• No results found

BALANS EN TOELICHTING

In document Olst-Wijhe, mei 2020 zaaknr.: Jaarstukken (pagina 111-133)

HOOFDSTUK 3 JAARREKENING

3.1 BALANS EN TOELICHTING

ACTIVA (bedragen x € 1.000)

Vaste activa

Immateriële vaste activa 251 342

Kosten van onderzoek en ontwikkeling voor een

bepaald actief 42 118

Bijdragen aan activa in eigendom van derden 209 224

Materiële vaste activa 38.338 38.815

Investeringen met een economisch nut: 23.404 23.917

Investeringen met een economisch nut, waarvoor ter bestrijding van de kosten een heffing kan

worden geheven 6.240 6.512

Investeringen in de openbare ruimte met een

maatschappelijk nut 8.665 8.357

- overige verbonden partijen 244 365

Overige langlopende leningen 1.494 1.517

k orter dan één jaar 2.455 1.082

Vorderingen op openbare lichamen 404 363

Uitzettingen in ’s Rijks schatkist met een

rentetypische looptijd korter dan één jaar. 1.299 0

Overige vorderingen 752 719

Liquide middelen 27 20

Kassaldi 6 5

Banksaldi 21 15

Overlopende activa 3.268 3.703

De van de Europese en Nederlandse

overheidslichamen ontvangen voorschotbedragen die ontstaan door voorfinanciering op uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel uitgesplitst naar de nog te ontvangen bedragen van:

- Europese overheidslichamen 0 0

- Het Rijk 0 29

- Overige Nederlandse overheidslichamen 34 30

Overige nog te ontvangen bedragen, en de vooruitbetaalde bedragen die ten laste van

volgende begrotingsjaren komen 3.234 3.644

Totaal vlottende activa 9.907 12.108

Totaal - generaal 57.429 61.432

BALANS GEMEENTE OLST-WIJHE per 31 december 2019

31-12-2018 31-12-2019

PASSIVA (bedragen x € 1.000)

Vaste passiva

Eigen vermogen 15.125 16.920

Algemene reserve 11.160 12.544

Bestemmingsreserves 3.363 3.645

Gerealiseerd resultaat 602 731

Voorzieningen 5.663 5.375

Voorzieningen voor verplichtingen, verliezen en

risico's 1.435 1.099

Voorzieningen voor middelen van derden waarvan

de bestemming gebonden is 4.228 4.276

Vaste schulden met een rentetypische looptijd

van 1 jaar of langer 27.315 29.646

Onderhandse leningen van:

- binnenlandse banken en overige financiële

instellingen 27.314 29.646

- waarborgsommen 1 0

Totaal vaste passiva 48.103 51.941

Vlottende passiva

Netto vlottende schulden met een rente typische

looptijd k orter dan 1 jaar 6.111 6.980

Kasgeldleningen aangegaan bij openbare

lichamen 0 0

Overige kasgeldleningen 3.200 4.500

Banksaldi 537 436

Overige schulden 2.374 2.044

Overlopende passiva 3.215 2.511

Verplichtingen die in het begrotingsjaar zijn opgebouwd en die in een volgend begrotingsjaar tot betaling komen met uitzondering van jaarlijks terugkerende arbeidskosten gerelateerde

verplichtingen van vergelijkbaar volume 2.730 2.102

De van de Europese en Nederlandse

overheidslichamen ontvangen voorschotbedragen voor uitkeringen met een specifiek

bestedingsdoel die dienen ter dekking van lasten van volgende begrotingsjaren uitgesplitst naar de ontvangen bedragen van:

- Europese overheidslichamen 0 0

- Het Rijk 81 19

- Overige Nederlandse overheidslichamen 330 351

Overige vooruit ontvangen bedragen die ten bate

van volgende begrotingsjaren komen 74 39

Totaal vlottende passiva 9.326 9.491

Totaal - generaal 57.429 61.432

Gewaarborgde geldleningen 25.803 26.300

Garantstellingen 0 0

31-12-2018 31-12-2019

BALANS GEMEENTE OLST-WIJHE per 31 december 2019

Grondslagen voor waardering en resultaatbepaling Inleiding

De jaarrekening is opgemaakt met inachtneming van de voorschriften die het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten daarvoor geeft.

