• No results found

C. Status van de activiteit B. Wettelijk kader A. Verloop van de procedure Besluit

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "C. Status van de activiteit B. Wettelijk kader A. Verloop van de procedure Besluit"

Copied!
8
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Besluit

Kenmerk: 716065/717236

Betreft: toestemming voor de nevenactiviteit “Het verhuren van kantoorruimte (19 m²) en één parkeerplaats door NOS aan Alalena Mediaproducties B.V. voor de periode 5 jaar, van 19 maart 2019 tot en met 18 maart 2024” in cluster 2.

_________________________________________________________________________

A. Verloop van de procedure

1. Op 4 december 2018 heeft de NOS via de website een melding gedaan en het

Commissariaat voor de Media (hierna: het Commissariaat) om toestemming verzocht voor een nevenactiviteit. Het gaat om de nevenactiviteit “Het verhuren van kantoorruimte (19 m²) en één parkeerplaats aan Alalena Mediaproducties B.V. Naast deze melding heeft NOS nog een aantal meldingen ingediend bettreffende het verzoek om toestemming voor de verhuur van kantoorruimtes in Heideheuvel 1.

2. Door toestemming te verlenen voor de verhuur van 19 m² kantoorruimte aan Alalena Mediaproducties B.V wordt meer dan 10% van de totale vloeroppervlakte waarover de publieke media-instelling beschikt in het kader van nevenactiviteiten verhuurd aan derden.

3. Medio december 2018 en januari 2019 heeft de afdelingsmanager JZ&H van het

Commissariaat telefonisch contact gehad met verschillende medewerkers van NOS en is onder meer besproken wat de toekomstplannen van de NOS zijn met betrekking tot de bij NOS in het bezit zijnde panden Heideheuvel 1 tot en met 4.

B. Wettelijk kader

4. Voor de relevante wettelijke bepalingen wordt verwezen naar bijlage 1.

C. Status van de activiteit

Nevenactiviteit

5. Volgens artikel 1 van de Beleidsregels nevenactiviteiten 2016 is een nevenactiviteit een activiteit als bedoeld in artikel 2.132, tweede lid, van de Mediawet 2008. Te weten activiteiten, directe of indirecte deelnemingen in rechtspersonen daaronder begrepen, die niet rechtstreeks verband houden met of ten dienste staan van de uitvoering van de publieke mediaopdracht, met uitzondering van verenigingsactiviteiten als bedoeld in artikel 2.136 van de Mediawet 2008.

6. De activiteit van de NOS betreft het verhuren van kantoorruimte met een oppervlakte van in totaal 19 m² voor onbepaalde tijd. De kantoorruimte zal worden gebruikt ten behoeve Alalena Mediaproducties B.V., te weten: ‘het verlenen van diensten in de vorm van Project- en brandmanagement’.

(2)

7. Deze activiteit houdt niet rechtstreeks verband met en staat niet rechtstreeks ten dienste van de uitvoering van de publieke media-opdracht van de publieke media-instelling en is evenmin een verenigingsactiviteit.

8. De activiteit is derhalve een nevenactiviteit als bedoeld in artikel 2.132, tweede lid, van de Mediawet 2008.

Clusterindeling

9. Conform de Beleidsregels nevenactiviteiten 2016 valt deze melding in cluster 2. Het Commissariaat heeft in dit specifieke geval aanleiding gezien om de nevenactiviteit separaat te toetsen vanwege het feit dat met deze nevenactiviteit meer dan 10% van de totale oppervlakte waarover de NOS beschikt verhuurd wordt aan derden.

D. Toetsing

10. Op grond van artikel 2.132, derde lid, van de Mediawet 2008 kan toestemming alleen worden gegeven als een nevenactiviteit op marktconforme wijze wordt verricht, de nevenactiviteit ten minste kostendekkend is en wanneer de nevenactiviteitverband houdt met of ten dienste staat van de verwezenlijking van de publieke media-opdracht en direct gerelateerd is aan het media-aanbod van de publieke media-instelling.

Marktconformiteit

11. Overeenkomstig artikel 5 van de Beleidsregels nevenactiviteiten 2016 wordt bij de beoordeling of het verrichten van de nevenactiviteit marktconform is in ieder geval de kostprijs van de nevenactiviteit, de licentievergoeding en verkoopprijs van de

nevenactiviteit en de markt die met de nevenactiviteit wordt betreden, betrokken.

12. Het Commissariaat kan op grond van artikel 5, tweede lid, van de Beleidsregels nevenactiviteiten 2016 bij de beoordeling van de marktconformiteit ook andere factoren betrekken, zoals bijvoorbeeld de waarde van het gebruik van het imago van de publieke media-instelling en de wijze waarop de overeenkomst tot stand is gekomen.

