• No results found

Zondagslezing 30 oktober

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Zondagslezing 30 oktober"

Copied!
1
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

kerk & leven

12 oktober 2011

lezingen & Commentaar C

Lezingen door de week | Maandag 31 oktober: Brief aan de Romeinen 11, 29-36 en Lucas 14, 12-14 • Dinsdag 1 november (Al- lerheiligen) Apokalyps 7, 2-4.9-14 – Eerste Brief van Johannes 3, 1-3 – Matteüs 5, 1-12a • Woensdag 2 november (Allerzielen) Schriftle- zingen naar keuze uit de liturgie der overledenen • Donderdag 3  november: Brief aan de Romeinen 14, 7-12 en Lucas 15, 1-10 • Vrij- dag 4 november: Brief aan de Romeinen 15, 14-21 en Lucas 16, 1-8

Zaterdag  5  november: Brief aan de Romeinen 16, 3-9.16.22-27

en Lucas 16, 9-15 • Zondag 6 november (Tweeëndertigste zondag door het jaar) Wijsheid 6, 12-16 – Eerste Brief aan de Tessalonicen- zen 4, 13-18 –Matteüs 25, 1-13.

eucharistie op radio | 30 oktober, 10 uur, VRT Radio 1: van- uit de abdijkerk van Averbode.

eucharistie op tv | 30 oktober, 10.30 uur (!), RKK via Neder- land  2:  vanuit de Heilige-Quirinuskerk in Halsteren, dicht bij Bergen op Zoom. De Heilige Quirinus is een van de vier kerken

(en daarmee een van de vier parochiekernen) van de Sint-Chris- toffel parochie.

eucharistie op radio | 1 november, 11 uur (!), VRT Radio 1:

Allerheiligen in Eurovisie vanuit de Mechelse Sint-Romboutska- thedraal. Het koor Cantate Domino uit Aalst wordt gedirigeerd door David De Geest. Edward De Geest bespeelt het orgel.

eucharistie op tv | 1 november, 10 uur, VRT één: Allerheili- gen vanuit de Sint-Baafskathedraal in Gent.

EERSTE LEZING

maleachi 1, 14b – 2, 2b.8-10

„Ik ben een grote koning – zegt de Heer van de hemelse machten – en mijn Naam wordt gevreesd onder de vol- ken. Daarom geldt voor u, priesters, dit besluit: wan- neer gij niet luistert en wanneer gij u niet bekommert om de glorie van mijn Naam – zo spreekt de Heer van de hemelse machten – dan laat Ik een vloek over u ko- men, dan vervloek Ik de zegeningen, die u gegeven zijn.”

„Gij zijt van de weg afgeweken en hebt door uw le- ring velen laten struikelen; gij hebt het verbond met Levi tenietgedaan – zo spreekt de Heer van de hemelse machten. Daarom zal Ik zorgen dat gij bij het hele volk verguisd en versmaad wordt, omdat gij mijn wegen niet hebt bewandeld en in uw lering de mensen naar de ogen hebt gezien.”

„Hebben wij niet allen één vader? Heeft niet één God ons geschapen? Waarom bedriegen wij elkaar dan en schenden wij daarmee het verbond, dat met onze vade- ren is gesloten?”

TWEEDE LEZING

eerste brief aan de tessalonicenzen 2, 7b-9.13

Broeders en zusters,

Wij zijn zachtzinnig met u omgegaan als een moeder die haar kinderen voedt en koestert. We waren u zo innig genegen, dat wij u graag met het evangelie van God ons eigen leven hadden geschonken; zo lief waart gij ons geworden. Gij herinnert u toch, broeders en zusters, onze moeite en inspanning. Terwijl wij u het evangelie van God verkondigden, hebben wij dag en nacht gewerkt om maar niemand van u tot last te zijn.

En daarom danken wij God zonder ophouden, dat gij het goddelijk woord der prediking van ons hebt ont- vangen en aanvaard, niet als een woord van mensen, maar als wat het inderdaad is: het woord van God; en het blijft werkzaam in u die gelooft.