Algemene grondslagen voor het opstellen van de jaarrekening

De waardering van de activa en passiva en de bepaling van het resultaat vindt plaats op basis van historische kosten. Tenzij bij het desbetreffende balanshoofd anders is vermeld, worden de activa en passiva opgenomen tegen nominale waarden.

De baten en lasten worden toegerekend aan het jaar waarop zij betrekking hebben. Baten en winsten worden slechts genomen voorzover zij op balansdatum zijn gerealiseerd. Verliezen en risico's die hun oorsprong vinden voor het einde van het begrotingsjaar, worden in acht genomen indien zij voor het opmaken van de jaarrekening bekend zijn geworden.

Dividendopbrengsten van deelnemingen worden als bate genomen op het moment waarop het dividend betaalbaar gesteld wordt.

Personeelslasten worden in principe toegerekend aan het boekjaar waarop ze betrekking hebben. Als gevolg van het formele verbod op het opnemen van voorzieningen c.q. schulden uit hoofde van jaarlijks terugkerende arbeidskostengerelateerde verplichtingen van vergelijkbaar volume worden sommige personele lasten echter toegerekend aan de periode waarin uitbetaling plaatsvindt; daarbij moet worden gedacht aan componenten zoals ziektekostenpremie ten behoeve van gepensioneerden, overlopende vakantiegeld- en verlofaanspraken en dergelijke.

Voor arbeidskostengerelateerde verplichtingen van een jaarlijks vergelijkbaar volume wordt geen voorziening getroffen of op andere wijze een verplichting opgenomen. De referentieperiode is dezelfde als die van de meerjarenraming te weten vier jaar. Indien er sprake is van (eenmalige) schokeffecten (reorganisaties) dient wel een verplichting gevormd te worden.

Balans Vaste activa

Immateriële vaste activa

De immateriële vaste activa worden gewaardeerd tegen de verkrijgings- c.q. vervaardigingsprijs verminderd met de afschrijvingen en waardeverminderingen die naar verwachting duurzaam zijn. De kosten van onderzoek en ontwikkeling worden in 5 jaar afgeschreven. De afschrijving van de geactiveerde kosten van onderzoek en ontwikkeling vangt aan bij ingebruikneming van het gerelateerde materiële vaste actief. Afsluitkosten van opgenomen geldleningen worden afgeschreven gedurende de restant looptijd van de betrokken geldlening.

Bijdragen aan activa van derden zijn gewaardeerd tegen het bedrag van de verstrekte bijdragen, verminderd met afschrijvingen.

De verleende bijdragen worden afgeschreven in de periode waarin het betrokken actief van de derde op basis van de door de gemeente gestelde voorwaarden moet bijdragen aan de publieke taak.

Investeringen met economisch nut.

In erfpacht uitgegeven gronden

De in erfpacht uitgegeven percelen zijn gewaardeerd tegen de eerste uitgifteprijs (i.c. de waarde die bij eerste uitgifte als basis voor de canonberekening in aanmerking is genomen). Percelen waarvan de erfpacht eeuwigdurend is afgekocht zijn tegen een geringe registratiewaarde opgenomen.

Overige investeringen met economisch nut en investeringen met een economisch nut, waarvoor ter bestrijding van de kosten een heffing kan worden geheven.

Deze materiële vaste activa zijn gewaardeerd tegen de verkrijgings- of vervaardigingsprijs.

Specifieke investeringsbijdragen van derden worden op de desbetreffende investering in mindering gebracht;

in die gevallen wordt op het saldo afgeschreven.

