verlenen tot postbussen

onder andere het aantal postzen-dingen, de herkenbaarheid ervan en de aanlevertijden. De voorwaar-den luivoorwaar-den als volgt:

1. MailMerge mag alle door haar vervoerde postzendingen, met uitsluiting van de brieven tot honderd gram – het voor PTT Post voorbehouden deel – voor bezorging in de postbussen van PTT Post aanleveren. MailMerge hoeft zich daarbij niet te hou-den aan voorwaarhou-den met betrekking tot afmeting, gewicht, vorm en dergelijke die PTT Post stelt aan de postzen-dingen. PTT Post bezorgt zelf immers ook allerlei zendingen in de postbussen. Bovendien is het aan MailMerge zelf om te bepa-len welke soorten zendingen zij vervoert en welke voorwaarden zij daaraan stelt. De partijen dienen zich over en weer wel te houden aan de eisen van de redelijkheid, waaronder het voorkomen van beschadiging aan zendingen;

2. PTT Post mag geen beperking opleg-gen ten aanzien van het aantal post-zendingen dat MailMerge per locatie aanlevert voor bezorging in de post-bussen;

3. MailMerge dient over dezelfde aanle-vertijden voor de postbussen te beschikken als PTT Post, ongeacht de vestiging. Tot op heden moest Mail-Merge de post op een vast tijdstip aanleveren;

4. PTT Post moet MailMerge de noodza-kelijke gegevens leveren die het bedrijf nodig heeft om op alle post-buslocaties in Nederland post te kun-nen bezorgen. Bij wijzigingen dient PTT Post deze informatie op dezelfde werkdag als waarop de informatie bij haar bekend is, aan MailMerge door te geven;

5. PTT Post moet onbestelbare

postzen-dingen doorsturen naar het algemene postbusnummer van Mailmerge Neder-land, indien Mailmerge onbestelbare zendingen niet binnen tien dagen bij de postbuslocaties van PTT Post ophaalt. PTT Post mag hiervoor een kostengeoriënteerde vergoeding aan MailMerge in rekening brengen. Mail-Merge hoeft geen antwoordnummer-overeenkomst te sluiten met PTT Post; 6. PTT Post dient ervoor te zorgen dat de door MailMerge aangeleverde zendin-gen tijdig, juist, volledig en onbe-schadigd in de postbussen worden bezorgd. PTT Post bezorgt namelijk de door MailMerge vervoerde postzendin-gen in de postbussen. PTT Post heeft daarmee ook de verantwoordelijkheid voor de tijdige, juiste, volledige en onbeschadigde bezorging van de post-zendingen van MailMerge op zich genomen.

7. De voor de postbussen bestemde zen-dingen van MailMerge moeten herken-baar zijn. Dit vergemakkelijkt het retourneren van onbestelbare post. Als MailMerge voorgefrankeerde

enve-loppen van PTT Post gebruikt, moet duidelijk zijn dat deze van Mailmerge afkomstig zijn.

Naast bovenstaande voorwaarden heeft OPTA ook een aantal algemene voorwaar-den beoordeeld die PTT Post stelt aan de toegang tot de postbussen. Een aanbie-der die toegang wenst tot de postbussen van PTT Post, hoeft geen gespecificeerd verzoek bij PTT Post in te dienen. Een algemeen verzoek is afdoende en vormt de basis voor partijen om in onderlinge afstemming de toegang vast te stellen. Dit houdt in dat wanneer MailMerge toe-gang wenst op andere postbuslocaties, zij alleen aan PTT Post hoeft aan te geven welke zendingen zij wanneer en op welke locaties zal aanleveren. PTT Post moet de toegang verschaffen op de door MailMerge gewenste datum. De toe-gang tot een postbus mag niet afhanke-lijk zijn van de resultaten van een test-fase en de uitkomsten daarvan.

www.opta.nl

Bij Unified Messaging (UM) kunnen elektronische berichten door de ontvanger op diverse manieren ‘uitgeluisterd’ wor-den: bijvoorbeeld een voicemail als fax en een email als voicemail. Voor haar Unified Messaging diensten wil XOIP rechtstreeks toegang tot de netwerken van KPN Telecom en KPN Mobile. Beide partijen geven echter slechts summier informatie over bijzondere toegang tot hun netwerken ten behoeve van UM, waardoor XOIP geen weloverwogen keuze kan maken uit de mogelijkheden. XOIP diende daarom bij

OPTA een aanvraag in om (bij voorlopig besluit) een infor-matieverplichting op te leggen aan KPN en regels vast te stellen tussen de twee (in een definitief besluit).

