• No results found

Boek van Mormon. Leertoets 1 Nephi 1 Alma 16

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Boek van Mormon. Leertoets 1 Nephi 1 Alma 16"

Copied!
17
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Leertoets

1 Nephi 1–Alma 16 Formulier A

Boek van Mormon

Het Boek van Mormon: boek voor de seminarieleerkracht

(2)

INHOUD

Pakket voor de leerkracht

Antwoordengids voor onderdeel 1: meerkeuzevragen...1

Antwoordengids voor onderdeel 2: leerstellige vraag beantwoorden ...5

Cursistenpakket leertoets

Antwoordblad voor Leertoets 1 Nephi 1–Alma 16, Formulier A ...8

Onderdeel 1: meerkeuzevragen ...9

Onderdeel 2: leerstellige vraag beantwoorden ...12

Onderdeel 3: geloofs- en toepassingsenquêtes ...14

(3)

Antwoordengids voor onderdeel 1: meerkeuzevragen

Bespreek de meerkeuzevragen klassikaal. Lees de antwoorden voor en laat de cursisten hun eigen antwoorden beoordelen.

Laat ze een X zetten naast het nummer van een vraag die ze fout beantwoord hebben. De cursisten mogen hun antwoorden niet op het antwoordblad veranderen of een X in een vakje zetten als ze de juiste antwoorden horen. Er is uitleg voorhanden, en evaluatievragen die u eventueel kunt gebruiken om de leertoets te beoordelen. Lees niet elke uitleg en evaluatievraag voor.

Maak bij de evaluatie gebruik van doeltreffende onderwijsmethoden om ervoor te zorgen dat de cursisten beginselen en leringen van het evangelie gaan begrijpen, erover gaan vertellen en ervan gaan getuigen. De cursisten actief betrekken bij een doeltreffende evaluatie is een belangrijk onderdeel van de leertoets en zal bijdragen tot hun bekering.

1. Wat zullen de mensen die een goddelijk getuigenis van het Boek van Mormon ontvangen volgens de inleiding van het Boek van Mormon ook te weten komen?

(a) Jezus Christus is de Heiland van de wereld en Joseph Smith is een profeet in de laatste dagen. (Zie de inleiding van het Boek van Mormon, alinea’s 8–9.)

Eventuele evaluatievraag: waarom is het belangrijk dat je een getuigenis van het Boek van Mormon ontvangt?

2. Wat was het hoofddoel van de schrijvers van het Boek van Mormon?

(b) De lezer overtuigen om in Jezus Christus te geloven. (Zie 1 Nephi 6:4–6; 2 Nephi 25:23.)

Eventuele evaluatievraag: wat heb je er bij je studie van het Boek van Mormon aan om te weten wat het hoofddoel van de schrijvers was?

3. Wat moet je doen als je het moeilijk vindt om een van Gods geboden te onderhouden?

(c) Beseffen dat God altijd een weg bereidt, zodat je zijn geboden kunt onderhouden. (Zie 1 Nephi 3:7; zie ook leerstellig onderwerp 5, ‘Profeten en openbaring’ in het Basisdocument kerkleerbeheersing.)

Eventuele evaluatievraag: heb je ooit gemerkt dat de Heer een weg bereidde zodat je zijn geboden kon onderhouden?

4. Wat kunnen we leren van de zonen van Lehi die naar Jeruzalem terugkeerden om Ismaëls gezin te gaan halen?

(c) De Heer gebiedt ons te trouwen en kinderen voor Hem groot te brengen. (Zie 1 Nephi 7:1–5.)

Eventuele evaluatievraag: hoe kun je je nu voorbereiden op een huwelijk en kinderen in het evangelie grootbrengen?

5. Wat leren we van de instructies van de Heer aan Nephi om de kleine platen te vervaardigen?

(b) Als we op God vertrouwen, zelfs als we de reden voor een gebod niet kennen, kunnen we zegeningen ontvangen.

(Zie 1 Nephi 9:3, 5–6; LV 10:38–45.)

Eventuele evaluatievraag: wanneer heeft God je gezegend omdat je op Hem vertrouwde, ook al wist je de reden van een gebod niet?

6. Wat bevat het Boek van Mormon?

(a) Eenvoudige en belangrijke richtlijnen om tot Jezus Christus te komen en gered te worden. (Zie 1 Nephi 13:26–29, 39–42.)

Eventuele evaluatievraag: door welke leerstelling in het Boek van Mormon ben je dichter tot Jezus Christus gekomen?

Pakket voor de leerkracht

(4)

7. Waardoor werkte de Liahona voor het gezin van Lehi en waardoor kunnen ook wij leiding van God ontvangen?

(c) Geloof, ijver en gehoorzaamheid. (Zie 1 Nephi 16:27–29.)