Conform het B&W-besluit van 15 december 2009 worden met ingang van de jaarrekening 2009 de afschrijvingslasten in het jaar van investering op nihil gesteld en wordt op investeringen afgeschreven vanaf het begrotingsjaar dat volgt op het jaar waarin het gereed komt/verworven wordt.

In het algemeen wordt gebruik gemaakt van de lineaire afschrijvingsmethode.

Slechts in uitzonderlijke gevallen wordt gebruik gemaakt van de annuïtaire afschrijvingsmethode.

Op grondbezit met economisch nut wordt niet afgeschreven.

Bij de waardering wordt in voorkomende gevallen rekening gehouden met een bijzondere vermindering van de waarde, indien deze naar verwachting duurzaam is. In het begrotingsjaar heeft een dergelijke vermindering overigens niet plaatsgevonden. Dergelijke afwaarderingen worden teruggenomen als ze niet langer noodzakelijk blijken. Volledigheidshalve vermelden wij dat op investeringen die vóór 2004 gedaan zijn soms extra is afgeschreven zonder economische noodzaak (ter verlichting van toekomstige lasten). Ook zijn in voorkomende gevallen reserves op dergelijke investeringen afgeboekt.

Op 6 december 2005 heeft het college van Burgemeester en Wethouders de nota “Waardering en

afschrijving vaste activa 2005” vastgesteld. In deze nota zijn de navolgende afschrijvingstermijnen opgenomen:

Immateriële activa

- Kosten verbonden aan het sluiten van geldleningen en het maximaal de looptijd

saldo van agio en disagio van de geldlening

- Kosten van onderzoek en ontwikkeling voor een bepaald actief ten hoogste 5 jaar Activa met een meerjarig economisch nut

- (Onder)Gronden va geen afschrijving

- Gebouwen 40 jaar

- CV-installatie 15 jaar

- Rioleringswerken 40 jaar

- Pompen riolering 15 jaar

- Transportmiddelen 7 jaar

- Transportmiddelen Brandweer (minder intensief gebruikt) 15 jaar

- Motorvaartuigen 20 jaar

- Technische installaties en machines 15 jaar

- Vaste inventaris, veiligheidsvoorzieningen, groot onderhoud 10 jaar - Gereedschappen, inventaris, meubilair en overig materiaal Naar gangbare

ervaringsnormen of voorge-schreven normen over de gebruiksduur, wordt deze bij de aanschaf bepaald (meestal 5 jaar) - Automatisering (pc´s, printers en servers etc) 5 jaar

- Automatisering (software) 7 jaar

Activa met een meerjarig maatschappelijk nut in de openbare ruimte (als er geactiveerd wordt):

- Wegen (wegdek, bermen, talud en wegmeubilair) 25 jaar - Wegreconstructies (wegdek, bermen, talud en wegmeubilair) 25 jaar

- Rotondes 25 jaar

- Verkeerslichtinstallaties en openbare verlichting 15 jaar - Bruggen, viaducten en ov. grotere kunstwerken 20 jaar

Met ingang van 2005 is het in deze nota vermelde afschrijvingsbeleid voor nieuwe investeringen gehanteerd.

Conform de notitie grondbeleid in begroting en jaarstukken (2019) van de commissie BBV zijn NIEGG en bouwgronden in exploitatie (BIE) die per 1 januari 2016 uit exploitatie zijn genomen, op basis van een overgangbepaling tegen de boekwaarde per 1 januari 2016 (ingangsdatum Wijzigingsbesluit) geherrubriceerd naar de materiële vaste activa. Deze overgangsbepaling heeft een looptijd van 4 jaar. Uiterlijk 31 december 2019 zal een toets plaatsvinden op de marktwaarde van deze gronden tegen de geldende bestemming op het moment van de marktwaardetoets.

De gemeente Olst-Wijhe heeft ten aanzien van de Meente Noord gebruik gemaakt van deze overgangsbepaling.

De grondexploitatie met betrekking tot de Meente Noord is bij raadsbesluit van 9 maart 2020 geopend.

