• No results found

1). de dag na dien van dagteekening der J. c , b.v.: III : 1;

IV : 1; IX : 6; XI : 1, 2, 3, 4, 5; XV : 1, 3; XVI : 1, 2;

XVII : 1, 5; XVIII : 1 (alle uit de J. c. van 1922).

2). de dertigste dag na dien van dagteekening der J . c , b.v.:

II : 1, 2, 3, 4; V : 1; VI : 1; VII : 1, 2, 3, 4, 5; VIII : 2, 3, 4, 5; X : 4; XII : 2; XV : 2; XVII : 2, 3, 4: XIX : 4 en XXII : 3 (eveneens alle uit de J. c. van 1922).

3). de veertiende dag vermelden de verordeningen: XII : 3, 4 , 5 .

4). de een en twintigste dag de verordening: VIII : 10.

*) Opmerking verdient, dat Woesthoff bij zijn onderzoek, omstreeks 1904,

„geen politiereglementen (heeft) kunnen vinden, waarin niet de dag, na welks verstrijken de keur zal beginnen te werken, is genoemd". Kleintjes, Staats-instellingen van Nederlandsen Indië *, I I , blz. 38, meent dit eveneens.

5). drie weken: VIII : 8 en 14.

6). de zestigste dag: VIII : 12; XIII : 7 en 10; XVII : 6 en 7 en XXI : 1.

7). de negentigste dag: X : 1, 2, 3, 5; XI : 23, 24, 25;

XX : 3, 4, 6, 8, 9.

8). de honderdste dag: XIII : 1, 2, 3, 4, 8, 9.

9). de twee honderdste dag: XI : 6.

10). de drie honderd vijf en zestigste dag na afkondiging:

XII : 5, voor zoover betreft eenige bepalingen, die niet op den veertienden dag na afkondiging zouden gaan werken.

De keur II : 7 noemt als datum van inwerkingtreding:

11). de 365-ste dag na het inwerkingtreding van een ge-deelte dier verordening, dat reeds na dertig dagen ging werken.

12). Een vasten datum noemen de verordeningen: VIII : 4 (1 Jan. '23); XI : 26 (19 Mei '26, dag, waarop nr. 25 in werking trad); XIII : 12 (1 Jan. '26); XVIII : 6 (1 Jan. '25, afgek. 16 Jan. '25); XIX : 12, 13, 15, 16 (resp. 1 Oct. '26, 1 Juli '26 (afgekond. 24 Aug. '26), 1 Jan. '27 en 1 Jan. '27);

XX : 11 (1 Jan. '26).

13). Eenige andere verordeningen noemen nog als tijdstip van inwerkingtreding den eersten dag van de maand volgend op die, waarin afkondiging plaats vond, b.v.: III : 4;

XIX : 2, 3; andere weer den eersten van de tweede of vierde maand na dat tijdstip; b.v.: XIX : 11 en XIX : 1.

14). De verordeningen XVIII : 2, 3; XIX : 8 bepalen, dat zij in werking treden op den dag van uitgifte der J. c , waar-in zij zijn opgenomen. Naar onze meenwaar-ing is deze termijn geheel en al te kort, daar voor een behoorlijke bekendmaking in het gewest, waar zij zullen gelden, geen gelegenheid be-staat, wat niet in het belang kan zijn van een goede rechts-zekerheid der bevolking. Buitendien zal de betreffende ver-ordening dan al dikwijls in werking getreden zijn, voordat

\

nog het hoofd van gewestelijk bestuur zelf kennis daarvan heeft. In het geval XIX : 8, waar het geldt het intrekken van een geldende verordening, kan tegen het met spoed in-trekken geen bezwaar bestaan, en het zou in dergelijke ge-vallen aanbeveling verdienen, die inwerkingtreding steeds ten spoedigste te doen plaats hebben.

15). Het gewest Nieuw-Guinee werd als zoodanig opge-heven met ingang van 1 April 1924. De wnd. resident van Nieuw-Guinee (de resident van Amboina) stelde op 18 Jan. '24 vast de verordeningen XIV : 2 & 3, die afgekondigd werden in de J. c. van 8 Juli '24. Beide verordeningen traden in werking op den dag na dien van afkondiging en werkten, behoudens de strafbepalingen, terug tot 1 April van dat jaar.

Een dergelijk geval voor Riouw (XVI : 3): De verpachting van het uitvoerrecht op sago wordt opgeheven en het recht in eigen beheer genomen; in het vervolg moet elke lading sago, die voor uitvoer bestemd is, voorzien zijn van een uitvoerconsent. Deze keur, die afgekondigd is in de J. c.

1924 : 31 van 15 April '24, treedt in werking op den dag na afkondiging en werkt, behoudens de strafbepalingen, terug tot 1 April '24. Wellicht, dat met ingang van dien datum de pachttermijn afliep en de verplichting van het hebben van een uitvoerconsent reeds met ingang van 1 April inging en nu in deze keur haar sanctie vindt.