IN VERWARRING

Door de opstelling van KPN Telecom heeft XOIP geen duide-lijkheid gekregen over de (on)mogelijkheden om toegang te krijgen. Doordat KPN slecht summier informatie verstrekte, lukte het XOIP niet om de voor- en nadelen van de diverse

XOIP versus KPN Telecom en KPN Mobile

Tijdelijke verbinding voor XOIP

opties tegen elkaar af te wegen. Bovendien liepen de onderhandelingen vast op de eis van KPN Telecom om gege-vens over het belprofiel van XOIP te verkrijgen. Zonder die gegevens zegt KPN het tarief niet te kunnen bepalen. KPN Mobile verlangt van XOIP een financiële bijdrage in de kosten van een onderzoek naar de technische mogelijkhe-den voor de UM-aanbieder. Hiermee zou XOIP haar commit-ment tonen. XOIP wenst evenwel duidelijkheid over hoe lang een en ander zal duren en de kosten van de verschil-lende mogelijkheden bij KPN Mobile. Het betreft hier immers een voorziening van KPN Mobile waar KPN Telecom al gebruik van maakt in haar geïntegreerde voicemaildienst van vast naar mobiel. Volgens KPN Mobile is het niet duide-lijk wat XOIP wil.

ONREDELIJK

Zowel KPN Telecom als KPN Mobile zijn partijen met aan-merkelijke marktmacht en kunnen een verzoek om bijzon-dere toegang alleen afwijzen als het verzoek onredelijk is. Als een verzoeker daar om vraagt, dient informatie te wor-den verstrekt over diverse opties. Dat kan onder omstandig-heden zelfs zo ver gaan dat een aanbod moet worden gedaan waarin diverse varianten zijn uitgewerkt. KPN Tele-com moet daarom alsnog aangeven waarom het verzoek van

XOIP onredelijk zou zijn en meer informatie verstrekken over de opties die zij XOIP kan bieden. De onduidelijkheid over het belprofiel van XOIP mag niet langer leiden tot een impasse in de onderhandelingen. KPN Mobile mag niet vast-houden aan de voorwaarde dat XOIP eerst met een toezeg-ging komt voor een financiële bijdrage voor onderzoek.

XOIP heeft gevraagd om een tijdelijke voorziening via een ISDN 30 verbinding. Volgens KPN Telecom en KPN Mobile is deze verbinding alleen bedoeld en geschikt voor retailklan-ten en dus niet voor XOIP. Het college is overtuigd geraakt van de noodzaak dat XOIP op korte termijn toegang ver-krijgt. Al medio 2000 heeft XOIP aan KPN Telecom om informatie over de UM-dienst gevraagd. Gelet op het belang van een korte implementatietermijn dient volgens het col-lege van OPTA een tijdelijke voorziening te worden gereali-seerd via een ISDN 30 verbinding. Een van de andere voor-waarden die het college aan de tijdelijke voorziening ver-bindt, is dat KPN Telecom het telefoonverkeer van XOIP meet. KPN Telecom en XOIP kunnen dan vervolgens samen het verkeersprofiel van XOIP bepalen.

Het voorlopige besluit over XOIP – KPN Mobiel en KPN Tele-com kunt u vinden op www.opta.nl

De volgende transparantieproblemen zijn gesignaleerd: moeilijk te verge-lijken mobiele telefoontarieven en onduidelijkheid over roamingtarie-ven voor internationale mobiele telefonie en over de hoogte van de tarieven voor internationaal mobiel bellen. Met het oog op deze proble-men en rekening houdend met de ontwikkelingen als gevolg van de nieuwe Europese richtlijnen, de ONP-review, is de werkgroep Trans-parantie Tarieven ingesteld. De

ONP-review is er op gericht een nieuw gezamenlijk wettelijk kader voor elektronische communicatienetwer-ken en communicatiediensten te realiseren voor alle lidstaten van de EG.

AANBEVELINGEN

Volgens één van de concept-richtlij-nen uit de ONP-review moeten lid-staten ervoor zorgen dat toezicht-houders de bevoegdheid krijgen om telecombedrijven verplichtingen op

te leggen voor de publicatie van transparante vaste en mobiele tele-foontarieven. De werkgroep zal dit najaar aanbevelingen doen aan Europese toezichthouders over wat de knelpunten zijn met betrekking tot transparantie van de telefoonta-rieven, welke van deze knelpunten nader onderzoek verdienen en de wijze waarop Europese toezichthou-ders telecombedrijven verplichtin-gen kunnen oplegverplichtin-gen met betrek-king tot transparantie. 

IRG-werkgroep Transparantie Tarieven

opgericht

De PGO heeft als doel meer transparan-tie van en efficiëntransparan-tie tijdens de geschilprocedure te bewerkstelligen. Efficiëntie wordt bereikt doordat er regels zijn opgesteld waaraan partijen en het college zich hebben te houden. Daarnaast biedt de PGO de mogelijk-heid op drie verschillende manieren het proces te doorlopen: via de gewo-ne, de vereenvoudigde en de versnelde procedure.

