Vraag nr. 120 van 8 februari 2002
van de heer CARL DECALUWE
Vlaamse openbare instellingen – Ziekteverzuim In opvolging van mijn schriftelijke vraag nr. 68 van 9 februari 2000 zou ik de minister graag volgende vragen stellen (Bulletin van Vragen en A n t w o o r-den nr. 11 van 7 april 2000, blz. 1002).
1. Hoeveel werkdagen afwezigheid van één dag wegens ziekte werden genoteerd in de V l a a m s e openbare instellingen (VOI) die onder de be-voegdheid van de minister vallen voor de perio-de 1999-2000 ?
2. Hoeveel werkdagen afwezigheid wegens ziekte, minder dan 30 dagen, werden in dezelfde perio-de vastgesteld ?
3. Hoeveel werkdagen afwezigheid wegens lang-durige ziekte (meer dan 30 dagen) werden ge-noteerd in dezelfde periode ?
4. Hoeveel werkdagen verminderde prestaties we-gens ziekte werden voor diezelfde periode vast-gesteld ?
5. Welke conclusies of adviezen hebben de direc-tieraden van de betrokken VOI's geformuleerd hieromtrent ?
6. Werden er in de periode 1999-2000 attesten in-gekort ?
7. Hoe en door wie werden controles uitgevoerd in 1999-2000 ?
8. Zijn de resultaten inzake ziekteverzuim verge-lijkbaar met de privé-sector en het Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap ?
9. Werden er sinds 1997-1998 specifieke acties on-dernomen om het ziekteverzuim verder te ver-minderen ?
10. Welke evolutie kan worden vastgesteld in ver-gelijking met de voorgaande jaren ( 1 9 9 1-1998) ?
N.B. Deze vraag werd gesteld aan alle ministers.
Antwoord