Inspectierapport
Het Hommelhonk (BSO) Wildzang 3
8309BD TOLLEBEEK
Registratienummer 161773126
Toezichthouder: GGD Flevoland
In opdracht van gemeente: Noordoostpolder
Datum inspectie: 31-10-2016
Type onderzoek : Jaarlijks onderzoek
Status: Definitief
Datum vaststelling inspectierapport: 15-11-2016
Inhoudsopgave
Het onderzoek ... 3
Observaties en bevindingen ... 4
Pedagogisch klimaat ... 4
Personeel en groepen ... 6
Veiligheid en gezondheid ... 7
Accommodatie en inrichting ... 8
Inspectie-items ... 9
Gegevens voorziening ... 12
Gegevens toezicht ... 12
Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum ... 13
3 van 13 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang jaarlijks onderzoek 31-10-2016
Het Hommelhonk te TOLLEBEEK
Het onderzoek
Onderzoeksopzet
Dit onderzoek is uitgevoerd op grond van artikel 1.62 lid 2 van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen. Het betreft een onaangekondigd jaarlijks onderzoek.
In dit inspectierapport zijn niet alle items beoordeeld. Met behulp van het model risicoprofiel zijn de inspectieactiviteiten bepaald. Deze inspectieactiviteiten richten zich primair op de kwaliteit van de dagelijkse praktijk, aangevuld met aandachtspunten uit vorige inspecties, of indien hier een andere aanleiding toe is.
Beschouwing
Algemene informatie
In het Multi Functioneel Centrum (MFC) De Pionier in Tollebeek bevindt zich Buitenschoolse Opvang (BSO) Het Hommelhonk. Het MFC ligt naast de voetbalvelden en tegen het bos aan.
De BSO-kinderen kunnen gebruik maken van de faciliteiten geboden door het MFC. De BSO is geopend sinds 2011.
BSO Het Hommelhonk is van dezelfde houder als Boerderij De Boterbloem. De Boterbloem is een particuliere onderneming. Dagopvang (KDV) en BSO wordt aangeboden op De Boterbloem te Tollebeek sinds 2009.
Dit inspectierapport betreft BSO Het Hommelhonk.
De opvang wordt aangeboden op maandag t/m vrijdag en biedt plaats aan maximaal 15 kinderen.
Inspectiegeschiedenis
In 2014 en 2015 heeft een onaangekondigd jaarlijkse inspectie plaatsgevonden.
Er zijn geen tekortkomingen geconstateerd.
Huidige inspectie
BSO Het Hommelhonk is onaangekondigd bezocht voor de jaarlijkse inspectie.
Bevindingen
Tijdens dit inspectiebezoek werden geen tekortkomingen geconstateerd.
Hoor en wederhoor
De houder geeft telefonisch, 14 november 2016, bij de toezichthouder aan akkoord te gaan met het conceptrapport.
Advies aan College van B&W Geen handhaving.
Observaties en bevindingen
Pedagogisch klimaat
Onder de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen gelden eisen voor de aanwezigheid van een pedagogisch beleidsplan, de inhoud van een pedagogisch beleidsplan en de relatie van het beleidsplan met de praktijk. In de praktijk dienen voorwaarden te worden vervuld voor het
waarborgen van de emotionele veiligheid van kinderen, de ontwikkeling van de persoonlijke en de sociale competentie van kinderen en de overdracht van normen en waarden.
Bij de observatie van de pedagogische praktijk maakt de toezichthouder gebruik van het
"Veldinstrument observatie pedagogische praktijk" van december 2014. Daarin staan de specifieke aspecten waarop wordt geobserveerd. Hieruit citeert de toezichthouder enkele zinnen, die
betrekking hebben op het geobserveerde pedagogisch handelen en illustreert deze met voorbeelden uit de praktijk.
De illustraties zijn bedoeld als beknopte voorbeelden en pretenderen niet een volledig beeld van de praktijksituatie te geven. De toezichthouder stoelt haar inzicht en mening op de gegeven voorbeelden en op tijdens de observatie opgedane overige signalen.
Pedagogische praktijk
De observatie van de pedagogische praktijk vond plaats op een maandagmiddag op de basisgroep.
Er waren in totaal 9 kinderen aanwezig met 1 beroepskracht.
Bij binnenkomst van de toezichthouder waren 4 kinderen binnen aan tafel samen een spel aan het spelen. De resterende 5 kinderen speelden buiten op één van de sportvelden.
