• No results found

Beleid ten aanzien van kwaliteit van de gezondheidszorg

De overheid heeft twee manieren om goede kwaliteit van de gezondheidszorg te stimuleren. Ze spreekt iedereen aan op hun verantwoordelijkheden en rechten en ze zorgt dat er de optimale omstandigheden en grenzen (randvoorwaarden) zijn om een

v goede kwaliteit te kunnen krijgen.

Kwaliteit

Er zijn verschillende manieren om kwaliteit te beschrijven. Er wordt gekeken naar proceskwaliteit, dat wil zeggen de mate waarin er gehandeld wordt naar de

professionele standaard. Daarnaast wordt er gekeken naar de uitkomstkwaliteit met betrekking tot verwachtingen van patiënten, professionals en de populatie.

Effectiviteit, efficiëntie en patiëntgerichtheid

De Kwaliteitswet zorginstellingen kijkt naar effectiviteit, efficiëntie en patiëntgerichtheid.

De effectiviteit gaat over hoe goed de zorg de mensen beter maakt of verzorgt en of deze voldoet aan de professionele standaard. Efficiëntie gaat over de balans tussen de kosten en de baten. En patiëntgerichtheid gaat om tevredenheid van patiënten, in hoeverre de organisatie van de zorg rekening houdt met patiënten, enzovoorts.

Structuur, proces, uitkomst

Er is steeds meer aandacht voor zorgprocessen, net als voor de productieprocessen in het bedrijfsleven. Structuurkwaliteit zegt iets over hoe de zorg geregeld is qua

personeel, voorzieningen en management. Proceskwaliteit zegt iets over de processen, over hoe de zorg wordt verleend, of dit bijvoorbeeld volgens de

professionele standaard is. Uitkomstkwaliteit zegt iets over de effectiviteit, efficiëntie en patiëntgerichtheid van zorguitkomsten zoals sterfte of iatrogene schade. Hierbij gaat de effectiviteit over de zorgaanbieder en de efficiëntie gaat over het management

(kosten/baten).

Opleiding

De artsopleiding wordt geregeld door het ministerie van Onderwijs, Cultuur en

Wetenschap. De specialisaties worden door de beroepsgroep geregeld. Je kunt hierbij kiezen voor een klinisch specialisme, huisartsgeneeskunde,

verpleeghuisgeneeskunde, geneeskunde voor verstandelijk gehandicapten en sociale geneeskunde. Alle beroepsgroepen zijn aangesloten bij de Koninklijke Nederlandse Maatschappij tot bevordering der Geneeskunst, KNMG. Als je je een medische opleiding afgerond hebt, word je opgenomen in het BIG-register.

Intercollegiale toetsing, visitatie, richtlijnen

Bij intercollegiale toetsing gaat een groep collega’s elkaars zorg bespreken. Dit wordt ook wel peer review genoemd.

Bij visitatie gaan collega’s bij elkaar op bezoek om elkaar te controleren.

Richtlijnontwikkeling voor specialisten wordt gedaan door het CBO, voor huisartsen wordt dit gedaan door het Nederlands Huisartsengenootschap, NHG. Hierin staat dan evidence-based medicine. De richtlijnen zijn zowel een actuele professionele

standaard als een bron van proceskwaliteitsindicatoren (reviewcriteria).

Indicatoren

Een indicator is een gegevensverzameling waarmee je de kwaliteit kan evalueren en vergelijken. Een voorbeeld hiervan is het aantal borstkankerpatiënten dat binnen 3 weken opnieuw geopereerd moet worden na een borstbesparende operatie.

Om indicatoren te kunnen gebruiken moet je een goed elektronisch dossier hebben. Je kunt indicatoren onder andere gebruiken voor prestatiebeloning, waarbij de

verzekeraar de arts deels afhankelijk van zijn prestaties betaalt.

Kwaliteitsbeleid van zorginstellingen

Het kwaliteitsbeleid noemt veel verschillende manieren om de kwaliteit te waarborgen.

Voor interne kwaliteit is er een kwaliteitsysteem en eventueel een veiligheidsmanagementsysteem.

w Alle zorginstellingen zijn volgens de Kwaliteitswet zorginstellingen verplicht om een

kwaliteitssysteem te hebben. Met zo’n systeem kunnen instellingen ieder jaar in het kwaliteitsjaarverslag laten zien hoe zij zorgen voor effectiviteit, efficiëntie en

patiëntgerichtheid. Bovendien worden instellingen gestimuleerd om een veiligheidsmanagementsysteem op te zetten.

Voor externe kwaliteit wordt er gebruik gemaakt van accreditatie en certificatie.

Accreditatie is voor en door ziekenhuizen ontwikkeld en wordt uitgevoerd door het Nederlands Instituut voor de Accreditatie van Ziekenhuizen (NIAZ). Certificatie is voor andere zorginstellingen en wordt ontwikkeld door de Stichting Harmonisatie

Kwaliteitsbeoordeling Zorg, HKZ. Zij betrekken hier ook de verzekeraars en patiëntenorganisaties bij.

Een andere vorm van kwaliteitscontrole is het publiek rapporteren van prestatie-indicatoren per zorginstelling. Het doel hiervan is dat ziekenhuizen weten wat ze kunnen verbeteren en het is externe verantwoording. Deze resultaten worden gepubliceerd door het RIVM op www.kiesbeter.nl en in het Algemeen Dagblad in de top 100 van ziekenhuizen.

Prestaties worden tegenwoordig ook vaak beoordeeld op patiënttevredenheid, met behulp van de Consumer Quality index, CQ-index. Deze score wordt bepaald aan de hand van vragenlijsten die gemaakt zijn door de Stichting Klantervaringen in de Zorg.

Kwaliteitsbeleid van de overheid

Ondanks dat de overheid steeds meer wil dat zorgaanbieders verantwoording afleggen, is het belangrijkste principe de zelfregulering. Dit is in de jaren negentig vastgelegd in de Leidschendamafspraken. In deze afspraken staat dat zorgaanbieders verantwoordelijk zijn voor de kwaliteit. Ook staat er dat zorgaanbieders op zo’n manier verantwoording af zullen leggen over de kwaliteit dat er voldoende vertrouwen is en dat de wensen van de patiënt goed beantwoord worden.

Met de opkomst van gereguleerde marktwerking is er steeds meer controle. De Inspectie voor Gezondheidszorg, IGZ, houdt het toezicht over de zelfregulering.

Het gezondheidszorgbeleid van de overheid wil kwaliteit stimuleren met behulp van verschillende wetten. Deze wetten zijn Wet BIG, Kwaliteitswet zorginstellingen en wetten over de rechten en positie van de patiënt zoals de WGBO en Wet klachtrecht cliënten zorgsector, WKCZ.

De overheid probeert de rol van de patiënt en de verzekeraar te versterken en zo een betere kwaliteit van zorg te krijgen. De hoop is dat er in de toekomst meer concurrentie op kwaliteit

x

Werk, maatschappelijk functioneren en gezondheid