• No results found

Zondagslezing 7 oktober

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Zondagslezing 7 oktober"

Copied!
1
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Lezingen door de week | Maandag 10 oktober: Brief aan de Romeinen 1, 1-7 en Lucas 11, 29-32 • Dinsdag 11 oktober: Brief aan de Romeinen 1, 16-25 en Lucas 11, 37-41 • Woensdag 12 okto- ber: Brief aan de Romeinen 2, 1-11 en Lucas 11, 42-46 • Donderdag 13 oktober: Brief aan de Romeinen 3, 21-29 en Lucas 11, 47-54 • Vrijdag 14 oktober: Brief aan de Romeinen 4, 1-8 en Lucas 12, 1-7 •

Zaterdag 15 oktober: Brief aan de Romeinen 4, 13.16-18 en Lucas 12, 8-12 • Zondag 16 oktober (Negenentwintigste zondag door het jaar) Jesaja 45, 1.4-6 – Eerste Brief aan de Tessalonicenzen 1, 1-5b – Matteüs 22, 15-21.

eucharistie op radio | 9 oktober, 10 uur, Vrt radio 1: vanuit de Sint-Martinusparochie in Herk-de-Stad.

eucharistie op tv | 9 oktober, 10 uur, Vrt één: vanuit de pa- rochie Sint-Salvator in Harelbeke.

commentaar bij de zondagslezingen

— Kris Depoortere—

Mergpijpen

HEBBEN JuLLiE gEHooRd HoE dE pRofEET JESaJa, 2.700 jaar geleden, een menukaart voorlegt als beeld van een overgelukkige toekomst? Natuurlijk, schitte- rende wijnen. ik zou er oesters bij doen, maar de (graatmagere?) profeet Jesaja ver- kiest mergpijpen. puur cholesterol. Mijn moeder zaliger kreeg ze bij de beenhouwer.

Ze kookte ze in de soep. Slurpen op een snede volkorenbrood. gedaan sinds de dol- lekoeienziekte. Maar de goesting blijft.

ook Jezus vertelt over een feestmaaltijd. Een bruiloftsmaal aan het koninklijke hof. Mathilde en filip, de koningskinderen, zijn hier symbolen voor alle kinderen die trouwen. En Jezus rekt het beeld uit: er is eigenlijk maar één bruiloftsfeest, het feest in de hemel als we elkaar allemaal – helemaal genezen van alle kwalen en ziek- ten en fouten – zullen terugzien. „geloven jullie dat ik een groot feest voor jullie ge- pland heb en talloze tafels gereserveerd? Kies zelf maar: oesters of mergpijpen.” dat is het verste perspectief van Jezus. Maar goed, blijven we even bij het kortere per- spectief van het evangelieverhaal, een koninklijk trouwfeest.

Zoals vaker gebeurt in de Bijbel, neemt de parabel een dramatische wending. al- les is klaar, maar de genodigden willen niet komen. Ze vinden fletse excuses. de ko- ning, vader van de bruidegom, schiet in een oosterse kolere. Echt ‘oosters’, vandaar de overdrijvingen in de parabel die Jezus vertelt: „Hij stuurt de politie en een strafexpe- ditie.” amen en uit? feest mislukt, verbrande pizza voor de trouwers en hun ouders.

Neen, tweede wending in het verhaal. de koning wil absoluut dat het feest groots plaatsheeft. Niet omdat hij anders overtollig eten aan de kippen moet geven. de va- der van de bruidegom wil veel mensen laten delen in het geluk van zijn kinderen.