Het in voorraad hebben van een bescheiden volume bedrijventerrein in de grote kernen zorgt ervoor dat ontwikkelingen mogelijk blijven.

Ten aanzien van de waardering van de grondexploitaties bestaat een schattingsonzekerheid.

Hoewel de op dit moment meest waarschijnlijke inschatting is opgenomen in de jaarrekening, kan de realisatie in de toekomst aanzienlijk afwijken van deze inschatting. Deze schattingsonzekerheid ontstaat door de looptijd van de grondexploitaties alsmede de onzekerheid met betrekking tot de fasering van de uit te geven kavels op het bedrijventerrein.

Investeringen in de openbare ruimte met uitsluitend maatschappelijk nut

Investeringen met een maatschappelijk nut worden, evenals investeringen met een economisch nut, geactiveerd en over de verwachte toekomstige gebruiksduur afgeschreven. De verplichting om alle

investeringen te activeren volgens de nieuwe methode geldt alleen voor investeringen die vanaf begrotingsjaar 2017 worden gedaan.

Door de invoering van de nieuwe systematiek blijven verschillen bestaan in de wijze waarop mag worden afgeschreven op investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut die vóór het begrotingsjaar 2017 zijn gedaan. Om inzicht te geven in het deel van de activa dat wel vergelijkbaar is qua systematiek is in het verloopoverzicht in de toelichting op de balans aangegeven welk bedrag volgens de nieuwe syatematiek is verantwoord en welk deel volgens een andere systematiek.

Financiële vaste activa

Kapitaalverstrekkingen aan gemeenschappelijke regelingen en leningen u/g zijn opgenomen tegen nominale waarde. Zonodig is een voorziening voor verwachte oninbaarheid in mindering gebracht.

Participaties in het aandelenkapitaal van NV’s en BV’s (“kapitaalverstrekkingen aan deelnemingen” in de zin van het BBV) zijn gewaardeerd tegen de verkrijgingsprijs van de aandelen. Indien de waarde van de aandelen onverhoopt structureel mocht dalen tot onder de verkrijgingsprijs zal afwaardering plaatsvinden. Tot dusver is een dergelijke afwaardering niet noodzakelijk gebleken. De actuele waarde ligt ruim boven de verkrijgingsprijs.

Vlottende activa

Voorraden

De als “onderhanden werken” opgenomen bouwgronden in exploitatie (BIE) zijn gewaardeerd tegen de vervaardigingsprijs, dan wel de lagere marktwaarde. De vervaardigingsprijs omvat de kosten die

rechtstreeks aan de vervaardiging kunnen worden toegerekend (zoals grondaankopen en kosten van bouw- en woonrijpmaken), alsmede een redelijk te achten aandeel in de rentekosten en de administratie- en beheerskosten.

Winsten uit de grondexploitatie worden slechts genomen indien en voorzover die met voldoende

mate van betrouwbaarheid als gerealiseerd aangemerkt kunnen worden. Zolang daarvan geen sprake is worden de verkregen verkoopopbrengsten ten volle op de vervaardigingskosten in mindering gebracht.

Gerede producten worden gewaardeerd tegen de kostprijs of tegen de marktwaarde indien de marktwaarde lager is dan de kostprijs. Dat laatste doet zich met name voor indien voorraden incourant worden. De kostprijs bestaat uit de verrekenprijzen van grond- en hulpstoffen en de loon- en machinekosten die aan de vervaardiging kunnen worden toegerekend.

Vorderingen en overlopende activa

De vorderingen worden gewaardeerd tegen nominale waarde. Voor verwachte oninbaarheid is een voorziening in mindering gebracht. De voorziening wordt statisch bepaald op basis van de geschatte inningskansen.

Liquide middelen en overlopende posten.

Deze activa worden tegen nominale waarde opgenomen.

