• No results found

Actie 3 – Wegnemen van onveiligheidsgevoelens

5. LOKAAL TOEGEPASTE ACTIES

5.2 Actie 3 – Wegnemen van onveiligheidsgevoelens

Deze twee doelen vergen een verschillende aanpak die door de meeste gemeenten in één actie(week) is gegoten. Aan de ene kant is het brede publiek bewust gemaakt door middel van een publieke campagne met posters op straat, filmpjes op sociale en traditionele media, documentaires en podcasts. In de meeste gemeenten zijn geïnterviewden van mening dat zij hiermee het brede publiek hebben weten te bereiken en bewust hebben gemaakt van het messenbezit onder jongeren. Aan de andere kant zijn jongeren bereikt door middel van spreekuren met jongerenwerkers op scholen, gesprekken met boa’s en jeugdagenten op straat en tijdens culturele evenementen. De aanname van gemeenten is dat jongeren die messen dragen ook bereikt zijn met de publieke campagne, maar dit is niet onderzocht door gemeenten.

Sommige gemeenten benadrukken de risico’s van campagnes. Zij zijn van mening dat bewustwordingscampagnes ertoe kunnen leiden dat het gevoel van jongeren dat iedereen met een wapen op straat loopt wordt versterkt. Algemene campagnes, onvoldoende gericht op de doelgroep, zouden zo een averechts effect kunnen hebben.

Uitvoering

Hoewel elke gemeente aangaf het belang van het wegnemen van onveiligheidsgevoelens in te zien, gaven zij ook aan het lastig te vinden om concrete acties te ontwikkelen die specifiek dit doel diende.

Gemeenten hebben het wegnemen van onveiligheidsgevoelens vaak geïntegreerd in bestaand beleid, als onderdeel van ‘integraal werk’ zoals jongerenwerk. In vrijwel alle gemeenten wordt jongerenwerk gebruikt om de doelgroep te bereiken en om door gesprekken met de jongeren de onveiligheidsgevoelens te verminderen. De gemeenten zijn zich ervan bewust dat sommige jongeren wapens dragen om zich veiliger te voelen op straat. Deze jongeren zouden het gevoel hebben dat veel andere jongeren wapens dragen en dat zij onveiliger zijn zonder wapen of dat ze een wapen moeten dragen omdat iedereen het doet.

Jongerenwerk

Jongerenwerkers gaan in gesprek met jongeren over het dragen van wapens en de redenen hiervoor. In de meeste gemeenten werd deze methode al voor het actieplan gebruikt om kwetsbare jongeren te bereiken en te ondersteunen. In een gemeente waar jongerenwerk nog niet veel ervaring had met wapengeweld (Capelle aan den IJssel) zijn jongerenwerkers aangesteld om zich te richten op deze specifieke groep jongeren. Ook heeft een aantal gemeenten (Rotterdam, Amsterdam) extra jongerenwerkers aangenomen om de capaciteit van jongerenwerk te vergroten.

De jongerenwerkers zijn op sociale media, op straat, in jongerencentra en in scholen actief en praten hier met jongeren over hun leven en waar ze tegenaan lopen. Indien nodig worden ook thema’s als veiligheid en het dragen van wapens besproken. Ook zijn jongerenwerkers actief op sociale media en bereiken ze op deze manier de doelgroep.

Enkele gemeenten (Rotterdam, Barendrecht en Ridderkerk) rapporteerden dat het lastig is voor sommige jongerenwerkers om actief te zijn op sociale media omdat dit buiten de reguliere werkwijze ligt. Hierdoor missen ze een deel van de belevingswereld van jongeren en kunnen ze minder goed ingrijpen in het geval van dreigingen via sociale media.

Ook zijn er enkele kanttekeningen bij de inzet van jongerenwerk te plaatsen. In een rapport over de werking van jongerenwerk bij risicojongeren wordt benadrukt wat de uitdagingen zijn van het jongerenwerk in het verminderen van sociale problematiek.1 Vooral door de enorme verscheidenheid aan taken en verantwoordelijkheden van jongerenwerkers is de focus op de doelgroep (jongeren die wapens dragen en gebruiken) afwezig.

Jongerenwerkers houden zich niet specifiek bezig met deze risicogroep. Mede door de complexiteit van de problematiek en de tijdsdruk die jongerenwerkers ervaren bij de uitvoering van hun taken verdwijnen deze jongeren vaak snel weer naar de achtergrond.

