• No results found

Affectieve arbeid binnen crowdfunding

3. Dataverzameling en -analyse

4.2 Affectieve arbeid binnen crowdfunding

Relaties opbouwen kan op allerlei verschillende manieren, en is zoals eerder benoemd van groot belang bij crowdfunding. Het gaat binnen crowdfunding namelijk niet alleen om de eenmalige donatie die een donateur doet, maar om het gehele proces; van de bekendmaking van de crowdfundingactie tot een bioscoopvertoning van de film. Gezien dit proces langdurig is, worden er relaties opgebouwd tussen maker en gevers. Relaties komen niet zomaar tot stand. Makers moeten zelf allerlei handelingen uitvoeren om deze

‘echte’ relatie te verwezenlijken: hierbij wordt affectieve arbeid gebruikt. Deze handelingen doen zich voor in verschillende facetten binnen het crowdfundingproces, van de voorbereiding tot de afhandeling van het project. Zo zijn er allerlei strategische en praktische overwegingen die in verschillende fases van het project worden gemaakt. In deze sectie zal worden besproken hoe de verschillende vormen van affectieve arbeid zichtbaar zijn in de handelingen die makers verrichten rondom het doel, de doelgroepen, en andere handelingen binnen een crowdfundingproject.

4.2.1 Impact

Veel makers van maatschappelijk gethematiseerde documentaires hebben als doel van hun film om impact te maken. Dit onderwerp is in deze interviews veel meer naar voren gekomen dan in de interviews met makers van lokaal gethematiseerde documentaires. Een reden hiervoor kan zijn dat het maken van impact vaak een doel is van maatschappelijk gethematiseerde films: het maken van impact gaat hand in hand met het onderwerp. Zo geldt dit ook voor Irma, die het maken van impact zelfs belangrijker vindt dan de film zelf: “Ik vind het belangrijk dat je met films een maatschappelijk issue ter sprake kunt brengen, of in ieder geval kunt aanstippen om van daaruit de film in te zetten om als spiegel, zeg maar om dialoog te verbinden.”

Met het gebruik van crowdfunding ontstaat niet alleen de dialoog na het zien van de film, maar kan deze zich ook al ontwikkelen voor het bestaan van de film. Er zijn meerdere manieren om deze impact duidelijk te maken tijdens de beginfase van het crowdfunden, waarbij de vormen van affectieve arbeid op verschillende manieren worden ingezet.

Opvallend was dat ‘het maken van impact’ in de interviews relatief veel samen genoemd werd met persoonlijke motivatie (Appendix D). Een voorbeeld hiervan is het project van Nathalie. Zij maakte een documentaire over mentale gezondheid en problemen in de GGZ. “Statistisch gezien krijgt het overgrote gedeelte van de bevolking wel eens te maken met deze problematiek in zijn leven. Maar in verhouding wordt er dus eigenlijk helemaal niet zoveel over gepraat. Dus wat ik, wat mijn oogmerk was, was om die mensen die daar wel mee te maken krijgen maar er niet over durven te praten, of over willen praten, of dat niet doen vanwege hun omgeving bijvoorbeeld. Want er is gewoon een zwijg cultuur. En met zo'n film als deze, en zo'n project als dit breek je eigenlijk die zwijg cultuur en adresseer je die.” Het project van Nathalie was gericht op het maken van impact, en daarbij speelde haar persoonlijke motivatie en achtergrond een grote rol.

Dit kwam onder andere naar voren via haar wervingsvideo op CineCrowd, die tijdens de exploratieve analyse is bekeken. Hierin doen makers door middel van een kort filmpje een oproep tot doneren. Zo vertelde ze op haar projectpagina bijvoorbeeld over haar eigen ervaringen omtrent mentale gezondheid, wat een duidelijk voorbeeld is van intieme affectieve arbeid: “Ik heb het best wel over de boeg gegooid van mijn persoonlijke verhaal erachter. Mijn motivatie. Ik denk dat dat ook best wel geholpen heeft, omdat dat niet per se iets is wat heel veel mensen over mij wisten. Maar dat is ja, dat geeft toch wel, denk ik, mensen een prikkel.” Nathalie deelt hier een privé gebeurtenis met een groot publiek, om hier donateurs op een bepaalde manier mee te raken en hen aan haar te binden.