EVANGELIE

matteus 23, 1-12

In die tijd sprak Jezus tot het volk en tot zijn leerlin- gen:

„Op de leerstoel van Mozes hebben de schriftgeleer- den en de Farizeeën plaats genomen. Doet en onder- houdt daarom alles wat zij u zeggen, maar handelt niet naar hun werken; want zelf handelen ze niet naar hun woorden. Zij maken bundels van zware, haast on- draaglijke lasten en leggen die de mensen op de schou- ders, maar zelf zullen ze er geen vinger naar uitsteken.

Alles wat zij doen, doen zij om bij de mensen op te val- len; zij maken immers hun gebedsriemen breed en hun kwasten groot, ze zijn belust op de ereplaats bij de maaltijden en de voornaamste zetels in de synagogen, ze laten zich graag groeten op de markt en willen door de mensen ‘rabbi’ genoemd worden.”

„Maar gij moet u geen rabbi laten noemen. Gij hebt maar een Meester en gij zijt allen broeders. En noemt niemand van u op aarde ‘vader’; gij hebt maar één Va- der, de hemelse. En laat u ook geen ‘leraar’ noemen; gij hebt maar één leraar, de Christus.”

„Wie de grootste onder u is, moet uw dienaar zijn. Al wie zichzelf verheft, zal vernederd en wie zichzelf ver- nedert, zal verheven worden.”

Schriftlezingen © Katholieke Bijbelstichting

’s Hertogenbosch, www.bijbel.net

commentaar bij de zondagslezingen

— Kris Depoortere—

Voorgoed begonnen begin

WE KRIJGEN pOST VANOCHTEND, gekreukt, vergeeld op perkament, opgerold en verstuurd met een postduif. Het is een brief van paulus van Tarsus uit Korinte in Griekenland in het jaar 50, net zeventien jaar na de executie van Jezus. Dit is de oud- ste tekst van het Nieuwe Testament, ouder dan de evangelies.

paulus, de eerste missionaris, schrijft die brief aan de christenen van Thessaloni- ki, een havenstad in Noord-Griekenland. En het belangrijkste stuk van zijn brief gaat over het lot van de gestorvenen. Ook toen was dat al de eerste en de zwaarste vraag van mensen. Zijn we elkaar voorgoed kwijt bij het sterven?

Ik vertaal de Brief voor het eerste-november-weekend van 2011.

Mijn beste mensen van de Weg, Genade zij jullie en vrede.

Ik schrijf jullie uit Korinte. Ik ben heel plotseling moeten vertrekken van bij jullie, in Thessaloniki. De burgerlijke overheid wilde niet dat ik jullie vertelde over Jezus en vooral niet dat we een kleine gemeenschap van christenen vormden. Jullie hebben me helpen vluchten uit de stad. Timoteüs bracht me nu eindelijk nieuws van jullie en ook een grote bezorgde vraag. Daarom deze brief.

Als ik aan jullie denk, kleine gemeenschap van gelovigen, dan dank ik God om zijn goedheid. Dat ik dit werk bij jullie heb mogen doen. Want jullie weten wie ik maar was. Ik vervolgde de Mensen van de Weg, de christenen, maar ik werd door een bliksem van mijn paard geslagen. Christenen verzorgden mijn wonden, ik, die hen wilde vervolgen. En stilaan zag ik weer. Ik zag in dat zij gelijk hadden: Jezus brengt een wereld van vrede en vreugde en van hoop.

Zo ben ik, jaren na mijn roeping, bij jullie terechtgekomen in Thessaloniki. En jullie hebben mij aanvaard. Jullie, havenarbeiders, zoekend naar hoop in jullie moei- lijke leven. Honger, niet alleen letterlijk, maar ook geestelijk. We hebben gedeeld met elkaar, Gods woord, het verhaal van Jezus, ons Brood en ons leven. We zijn elkaar dierbaar geworden.