Een verordening voor Sumatra's Westkust (XIX : 15) op-genomen in de J. c. 1926 : 83 treedt in werking op 1 Jan.

1927, maar een art. 26, waarbij twee vorige gelijknamige verordeningen (XIX : 12 en 13) worden ingetrokken, werkt terug tot 1 Juli '26, den dag, waarop nr. 13 in werking-heette te zullen treden (datum van de J. c. waarin nr. 13 werd opgenomen: 24 Aug. '26), terwijl nr. 12 eerst in werking zou treden met ingang van 1 Oct. '26.

De „panglongkeur" voor Sumatra's Oostkust (XVIII : 6),

die geen keur, maar een legislatief residentsbesluit-in den vorm van een keur is, werd vastgesteld 18 November '24, noemde zich in werking te zullen treden op 1 Januari '25, maar werd eerst afgekondigd op 16 Januari (J. c. nr. 5) van dat jaar.

Hoewel wij niet meenen, dat een inwerkingtreding met terugwerkende kracht voor residentsverordeningen verboden zou zijn, behoudens zoover betreft de strafbepalingen (vgl.

Swb. artikel 1), kunnen wij — ook in deze gevallen — de wenschelijkheid of de noodzakelijkheid van die bepaling niet inzien.

In het geval van tweemaal opnemen in de J . c. van een keur („apenkeur" voor Ternate in de J. c. 1922 : 33 en 34) meenen wij, in overeenstemming met de gangbare meening, de eerste opneming als afkondiging te moeten beschouwen.

Het „Herplaatst wegens misstelling" vond hierboven (blz. 9) bespreking; waar wij in geen der beide gevallen met een eenvoudige herafkondiging te maken hebben, maar in het eerst genoemde geval een onderteekening, in het tweede geval een ander gewicht in de tweede opneming in de J. c. vermeld staat, moeten wij de tweede opneming als afkondiging beschouwen.

Slordig is het bepaalde inzake het inwerkingtreden van het Waterleidingreglement voor Sumatra's Westkust (XIX : 7). Artikel 1 daarvan bepaalt: „Deze verordening is van kracht voor alle gouvernementsdrinkwaterleidingen, welke bij afzonderlijke bekendmaking daartoe worden aan-gewezen". Artikel 34 luidt daarentegen: „Dit reglement treedt

in werking met ingang van den dertigsten dag na dien van de Javasche courant, waarin de afkondiging heeft plaats ge-had en is van kracht voor alle waterleidingen in het gewest, welke niet in beheer zijn overgedragen aan een locaal

ressort". De nauwkeurige aanduiding van artikel 34 is in strijd met het bepaalde in artikel 1, welk artikel bepaalt, dat niet in dit reglement, maar later bij een residentsbesluit vast-gesteld zal worden voor welke waterleidingen deze verorde-ning zal gelden.

Naast de zoo juist besproken strijdigheid tusschen be-palingen van een zelfde verordening nopens het in werking-treden daarvan, bevat het hieronder volgende een voorbeeld van onmogelijkheid van het in werking treden van eene be-paling, daar de begrenzing van haar werkingssfeer nog niet is vastgesteld.

De verordening op het bouwen en sloopen voor het gewest Celebes en Onderhooiïgheden (IX : 12) noemt zich in werking te zullen treden op den dertigsten dag na afkondiging.

Artikel 3 houdt in een verbod „om binnen de grenzen der afdeelings- en onderafdeelingshoofdplaatsen (door het h.v.g.b.

aan te wijzen), te bouwen en te sloopen" zonder vergunning.

In een noot daarbij staat aangegeven, dat de grenzen dier plaatsen nog moeten worden vastgesteld. Vaststelling van die grenzen kan o. i., voor zoover betreft de werkingssfeer van gewestelijke verordeningen, gerust door het hoofd van ge-westelijk bestuur geschieden; naar onze meening mag die begrenzing zelfs afwijken van mogelijk reeds door den G. G.

bij gouvts.-besluit vastgestelde.

Stuk 3: Periodieke bekendmaking.

Dit onderwerp vond regeling bij Stbl. 1925 nr. 70, dat Stbl. 1858 nr. 17 aanvulde met een artikel 8, luidende:

J) De Hoofden van gewestelijk bestuur verklaren eenmaal in de vijf jaren, voor de eerste maal in het jaar 1925, tengevolge van een algemeene herziening, welke van de door hen vastgestelde reglementen en keuren van politie, tegen welker overtreding straf is bedreigd, nog zullen gelden.

2) Dit geschiedt bij eene verordening, vermeldende de titels der geldende reglementen en keuren van politie, zoomede den datum van de Javasehe Courant, waarin zij zijn geplaatst, dan wel bij gedeeltelijke handhaving van die regelingen, de bepalingen, welke nog zullen gelden.

::) De in de herzieningsverordening niet vermelde reglementen en keuren van politie of, in geval van gedeeltelijke handhaving, de niet vermelde bepalingen dier reglementen en keuren zijn ver-vallen ! ).

Niet alleen heeft uitvoering van de opdracht genoemd