Naast intieme affectieve arbeid is er bij Nathalie ook een overlap met affectieve arbeid in verschijning en relationele affectieve arbeid te zien. Zo is affectieve arbeid in verschijning zichtbaar in een van de redenen waarom ze ervoor kiest om haar verhaal te delen. “Practice what you preach, weet je wel. Als ik pleit voor meer openheid omtrent mentale problematiek dan siert het mij niet om daar zo alleen iemand anders voor mijn karretje te spannen en het zelf niet te doen.” Ze weet dat haar verhaal aansluit op het onderwerp en ervoor kan zorgen dat men de authenticiteit in haar intenties kan voelen. Ze voegt eraan toe dat het laten zien van zo’n persoonlijke kant werkt om dichter tot donateurs te komen: “Je creëert sympathie bij mensen, weet je wel. Je laat zien dat je ook een offer brengt, want het is niet, het is niet makkelijk om er op die manier over te praten.” Naast de morele reden om dit deel van haarzelf met potentiële donateurs te delen heeft het ook strategische doeleinden, waarin relationele affectieve arbeid naar voren komt. Zo vertelde ze half grappend dat het “wel eng was, maar ze dacht aan de euro signs en dat maakte het wel makkelijker.” Het delen van haar persoonlijke verhaal zorgt ook voor meer donaties, en uiteindelijk dus tot een geslaagd

crowdfundingproject. Dit voorbeeld laat zien dat de verschillende vormen van affectieve arbeid niet per se apart van elkaar bestaan, maar elkaar ook kunnen beïnvloeden en er overlap kan bestaan tussen de

verschillende vormen.

Tijdens de exploratieve analyse was ook een kort persoonlijk verhaal op de projectpagina van Jeroen bekeken. Hij heeft een documentaire gemaakt over euthanasie bij vergevorderde dementie. Op zijn

projectpagina vertelt hij dat hij op jonge leeftijd ook bij het overlijden van zijn opa is geweest, maar dat euthanasie toen nog niet mogelijk was. Hij vindt nabijheid tussen hem en donateurs erg belangrijk, en de manier waarop hij dit uit is een vorm van intieme affectieve arbeid. Zo deelt hij bijvoorbeeld met donateurs hoe het onderwerp hem raakt en hoe hij er mee bezig is: “Het is niet zo dat het voor jezelf ook, dat het alleen maar werk is of zo. Door je persoonlijke betrokkenheid voelen andere mensen dat ook denk ik. Dat is ook wel een beetje wat je in de trailer ook wel terug ziet. Het is nabij, het is geen afstandelijk werk. Absoluut niet.” Deze persoonlijke betrokkenheid komt ook terug in zijn communicatie naar donateurs toe. “Op gegeven moment heb ik ook een shot gedeeld, die is niet in de film gekomen, maar dat de patiënt mijn hand vastpakt en hem best lang vast houdt en me heel lang aankijkt terwijl ik helemaal geen contact met hem had eigenlijk. Was voor het eerst dat ik voelde dat er een soort connectie was. Die hij misschien niet zo voelde, maar voor mij voelde die zo. Dus voor mij was dat een heel bijzonder moment, en dat heb ik dan wel ook gedeeld later in de campagne een keer … Dus daar probeer ik mensen wel een soort deelgenoot van te maken.” Het delen hiervan is een vorm van intieme affectieve arbeid, omdat er intieme informatie wordt gedeeld om zo nabijheid te creëren voor donateurs. Deze gebeurtenis is uiteindelijk dus alleen gedeeld met donateurs, en niet het hele publiek van de film. Dit brengt maker en donateur een stap dichter bij elkaar.