Eventuele evaluatievraag: wat is het verschil tussen de aanwijzingen van God luchthartig volgen en de aanwijzingen van God met geloof en ijver volgen?

8. Wat is morele keuzevrijheid?

(c) Het vermogen om zelf te kiezen en te handelen. (Zie 2 Nephi 2:5, 14–16, 27–29.)

Eventuele evaluatievraag: hoe kun je je keuzevrijheid gebruiken om eeuwig leven in plaats van gevangenschap en dood te kiezen?

9. Wat staat er in het Boek van Mormon over de profeet Joseph Smith?

(b) Dat de Heer hem zou doen opstaan om het evangelie te herstellen. (Zie 2 Nephi 3:6–8, 15, 24.)

Eventuele evaluatievraag: wat heeft Joseph Smith gedaan, gezegd of hersteld dat volgens jou ‘van grote waarde’

(2 Nephi 3:7) is?

10. Welke unieke rol speelt Jezus Christus in ons heil?

(a) Alleen door Hem kunnen we gered worden. (Zie 2 Nephi 25:19–20.) Eventuele evaluatievraag: waarom is het belangrijk dat je dat begrijpt?

11. Welke stelling over de aard van onze hemelse Vader is waar?

(b) Hij heeft al zijn kinderen op volmaakte wijze lief, en allen zijn voor Hem gelijk. (Zie 2 Nephi 26:33.)

Eventuele evaluatievraag: hoe voel je je door de kennis dat God al zijn kinderen op volmaakte wijze liefheeft, en dat allen voor Hem gelijk zijn?

12. Hoe zullen sommigen volgens het Boek van Mormon op profeten in de laatste dagen reageren?

(b) Ze zullen de profeten verwerpen. (Zie 2 Nephi 27:1–5.)

Eventuele evaluatievraag: wat kun je doen om ervoor te zorgen dat jij de profeten in de laatste dagen niet verwerpt?

13. Hoe heeft Joseph Smith volgens het Boek van Mormon het Boek van Mormon vertaald?

(c) Door de gave en macht van God. (Zie 2 Nephi 27:6–23.)

Eventuele evaluatievraag: waarom is het belangrijk om te weten dat Joseph Smith het Boek van Mormon door de gave en macht van God vertaald heeft?

14. Hoe krijgen mensen volgens 2 Nephi 28:30 meestal antwoord op hun vragen en gebeden?

(c) Beetje bij beetje gedurende een periode. (Zie 2 Nephi 28:30.)

Eventuele evaluatievraag: waarom is het belangrijk om te begrijpen dat we openbaring ‘regel op regel […], voorschrift op voorschrift’ (2 Nephi 28:30) ontvangen?

15. Waarom liet Jezus Christus Zich dopen?

(b) Om alle gerechtigheid te vervullen. (Zie 2 Nephi 31:5–7.)

Eventuele evaluatievraag: hoe illustreert het voorbeeld van de Heiland het belang van Gods vereisten voor het eeuwige leven?

(5)

16. Waartoe beweegt ons oprechte verlangen naar waarheid ons volgens 2 Nephi 32:3 en 2 Nephi 32:8–9?

(a) Te bidden en het woord van God ernstig te bestuderen. (Zie 2 Nephi 32:3, 8–9.)

Eventuele evaluatievraag: hoe heb je door gebed en Schriftstudie antwoord op je vragen en twijfels gekregen?

17. Wat vindt de Heer van kuisheid?

(c) Hij schept behagen in kuisheid. (Zie Jakob 2:22–35.)

Eventuele evaluatievraag: waarom hecht de Heer zoveel belang aan kuisheid en heeft Hij een afkeer van seksuele zonde?

18. Het huwelijk tussen man en vrouw is volgens God __________.

(b) een gebod (Zie Jakob 2:27, 30.)

Eventuele evaluatievraag: waarom is het belangrijk dat je Gods definitie van het huwelijk begrijpt?

19. Welke zegeningen ontvangen we volgens koning Benjamin als we Gods geboden onderhouden?

(a) Zowel stoffelijke als geestelijke zegeningen. (Zie Mosiah 2:41.)

Eventuele evaluatievraag: welke zegeningen heb je ontvangen door Gods geboden te onderhouden?

20. Waarvoor kiezen mensen die de natuurlijke mens afleggen (zie Mosiah 3:19)?

(b) Zich van zonden afkeren en hun wil met die van God in overeenstemming brengen. (Zie Mosiah 3:19.) Eventuele evaluatievraag: hoe is bekering je tot zegen geweest?

21. Wie weet alles en is de bron van alle waarheid?

(a) Onze hemelse Vader. (Zie Mosiah 4:9.)

Eventuele evaluatievraag: hoe helpt deze waarheid je bij het zoeken naar antwoorden en geestelijk begrip?

