• No results found

Duitsland en zijn joden

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Duitsland en zijn joden"

Copied!
6
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Citation

Sneller, H. W. (2004). Duitsland en zijn joden. In De Waagschaal,

33(16), 502-505. Retrieved from https://hdl.handle.net/1887/7935

Version:

Not Applicable (or Unknown)

License:

Leiden University Non-exclusive license

Downloaded from:

https://hdl.handle.net/1887/7935

(2)

INHOUD

3 H.W. de KnijfF: Zie, hier ben ik 5 Mans Miskotte: Bijbelpromotie - 2004 8 Gunning-symposium op 19 februari 2005

9 Rens Kopmels: Zomaar wat (Vrijheid is niet zonder criterium) 10 T.Cï. van der Linden: King

14 Michael Bource: Tussen al het andere in (Koffiehuizen) 16 A.A. Spijkerboer: Hitler en het protestantisme

18 Jan Bruin: Gemeenteopbouw in een tijd van kerkverdunning 22 Rico Sneller: Duitsland en zijn Joden

25 De Navond komt zoo stil (Gedicht)

26 W.L. Dekker: De gemeente en de neutrale staat 27 Petruschka Schaafsma; Barth over Kant (I) 31 AAS: Commentaar (Israël)

32 Van de redactie

IN DE WAAGSCHAAL, tijdschrift voor theologie, cultuur en politiek; voortzetting van het in 1945 door K. H. Miskotte opgerichte gelijknamige blad.

ISSN 0019-316 X

KE-:i>ACTIE: S.L. Schoch (voorzitter), M. G. L. den Boer, J. D. de Boer, W.H. ten Boom, C',. Construise, W. Klouwcn, C',, v. d. Kooi, T. G. van der Linden, M.W. de Mik-van der Waal, A. Polhnis, B. Prakkc, G. J. Smit, H.W. Sneller, A. A Spijkerhoer, H. (',. Stavenga-van der Waals, P.A. Verhaal), I. C. Visser-Schroot.

ADMINISTRATIE: H. J. Ruis, Laan van Vollenhove 2641, 3706 HM Zeist, tel. 030-6962767 (adreswijzigin-gen alleen schriftelijk).

RED.SECRETARIAAT: L. A. Kopmels, Arthur van Schendelplem 82, 2624 CS Delft, tel. 015-2611035, email, rens.kopmels@plarict.nl.

(Alle kopij naar dit adres. Kopi] dient als regel uit niet meer dan 1.500 woorden te bestaan. De redaktie behoudt zich het recht voor langere artikelen met te plaatsen)

MEDEWERKERS: E. J. Beker, Ad den Besten, K. Blei, Th. de Boer, P. Hijmans, H. W. de Kmjff, G.G. de Kruijf, H. H. Miskotte, Mevr. L. Reedijk-Boersma, Mevr. L. W. van Rcyendani-Bcek, J.P. van Santen, J. van der Wiel, E.j. de WIJLT.

DRUK: Drukkerij Kerckebosih, Jnlianal.un 67, 3708 BB Zeist, tel. 030-6921444*. VERSCHIJNING: 17 maal per jaar.

ABONNEMENTSPRIJS: per jaar € 45,00, steunabonnenienten € 50,00, (indien gewenst € 30,00). Abonnees ontvangen jaarlijks een ai ceptgirokaart. Postrekening 2620510, t.n.v. penningmeester „In de Waagschaal", Zeist. Een abonnement blijft automatisch bestaan als het met vóór l december, voorafgaand aan een nieuw kalender-jaar, wordt opgezegd. Losse nummer kunnen worden besteld door € 3,00 over te maken op bovengenoemde

(3)

Moritz Steinschneider, Duits-joods boekenverzamelaar van rond 1900, ontvingt eens een jonge wetenschapper, aan wie hij trots zijn grote bibliotheek liet zien. In zijn boe-kenverzameling waren talloze Hebreeuwse boeken over het chassidisme opgenomen. "Heeft u die allemaal gelezen?", was de voordehandhggende vraag van de jonge gast. "Natuurlijk met, jongeman", luidde het antwoord van Steinschneider, "je verwacht toch niet dat ik al die onzin lees."