4.2.2 Doelgroepen: de rol van community en de directe omgeving Community

Er is in de interviews met de makers van lokaal gethematiseerde documentaires vaker gesproken over communities dan in die met maatschappelijk gethematiseerde documentaires. Voor makers van lokaal gethematiseerde documentaires is de community van groot belang: zowel in de rol van het publiek voor het eindproduct als in de rol van potentiële donateur. Ook Jonas, die zijn film over een activistische groep maakte, merkte dat deze groep niet alleen een publiek voor zijn film kon zijn maar ook een bron was om financiële middelen uit te putten: “Het is een redelijk actieve groep dus we zijn ook hun gaan benaderen. En ja, ze hebben niet zoveel geld, maar we hebben via hen toch nogal wat geld binnen gekregen.” Hij merkte ook dat juist doordat het zo’n niche onderwerp is, hij zich voor het ophalen van donaties erg moest focussen op mensen die hier al affiniteit mee hadden: “Het is zo’n abstract verhaal, daar ga je hier in Nederland niet per se een goed gesprek over voeren of zo. Nee. Dat is toch meer echt wel meer op niche groepen gericht, en op mensen die zich er echt wel heel erg hard voor willen maken en het interessant vinden. Maar algemeen gezien gaan mensen hier niet heel veel om geven.”

Nathan maakte een film over de inwoners van een klein Nederlands dorp. Voor deze inwoners, die al op leeftijd waren, heeft Nathan ervoor gezorgd dat zij via een papieren machtiging (en dus niet online) konden doneren aan het project: “Maar dat was dus ook een van de dingen dat echt zorgt voor binding, want die gingen gewoon door de brievenbus hè. En die mensen die kwamen het dan weer inleveren bij mijn collega, want het is zo klein dat mensen ze gewoon aan hem teruggaven. Dan had je zeg maar een lopende band dat mensen heel erg benieuwd en geïnteresseerd waren.” Deze papieren machtiging is een goed voorbeeld van affectieve arbeid in verschijning; de maker weet dat de doelgroep niet bekend is met online machtigingen, dus wordt er een papieren machtiging geregeld waarvan hij weet dat dit wél een bekend medium is voor de doelgroep. Hiermee signaleert hij dat hij de doelgroep begrijpt, kent, en weet wat zij prettig vinden. Zo zorgt Nathan voor een mate van vertrouwen vanuit de bewoners in hem en zijn project.

Zoals eerder benoemd kan community ook belangrijk zijn als publiek voor de film. Dit merkte Laura ook toen haar film af was. Haar film ging over een kunstcollectief. Binnen deze gemeenschap was het bekend dat zij een film over hen ging maken, en zij krijgt nog steeds af en toe vragen of opmerkingen over de film te horen: “Iedereen binnen de community was op de hoogte van de documentaire. En ik ben ook nog lid van wat Facebook groepen van de documentaire, waar ik soms word getagged of ik krijg een bericht van, hey, leuke documentaire, ik ontdek het nu net, kan je me een link (om de film te bekijken) sturen?” Deze nabijheid tussen maker en publiek is een vorm van intieme affectieve arbeid. Laura is makkelijk te bereiken en het publiek voelt zich nabij genoeg om haar persoonlijk te vragen voor een link.

Ambassadeurs

Hoewel er bij zowel maatschappelijk als lokaal gethematiseerde documentaires sprake is van een bepaalde community, is er in de interviews alleen met makers van maatschappelijk gethematiseerde films gesproken over ambassadeurs. Ambassadeurs worden door de respondenten gezien als personen die representatief zijn voor een bepaalde boodschap en deze verder uit kunnen dragen aan hun netwerk. In het geval van maatschappelijk gethematiseerde documentaires gaat het dan vooral om het uitdragen van het probleem dat in de film wordt behandeld. Hier is sprake van relationele affectieve arbeid, gezien het zoeken

naar ambassadeurs en de verbinding die met hen wordt gecreëerd meestal bedoeld is om meer bekendheid rondom het project te krijgen. Irma, die een film maakte over nieuwe woonvormen, had voor haar

