André Cornelis Vlaanderen
bron
André Cornelis Vlaanderen, De wonderlijke avonturen van Jaap Kalebas. Rijwielfabriek Gazelle, Dieren 1927
Zie voor verantwoording: http://www.dbnl.org/tekst/vlaa001wond01_01/colofon.php
© 2010 dbnl / erven André Cornelis Vlaanderen
[De wonderlijke avonturen van Jaap Kalebas]
1. Jaap Kalebas is blij van zin.
Hij trekt per fiets de wereld in.
Daar hij geen risico wil loopen Gaat hij zich een ‘GAZELLE’ koopen.
2. Een laatst vaarwel aan ooms en tantes.
3. Jaap is al spoedig uit het zicht.
'n Gazelle-fiets loopt uiterst licht!
Hij heeft in minder dan geen tijd Dan ook een heel eind afgeleid.
4. Hoe slecht de weg ook wezen mag, Jaap rijdt er over met een lach.
Al is de grond als pap zoo week.
Nooit laat z'n fiets hem in den steek!
5. Langs Gouda, Delft en Overschie Gaat het naar Nantes, één, twee, drie!
Vandaar langs hobbelige wegen, Maar een ‘Gazelle’ kan daar tegen!
6. Jaap rijdt steeds verder. Plots'ling zie, Doemt voor hem op de Mont Cenis.
Die zal hem toch wel mores leeren?
Och neen, ook die kan Jaap niet deren!
7. Hoe hoog de berg, hoe steil de helling, Slechts omgeschakeld de versnelling.
En Jaap op zijn Gazelle-fiets
Klimt vlug omhoog als waar het niets.
8. Dan geeft hij acte de présence In Rome, Napels en Florence
Vandaar in één stuk door naar 't Noorden Tot aan de schoone Dwina-boorden.
9. Geen sneeuw of hagel kan hem deren.
Hij denkt niet aan terug te keeren.
Hoe onbegaanbaar ook de wegen.
'n ‘Gazelle’ kan er heusch wel tegen!
10. Rendieren, ijs- en bruine beer Gaan hevig tegen hem te keer.
Maar Jaap weet: hij ontkomt ze wél.
Want, och 'n ‘Gazelle’ rijdt zoo snel!
11. Noord-Rusland is vlug doorgereden, Dan door het land der Samojeden.
Dwars door Siberië naar Japan.
Daar komt hij op een morgen an!
12. Het heele land is vol met vlaggen.
Jaap denkt: ‘Of ze me hier ook maggen!’
Maar een Japansche maakt hem wijzer:
‘'t Is de verjaardag van den keizer!
13. Van iedereen in Tokio
Ontvangt de keizer een cadeau!
Gij, vreemd'ling, wil hem ook bedenken!
En hem dat mooie fietsje schenken!’
14. Daar vat de doodschrik Jaapje aan!
Hij denkt: ‘Ik moet hier vlug vandaan!
M'n fiets weggeven? Lieve Mina, Ik smeer hem als een haas naar China!’
15. Van China rijdt hij naar Madras Alsof 't zoo heelemaal niets was!
Vandaar gaat het in kalmen gang Door Achter-Indië naar Padang.
16 Per boot gaat 't naar Batavia Dan naar zijn neef in Canada, - Vier meter lang, twee meter dik! - Jaap toeft bij hem een oogenblik.
17. Van daar naar 't Zuiden naar de Staten.
Daar loopt hij dadelijk in de gaten.
Als Jaap met z'n Gazelle komt
Staan zelfs de Yankees gansch verstomd!
18. Want nooit nog zag men zulk een fiets.
Zoo fraai, zoo sterk! - Dat was eerst iets!
Zelfs Ford vertrouwt zijn oogen niet Als hij 't Gazelle-rijwiel ziet.
19. Hij staat perplex; geeft geen geluid.
Dan roept de auto-koning uit:
‘Voorwaar, “Gazelle” spant de kroon!
Nooit zag 'k een fiets, zoo wonderschoon!’
20. Jaap blijft hier wel een week of vier, Dan komt 't bericht van huis: ‘Kom hier!
Wij zitten hier ons te verkniezen.
Dus, Jaap, wil spoedig zee gaan kiezen!’
21. Thuis, in de schemeravonduren Vertelt Jaap al zijn avonturen.
Hoe niemand aan zijn fiets kon tippen!
Een ieder hangt hem aan z'n lippen.
22. Al spoedig zijn de plannen klaar Voor 'n nieuwe reis het volgend jaar;
Oom Tinus wil Jaap vergezelle' Natuurlijk ook op een ‘Gazelle’.
23. Maar Opa kijkt hem nijdig aan.
‘Wil jullie met je beiden gaan?’
‘Geloof me, daar komt niets van in Ik óók heb in zoo'n reisje zin!’
24. De tantes roepen luid: ‘Hoezee, Wij vrouwen willen ook graag mee, Koop ons ook een ‘Gazelle-fiets, Dan gaan we mee en staan voor niets!’