22. Wat kan een ziener weten?

(b) Een ziener kan weten van dingen in het verleden, in het heden, en in de toekomst. (Zie Mosiah 8:13–17.) Eventuele evaluatievraag: wat vertellen profeten, zieners en openbaarders ons over het verleden, het heden en de toekomst?

23. Wat kunnen we leren van de aanhoudende haat van de Lamanieten ten opzichte van de Nephieten?

(c) Als we anderen niet vergeven, kan dat een negatieve uitwerking op ons nageslacht hebben. (Zie Mosiah 10:12–18.) Eventuele evaluatievraag: hoe is vergeving je tot zegen geweest?

24. Waartoe verbinden we ons als we ons laten dopen?

(c) God te dienen en zijn geboden te onderhouden. (Zie Mosiah 18:9.)

Eventuele evaluatievraag: hoe zou je het doopverbond met je eigen woorden uitleggen?

25. Wat kunnen we leren van het feit dat de Heer het juk van slavernij niet meteen van Alma en zijn volk wegnam?

(b) Soms geeft de Heer ons de kracht om beproevingen te doorstaan in plaats van ze weg te nemen. (Zie Mosiah 23:20–24; 24:13–15.)

Eventuele evaluatievraag: wanneer heeft de Heer je in beproeving gesterkt?

(6)

26. Wat heeft Jezus Christus als onderdeel van de verzoening op Zich genomen?

(c) Hij heeft onze zonden, pijnen en ziekten op Zich genomen. (Zie Alma 7:11–13.)

Eventuele evaluatievraag: hoe kun je meer op de verzoening van Jezus Christus vertrouwen wanneer je met pijnen, verleidingen en kwalen te maken krijgt?

27. Wat houdt de opstanding in?

(b) Onze geest en ons lichaam worden in hun volmaakte gedaante herenigd. (Zie Alma 11:42–43.) Eventuele evaluatievraag: wat heb je eraan te weten wat de opstanding inhoudt?

28. Dit zijn stuk voor stuk taken van Melchizedeks- priesterschapsdragers, maar wat is hun hoofdtaak?

(c) Mensen dichter tot Christus brengen. (Zie Alma 13:1–12.)

Eventuele evaluatievraag: hoe hebben Melchizedeks- priesterschapsdragers je dichter tot Christus gebracht?

De cursisten corrigeren zelf hun korte antwoorden op de vragen 29–32 met behulp van de ‘Antwoordengids voor onderdeel 2: leerstellige vraag beantwoorden’. De cursisten noteren hun zelf gecorrigeerde antwoorden bij de desbetreffende nummers op het antwoordblad.

(7)

Antwoordengids voor onderdeel 2:

leerstellige vraag beantwoorden

Instructies voor de cursisten:

Vergelijk je antwoorden met de informatie die hieronder bij de vragen 29–32 staat, en stel vast of je antwoorden de essentie van de informatie bevatten.

29. Leg een van de drie beginselen van Geestelijke kennis verkrijgen in het Basisdocument kerkleerbeheersing uit:

in geloof handelen, ideeën en vragen vanuit een eeuwig perspectief onderzoeken, of streven naar dieper inzicht met behulp van door God aangewezen bronnen. Leg ook uit hoe begrip van dat beginsel iemand kan helpen om een vraag te beantwoorden of een probleem op te lossen.

Misschien heb je iets opgeschreven wat op een van deze stellingen lijkt:

• In geloof handelen betekent dat we het gebod onderhouden waarvan we een getuigenis willen ontvangen. We kunnen bijvoorbeeld tiende betalen om te weten of tiende echt een gebod van God is.

• Om geestelijke kennis te verkrijgen, moeten we ideeën en vragen vanuit een eeuwig perspectief onderzoeken. Dat betekent dat we onze vragen in de context van het heilsplan en de leringen van de Heiland plaatsen. We kunnen onszelf afvragen: welke waarheden over het heilsplan moet ik begrijpen om mijn vragen te beantwoorden?

• Streven naar dieper inzicht met behulp van door God aangewezen bronnen betekent dat we ons tot de Heilige Geest, de Schriften, onze ouders en leringen van de apostelen en profeten wenden om onze vragen te beantwoorden, in plaats van alleen op het internet te zoeken. We kunnen bijvoorbeeld in de meest recente conferentietoespraken een antwoord op onze vragen zoeken.

Beoordeel zelf je antwoord:

a. Ja, dat heb ik in mijn antwoord uitgelegd.

b. Nee, dat staat niet in mijn antwoord.

30. Vat Lehi’s visioen van de boom des levens samen en leg de symbolen in het visioen uit. Vertel wat je door een van de symbolen te weten gekomen bent (zie 1 Nephi 8).