Het is maar één van de vele paradoxen, die een al te romantisch beeld van de ashkenazi-sche geschiedenis aan diggelen slaat. Ik ontleen het aan het prachtige boek van Amos Elon, Duitsland en zijn joden. Geschiedenis van het Duitse jodendom van 1743-1933 (vert, van The Pity of It All. A History of Jews in Germany, 1743-1933). ' Dit boek beschrijft de huiveringwekkende, adembenemende, en voor alles paradoxale geschiedenis van de joden in Duitsland gedurende de laatste tweehonderdvijftig jaar. Eigenlijk is 'Duitsland' geen adequate aanduiding: pas vanaf 1871, toen Bismarck voor de Pruisische koning het keizerschap over alle Duitse landen van het voormalige ('eerste') Duitse Rijk verwierf, was er weer zoiets als 'Duitsland' (het 'tweede' Rijk).

W.iarom noem ik de Duits-joodse geschiedenis 'paradoxaal'? Omdat ze boordevol tegenstrijdigheden zit, in een oneindige geschakeerdheid: van onschuldige tegenstrijdig-heden tot intense, onverdraaglijke. Van zo'n onschuldige tegenstrijdigheid is zo-even al een voorbeeld gegeven: geassimileerde joden stellen om intellectuele, culturele of desnoods apologetische redenen belang in de joodse diaspora-geschiedems, en bagatelli-seren of loochenen hun persoonlijke geraaktheid door de religieuze hoogtepunten daar-binnen (bijv. het hoogtepunt van het chassidisme). Tot de meest ondraaglijke tegenstel-lingen daarentegen reken ik de betrokkenheid van joodse chemici bij de fabricage van gifgassen - om het strijdverloop van de Eerste Wereldoorlog in gunstige zin te beïnvloe-den. Deze afschuwelijke 'wapens' voorzagen in de groeiende l )uitse behoefte aan muni-tie. Maar in de marge van de experimenten werd ook het beruchte Zyklon-B ontwik-keld, door de joodse geleerde Fritz Haber. De industrieel Walther Rathenau, na de oor-log eerste joodse minister in de Weimar-republiek, had al bij aanvang van de strijd op de dreigende munitietekorten gewezen. Toen de strijd eenmaal ontbrand was, werden onder zijn auspiciën gifgassen aangemaakt, als stnjdwapen. In 1922 werd minister Rathenau (in de volksmond 'Rathenau -Judensau), inmiddels als één van de weinigen pleitend voor verzoening tussen Duitsland en zijn voormalige vijanden, vermoord door een ultra-rechtse activist. Volgens Elon markeerde deze moord de eerste openlijke crisis in het vrijwel voltooide joodse assimilatieproces.

Elons boek begint in 1743, het jaar waarin de jonge Moses Mendelssohn, een joodse jongen uit het ghetto van Dessau, aanklopt aan de stadspoort van Berlijn die was gereser-veerd voor vee en joden. Hij verzoekt en krijgt toelating, ondanks de strenge quoterin-gen die het Berlijnse stadsbestuur stelde aan joodse immigratie. In de leer bij een ortho-doxe rabbijn, ontdekt hij al spoedig de 'moderne' wijsgerige en artisdek-literaire cultuur

(4)

die onder zijn niet-joodse tijdgenoten opgeld deed. Langzaam raakt talmoedstudent Mc'iidelssohn doordrongen van de noodzaak voor de joden om uit hun isolement te tre-den, en zich te verdiepen in hun intellectuele Umwelt, met behoud - dat wel - van hun religieuze erfenis. Mendelssohn ontwikkelt zich tot een alom gerespecteerd filosoof en geleerde, wiens bemoeienissen voor generaties de poort hebben ontsloten naar de Europees-chnstehjke wereld. Mendelssohns jood-zijn blijft echter tot aan zijn dood als een zwaard van Damocles boven zijn hoofd hangen: zijn open houding en emancipatoi-re aanbevelingen konden aan de antisemitische insinuaties of de voor joden vernedeemancipatoi-ren- vernederen-de bepalingen geen vernederen-definitief einvernederen-de maken.