crowdfundingactie bijvoorbeeld een ambassadeur die op nationale televisie verscheen: “We hebben ook ambassadeurs gevonden, bijvoorbeeld rijksbouwmeester Florian de Graaf, die zondag bij een talkshow op televisie was.” Via een ambassadeur is het mogelijk om niet alleen de crowdfunding onder de aandacht te brengen, maar ook het maatschappelijke probleem dat in de film besproken wordt. Ook voor Jeroen is het een manier om al betrokkenheid te creëren onder donateurs en al voor het eindproduct bestaat impact en bekendheid te genereren: “Je bent al betrokkenheid aan het zoeken van mensen, je probeert ambassadeurs te vinden die jouw boodschap mee uit willen dragen, dus terwijl je geld aan het verzamelen bent werk je al aan je doelstelling waar je de film ook voor maakt.” Hij heeft voor eerdere films ook al crowdfundingprojecten gedaan, en merkt dat ambassadeurs voor meerdere projecten lang bij hem blijven: “Dus je bouwt, merk ik, ook wel een soort volgers op. ’t Is beperkt hoor, maar er zijn mensen die echt heel actief volgen wat ik doe.

En die zijn ook tegelijkertijd je ambassadeurs. Dus dan vraag ik ook van joh, ik ga nu dit project beginnen, ik zie dat je op vorige projecten reageert, zou je actief mee willen delen? De berichten die ik over deze

crowdfunding doe? En zo maak je eigenlijk een soort poule van soort ambassadeurs die omdat ze het thema interessant vinden je eigenlijk gaan helpen. En zo kun je langzaam bouwen.” Het netwerk dat Jeroen heeft gecreëerd is een vorm van relationele affectieve arbeid, gezien zijn netwerk hem kan helpen het project verder te verspreiden. Echter heeft hij deels ook wel een vrij persoonlijke connectie met deze ambassadeurs, wat het ook een vorm van intieme affectieve arbeid maakt. In dit geval zijn ambassadeurs niet alleen

betrokken bij het onderwerp van één van zijn documentaires, maar zij zijn voornamelijk betrokken bij Jeroen zelf.

Inner circle

Naast ambassadeurs speelt de inner circle van de maker ook een grote rol bij crowdfundingprojecten.

Er wordt relatief veel gesproken over potentiële donateurs in combinatie met de inner circle (Appendix D).

De inner circle, oftewel de personen in de directe omgeving van de maker, zijn vaak de eerste personen die worden gevraagd om te doneren. Zo werd het voor het eerste project van Nathan zelfs expliciet aangeraden:

“Er was ons aangeraden om ongeveer die eerste 40% (van het streefbedrag) te laten doen door familie en vrienden. Want die kennen jou nog persoonlijk, dus die, ongeacht van wat het project is, gaan je wel

steunen.” Ook Jonas ervoer financiële steun van zijn naasten: “In eerste instantie krijg je natuurlijk vanuit je directe omgeving, dus je familie, vrienden en mensen die dichtbij staan al snel een hoop donaties. Alleen daar red je het dan natuurlijk niet mee. Wat ook goed is, want ik bedoel het moet niet, het moet geen liefdadigheidsproject zijn.” Ook benoemt Jeroen terecht dat er in de directe omgeving van een maker ook goede ambassadeurs kunnen zitten: "Want bij directe vrienden en familie zitten misschien ook wel weer hele fijne ambassadeurs die ook weer mensen kennen in hun netwerk waar het (onderwerp) belangrijk voor is. … Mensen in je eigen netwerk, al is het niet per se geld … Als een goede vriend van mij het deelt, kan het zo zijn dat zijn moeder dan toevallig met die thematiek te maken heeft of zo.” In dit geval is er sprake van relationele affectieve arbeid, omdat de maker via diens netwerk zoekt naar ambassadeurs die de boodschap en het project verder kunnen uitdragen.

Een nadeel aan donaties uit de inner circle is dat het bij makers de angst op kan wekken dat zij enkel vanuit liefdadigheid of medelijden donaties krijgen: deze factoren zijn vaak samen benoemd door de

respondenten. Velen van hen vinden de verhouding die tussen hen en hun naasten ontstaat ingewikkeld.