Het doel van jongerenwerk is niet specifiek het tegengaan van geweld of criminaliteit onder jongeren maar het ontwikkelen van talenten en de identiteit van kwetsbare jongeren.

Hiertoe kunnen ook jongeren behoren die wapens dragen, maar het werk van de

1 Jong, J.D.A. de (2022). Jongerenwerk voor ‘de 2%’: Over 'wat werkt' en 'wie werkt' in jongerenwerk om recidive te voorkomen en sociale problematiek te verminderen. Leiden: Hogeschool Leiden, Lectoraat Aanpak Jeugdcriminaliteit.

jongerenwerker is voornamelijk preventief en niet gericht op jongeren die al in rivaliserende jeugdgroepen zitten. Jongerenwerk is een preventief middel om kwetsbare jongeren te ondersteunen in hun ontwikkeling en hen (daardoor) uit de criminaliteit te houden. Jongerenwerkers zijn weliswaar de professionals die het dichtst bij de risicogroep komen en kennis hebben van hun belevingswereld, ze zijn echter niet het antwoord op alle maatschappelijke problematiek onder jongeren.

Steekincidenten

Na een steekincident laaien de gevoelens van onveiligheid vaak op onder de betrokken jongeren en ouders. Ook kunnen persberichten over steekincidenten en toenemend wapengeweld gevoelens van onveiligheid vergroten. In een gemeente (Groningen) is na een incident een samenkomst voor de betrokken ouders en jongeren georganiseerd. Hier waren voornamelijk ouders aanwezig. Het heeft volgens de gemeente geholpen om de oplopende spanning tussen deze twee jongerengroepen weg te nemen.

Veel gemeenten geven aan dat slachtofferhulp wordt aangeboden aan slachtoffers en betrokkenen van steekincidenten. Er is echter geen zicht op de mate waarin op dit aanbod van Slachtofferhulp wordt ingegaan.

Om de onveiligheid weg te nemen werken enkele gemeenten (Amsterdam, Rotterdam, Nissewaard) met groepsaanpakken en individuele begeleiding voor kwetsbare jongeren.

Amsterdam heeft een nieuw beleid voor scholen ontwikkeld waarin scholen kennis en instrumenten kregen om kwetsbare jongeren te benaderen, ondersteunen en begrenzen.

Ook heeft deze gemeente een netwerk van credible messengers in het leven geroepen. Dit zijn rolmodellen, vaak ervaringsdeskundigen en hulpverleners, die zijn opgeleid om kwetsbare jongeren op duurzame wijze te begeleiden in de wijken waar ze zelf wonen.

Door jongeren op deze manier te begeleiden zouden ze meer zelfvertrouwen krijgen, een positiever toekomstbeeld en een sterker netwerk. Dit kan eraan bijdragen dat jongeren de consequenties van hun acties gaan inzien en aan hun toekomst willen werken. Daarnaast zou het bijdragen aan het verminderen van de gevoelens van onveiligheid onder jongeren.

Averechts effect

Een aantal gemeenten (Amsterdam, Nissewaard, Rotterdam) zien vanuit eigen onderzoek en ervaring dat onveiligheidsgevoelens een belangrijk motief zijn voor het dragen van wapens, en willen meer inzetten op het wegnemen van deze gevoelens. Ze menen echter dat sommige acties uit het actieplan de onveiligheidsgevoelens juist versterken. Brede bewustwordingscampagnes en (de communicatie rond) wapeninleveracties zouden jongeren en hun ouders het gevoel geven dat veel mensen op straat wapens dragen en dat ze een wapen moeten dragen om zichzelf te verdedigen.

Resultaten

Ondanks dat veel gemeenten geen specifieke maatregelen onder dit actiepunt scharen, geven zij wel aan dat de urgentie van wapengeweld onder jongeren bij de gemeente en ketenpartners is versterkt. Binnen bestaande structuren van jongerenzorg is hierdoor extra aandacht aan wapenproblematiek besteed.

Doordat dit actiepunt langdurige aandacht en vaak intensievere ondersteuning voor jongeren vergt, vinden gemeenten het lastig concrete nieuwe acties voor dit doel te formuleren. Ook is het lastig vast te stellen of acties in gemeenten het gewenste effect hebben en tot minder onveiligheidsgevoelens onder jongeren leiden.