Net zoals vorige week in de parabel over de wijngaardenier. als de arbeiders de oogst niet wilden afgeven, begon de eigenaar opnieuw op een andere plaats, met andere ar- beiders. Het is hier net hetzelfde. Het feest moet plaatshebben. Er moet volk zijn. En daarom stuurt de koning bedienden om de mensen van de straat te halen. Het wordt geen elitair feest voor blauw bloed, maar voor iedereen. Voor Richard, de clochard, voor Lena, de magdalena, voor Suzanna Zonderman, voor tante Liesbeth. En zij ko- men wel. En wat graag. Hebben jullie gehoord dat er in het evangelie staat „zowel goeden als slechten”? Slechten? Jawel, mensen die wij slecht vinden, maar die in hun hart heel sterk bewogen zijn om goed te doen, ook al gaan ze niet elke zondag naar de kerk. in de ogen van de vader van de bruidegom zijn het allemaal goeden, omdat zij arm zijn en solidair, of omdat ze iets doen voor de armen.

Toch is het verhaal nog niet af. Er komt een derde wending in de parabel. Het feest is volop bezig. de koning – symbool voor god – loopt van tafel tot tafel en groet al die onbekenden. Een nieuwe wereld gaat voor hem open: „Zijn er zo veel men- sen die van mij houden en van de liefde voor elkaar leven?” Maar dan schrikt hij. Hij ziet een man die geen feestkleed aan heeft. Niet letterlijk te nemen, als je plotseling wordt gevraagd op een feest, heb je geen tijd om een pitteleer te huren. Maar waar gaat het dan wel over? Niet over de kledij, maar over de levensstijl. die man zit daar niet te eten, maar te vreten. Hij schraapt alle schotels leeg in zijn bord. Het overschot steekt hij in een plastic zakje. Hij praat met niemand. Hij lacht niet, grijnst enkel maar. Hij wil alleen maar profiteren en denkt aan niemand anders. „Buiten!”, zegt de koning. „ga weg. ik geef je alles voor niets en jij houdt alles voor jezelf. Je denkt niet aan anderen, alleen aan jezelf. Buiten!”

afsluitend: god nodigt ons allemaal uit op zijn uiteindelijke feest, rijstpap met zilveren lepels. of wat dan ook. de Hemel is niet gereserveerd voor een selecte groep, maar voor iedere mens van goede wil. Maar hij of zij moet wel van ‘goede wil’ zijn.

in mensenwoorden: hij of zij moeten broer en zus zijn voor anderen. paulus zei toch iets in die trant: „Hemel en aarde zullen vergaan, alleen de liefde blijft bestaan”? En in de eerste lezing hoorden we: „god neemt de sluier van de dood weg. Hij wist al- le tranen van elk gezicht.” op één voorwaarde: dat wij elkaars tranen wissen. dan wacht een schotel vol mergpijpen.

EERSTE LEZING

jesaja 25, 6-10a

in die dagen zal de Heer van de hemelse machten op de berg Sion voor alle volken een maaltijd aanrichten, een maaltijd van vette spijzen en van belegen wijnen, een maaltijd van vette, mergrijke spijzen en van ge- klaarde, belegen wijnen. op deze berg zal Hij de sluier verscheuren die ligt over alle volkeren, en het floers dat alle naties bedekt. Hij zal de dood voor eeuwig vernie- tigen en van alle aangezichten zal Hij, de Heer, de tra- nen wissen. Hij zal de smaad van zijn volk wegnemen van de gehele aarde. Ja, zo heeft de Heer het besloten!

op die dag zal men zeggen: „dat is onze god, op wie wij hoopten: Hij heeft ons gered! dat is de Heer, op wie wij vertrouwden: laat ons jubelen en ons verheugen om de redding, die Hij ons gebracht heeft! Ja, de hand van de Heer zal rusten op deze berg.”

TWEEDE LEZING

brief aan de filippenzen 4, 12-14.19-20

Broeders en zusters,

ik weet wat armoede is, ik weet wat overvloed is. ik ben volledig ingewijd; ik kan volop eten en ik kan honger lijden, ik ben vertrouwd met overvloed en met gebrek.

alles vermag ik in Hem die mij kracht geeft. Toch hebt gij er goed aan gedaan mij te helpen in mijn moeilijk- heden.

Mijn god zal met goddelijke rijkdom in al uw noden voorzien door u de heerlijkheid te schenken in Chris- tus Jezus. aan onze god en Vader zij de eer in de eeu- wen der eeuwen! amen.