Voorzieningen

Voorzieningen worden gewaardeerd op het nominale bedrag van de betrokken verplichting c.q. het voorzienbare verlies. De pensioenverplichting ten behoeve van de wethouders is echter tegen de contante waarde van de (reeds opgebouwde) toekomstige uitkeringsverplichtingen gewaardeeerd.

De wachtgeldverplichtingen voormalige wethouders zijn eveneens tegen contante waarde van de toekomstige uitkeringsverplichtingen gewaardeerd.

Vaste schulden

Vaste schulden worden gewaardeerd tegen de nominale waarde verminderd met gedane aflossingen. De vaste schulden hebben een rentetypische looptijd van één jaar of langer.

De waardering van de verplichting uit hoofde van de financial leasing van de vervoermiddelen vindt plaats tegen de contante waarde van de contractueel verschuldigde leasetermijnen.

Vlottende passiva

De vlottende passiva worden gewaardeerd tegen de nominale waarde.

Borg- en Garantstellingen

Voor zover leningen door de gemeente gewaarborgd zijn, is buiten telling het totaalbedrag van de geborgde schuldrestanten per einde boekjaar opgenomen. Overigens is in de toelichting op de balans nadere informatie opgenomen.

Toelichting op de balans per 31 december 2019

(bedragen x € 1.000)

ACTIVA

VASTE ACTIVA

Immateriële vaste activa

De immateriële vaste activa bestaan uit de volgende onderdelen:

Boekwaarde 31-12-2019

Boekwaarde 31-12-2018

Kosten onderzoek en ontwikkeling voor

een bepaald actief 42 118 Bijdragen aan activa in eigendom van

derden 209 224

Totaal 251 342

Onderstaand overzicht geeft het verloop van de weer van de immateriële vaste activa gedurende het jaar 2019

Boekwaarde

31-12-2018 Herrubricering Investeringen Desinvesteringen Afschrijvingen Bijdragen van

derden Afwaarderingen Boekwaarde 31-12-2019 Kosten onderzoek en ontwikkeling voor

een bepaald actief € 118 - 335 401 - 10 - 42 Bijdragen aan activa in eigendom van

derden 224 - - - 15 - - 209

Totaal 342 - 335 401 15 10 - 251

De kosten voor onderzoek en ontwikkeling van het project Olstergaard is overgeboekt naar de voorraden onderhanden werk.

Dit grondexploitatieproject is geopend bij raadsbesluit d.d. 2 december 2019.

De belangrijkste in het boekjaar gedane investeringen staan in het hierna opgenomen overzicht vermeld. Per investering staat het ter beschikking gestelde krediet aangegeven, het in 2019 daadwerkelijk bestede bedrag en het totaalbedrag dat tot en met 2019 ten laste van het krediet is gebracht.

Beschikbaar Werkelijk Cumulatief

gesteld krediet besteed in 2019 besteed t/m 2019 Meente Noord € 45 € 14 42 Zonnekamp Oost (proeftuin)/Olstergaard € 275 € 321 411

Materiële vaste activa

De materiële vaste activa bestaan uit de volgende onderdelen:

Balanswaarde per 31-12-2019

Balanswaarde per 31-12-2018 Investeringen met een economisch nut € 23.404 € 23.917 Investeringen met een economisch nut,

waarvoor ter bestrijding van de kosten een heffing kan worden geheven

6.240

€ € 6.512 Investeringen in de openbare ruimte met

maatschappelijk nut € 8.665 € 8.357 In erfpacht uitgegeven gronden € 29 € 29

Totaal € 38.338 € 38.815

De investeringen met een economisch nut kunnen als volgt worden onderverdeeld:

Balanswaarde per 31-12-2019

Balanswaarde per 31-12-2018 Gronden en terreinen € 4.814 € 4.819 Woonruimten € - € -Bedrijfsgebouwen € 16.623 € 16.800 Grond-, weg- en waterbouwkundige

werken € - €

-Vervoermiddelen € 127 € 165 Machines, apparaten en installaties € 42 € 82 Overige materiële vaste activa € 1.798 € 2.051