En in feite is het zwaard van Damocles ook boven de hoofden van zijn nazaten blij-ven hangen, of ze zich nu assimileerden of met. Elon laat zien dat het enkele 'jood-zijn' telkens opnieuw reden kon zijn voor verwerping of uitsluiting, in het ergste geval voor vernedering of zelfs moord. Ondertussen boekte de door Mendelssohn in gang gezette assimilatiebeweging ogenschijnlijk wel 'vooruitgang'. Geleidelijk aan gingen Duitse joden deelnemen aan de Duitse cultuur, soms onder verwaarlozing van hun religieuze achtergrond, en in veel gevallen ook door zich te laten dopen. De doop vormde voor velen het toegangsbewijs tot de Duitse samenleving. Mendelssohns kleinzoon Felix Mendelssohn-Bartholdy, de grote componist, Heinrich Heine, de vermaarde dichter, Karl Marx, de journalist-filosoof, en Edmund Husserl, grondlegger van de fenomenologie: allen hadden zij zich laten dopen, of waren zij afkomstig uit een gezin waarvan de ouders zich hadden laten dopen. Zo ver had Mendelssohn zelf nooit willen gaan: de aansporingen van zijn wijsgerige evenknie Immanuel Kant, of die van de verdwaasde theoloog en fysiognoom Lavater, hadden hem er met toe kunnen overhalen om, in naam van de redelijke religie, gehoorzaam-heid aan de joodse wet op te geven. Integendeel, Mendelsohn is hieraan zijn hele verdere leven trouw gebleven. Hij pleitte voor joodse emancipatie, niet voor het opgeven van de joodse wetsbetrachtmg.

Het is ongelooflijk wat Mendelssohn in gang heeft weten te zetten (vóór hem gaf de benaming 'orthodox'-joods eigenlijk geen pas — dat deed het pas naarmate zich ook 'libe-ralere' stromingen ontwikkelden). Het is even ongelooflijk hoe gruwelijk deze assnnila-tiegeschiedems is gesmoord. Elon eindigt zijn boek met een beschrijving van de vlucht van vele geassimileerden, zoals bijv. die van dichteres Eise Lasker-Schüler, enkele weken na ontvangst van een poëziepnjs door nazi's gemolesteerd, en na haar vlucht naar Zürich in een park opgepakt wegens landloperij; of van Hannah Arendt, minnares en 'muze' van Heidegger, na door de Gestapo te zijn opgepakt, tenauwernood uit Berlijn ontko-men — precies in de omgekeerde richting als tweehonderd jaar tevoren Mendelssohn er vanuit Dessau was aangekomen.

De verdienste van Elons boek is dat de lezer, in de marge van de geschiedenis van de Duitse joden, ook een beeld krijgt van de complexe geschiedenis van Duitsland zelf. De intocht van Napoleon — die voor vele joden tijdelijk vooruitgang, want gelijkbe-rechtiging, bracht; de opstanden van 1848 en de volgende chaos in alle Duitse 'lan-den'; de oorlog van 1870-71 tussen Pruisen en Frankrijk; Bismarck; de Eerste

(5)

vreselijke antisemitische hetzes, zoals de Hep! Hep.'-rellen2 in het ghetto van Frankfurt en elders, maar ook 'miniatuurutopieën', zoals de intellectuele ontmoetingsavonden bij rijke joodse jongedames. Onder meer Schleiermacher bezocht deze, en wel bij de door hem geadoreerde Henriette Herz. Ze kent de verdeeldheid en wederzijdse ver-achting tussen orthodoxe en geassimileerde joden, maar ook de grote joodse solidari-teit met voor Russische pogroms gevluchte Ostjuden, die samen dromden aan de oost-grenzen van het keizerrijk.

Het gebrek aan eenduidigheid van de geschiedenis van de Duitse joden maakt het onmogelijk om simplistische oordelen te vellen, bijv. over de wenselijkheid of juist de onwenselijkheid van de assimilatie. Het is een onomstotelijk feit dat Duitsland uitermate veel te danken heeft aan zijn joodse volksgenoten: zodra het hun werd toegestaan, dron-gen joden door tot in alle uithoeken van de samenleving. Velen ontwikkelden zich tot wetenschapper, kunstenaar, dichter, schrijver, politicus, zakenman, kunstverzamelaar, journalist enz. Op rijke joodse zakenlieden werd, door Bismarck, of door de opeenvol-gende keizers, meer dan eens een beroep gedaan om de verscheidene oorlogsinspannin-gen te financieren. Rathenau is vanwege zijn adviserende rol in de Eerste Wereldoorlog door sommigen wel eens vergeleken met Jozef in Egypte - een oordeel waarbij Elon zich aansluit. De vlucht van de joodse geleerden vanaf 1933 heeft het Duitsland belet om zijn wapenprogramma's efficiënter te ontwikkelen (iets wat ook Hitler zelf onder ogen heeft moeten zien).