Laura voelde zich alsof ze aan het bedelen was bij haar familie: “Ik was bang, want het voelde toch een beetje alsof ik aan het bedelen was. Of nou ja, dat was de eerste associatie die ik erbij (bij crowdfunding) had.” Ook voor Jeroen was het soms lastig: “Maar, als het om familie en vrienden gaat, dan zit er altijd, ‘oh maar Jeroen, dat vinden we, die is weer met iets goeds bezig, of iets moois, die heeft hard geld nodig anders redt ‘ie het niet.’ Eerder vanuit medelijden, of weet ik het. Dat ik denk, nee, dat is het niet meer. Het is een zakelijke tool die je inzet waar nog steeds persoonlijke betrokkenheid in zit, maar die zit in je zakelijkheid.

Je probeert ook niet je familie of je vrienden als klanten te krijgen.” Bij het communiceren met en ontvangen van donaties van familie en vrienden is een aspect van affectieve arbeid in verschijning zichtbaar. Makers willen duidelijk hun eigen kennis en professionaliteit laten zien omtrent het project, maar niet zozeer met het doel om gevers te overtuigen van hun vaardigheden en kennis, gezien de directe omgeving meestal uit zichzelf al wil doneren. De professionaliteit wordt tentoongesteld om te laten zien dat donaties vanuit de directe omgeving juist niet per se nodig zijn: “Dus omdat je nou eenmaal m’n beste vriend, moeder of wat dan ook bent verwacht ik niet dat jullie daar aan bijdragen. Want daar zat vooral voor mij de bezwaar om te gaan crowdfunden. Dat ik in die inner circle zeg maar, dit is niet aan jullie gericht. Ik wil niet, het mag he, is prima, maar ik wil niet het gevoel hebben dat jullie dat moeten doen of zo … Dat wilde ik in ieder geval uitgesproken hebben tegen ze. Dan mogen ze zelf, als ze willen bijdragen, helemaal prima en helemaal goed zeg maar, superlief zelfs, maar dan weten ze in ieder geval dat ik er geen verwachtingen bij had.” Jeroen beïnvloedt de gevoelens van potentiële donateurs ten opzichte van het project, maar op een andere manier dan dat hij bij onbekende potentiële gevers zou doen. Hier komt een aspect van relationele affectieve arbeid naar voren: door te signaleren aan familie dat zijn projecten niet meer financieel ondersteund hoeven worden door hen, laat hij zien dat hij doorgroeit in zijn carrière. Daardoor kan hij meer cultureel kapitaal vergaren, terwijl hij bij andere donateurs meer in zou zetten op het vergaren van economisch kapitaal.

4.2.3 Handelingen en vaardigheden

Verwachtingsmanagement en open communicatie

Bij crowdfunding is er sprake van allerlei verschillende donateurs die allen verschillende meningen en verwachtingen hebben betreft het project. Voor makers kan dit ingewikkeld zijn, omdat zij niet altijd weten wat deze verwachtingen precies zijn en of zij deze verwachtingen wel waar kunnen maken. Omdat zij wel graag willen dat donateurs tevreden zijn over het eindproject zijn sommige respondenten veel bezig met het reguleren van de verwachtingen van donateurs: hier zijn vormen van affectieve arbeid zichtbaar. Makers proberen donateurs gedurende het hele crowdfundingproces op allerlei manieren al zoveel mogelijk te voorzien van informatie over de film, zodat zij realistische verwachtingen hebben van de documentaire.

Hierin is duidelijk te zien dat crowdfunding een proces is waarbij langdurig contact plaatsvindt tussen gever en maker. De respondenten die lokaal gethematiseerde documentaires maken, hebben deze verschillende

Hierin is duidelijk te zien dat crowdfunding een proces is waarbij langdurig contact plaatsvindt tussen gever en maker. De respondenten die lokaal gethematiseerde documentaires maken, hebben deze verschillende