Totaal € 23.404 € 23.917

Het hierna opgenomen overzicht geeft het verloop van de boekwaarde van de overige investeringen met een economisch nut weer:

Boekwaarde 31-12-2018

Stand voorziening per

31-12-2018

Balanswaarde

31-12-2018 Herrubricering Investeringen

Des-investeringen Afschrijvingen Bijdragen van

derden Afwaarderingen Boekwaarde 31-12-2019

Stand voorziening per

31-12-2019

Balanswaarde 31-12-2019 Gronden en terreinen 5.569 750 4.819 75 155 - - - 5.489 675 4.814 Woonruimten - - - - - - - - - -Bedrijfsgebouwen 16.800 16.800 426 - 603 - - 16.623 - 16.623 Grond-,weg- en waterbouwkundige

werken - - 3 - - 3 - - - -Vervoermiddelen 165 165 - - 38 - - 127 - 127 Machines, apparaten en installaties 82 82 - - 40 - - 42 - 42 Overige materiële vaste activa 2.051 2.051 - - 253 - - 1.798 - 1.798

Totaal 24.667 750 23.917 - 504 155 934 3 - 24.079 675 23.404

Onder bijdragen van derden zijn de bijdragen van derden opgenomen die direct gerelateerd zijn aan de investering. Onder de afwaarderingen staan de afwaarderingen vermeld wegens duurzame waardeverminderingen.

De belangrijkste in het boekjaar gedane investeringen staan in het hierna opgenomen overzicht vermeld.

Beschikbaar Werkelijk Cumulatief gesteld krediet besteed in 2019 besteed t/m 2019 Brandweergarage Wesepe € - 501 501 Passantenhaven € - 3 3

Totaal - 504 504

Het hierna opgenomen overzicht geeft het verloop van de boekwaarde van de investeringen met een economisch nut, waarvoor ter bestrijding van de kosten een heffing kan worden geheven weer:

Boekwaarde

31-12-2018 Investeringen Des-investeringen Afschrijvingen Bijdragen van

derden Afwaarderingen Boekwaarde 31-12-2019 Overige materiële vaste activa 6.512 180 28 328 96 - 6.240

Onder bijdragen van derden zijn de bijdragen van derden opgenomen die direct gerelateerd zijn aan de investering. Onder de afwaarderingen staan de afwaarderingen vermeld wegens duurzame waardeverminderingen.

De belangrijkste in het boekjaar gedane investeringen staan in het hierna opgenomen overzicht vermeld.

Beschikbaar Werkelijk Cumulatief tlv gesteld krediet besteed in 2019 besteed t/m 2019 Afvalstoffen 235 52 251 Riolering 1.229 128 1.061 Totaal 1.464 180 1.311

De investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut kunnen als volgt worden onderverdeeld:

Boekwaarde per 31-12-2019

Boekwaarde per 31-12-2018 Grond-, weg- en waterbouwkundige

werken 6.576 6.401

Overige materiële vaste activa 2.089 1.956

Totaal 8.665 8.357

Om inzicht te geven in het deel van de activa dat wel vergelijkbaar is qua systematiek wordt in het verloopoverzicht een scheiding aangebracht tussen welk bedrag volgens de nieuwe systematiek is verantwoord en welk deel volgens een andere systematiek. De boekwaarde van de investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut had het volgende verloop:

Boekwaarde

31-12-2018 Investeringen Des-investeringen Afschrijvingen Bijdragen van

derden Afwaarderingen Boekwaarde 31-12-2019 Maatschappelijk nut vóór 2017

Grond-,weg- en waterbouwkundige

werken 6.212 32- - 393 - - 5.787 Overige materiële vaste activa 1.835 43 - 99 13 - 1.766

Subtotaal 8.047 11 - 492 13 - 7.553

Maatschappelijk nut vanaf 2017

Grond-, weg- en waterbouwkundige

werken 189 647 - 12 35 - 789 Overige materiële vaste activa 121 219 - 8 9 - 323

Subtotaal 310 866 - 20 44 - 1.112

Totaal 8.357 877 - 512 57 - 8.665

Onder bijdragen van derden zijn de bijdragen van derden opgenomen die direct gerelateerd zijn aan het betrokken actief. Onder de afwaarderingen staan de afwaarderingen vermeld wegens duurzame waardeverminderingen.