Misschien heb je iets opgeschreven wat op een van deze stellingen lijkt:

• In het visioen van de boom des levens ziet Lehi dat hij een man in een wit gewaad door een donkere en sombere wildernis volgt. Lehi ziet een boom en neemt van de vrucht van de boom. Dat geeft hem grote vreugde. Hij wenkt hen om bij hem te komen en van de vrucht te nemen. Hij ziet ook een roede van ijzer, een nauw en smal pad, een mist van duisternis en een groot en ruim gebouw. Lehi ziet verschillende groepen mensen: sommigen nemen van de vrucht, maar dwalen dan af door de spot van de mensen in het ruime gebouw. Sommigen nemen niet van de vrucht.

Ik vond het symbool van de roede van ijzer interessant. Die stelt het woord van God voor. Als we ons voortdurend aan de roede van ijzer vastklampen, dwalen we niet af.

• Lehi neemt van de vrucht van de boom, die de liefde van God voorstelt en de zegeningen die we dankzij de

verzoening van Jezus Christus kunnen ontvangen. Lehi krijgt verschillende groepen mensen te zien. Sommigen raken verloren en bereiken de boom niet. Anderen schamen zich nadat ze van de vrucht van de boom hebben genomen.

Zij raken op verboden paden en gaan verloren. Weer anderen houden zich vast aan de roede van ijzer, nemen van de vrucht en blijven trouw en standvastig. Dan is er nog een groep die ervoor kiest het pad naar de boom des levens helemaal niet te bewandelen.

Beoordeel zelf je antwoord:

a. Ja, dat heb ik in mijn antwoord uitgelegd.

b. Nee, dat staat niet in mijn antwoord.

Leerkrachten: voordat de cursisten met de beoordeling van de leertoets beginnen, geeft u ze een kopie van deze gids.

(8)

31. Leg uit wat je over de val van Adam en Eva en de verzoening van Jezus Christus geleerd hebt. Beschrijf ook hoe die leerstellingen je dagelijkse keuzes beïnvloeden.

Misschien heb je iets opgeschreven wat op een van deze stellingen lijkt:

• Door de verzoening van Jezus Christus kunnen we van de lichamelijke en geestelijke dood, enkele gevolgen van de val, verlost worden. Zowel de val van Adam en Eva als de verzoening van Jezus Christus is een essentieel onderdeel van het heilsplan dat onze hemelse Vader ons gegeven heeft. Door de val konden we naar de aarde komen, en door de verzoening kunnen we bij onze hemelse Vader terugkeren.

• Omdat Adam en Eva van de vrucht van de boom der kennis van goed en kwaad aten, ondergingen ze de geestelijke dood en werden ze sterfelijk. Ze konden dus sterven. Door de verzoening van Jezus Christus kunnen we herrijzen en bij God terugkeren. Door de val wordt iedereen met twee obstakels geconfronteerd, maar dankzij het offer van Jezus Christus kunnen we die overwinnen.

• De val is een belangrijk deel van het heilsplan van onze hemelse Vader. Door de val konden we naar de aarde komen, leren en vooruitgang maken. Door onze keuzevrijheid goed te gebruiken en ons oprecht te bekeren als we zondigen, kunnen we tot Christus komen en ons, door zijn verzoening, op de gave van het eeuwige leven voorbereiden.

Beoordeel zelf je antwoord:

a. Ja, dat heb ik in mijn antwoord uitgelegd.

b. Nee, dat staat niet in mijn antwoord.

32. Leg uit hoe een persoon of gebeurtenis uit het Boek van Mormon je dit semester beïnvloed heeft. Vertel hoe de persoon of gebeurtenis je dagelijkse keuzes beïnvloed heeft of een van je vragen beantwoord heeft. (Enkele mogelijkheden: Lehi die Jeruzalem verlaat, de gelijkenis van de tamme en wilde olijfbomen, Abinadi’s confrontatie met koning Noach, het verhaal van Limhi en zijn volk, het verslag van Alma en zijn volk, of Nephi, Enos, koning Benjamin, of Alma de jonge.)

Misschien heb je iets opgeschreven wat op een van deze stellingen lijkt:

• Het verhaal van Enos die bidt. Ik heb geleerd dat ik als ik in de Heiland geloof en me bekeer de zegeningen van de verzoening van Jezus Christus kan ontvangen. Dan zal ik verlangen om mijn familieleden en naasten tot Jezus Christus te brengen. Ik zal ook bidden voor mijn familieleden en anderen — zelfs voor mijn vijanden.

• Ik vond het verhaal van Nephi die de koperen platen van Laban ging halen echt interessant. Het sprak mij aan dat hij de platen uiteindelijk met de hulp van de Heer kreeg, ook al ging het de eerste twee keer mis. Het sprak mij aan dat hij naar de Heilige Geest luisterde zonder precies te weten hoe alles goed zou komen. De Heer leidde hem naar waar hij moest zijn. Ik weet dat de Heer mij ook zal leiden. Als ik naar de Heilige Geest luister, kan ik doen at de Heer wil dat ik doe.