Emotionele veiligheid
"De beroepskracht communiceert met de kinderen."
Observatie: tijdens het spelen op de grond gaat één van de jongere kinderen bij de beroepskracht op schoot. Samen knuffelen zij even.
Observatie: bij binnenkomst van de toezichthouder roept één van de kinderen 'er komt een moeder aan!' De beroepskracht zegt: 'Nee, je kent alle moeders toch'. 'Het was een grapje', antwoordt het kind.
Persoonlijke competentie
"De beroepskracht ondersteunt en stimuleert de ontwikkeling van de kinderen".
De kinderen mogen activiteiten kiezen die passen bij hun eigen interesse en energieniveau.
Observatie: één van de kinderen zit aan tafel en zoekt op de tablet naar een 'knutsel' activiteit.
De beroepskracht vraagt wat het kind leuk vindt. Samen maken zij een keuze en het kind pakt hierna de benodigde spullen en gaat aan de slag.
Sociale competentie
"De beroepskrachten ondersteunen de kinderen in hun onderlinge interactie."
Beroepskrachten zetten gerichte activiteiten en materialen in om kinderen te laten samenspelen.
Observatie: samen aan tafel wordt een spel gespeeld, onder begeleiding van de beroepskracht.
Eén van de (oudere) kinderen (J.) vraagt de beroepskracht of zij E. zal helpen, 'E. is nog klein en weet de spelregels niet helemaal'. 'Dat is een goed idee', prijst de beroepskracht J.. J. helpt E.
door de spelregels uit te leggen, samen spelen zij verder met de andere kinderen.
5 van 13 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang jaarlijks onderzoek 31-10-2016
Het Hommelhonk te TOLLEBEEK Normen en waarden
"Afspraken, regels en omgangsvormen zijn aanwezig en worden toegepast."
Observatie: één van de kinderen die buiten speelt vraagt of zij hun jassen mogen uitdoen.
De beroepskracht antwoordt: 'Nee, dat is zo met jullie ouders afgesproken en jullie weten dat die afspraak is gemaakt'. 'Maar het is zo warm in de zon', antwoordt het kind. Beroepskracht: 'heb je zelf een idee hoe je dit kunt oplossen?' Aangezien het kind dit niet weet, doet de beroepskracht een voorstel: 'Jullie kunnen tussendoor even uitrusten of naar binnen komen om wat te drinken, kun je dat bespreken met de andere kinderen buiten?' Het kind loopt terug naar het sportveld, even later komen 2 kinderen binnen om wat te drinken.
De pedagogische praktijk voldoet aan de voorwaarden.
Gebruikte bronnen:
• Interview anderen (beroepskracht)
• Observaties (pedagogische praktijk, binnen- en buitenruimten)
• Veldinstrument observatie pedagogische praktijk 4-12 jaar, versie datum december 2014
Personeel en groepen
Onder de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen gelden eisen voor verklaringen omtrent het gedrag en passende beroepskwalificaties. Ook gelden normen voor opvang in groepen, beroepskracht-kindratio en voertaal.
Verklaring omtrent het gedrag
De aanwezige beroepskracht heeft een Verklaring Omtrent het Gedrag (VOG) die voldoet aan de voorwaarden.
Passende beroepskwalificatie
De aanwezige beroepskracht beschikt over een voor de werkzaamheden passende beroepskwalificatie overeenkomstig de CAO Kinderopvang.
Opvang in groepen
Bij BSO Het Hommelhonk worden per dagdeel maximaal 15 kinderen opgevangen in 1 basisgroep in de leeftijd van 4-12 jaar.
De opvang in basisgroepen voldoet aan de voorwaarden.
Beroepskracht-kindratio
In totaal waren er 9 kinderen aanwezig met 1 beroepskracht.
Er werd aan de beroepskracht-kindratio voldaan.
Gebruikte bronnen:
• Interview anderen (beroepskracht)
• Verklaringen omtrent het gedrag
• Diploma's beroepskrachten
7 van 13 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang jaarlijks onderzoek 31-10-2016
Het Hommelhonk te TOLLEBEEK
Veiligheid en gezondheid
Onder de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen gelden eisen voor de waarborging van de veiligheid en gezondheid risico-inventarisatie en de meldcode kindermishandeling.
Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid
De risico-inventarisaties veiligheid (RI-V) en gezondheid (RI-G) zijn uitgevoerd in september 2016.
De houder maakt gebruik van veiligheids- en gezondheidsverslagen. Hierin is de praktijk duidelijk toetsbaar beschreven en herkenbaar voor de toezichthouder.
Het beleid op het gebied van veiligheid en gezondheid voldoet aan de eisen.
Meldcode kindermishandeling
De meldcode kindermishandeling is beschikbaar op de vestiging en via kantoor (gevestigd op de locatie De Boterbloem).
De meldcode kindermishandeling voldoet aan de voorwaarden.
Gebruikte bronnen:
• Interview anderen (beroepskracht)
• Observaties (pedagogische praktijk, binnen- en buitenruimten)
• Risico-inventarisatie veiligheid (september 2016)
• Risico-inventarisatie gezondheid (september 2016)
• Actieplan veiligheid (september 2016)
• Actieplan gezondheid (september 2016)
• Ongevallenregistratie
• Veiligheidsverslag (september 2016)
• Gezondheidsverslag (september 2016)
• Huisregels/groepsregels
• Meldcode kindermishandeling (versie juli 2013)
Accommodatie en inrichting
Onder de Wet Kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen gelden eisen voor de accommodatie en inrichting van de binnenruimte en de buitenspeelruimte.
Binnenruimte
Er is 1 groepsruimte beschikbaar voor de BSO-kinderen. In het MFC wordt gebruik gemaakt van een 'balkon' op de eerste etage.
Het balkon is voorzien van een grote tafel voor o.a. eten en drinken en tafelspelletjes.
Hiernaast is er een grote afsluitbare kast met knutselspullen. Aan de bovenkant van de trap naar het balkon is een klein plateau, hier staan o.a. lage stoelen aan een lage tafel en kunnen de kinderen rustig spelen. Na deze plateau is het balkon bereikbaar d.m.v. 1 traptrede.
De binnenruimte is passend ingericht en voldoet aan de voorwaarden.
Buitenspeelruimte
De kinderen hebben de grote sportvelden van het MFC tot hun beschikking om buiten te spelen.
De sportvelden zijn vanuit de binnenruimte te zien. Via het buitenbalkon kan de beroepskracht de kinderen toespreken.
De buitenspeelruimte is aangrenzend en voor kinderen toegankelijk, er zijn geen belemmeringen om buiten te spelen. De kinderen kunnen zelf, als zij daar behoefte aan hebben, naar buiten gaan via de beschikbare trap.
De ouders geven toestemming voor hun kind als hij/zij zelfstandig naar buiten mag, hiervoor wordt een formulier ingevuld. Indien dit formulier niet is afgegeven, gaan alle kinderen gezamenlijk met de beroepskracht naar buiten.
De buitenspeelruimte voldoet aan de voorwaarden.
Gebruikte bronnen:
• Observaties (pedagogische praktijk, binnen- en buitenruimten)
9 van 13 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang jaarlijks onderzoek 31-10-2016
Het Hommelhonk te TOLLEBEEK
Inspectie-items
Pedagogisch klimaat
Pedagogische praktijk
De houder draagt zorg voor uitvoering van het pedagogisch beleidsplan.
(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt zorg voor het waarborgen van emotionele veiligheid.
(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van persoonlijke competentie te komen.
(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van sociale competentie te komen.
(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt zorg voor de overdracht van normen en waarden.
(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Personeel en groepen
Verklaring omtrent het gedrag
De houder en personen werkzaam bij de onderneming waarmee de houder het kindercentrum exploiteert zijn in het bezit van een verklaring omtrent het gedrag die is afgegeven na 1 maart 2013.
(art 1.50 lid 3 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
Een verklaring omtrent het gedrag van een persoon werkzaam bij de onderneming is vóór aanvang van de werkzaamheden bij het kindercentrum overgelegd en is op dat moment niet ouder dan twee maanden.
(art 1.50 lid 4 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
De verklaring omtrent het gedrag van een stagiaire, uitzendkracht, vrijwilliger is niet ouder dan twee jaar.
(art 1.50 lid 4, 8 en 9 en 1.57 lid 1, 2, 3 en 5 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
Passende beroepskwalificatie
Alle beroepskrachten beschikken over de voor de werkzaamheden passende beroepskwalificatie zoals in de cao kinderopvang is opgenomen.