De volgende investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut zijn in het boekjaar geactiveerd.

Beschikbaar Werkelijk Cumulatief tlv

gesteld krediet besteed in 2019 besteed t/m 2019 Wegen c.a. 6.181 588 1.622 Openbare verlichting 487 209 330 Recreatie en Toerisme 151 80 125 Totaal 6.819 877 2.076

Financiële vaste activa

Het verloop van de financiële vaste activa gedurende het jaar 2019 wordt in het hierna opgenomen overzicht weergegeven:

Boekwaarde 31-12-2018

Stand voorziening per

31-12-2018

Balanswaarde

31-12-2018 Investeringen

Des-investeringen

Afschrijvingen / aflossingen

Boekwaarde 31-12-2019

Stand voorziening per

31-12-2019

Balanswaarde 31-12-2019

Kapitaalverstrekkingen aan:

- deelnemingen 74 - 74 - - - 74 - 74 - gemeenschappelijke regelingen - - - - - - - - - overige verbonden partijen - - - - -

-Langlopende leningen aan:

- openbare lichamen 1.029 - 1.029 - - 528 501 - 501 - woningbouwcorporaties 6.886 6.886 - - 462 6.424 6.424 - deelnemingen 296 - 296 - - 100 196 - 196 - overige verbonden partijen 365 - 365 - - 121 244 - 244 Overige langlopende leningen 1.517 - 1.517 5 - 28 1.494 - 1.494 Totaal 10.167 - 10.167 5 - 1.239 8.933 - 8.933

VLOTTENDE ACTIVA

Voorraden

De in de balans opgenomen voorraden worden uitgeslpitst naar de volgende categorieën:

Onderhanden werk: waaronder gronden in

Van de bouwgronden in exploitatie kan van het verloop in 2019 het volgende overzicht worden weergegeven:

Boekwaarde

31-12-2018 Herrubricering Investeringen Opbrengsten Aanwending

voorziening Winstuitname Boekwaarde 31-12-2019

Complex Zonnekamp West is conform raadsbesluit d.d. 04-11-2019 afgesloten in 2019. De nog te realiseren verkoopopbrengst ad € 226.480 is opgenomen als boekwaarde onder voorraad gereed product op de balans.

Complex De Enk is conform raadsbesluit d.d. 16-12-2019 afgesloten in 2019.

Verder is projecten Olstergaard toegevoegd. Dit complex is geopend bij raadsbesluit d.d. 2 december 2019.

Gereed product en handelsgoederen Boekwaarde

31-12-2018 Stand Voorziening 31-12-2018

Balanswaarde

31-12-2018 Herrubricering Investeringen Opbrengsten Afschrijvingen Boekwaarde 31-12-2019

Complex Zonnekamp West is conform raadsbesluit d.d. 04-11-2019 afgesloten in 2019. De nog te realiseren verkoopopbrengst ad € 226.480 is opgenomen als boekwaarde onder voorraad gereed product op de balans.

Voor een nadere toelichting op de grondexploitatie wordt verwezen naar de toelichting op het programma/het jaarverslag en de paragraaf grondbeleid.

