning door personeel.

Hepburn (1987) veronderstelt dat de invloed van gedetineerden op de ‘gang van zaken in de inrichting’, verband houdt met het welbevinden van personeel. De perceptie van het personeel over wie het voor het vertellen heeft in de in-richting verwijst naar de controle van personeel over de orde. Die controle blijkt geen verband te houden met jobsatisfactie, rolconflict en vervreemding van personeel.

Wel zijn in het onderzoek van Hepburn enkele interessante verbanden aan-getroffen met de wijze waarop het personeel omspringt met gedetineerden. Wanneer personeel zich dienstbaar opstelt en bereid is gedetineerden te helpen hun persoonlijke en institutionele doelstellingen te bereiken, geeft personeel aan meer controle te hebben over de gang van zaken. Personeel ervaart dan ook meer autonomie en beslissingsbevoegdheid.

Ook in later onderzoek (Waters, 1999) wordt de invloed van de mate waarin gevangenispersoneel gelooft de baas te zijn over ‘het eigen lot’ (locus of control) als belangrijke voorspeller van werkstress gevonden. Een hoge waardering van gedetineerden voor het personeel zou een hogere ervaren autonomie en minder stress voor personeel kunnen betekenen.

In het onderzoek van Hepburn wordt uitgegaan van een relatie tussen personeel en gedetineerden van animositeit. Gedetineerden zouden per definitie geen po-sitieve relatie aan willen gaan of samen willen werken met personeel. Het perso-neel zou in dat geval op de collega’s en leidinggevende moeten kunnen leunen ten behoeve van gezonde arbeidsomstandigheden.

Naast sociale steun van collega’s is in onderzoek de invloed van sociale steun die gedetineerden bieden aan personeel aangetroffen. De mate van stress van personeel hield daar een negatief verband mee (Owen, 2006). Een goede relatie tussen personeel en gedetineerden kan dus betekenen dat gedetineerden zich gesteund voelen, door het personeel, maar ook vice versa.

88

Box 2c Beleving van de omgang tussen gedetineerden en personeel

– De gedetineerdenwaardering voor de omgang van personeel hangt samen mey de

perso-neelsperceptie van de eigen autonomie;

– De gedetineerdenwaardering voor de omgang van personeel houdt verband met de mate

waarin personeel stress ervaart;

– De autonomie van gedetineerden houdt verband met de ervaren autonomie van personeel;

– De waardering van gedetineerden voor hun autonomie hangt samen met de

personeels-beleving van veiligheid;

– De waardering van gedetineerden van autonomie houdt verband met de mate waarin het

personeel de omgang met gedetineerden waardeert;

– De mate waarin gedetineerden het personeel sociale steun bieden hangt samen met de

stress ervaren door personeel.

Tot slot is in onderzoek een verband aangetroffen tussen het ervaren van agres-sie tussen het personeel (OAG) en de mate waarin het personeel het idee heeft dat men hulp en steun biedt aan gedetineerden. De prevalentie van OAG hing tevens samen met het gevoel van personeel voldoende structuur te kunnen bieden aan gedetineerden (Bogaerts en Den Hartogh, 2008). De afwezigheid van personele betrokkenheid op de gedetineerden zou kunnen duiden op on-derlinge personele conflicten. Interessant is te onderzoeken of dit verband ook te leggen is met de perceptie van gedetineerden en de wijze waarop het perso-neel met hen omgaat.

Box 2d Beleving van de omgang tussen gedetineerden en personeel

– De waardering van gedetineerden voor de omgang met personeel houdt verband met het

voorkomen van onderlinge agressie en geweld.