EVANGELIE

matteus 22, 1-14

in die tijd nam Jezus het woord en sprak opnieuw in gelijkenissen tot de hogepriesters en oudsten van het volk. Hij zei:

„Het Rijk der hemelen gelijkt op een koning die een bruiloftsfeest gaf voor zijn zoon. Hij stuurde zijn die- naars uit om allen te roepen die hij tot de bruiloft had uitgenodigd, maar zij wilden niet komen.”

„daarop zond hij andere dienaars met de opdracht:

‘Zegt aan de genodigden: ‘Zie ik heb mijn maaltijd klaar, mijn ossen en het gemeste vee zijn geslacht; al- les staat gereed. Komt dus naar de bruiloft.’ Maar zon- der er zich om te bekommeren, gingen zij weg, de een naar zijn akker, de ander naar zijn zaken. de overigen grepen zijn dienaars vast, mishandelden en doodden hen.”

„Nu ontstak de koning in toorn, stuurde zijn troe- pen en liet de moordenaars ombrengen en hun stad in brand steken. Toen sprak hij tot zijn dienaars: ‘Het bruiloftsmaal staat klaar, maar de genodigden waren het niet waard. gaat dus naar de drukke verkeerswe- gen en nodigt wie ge er maar vindt, tot de bruiloft.’

Zijn dienaars gingen naar de wegen en brachten allen mee die zij er aantroffen, slechten zowel als goeden, en de bruiloftszaal liep vol met gasten.”

„Toen nu de koning binnenkwam om de aanliggen- den te bezoeken, merkte hij daar iemand op die niet voor een bruiloft gekleed was. En hij sprak tot hem:

‘Vriend, hoe zijt gij hier binnengekomen zonder brui- loftskleed?’ Maar de man bleef het antwoord schuldig.

Toen sprak de koning tot de bedienden: ‘Bindt hem aan handen en voeten en werpt hem buiten in de duis- ternis. daar zal geween zijn en tandengeknars’.”

„Velen zijn geroepen maar weinigen uitverkoren.”

Schriftlezingen © Katholieke Bijbelstichting

’s Hertogenbosch, www.bijbel.net

9 o kto b e r 2011 – ac h t e n tw i n t i gst e zo n dag doo r h et jaa r

D lezingen & Commentaar

14 september 2011

kerk & leven

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Zo spreekt de Heer tot Cyrus, zijn gezalfde, die Hij bij zijn rechterhand heeft genomen om de volkeren voor hem neer te werpen, om koningen de gordels van de lenden te trek- ken,

Maar toen de wijn- bouwers de zoon zagen, zeiden ze onder elkaar: ‘Dat is de erf- genaam; vooruit, laten we hem vermoorden en ons zijn erfenis toe-eigenen.’

Over God die verwacht dat ze zijn liefde beantwoorden, dat ze rechtvaardig zijn en dat ze hun werk naar behoren doen in de zorg voor de wijngaard, voor de wereld, voor

Hij wilde eigenlijk gelijk halen bij Jezus: „Jezus, zeg toch dat ik het goed voor heb en dat de anderen verkeerd zijn.” Sommige mensen denken heel erg zwart-wit: wie niet met

Daarom geldt voor u, priesters, dit besluit: wan- neer gij niet luistert en wanneer gij u niet bekommert om de glorie van mijn Naam – zo spreekt de Heer van de hemelse machten –

Maar Jezus gaat door: „Geef vooral aan God wat God toekomt.” Op een muntstuk staat geen beeltenis van God. Joden mochten geen enkel beeld of schilderij van

Maar, „Wie zijn bezit verkoopt, heeft daarmee nog niet de garantie dat hij met zijn hart in de hemel is”, schreef exegeet Gijs Bouwman eertijds.. Er is ook waakzaamheid en

Jakobus en Johannes zijn namelijk tot het inzicht gekomen dat het onvermijdelijk is dat Jezus zal sterven en dat zijn dood geen zwart gat betekent, geen totale mislukking, maar