En daarom wil ik ook antwoorden op jullie grootste zorg. Timoteüs vertelde me dat jullie zich afvragen wat er met de overledenen gebeurt. Ik wil jullie niet in het ongewisse laten over de doden. Treur niet zoals mensen die geen hoop hebben. We geloven dat Jezus is gestorven en is verrezen, en daarom geloven wij ook dat de do- den ‘in de Heer’ ontslapen, dat zij leven bij God. Jezus is als eerste door de dood heen gebroken. En wij zullen volgen.

Ik gebruik armzalige beelden, ik weet het, maar mijn verstand schiet tekort. Wan- neer de bazuin van God weerklinkt, zal God ons tot zich roepen. En Hij zendt Jezus tegemoet uit de hemel. En dan zullen wij, samen met Jezus, worden weggevoerd op de wolken, God zelf tegemoet. Dan zullen we voor altijd bij God zijn, en bij elkaar.

Troost elkaar met deze woorden als er medegelovigen overlijden. God is trouw en doet zijn belofte gestand. Hij is een goede vader, een goede moeder en Hij laat ons niet in de steek. We weten niet hoe en waar. Maar dit is wel heel erg duidelijk: God betekent ‘bijstand’. Jahweh (JHWH of De Heer) in de taal van Jezus. Die naam lijkt op een werkwoord: Ik besta. Ik sta bij je en Ik sta jullie bij. En die Godsnaam is verleden, heden en toekomst: Ik besta, Ik bestond, Ik zal bestaan. Ik stond bij je en Ik zal bij je blijven staan. Ik stond je bij, Ik sta je bij en Ik zal je blijven bijstaan. Dat betekent dat we elkaar terugzien, genezen en geheeld. En dat ook onze relaties, die hier op aarde soms haperden, genezen zullen zijn. Een herder houdt toch zijn kudde samen en brengt ze na elk verloren lopen weer bijeen?

Mijn lieve mensen van de Weg, bidden we verder voor elkaar? In de naam van de Heer vraag ik jullie dringend deze brief voor te lezen aan alle broeders en zusters. De genade van onze Heer Jezus Christus zij met jullie.

En dat doe ik dus: deze brief voorlezen, ietwat aangepast, 1.961 jaar na de oor- spronkelijke poststempel. Met dezelfde grondboodschap, al 1.961 jaar lang. God is trouw. Wat Hij belooft, doet Hij.

De dood is geen einde, maar een voorgoed begonnen begin.

30 o kto b e r 2011 – e e n e n d e rt i gst e zo n dag doo r h et jaa r

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Om beter aan te kunnen sluiten bij de maatschappelijke verwachtingen moet actieve openbaarheid van bestuur niet alleen naar de letter maar ook in de praktijk veel meer het

Mannenbroeders in ons midden – en ik begin met te spreken tegen onszelf – hoezeer zal deze wijze van doen van de opperste Herder der schapen Zelf niet tot lering moeten zijn van

De toenmalige Friese stadhouder Johan Willem Friso werd de eerste prins van Oranje, maar hij verdronk in 1711 bij Moerdijk en zo werd zijn zoontje, dat enkele weken na zijn

Onderzoekers brengen niet alleen meer hersenberoertes in verband met covid-19, maar ook ontstekingen van het ruggenmerg en het neuromusculair systeem of ontstekingen van

Houd mij in leven, wees Gij mijn redding, steeds weer zoeken mijn ogen naar U.. Houd mij in leven, wees Gij mijn redding, steeds weer zoeken mijn ogen

Deze verwijzing naar het nieuwe leven dat Maria in zich draagt, is de bron van onze aanbidding. Moge zij voor ons bron van kracht en bemoediging, van troost en uitzicht op

U hebt een valse Christus gemaakt, en om die reden meent u de ware Christus niet nodig te hebben; maar Christus zegt van u: „En gij wilt tot Mij niet komen, opdat gij het leven mag

„Dat pauselijke document bracht een stroomversnelling in het ecologisch bewustzijn”, zegt Karel Malfliet van Ecokerk, dat bij ons campagne voert voor ethisch beleggen..