• Ik vond het verhaal van Alma de jonge goed, omdat ik daardoor inzag dat ik kan veranderen en me kan bekeren.

Hoewel Alma de jonge behoorlijk slecht was, bekeerde hij zich. Door de verzoening van Jezus Christus kon hij veranderen en rein worden. Ik weet dat ik als ik me bekeer rein kan worden en mijn gedrag, verlangens en hart kan veranderen.

Beoordeel zelf je antwoord:

a. Ja, ik heb iets geschreven over een persoon of gebeurtenis in het Boek van Mormon die me dit semester beïnvloed heeft.

b. Nee, ik heb niets geschreven over een persoon of gebeurtenis in het Boek van Mormon die me dit semester beïnvloed heeft.

(9)

Leertoets

1 Nephi 1–Alma 16 Formulier A

Het Boek van Mormon: boek voor de seminarieleerkracht

Iedere cursist heeft een exemplaar van de volgende pagina’s nodig.

De pagina’s van ‘Onderdeel 1: meerkeuzevragen’ mogen aan elkaar geniet worden, de twee pagina’s van

‘Onderdeel 2: leerstellige vraag beantwoorden’ mogen aan elkaar geniet worden of dubbelzijdig worden afgedrukt, en de twee pagina’s van ‘Onderdeel 3: geloofs- en toepassingsenquêtes’ mogen aan elkaar geniet worden of

Boek van Mormon

Cursistenpakket leertoets

(10)

29. a b

30. a b

31. a b

32. a b

0 0 0 0 0 1 1 1 1 1 2 2 2 2 2 3 3 3 3 3 4 4 4 4 4 5 5 5 5 5 6 6 6 6 6 7 7 7 7 7 8 8 8 8 8 9 9 9 9 9

1 2 3 4

1. a b c 2. a b c 3. a b c 4. a b c 5. a b c 6. a b c 7. a b c 8. a b c 9. a b c

10. a b c

11. a b c

12. a b c

13. a b c

14. a b c

15. a b c

16. a b c

17. a b c

18. a b c

19. a b c

20. a b c

21. a b c

22. a b c

23. a b c

24. a b c

25. a b c

26. a b c

27. a b c

28. a b c

Antwoordblad voor Leertoets 1 Nephi 1–Alma 16, Formulier A

Naam cursist: Aantal juist: /32

Instructies

Gebruik een potlood om je antwoord te noteren, door het rondje zo • in te vullen, en niet zo .

Gum alle gemaakte fouten netjes uit. Vul het informatiegedeelte in de linkerkolom in. De programmacode is een vijfcijferig nummer op de inschrijvingsrapporten in WISE.

Programmacode (vraag aan de leerkracht)

Hoeveel jaar heb je het seminarie gevolgd?

(Inclusief het lopende jaar)

Instructies voor ‘Onderdeel 2: leerstellige vraag beantwoorden’:

Gebruik de ‘Antwoordengids voor onderdeel 2: leerstellige vraag beantwoorden’

om te beoordelen hoe je de leerstellige vragen hebt beantwoord.

(11)

Onderdeel 1: meerkeuzevragen

• Je mag tijdens de toets je Schriften niet gebruiken.

• Noteer je antwoorden op het antwoordblad. Schrijf niet op dit formulier.

• Gebruik een zwart potlood. Geef elk antwoord aan met een zwartgemaakt rondje op het antwoordblad. Gebruik geen rood potlood. Gum alle gemaakte fouten netjes uit.

Als je het moeilijk vindt om de leertoets op de gewone manier in te vullen, kun je met je leerkracht praten en samen een manier bedenken die je beter ligt.

Instructies:

Selecteer ÉÉN antwoord voor de vragen 1–28. Noteer je antwoord op het antwoordblad.

1. Wat zullen de mensen die een goddelijk getuigenis van het Boek van Mormon ontvangen volgens de inleiding van het Boek van Mormon ook te weten komen?

a. Jezus Christus is de Heiland van de wereld en Joseph Smith is een profeet in de laatste dagen.

b. Het Boek van Mormon bevat elke waarheid die in de laatste dagen aan Joseph Smith geopenbaard is.

c. Het woord van wijsheid en de drie graden van heerlijkheid zijn waarheden die in het Boek van Mormon hersteld zijn.

2. Wat was het hoofddoel van de schrijvers van het Boek van Mormon?

a. Een gedetailleerde geschiedenis van de Nephieten samenstellen.

b. De lezer overtuigen om in Jezus Christus te geloven.

c. Uitleggen wat de wederkomst van Jezus Christus omvat.

3. Wat moet je doen als je het moeilijk vindt om een van Gods geboden te onderhouden?

a. Alleen op je vastberadenheid, wijsheid en kracht vertrouwen.

b. Beseffen dat persoonlijke openbaring vaak lijnrecht tegenover de openbaring staat die God aan de profeten geeft.

c. Beseffen dat God altijd een manier voorbereidt, zodat je zijn geboden kunt onderhouden.