(art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 4 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Opvang in groepen
Ieder kind behoort bij een basisgroep.
(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De basisgroep bestaat uit maximaal twintig kinderen in de leeftijd van 4 jaar tot de leeftijd waarop het basisonderwijs voor die kinderen eindigt.
(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) OF
De basisgroep bestaat uit maximaal dertig kinderen in de leeftijd van 8 jaar tot de leeftijd waarop het basisonderwijs voor die kinderen eindigt.
(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Beroepskracht-kindratio
De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste:
- 1 beroepskracht per 10 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 4 jaar.
- 1 beroepskracht per 10 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 8 jaar.
Bij kinderen van verschillende leeftijden in één groep wordt het minimale aantal beroepskrachten berekend met de rekentool op www.rijksoverheid.nl.
(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 3 en 5 Regeling kwaliteit kinderopvang en
peuterspeelzalen) OF
De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste:
- 2 beroepskrachten en een extra volwassene per 30 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 8 jaar.
(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 4 en 5 Regeling kwaliteit kinderopvang en
peuterspeelzalen)
Minstens de helft van het aantal vereiste beroepskrachten wordt ingezet wanneer er tijdelijk wordt afgeweken van de beroepskracht-kindratio.
(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 8 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Veiligheid en gezondheid
Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid
In het plan van aanpak geeft de houder aan welke maatregelen op welk moment zijn,
respectievelijk worden genomen in verband met de veiligheidsrisico’s, alsmede de samenhang tussen de veiligheidsrisico’s en de maatregelen.
(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 sub b Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder zorgt ervoor dat personen werkzaam bij het kindercentrum kennis kunnen nemen van de vastgestelde risico-inventarisatie veiligheid.
(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 2 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 4 Regeling kwaliteit kinderopvang en
peuterspeelzalen)
In het plan van aanpak geeft de houder aan welke maatregelen op welk moment zijn
respectievelijk worden genomen in verband met de gezondheidsrisico’s, alsmede de samenhang tussen de gezondheidsrisico’s en de maatregelen.
(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 sub b Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder zorgt ervoor dat personen werkzaam bij het kindercentrum kennis kunnen nemen van de vastgestelde risico-inventarisatie gezondheid.
(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 2 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 4 Regeling kwaliteit kinderopvang en
peuterspeelzalen)
Meldcode kindermishandeling
11 van 13 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang jaarlijks onderzoek 31-10-2016
Het Hommelhonk te TOLLEBEEK
De houder handelt overeenkomstig de wettelijke meldplicht en bevordert de kennis en het gebruik ervan.
(art 1.51b en 1.51c Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
Accommodatie en inrichting
Binnenruimte
De binnenruimte is passend ingericht in overeenstemming met het aantal en de leeftijd van de op te vangen kinderen.
(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 6 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 8 lid 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Buitenspeelruimte
De buitenspeelruimte is passend ingericht in overeenstemming met het aantal en de leeftijd van de op te vangen kinderen.
(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 6 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 10 lid 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Gegevens voorziening
Opvanggegevens
Naam voorziening : Het Hommelhonk
Aantal kindplaatsen : 15
Gegevens houder
Naam houder : Hinke Naus-Booi
KvK nummer : 32142130
Aansluiting geschillencommissie : Ja
Gegevens toezicht
Gegevens toezichthouder (GGD)
Naam GGD : GGD Flevoland
Adres : Postbus 1120
Postcode en plaats : 8200BC LELYSTAD
Telefoonnummer : 088-0029910
Onderzoek uitgevoerd door : E. Kerkenaar Gegevens opdrachtgever (gemeente)
Naam gemeente : Noordoostpolder
Adres : Postbus 155
Postcode en plaats : 8300AD EMMELOORD
Planning
Datum inspectie : 31-10-2016
Opstellen concept inspectierapport : 09-11-2016
Zienswijze houder : Niet van toepassing
Vaststelling inspectierapport : 15-11-2016 Verzenden inspectierapport naar houder : 15-11-2016 Verzenden inspectierapport naar
gemeente
: 15-11-2016 Openbaar maken inspectierapport :
13 van 13 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang jaarlijks onderzoek 31-10-2016
Het Hommelhonk te TOLLEBEEK
Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum
De zienswijze betreft een reactie van de houder op de inhoud van het inspectierapport.
De houder heeft geen gebruik gemaakt van de gelegenheid een zienswijze in te dienen.