13. Het Commissariaat is vooralsnog van oordeel dat de nevenactiviteit, op basis van de nu bekende feiten en omstandigheden, aan de voorwaarde van marktconformiteit voldoet.

Hiertoe heeft het Commissariaat het volgende overwogen.

(3)

14. De verhuurprijs van de kantoorruimte en de daaraan verbonden servicekosten zijn door het Commissariaat vergeleken met de prijzen van eerdere verhuren door de NOS aan derden en met de prijzen van vergelijkbare objecten van andere (private en publieke) aanbieders op het Mediapark en valt binnen de prijsrange. Tevens is de marktconformiteit van de huurprijs bij een eerdere melding van nevenactiviteit door de NOS onderbouwd met een taxatierapport van het pand, uitgebracht door makelaarskantoor Cushman &

Wakefield. Het Commissariaat ziet voorshands geen reden om aan te nemen dat deze huurprijs en de daaraan verbonden servicekosten niet marktconform zouden zijn. Het Commissariaat merkt de verhuurprijs vooralsnog aan als een marktconforme prijs. Daarbij is voor het Commissariaat van belang dat de NOS, op grond van het bestemmingsplan, de kantoorruimte alleen kan verhuren aan instellingen met een functie op het gebied van educatie of multimedia.

15. Het Commissariaat is vooralsnog dan ook van oordeel dat de nevenactiviteit

marktconform wordt verricht zoals bedoeld in artikel 2.132, derde lid, van de Mediawet 2008.

Kostendekkendheid

16. Overeenkomstig artikel 8 van de Beleidsregels nevenactiviteiten 2016 is er geen sprake van kostendekkendheid indien de nevenactiviteit direct of indirect wordt bekostigd door of anderszins ten laste komt van de publieke media-opdracht.

17. Het Commissariaat is vooralsnog van oordeel dat de nevenactiviteit voldoet aan de voorwaarde van kostendekkendheid. Hierbij heeft het Commissariaat het volgende overwogen.

18. Door de publieke media-instelling is een overeenkomst bijgevoegd. Uit deze

overeenkomst blijkt dat de NOS maandelijks een huursom in rekening brengt aan de huurder alsmede de servicekosten volledig doorbelast aan de huurder.

19. Het Commissariaat is dan ook van oordeel dat de nevenactiviteit kostendekkend wordt verricht zoals bedoeld in artikel 2.132, derde lid, van de Mediawet 2008.

20. Het Commissariaat zal de kostendekkendheid jaarlijks controleren aan de hand van de jaarrekening.

Relatietoets

21. Op grond van artikel 4, tweede lid, onder sub a, van de Beleidsregels nevenactiviteiten 2016, houdt een nevenactiviteit verband met of staat deze ten dienste van de

verwezenlijking van de publieke media-opdracht en is direct gerelateerd aan het media- aanbod van de publieke media-instelling indien is voldaan aan de voorwaarde dat het personeel of de middelen niet zijn verworven met het oogmerk om te verhuren en daarnaast geldt dat niet meer dan 10% van de totale oppervlakte waarover de publieke media-instelling beschikt in het kader van nevenactiviteiten wordt verhuurd aan derden.

(4)

22. Op grond van artikel 4, tweede lid, onder sub c, van de Beleidsregels nevenactiviteiten 2016, kan het Commissariaat afwijken van het in sub a genoemde percentage van 10%, mits het Commissariaat dit gerechtvaardigd acht. Uit de Artikelsgewijze toelichting bij de Beleidsregels nevenactiviteiten 2016 blijkt dat het Commissariaat specifieke

omstandigheden in acht kan nemen, bijvoorbeeld dat sprake is van overcapaciteit in verband met de aan de publieke media-instellingen opgelegde bezuinigingsmaatregelen of ander (markt)omstandigheden1.

23. De onderhavige nevenactiviteit betreft het verhuren van kantoorruimte met een

oppervlakte van in totaal 19 m² en een parkeerplaats aan Alalena Mediaproducties B.V.

24. Door deze verhuur wordt meer dan 10% van de totale vloeroppervlakte waarover de publieke media-instelling beschikt in het kader van nevenactiviteiten verhuurd aan derden.

Het Commissariaat acht een afwijking van het percentage van 10% in onderhavig geval gerechtvaardigd. Hiertoe is het volgende overwogen.

25. NOS bezit verschillende gebouwen, namelijk het NOS-gebouw op het Journaalplein en de panden Heideheuvel 1 tot en met 4. Zoals hierboven aangegeven wordt de mogelijkheid voor NOS om de panden Heideheuvel 3 en 4 te verkopen onderzocht door

makelaarskantoor Cushman & Wakefield. Een rapport van dit onderzoek wordt medio juli 2019 verwacht.