4. Wat kunnen we leren van de zonen van Lehi die naar Jeruzalem terugkeerden om Ismaëls gezin te gaan halen?

a. De Heilige Geest herinnert ons aan dingen die we vergeten zijn.

b. De Heer gebiedt ons om minderactieve leden op te zoeken en voor de kerk uit te nodigen.

c. De Heer gebiedt ons te trouwen en kinderen voor Hem groot te brengen.

5. Wat leren we van de instructies van de Heer aan Nephi om de kleine platen te vervaardigen?

a. We moeten net als Nephi de moed hebben om exemplaren van de Schriften aan onze naasten te geven.

b. Als we zelfs als we de reden voor een gebod niet kennen op God vertrouwen, kunnen we zegeningen ontvangen.

c. Iedereen dient een exemplaar van de Schriften te hebben om te bestuderen en markeren.

6. Wat bevat het Boek van Mormon?

a. Eenvoudige en belangrijke richtlijnen om tot Jezus Christus te komen en gered te worden.

b. Een verslag van de gebeurtenissen tijdens de laatste week van de Heiland vóór zijn kruisiging.

c. Bewijs dat de grote afval de eerste afval op aarde was.

7. Waardoor werkte de Liahona voor het gezin van Lehi en waardoor kunnen ook wij leiding van God ontvangen?

a. Een positieve ingesteldheid in moeilijke tijden.

b. Het opofferen van materiële bezittingen.

c. Geloof, ijver en gehoorzaamheid.

8. Wat is morele keuzevrijheid?

(12)

9. Wat staat er in het Boek van Mormon over de profeet Joseph Smith?

a. Dat zijn broer Hyrum hem zou helpen.

b. Dat de Heer hem zou doen opstaan om het evangelie te herstellen.

c. Dat hij in de gevangenis te Carthage de martelaarsdood zou sterven als getuige van de waarheid van het evangelie.

10. Welke unieke rol speelt Jezus Christus in ons heil?

a. Alleen door Hem kunnen we gered worden.

b. Hij kwam nooit in de verleiding om zonde te begaan.

c. Hij is het enige geestkind van onze hemelse Vader dat op aarde geleefd heeft.

11. Welke stelling over de aard van onze hemelse Vader is waar?

a. Hij heeft de rechtschapen leden van de kerk lief, maar de goddelozen niet.

b. Hij heeft al zijn kinderen op volmaakte wijze lief, en allen zijn voor Hem gelijk.

c. Hij tolereert alles wat we doen en ziet het door de vingers omdat Hij ons onvoorwaardelijk liefheeft.

12. Hoe zullen sommigen volgens het Boek van Mormon op profeten in de laatste dagen reageren?

a. Ze zullen alle valse profeten doden.

b. Ze zullen de profeten verwerpen.

c. Ze zullen de profeten kunnen overtuigen om hun leer te veranderen.

13. Hoe heeft Joseph Smith volgens het Boek van Mormon het Boek van Mormon vertaald?

a. Door op te schrijven wat de engel Moroni dicteerde.

b. Met de hulp van een geleerde die een taalkundig expert was.

c. Door de gave en macht van God.

14. Hoe krijgen mensen volgens 2 Nephi 28:30 meestal antwoord op hun vragen en gebeden?

a. Snel; ze krijgen meteen antwoord.

b. Ze krijgen in één keer een volledig antwoord.

c. Beetje bij beetje gedurende een periode.

15. Waarom liet Jezus Christus Zich dopen?

a. Om aan de wensen van Johannes de Doper tegemoet te komen.

b. Om alle gerechtigheid te vervullen.

c. Om zijn zwakheden te vervullen en rein te worden.

16. Waartoe beweegt ons oprechte verlangen naar waarheid ons volgens 2 Nephi 32:3 en 2 Nephi 32:8–9?

a. Te bidden en het woord van God ernstig te bestuderen.

b. Te vasten en te bidden.

c. Regelmatig naar de kerk te gaan en onze tiende te betalen.

17. Wat vindt de Heer van kuisheid?

a. Kuisheid is niet zo belangrijk.

b. Hij verandert betreffende kuisheid voortdurend van gedachten.

c. Hij schept behagen in kuisheid.

18. Het huwelijk tussen man en vrouw is volgens God __________.

a. aan het veranderen b. een gebod

c. een goed idee

19. Welke zegeningen ontvangen we volgens koning Benjamin als we Gods geboden onderhouden?

(13)

20. Waarvoor kiezen mensen die de natuurlijke mens afleggen (zie Mosiah 3:19)?

a. Zich van zonden afkeren en hun eigen wil nastreven.

b. Zich van zonden afkeren en hun wil met die van God in overeenstemming brengen.

c. Zich van zonden afkeren, maar zich schuldig blijven voelen.