Boekwaarde 31-12-2019

Boekwaarde 31-12-2018

Uitzettingen met een rentetypische looptijd korter dan één jaar

De in de balans opgenomen uitzettingen met een looptijd van één jaar of minder kunnen als volgt gespecificeerd worden:

Boekwaarde Uitzettingen in ’s Rijks schatkist met een rentetypische looptijd

korter dan één jaar 1.299 - 1.299 -Overige vorderingen 1.332 580 752 719

Totaal 3.035 580 2.455 1.082

Drempelbedrag Schatkistbankieren (SKB)

1e kwartaal 2019 2e kwartaal 2019 3e kwartaal 2019 4e kwartaal 2019

Op dagbasis buiten 's Rijks schatkist gehouden middelen 228 241 233 259 Drempelbedrag 332 332 332 332

Ruimten binnen limiet (+), overschrijding (-) € 104 € 91 € 99 € 73

Liquide middelen

Het saldo van de liquide middelen bestaat uit de volgende componenten:

Boekwaarde

De post overlopende activa kan als volgt onderscheiden worden:

De van de Europese en Nederlandse overheidslichamen nog te ontvangen voorschotbedragen die ontstaan door voorfinanciering op uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel uitgesplitst naar de nog te ontvangen bedragen van:

- Europese overheidslichamen -

-- Het Rijk - 29

- Overige Nederlandse overheidslichamen 34 30 Overige nog te ontvangen bedragen, en de vooruitbetaalde bedragen

die ten laste van volgende begrotingsjaren komen 3.234 3.644

Totaal 3.268 3.703

De in de balans opgenomen van het Rijk nog te ontvangen voorschotbedragen die zijn ontstaan door voorfinanciering op uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel kunnen als volgt worden gespecificeerd:

Saldo 31-12-2018 Toevoeging Ontvangen bedragen Saldo 31-12-2019 Ministerie van SZW; BUIG vangnetregeling 11 - 11

Uitzettingen met een rentetypische looptijd korter dan één jaar

De in de balans opgenomen uitzettingen met een looptijd van één jaar of minder kunnen als volgt gespecificeerd worden:

Boekwaarde Uitzettingen in ’s Rijks schatkist met een rentetypische looptijd

korter dan één jaar 1.299 - 1.299 -Overige vorderingen 1.332 580 752 719

Totaal 3.035 580 2.455 1.082

Drempelbedrag Schatkistbankieren (SKB)

1e kwartaal 2019 2e kwartaal 2019 3e kwartaal 2019 4e kwartaal 2019

Op dagbasis buiten 's Rijks schatkist gehouden middelen 228 241 233 259 Drempelbedrag 332 332 332 332

Ruimten binnen limiet (+), overschrijding (-) € 104 € 91 € 99 € 73

Liquide middelen

Het saldo van de liquide middelen bestaat uit de volgende componenten:

Boekwaarde

De post overlopende activa kan als volgt onderscheiden worden:

De van de Europese en Nederlandse overheidslichamen nog te ontvangen voorschotbedragen die ontstaan door voorfinanciering op uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel uitgesplitst naar de nog te ontvangen bedragen van:

- Europese overheidslichamen -

-- Het Rijk - 29

- Overige Nederlandse overheidslichamen 34 30 Overige nog te ontvangen bedragen, en de vooruitbetaalde bedragen

die ten laste van volgende begrotingsjaren komen 3.234 3.644

Totaal 3.268 3.703

De in de balans opgenomen van het Rijk nog te ontvangen voorschotbedragen die zijn ontstaan door voorfinanciering op uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel kunnen als volgt worden gespecificeerd:

Saldo 31-12-2018 Toevoeging Ontvangen bedragen Saldo 31-12-2019 Ministerie van SZW; BUIG vangnetregeling 11 - 11 -Ministerie van SZW; BBZ 18 - 18

-Totaal 29 - 29

-De in de balans opgenomen van overige Nederlandse overheidslichamen nog te ontvangen voorschotbedragen die zijn ontstaan door voorfinanciering

-De in de balans opgenomen van overige Nederlandse overheidslichamen nog te ontvangen voorschotbedragen die zijn ontstaan door voorfinanciering

In document Olst-Wijhe, mei 2020 zaaknr.: Jaarstukken (pagina 111-133)