26. Het NOS-gebouw wordt hoofdzakelijk gebruikt in het kader van de uitvoering van de hoofdtaak van NOS. Heideheuvel 1 wordt bij calamiteiten gebruikt als uitwijklocatie en Heideheuvel 2 wordt onder andere gebruikt voor de opslag van rekwisieten en als archief.

Deze gebouwen zijn voor de NOS noodzakelijk voor uitvoering van de hoofdtaak en de panden (het NOS gebouw, Heideheuvel 1 en Heideheuvel 2) kunnen om die reden dan ook niet verkocht worden. Het onbenut laten van leegstaande ruimtes in de panden Heideheuvel 1 en Heideheuvel 2 acht het Commissariaat ongerechtvaardigd. Om die reden is afwijking van het percentage 10% zoals genoemd in de Beleidsregels

nevenactiviteiten 2016 gerechtvaardigd. Dit geldt enkel in relatie tot nieuwe verhuur van ruimten in de panden Heideheuvel 1 en Heideheuvel 2.

27. Gezien het voorgaande is het Commissariaat van oordeel dat de nevenactiviteit verband houdt met of ten dienste staat van de verwezenlijking van de publieke media-opdracht en direct gerelateerd is aan het media-aanbod van de NOS zoals bedoeld in artikel 2.132, derde lid, van de Mediawet 2008.

1 Artikelsgewijze toelichting bij de Beleidsregels nevenactiviteiten 2016, p. 11 en 12.

(5)

Conclusie

28. Aan de vereisten van relatie met de publieke media-opdracht, de marktconformiteit en kostendekkendheid is voldaan. Aan de nevenactiviteit, namelijk het verhuren van

kantoorruimte met een oppervlakte van in totaal 19 m² aan Alalena Mediaproducties B.V.

en één parkeerplaats, kan op grond van het voorgaande toestemming worden verleend.

29. Het Commissariaat wijst er tenslotte op dat overeenkomstig artikel 15 van de Beleidsregels nevenactiviteiten 2016 op publieke media-instellingen de zelfstandige verantwoordelijkheid rust om een nevenactiviteit tijdig (opnieuw) ter beoordeling aan het Commissariaat voor te leggen of per direct te staken zodra de nevenactiviteit niet langer binnen de reikwijdte van het toestemmingsbesluit valt. In een dergelijk geval is de nevenactiviteit niet langer toegestaan aangezien, bij voortzetting, die nevenactiviteit zal worden verricht zonder de in artikel 2.132, eerste lid, van de Mediawet 2008 genoemde toestemming.

E. Openbaarmaking

30. Het Commissariaat zal de volledige tekst van het besluit, met uitzondering van de daarin vermelde persoonsgegevens en vertrouwelijke bedrijfsgegevens, openbaar maken door publicatie op zijn website. De publicatie vindt plaats veertien dagen nadat het besluit op de in artikel 3:41 van de Algemene wet bestuursrecht voorgeschreven wijze is

bekendgemaakt. Het Commissariaat ziet daartoe geen belemmering op grond van artikel 10 van de Wet openbaarheid van bestuur.

F. Besluit

31. Op grond van het voorgaande besluit het Commissariaat als volgt:

I. toestemming te verlenen voor de nevenactiviteit “Het verhuren van kantoorruimte (19 m²) en één parkeerplaats door de NOS aan Alalena Mediaproducties B.V.

voor de periode van 19 maart 2019 tot en met 18 maart 2024”;

II. de volledige tekst van dit besluit, veertien dagen na de voorgeschreven bekendmaking daarvan, met uitzondering van de daarin vermelde

persoonsgegevens en vertrouwelijke bedrijfsgegevens, openbaar door publicatie op zijn website.

(6)

G. Register

32. De nevenactiviteit is als “Het verhuren van kantoorruimte (19 m²) en één parkeerplaats door de NOS aan Alalena Mediaproducties B.V.” opgenomen in het openbare Register nevenactiviteiten, te vinden op de website van het Commissariaat (www.cvdm.nl).

Een afschrift van dit besluit zendt het Commissariaat aan de NPO.

Hilversum, 19 maart 2019

COMMISSARIAAT VOOR DE MEDIA,

prof. mr. dr. Madeleine de Cock Buning drs. Eric Eljon

voorzitter commissaris

Belanghebbenden die zich met dit besluit niet kunnen verenigen, kunnen op grond van de Algemene wet bestuursrecht binnen zes weken na de dag waarop dit besluit is bekendgemaakt bezwaar maken bij het Commissariaat voor de Media, postbus 1426, 1200 BK te Hilversum

(7)

Bijlage 1: Juridisch kader

Artikel 2.132 van de Mediawet 2008

1. De NPO en de publieke media-instellingen mogen alleen na voorafgaande toestemming van het Commissariaat nevenactiviteiten verrichten

2. Nevenactiviteiten zijn activiteiten, directe of indirecte deelnemingen in rechtspersonen daaronder begrepen, die niet rechtstreeks verband houden met of ten dienste staan van de uitvoering van de publieke media-opdracht, met uitzondering van verenigingsactiviteiten als bedoeld in artikel 2.136.