21. Wie weet alles en is de bron van alle waarheid?

a. Onze hemelse Vader.

b. Deskundigen en leerkrachten.

c. Het internet.

22. Wat kan een ziener weten?

a. Een ziener kan alleen weten van dingen in het verleden en in het heden.

b. Een ziener kan weten van dingen in het verleden, in het heden, en in de toekomst.

c. Een ziener kan weten van dingen in de toekomst, maar niet in het verleden of in het heden.

23. Wat kunnen we leren van de aanhoudende haat van de Lamanieten ten opzichte van de Nephieten?

a. Rechtschapenheid maakt ons overmoedig, waardoor we anderen zullen beledigen.

b. Als we te veel foute beslissingen nemen, kunnen we onze goddeloosheid niet overwinnen.

c. Als we anderen niet vergeven, kan dat een negatieve uitwerking op ons nageslacht hebben.

24. Waartoe verbinden we ons als we ons laten dopen?

a. Altijd voorbereid te zijn en dagelijks een goede daad te verrichten.

b. In dit leven volmaakt te zijn, zodat we ons niet hoeven te bekeren.

c. God te dienen en zijn geboden te onderhouden.

25. Wat kunnen we leren van het feit dat de Heer het juk van slavernij niet meteen van Alma en zijn volk wegnam?

a. De Heer helpt of sterkt ons niet in beproevingen die we zelf veroorzaken.

b. Soms geeft de Heer ons de kracht om beproevingen te doorstaan in plaats van ze weg te nemen.

c. Soms kan de Heer onze hulpkreten niet onmiddellijk beantwoorden.

26. Wat heeft Jezus Christus als onderdeel van de verzoening op Zich genomen?

a. Hij heeft onze zonden, maar niet onze zwakheden of beproevingen op Zich genomen.

b. Hij heeft onze zonden, maar niet onze fouten op Zich genomen.

c. Hij heeft onze zonden, pijnen en ziekten op Zich genomen.

27. Wat houdt de opstanding in?

a. Ons lichaam ondergaat een tijdelijke verandering, zodat we in Gods tegenwoordigheid kunnen zijn.

b. Onze geest en ons lichaam worden in hun volmaakte gedaante herenigd.

c. We hebben onze zonden overwonnen en zijn Gods tegenwoordigheid ingegaan.

28. Dit zijn stuk voor stuk taken van Melchizedeks- priesterschapsdragers, maar wat is hun hoofdtaak?

a. De zieken zalven.

b. Leden aanstellen.

c. Mensen dichter tot Christus brengen.

Ga verder met ‘Onderdeel 2: leerstellige vraag beantwoorden’. De vragen 29–32 worden ingevuld als je je antwoorden op de leerstellige vragen beoordeelt.

(14)

Onderdeel 2: leerstellige vraag beantwoorden

Naam cursist: 

Instructies:

Voor de nummers 29–32 beantwoord je de leerstellige vragen. Je vult je antwoordblad in als je de leerstellige vraag hebt beantwoord en het antwoord zelf hebt beoordeeld. Je mag persoonlijke ervaringen, kernteksten, korte waarheidsgetrouwe uiteenzettingen en je getuigenis in je antwoord gebruiken. Je antwoord wordt uitsluitend op inhoud beoordeeld (niet op zinsbouw, grammatica, spelling, lengte of stijl).

Leerstellige vragen:

29. Leg een van de drie beginselen van Geestelijke kennis verkrijgen in het Basisdocument kerkleerbeheersing uit: in geloof handelen, ideeën en vragen vanuit een eeuwig perspectief onderzoeken, of streven naar dieper inzicht met behulp van door God aangewezen bronnen. Leg ook uit hoe begrip van dat beginsel iemand kan helpen om een vraag te beantwoorden of een probleem op te lossen.

30. Vat Lehi’s visioen van de boom des levens samen en leg de symbolen in het visioen uit. Vertel wat je door een van de symbolen te weten gekomen bent (zie 1 Nephi 8).

(15)

31. Leg uit wat je over de val van Adam en Eva en de verzoening van Jezus Christus geleerd hebt. Beschrijf ook hoe die leerstellingen je dagelijkse keuzes beïnvloeden.

32. Leg uit hoe een persoon of gebeurtenis uit het Boek van Mormon je dit semester beïnvloed heeft. Vertel hoe de persoon of gebeurtenis je dagelijkse keuzes beïnvloed heeft of een van je vragen beantwoord heeft. (Enkele mogelijkheden: Lehi die Jeruzalem verlaat, de gelijkenis van de tamme en wilde olijfbomen, Abinadi’s confrontatie met koning Noach, het verhaal van Limhi en zijn volk, het verslag van Alma en zijn volk, of Nephi, Enos, koning Benjamin, of Alma de jonge.)