Ook voor de filosofie en de theologie heeft de Duits-joodse 'symbiose' veel betekend. Zonder Hermann Cohen zou Barth's dialectische theologie ondenkbaar zijn; de feno-menologie van Husserl inspireerde vrijwel de gehele filosofie van de 20e eeuw; Salomon Maimon ontwikkelde de meest scherpzinnige kritiek op Kants Kritik der reinen Vernunft, en markeerde de overgang tussen Kant en de idealisten (Fichte, Hegel); Hugo Preuss leverde een wezenlijke bijdrage aan de grondwet van de Weimar-republiek. Kenmerkend voor een symbiotische relatie is, dat de samenstellende delen met goed van elkaar te scheiden ofte onderscheiden zijn: zo verdedigt Cohen in 1915 'zijn' Duitsland als het land van 'Kant' en van de 'categorische imperatief, een land van ethiek en uni-versaliteit, en dus ook een land waar joden zich thuis moeten kunnen voelen.

De adembenemende geschiedenis die door Elon wordt beschreven — inderdaad, inmid-dels vanuit de staat Israël; Elon is een Israëlisch historicus - dwingt de lezer tot vragen waarop per se geen afdoende antwoord bestaat: vragen betreffende de betekenis van de joodse diaspora-geschiedenis, de zin van de assimilatie of de noodzakelijkheid van ortho-doxe zuiverheid. De meest klemmende vraag die het boek bij mij heeft achtergelaten is die, of de assimilatieprocessen een indirecte bijdrage aan de gruwelen van na 1933 heb-ben geleverd. In zijn Le Juif imaginaire beweert de joods-Franse opinieleider Alain Finkielkraut, dat assimilatie van de 19e eeuw de joden onzichtbaar heeft gemaakt, en dat daardoor de antisemieten hun leugen van een 'alom dreigend, onzichtbaar joods gevaar' meer kracht bij konden zetten.

(6)

Elon laat zich met deze vragen niet in. Hij blijft historicus, die op onderkoelde, nooit sensationele wijze gebeurtenissen beschrijft die de lezer in de verbeelding zelf wel kan aanvullen: hoopvolle, gruwelijke, aandoenlijke, bedreigende, fascinerende, angstige, ont-zaglijke. Hij eindigt in 1933, als de donkerste wolken ooit zich boven Europa samen-pakken. Het effect is dat van een Matthäus-passion, die het vervolg achterwege laat. Elons eigen auteurschap als Israëlisch publicist is het enige sprankje licht dat herinnert aan een opstanding, driejaar na de oorlog, m 1948.

Rico Sneller

1 Amsterdam, Meulenhoff I documentair, 2002.

2 Hep: Hierosolyma est perdita. De Latijnse kruisvaardersleus geeft volgens Elon aan dat de rellen door intellectuelen waren aangesticht.

DE NAVOND KOMT ZOO STIL

De navond komt zoo stil, zoo stil, zoo traagzaam aangetreden, dat geen en weet, wanneer de dag

of waar hij is geleden,

't Is avond, stille ... en, mij omtrent is iets, of iemand, onbekend, die, zachtjes mij beroerend, zegt: "'t Is avond en 't is rustens recht." De boomen dragen gansch de locht

vol groen, nog onbestorven: en 'k zie, zoo dicht hunn' blaren staan,

Nog nauwlijks door de hoven: 'k en hoore niets, al om end om, van 't zoetgekeelde vogelendom, 't en zij, het donker loof beneeèn, den nachtegaal zijne avondbeên.

Guido Gezelle

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Men kan verschillende verklaringen aanvoeren voor het ontbreken van gegevens uit privé-documenten : onze papyri stammen, om klimatologische redenen, uit het binnenland van Egypte,

We zien hierin ook een plus in de bevoegdheden van de gemeente om omwonenden die zelf minder mondig zijn te kunnen beschermen tegen dit soort overlast en andere soorten overlast

De hoop van veel Duitse joden dat ze tijdens de Eerste Wereldoorlog door loyale steun aan hun vaderland volwaardige en werkelijk geïntegreerde burgers zouden worden en dat

Datzelfde kan worden gezegd over de in 2004 verschenen en even- eens kloeke bloemlezing met Nederlandse liedjes en ge- dichten in relatie tot de Eerste Wereldoorlog (onder de

Het venijn zat echter in de inleiding, waar Fischer uiteenzette, dat deze ideeën al ver voor de oorlog onder economische en nationalistische pressiegroepen de ronde deden –

Voorwaarden die betrekking hebben op de beschikbaarheid van voldoende woningen, het behoud van intramurale zorg voor zware zorgbehoeftigen, aandacht voor verslavingszorg en

Door de Geest groeit de liefde voor elkaar steeds meer.. Daarom bidden we samen dat die eenheid

[r]