3. Toestemming kan alleen worden gegeven als een nevenactiviteit verband houdt met of ten dienste staat van de verwezenlijking van de publieke media-opdracht en direct gerelateerd is aan het media-aanbod van de publieke omroep, op marktconforme wijze wordt verricht en ten minste kostendekkend is.

4. In afwijking van het eerste lid is geen voorafgaande toestemming van het Commissariaat nodig voor het bij wijze van experiment van beperkte omvang en duur verrichten van nevenactiviteiten die bestaan uit het leveren van goederen of diensten, met inbegrip van rechten en verplichtingen aan:

a. mediabedrijven ten behoeve van de versterking en verbetering van de nieuws- en informatievoorziening; of

b. culturele instellingen.

5. De NPO en de publieke media-instellingen melden nevenactiviteiten als bedoeld in het vierde lid bij het Commissariaat.

6. Bij ministeriële regeling kunnen nadere regels worden gesteld over:

a. de wijze van melden;

b. de omvang en duur van het experiment;

c. de aard en inhoud van de nevenactiviteiten; en

d. de samenwerking met de in het vierde lid, onderdelen a en b, bedoelde instellingen.

Artikel 4 van de Beleidsregels nevenactiviteiten 2016

Een nevenactiviteit ‘houdt verband met’ of ‘staat ten dienste van‘ de verwezenlijking van de publieke media-opdracht en is ‘direct gerelateerd aan‘ het media-aanbod van de publieke media-instelling, als bedoeld in artikel 2.132, derde lid, van de wet, indien:

1. het een nevenactiviteit in cluster 1 betreft;

2. in geval van een nevenactiviteit in cluster 2 is voldaan aan de voorwaarde dat het personeel of de middelen niet zijn verworven met het oogmerk om te verhuren en daarnaast geldt dat:

a. niet meer dan 10% van de omvang van het totale personeelsbestand of de totale oppervlakte waarover de publieke media-instelling beschikt in het kader van

nevenactiviteiten is verhuurd aan derden; of

b. sprake is van middelen die de publieke media-instelling nodig heeft voor de uitoefening van de publieke media-opdracht, maar die zij naar hun aard niet

onafgebroken in gebruik heeft, en de publieke media-instelling op jaarbasis voor ten minste 50% van de tijd over de middelen kan beschikken; of

c. sprake is van een ander geval op basis waarvan het Commissariaat afwijking van de in sub a of sub b genoemde percentages gerechtvaardigd acht.

(8)

Artikel 10 van de Wob

“1. Het verstrekken van informatie ingevolge deze wet blijft achterwege voor zover dit:

(…)

c. bedrijfs- en fabricagegegevens betreft, die door natuurlijke personen of rechtspersonen vertrouwelijk aan de overheid zijn meegedeeld;

(…)

2. Het verstrekken van informatie ingevolge deze wet blijft eveneens achterwege voor zover het belang daarvan niet opweegt tegen de volgende belangen:

(…)

d. inspectie, controle en toezicht door bestuursorganen;

e. de eerbiediging van de persoonlijke levenssfeer;

(…)”

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

het Commissariaat besluit BBCS Netherlands voor het programmakanaal “BBC Brit (Norway)” volledige ontheffing te verlenen van het bepaalde in artikel 3.24, eerste lid, van de

het Commissariaat besluit BBCS Netherlands voor alle taalversies van de programmakanalen “BBC Entertainment (Europe)” als vermeld in het overzicht in randnummer 14

25 Discovery Showcase HD – pan regional English 26 Discovery Showcase HD – pan regional Albanian 27 Discovery Showcase HD – pan regional Croatian 28 Discovery Showcase HD

“Animal Planet – pan regional” als vermeld in het overzicht in randnummer 23 volledige ontheffing te verlenen van het bepaalde in artikel 3.24, eerste lid, van de Mediawet 2008

het Commissariaat besluit Discovery voor het programmakanaal “Animal Planet – Polish” volledige ontheffing van het bepaalde in artikel 3.24, eerste lid, van de Mediawet 2008

“Discovery Channel - pan regional” als vermeld in het overzicht in randnummer 22 volledige ontheffing te verlenen van het bepaalde in artikel 3.24, eerste lid, van de Mediawet

het Commissariaat besluit Discovery voor het programmakanaal “Discovery History – Republic of Ireland” volledige ontheffing van het bepaalde in artikel 3.24, eerste lid, van

“ID Investigation Discovery – pan regional feed” als vermeld in het overzicht in randnummer 24 volledige ontheffing te verlenen van het bepaalde in artikel 3.24, eerste lid, van