(16)

Onderdeel 3: geloofs- en toepassingsenquêtes

De geloofs- en toepassingsenquêtes zijn vrijwillig en anoniem. Als je de vragen eerlijk beantwoordt, kun je goed nadenken over je geloof in en toepassing van de volgende leerstellingen en beginselen.

Geloofsenquête

Lees elke uitspraak door, en kies het antwoord dat het beste bij jou past. Markeer vervolgens je antwoord in de daarvoor bestemde ruimte. Er zijn twee antwoorden voor elke uitspraak.

Ik _________ dit waar is. Wat betekent deze leerstelling voor je?

weet dat geloof dat geloof enigszins

dat weet niet of Ze is heel belangrijk voor mij.

Ze is belangrijk

voor mij.

Ze is enigszins belangrijk voor mij.

Ze is niet belangrijk voor mij.

1. God is de bron van alle waarheid.

2. God heeft al zijn kinderen lief.

3. Keuzevrijheid is van essentieel belang in het plan van onze

hemelse Vader.

4. Bekering is een verandering in

denken en van hart.

5. Profeten onderwijzen in het

evangelie van Jezus Christus.

6. Dankzij

priesterschapsverordeningen en de bediening van priesterschapsleiders weten we hoe we ons voor verlossing tot Jezus Christus moeten wenden.

7. Als ik mijn doopverbond nakom, bereid ik me voor op het eeuwige

leven.

8. Trouwen en kinderen grootbrengen voor de Heer zijn noodzakelijke onderdelen van het heilsplan.

9. Het Boek van Mormon heeft eenvoudige en belangrijke

waarheden hersteld.

10. Het heilige

voortplantingsvermogen mag alleen

gebruikt worden tussen een man en

(17)

Toepassingsenquête

Lees elke uitspraak door en kies het antwoord dat het beste bij jou past. Markeer dan je antwoord in de daarvoor bestemde ruimte.

Er zijn twee antwoorden voor elke uitspraak.

Wat betekent dit feit voor je? Hoe vaak pas je dit toe?

Het is heel belangrijk

voor mij.

Het is belangrijk

voor mij.

Het is enigszins belangrijk voor mij.

Het is niet belangrijk

voor mij. Bijna altijd Vaak Soms Zelden of

nooit

In het Boek van Mormon staat dat het belangrijk is om __________.

11. in door God aangewezen

bronnen naar waarheid te zoeken

12. alle mensen lief te hebben zoals

God hen liefheeft

13. onze keuzevrijheid te gebruiken om rechtschapen beslissingen te

nemen

13. op Jezus Christus te vertrouwen, zodat we onze pijnen, verleidingen, ziekten en kwalen kunnen overwinnen

15. het te lezen, erover na te

denken en te bidden of het waar is

16. aan de leringen en waarschuwingen van profeten en

apostelen gehoor te geven

17. priesterschapsleiders na te

volgen

18. mijn doopverbond na te komen

19. een hechte familieband op te

bouwen

20. de wet van kuisheid na te leven

Als je na het invullen van de enquête even de tijd neemt om in je dagboek te noteren wat je voelt, zal je getuigenis van deze leerstellingen en beginselen worden versterkt. Je kunt je bijvoorbeeld ten doel stellen om enkele activiteiten in de enquête vaker of oprechter te doen of om met een vriend of familielid of in de kerk over het evangelie te praten.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Ik werd meegesleurd maar ik pakte net op tijd met mijn andere hand de kabel van de raket vast. De raket begon al vlam

4 Ook Jozef trok op en omdat hij behoorde tot het huis en geslacht van David, ging hij van Galilea uit de stad Nazaret naar Judea, naar de stad van David, Betlehem geheten, 5

De gegevens die door de CPU worden verwerkt, worden altijd bewaard in het interne geheugen, Als ze permanent opgeslagen moeten worden, kan de processor ze vanuit het interne

Prins Enam blies door zijn neus uit en keek fronsend naar de vloer toen koning Seera het bevel aan generaal Eligor gaf om honderd soldaten klaar te maken voor de strijd.. ‘Dat

Het kan zijn dat, wanneer het om liefdesverdriet gaat, je bijvoorbeeld de ene relatie inwisselt voor de andere om maar niet geconfronteerd te worden met het gevoel alleen te

Dat komt omdat hogere tonen steeds verder van elkaar af gaan zitten... 22: Theremin

Tweejaren begroting 2022-2023 gebaseerd op gewijzigde inkomsten en uitvoering van projecten 19 Agendapunt 9: Samenstelling kascontrolecommissie voor het boekjaar 1-11-2021-tot

beelden hierin zijn niet verkeerd, echter de heilsweg waarin het veelal wordt uitgelegd, dus wel. Ik zal u trachten uit te leggen waarom. Hoevele malen is Gods’ Woord toch niet