EFFICIËNTIE

Om de efficiëntie te vergroten zijn in de PGO regels opgenomen voor diverse stappen in de procedure. Partijen moe-ten bijvoorbeeld uitstel schriftelijk en voor het verstrijken van de gestelde termijn aanvragen. Daarbij moet wor-den aangegeven om welke gewichtige reden verlenging van de termijn nodig is. Hetzelfde geldt voor het uitstellen van een hoorzitting.

Het college streeft er naar dat na de hoorzitting op basis van de beschik-bare informatie een besluit kan worden geformuleerd. Het onderzoek in ver-band met het geschil wordt dan na de

hoorzitting afgesloten. Partijen ont-vangen daarvan bericht. Als toch nader onderzoek nodig is, stelt het college partijen daarvan op de hoogte.

MAATWERK

Om maatwerk te kunnen bieden voor de geschillen die bij OPTA binnenko-men, kunnen drie verschillende proce-dures gevolgd worden: de gewone, ver-eenvoudigde of versnelde procedure. De gewone procedure is van toepas-sing indien geen sprake is van een spoedgeval of van een complexe zaak. Een gewone procedure voor een gewo-ne zaak dus. Na het in behandeling nemen van de aanvraag, wordt de ver-weerder verzocht binnen drie weken een verweerschrift in te dienen. Het college kan na ontvangst van het ver-weerschrift, indien noodzakelijk, de gewone procedure uitbreiden met een extra ronde van schriftelijke infor-matie-uitwisseling, de zogeheten repliek- en dupliekronde.

De versnelde procedure is een snelle variant van de gewone procedure. Het college zal deze procedure volgen als er sprake is van een spoedeisend geval. Bijvoorbeeld als snel een besluit gewenst is in verband met eventuele schade, het missen van een eenmalige kans, een dreigend faillissement of een zwaarwegend maatschappelijk belang. De versnelde procedure leidt tot een kortere doorlooptijd dan de gewone procedure. Dit is onder meer het gevolg van een kortere termijn voor het indienen van een verweerschrift. Bij een spoedeisende procedure is deze termijn uiterlijk twee weken in plaats van drie.

De vereenvoudigde procedure is ont-worpen voor zaken die weinig onder-zoek vergen. Aan de hand van de aan-vraag stelt het college vast of dit het geval is. Bij toepassing van de vereen-voudigde procedure kunnen partijen schriftelijk hun zienswijze naar voren brengen. Hiervoor geldt een termijn van twee weken. Een hoorzitting is geen onderdeel van deze procedure.

STRUCTUUR VAN DE REGELING

De procedureregeling bestaat uit ver-schillende afdelingen. Na een eerste afdeling met definities, volgt een afde-ling over het uitwisselen van informa-tie. Daarin is bijvoorbeeld aangegeven hoe vertrouwelijke informatie kan wor-den ingediend in een geschilprocedure en hoe het college daar mee omgaat. Aan de hand van de derde afdeling kunnen partijen vaststellen welke eisen het college stelt aan de aan-vraag. Daarin is ook een bepaling over de ‘intake’ van een aanvraag opgeno-men. In de vierde afdeling, ‘Procesdif-ferentiatie’, is te lezen hoe het college in een vereenvoudigde procedure of een versnelde procedure tot de beslis-sing op de aanvraag komt. De vijfde afdeling biedt partijen een beeld van de instrumenten van het college om in het kader van een gewone procedure informatie te verzamelen. Ook wordt hier ingegaan op de rol van partijen daarbij.

TOEKOMST

In de PGO zijn (nog) niet alle aspec-ten van geschilbeslechting opgeno-men. Een voorbeeld hiervan is een standaardtermijn waarbinnen OPTA tot

Procedureregeling Geschillen OPTA

Standaard procesreglement ingevoerd

Bij OPTA ingediende geschillen worden behandeld volgens de Procedureregeling Geschillen OPTA (PGO). De PGO is ontwik-keld nadat bleek dat er in de markt behoefte is aan een standaard procesreglement, zodat partijen weten wat hen te wach-ten staat als zij een geschil aanhangig maken. OPTA verwacht dat de PGO een aantal verbeteringen brengt in de huidige praktijk van geschilbeslechting.

Procedureregeling Geschillen OPTA  Interconnectie, incl. voorlopig

besluit (art. 6.3 Tw)

 Bijzondere toegang, incl. voor-lopig besluit (art. 3.11 Tw)  Delen van antenne-opstelpunten

(art. 3.11 Tw)  Toegang tot de kabel

(art 8.7+ 8.6 Tw)

de beslechting van een geschil komt. De komende maanden zal OPTA erva-ring opdoen met de verbeterde werk-procedure, waarna duidelijk zal worden welke organisatorische maatregelen verder nog nodig zijn. Als de organisa-tie daarop is ingericht, wordt de stap gezet naar het bekendmaken van stan-daardtermijnen voor de gewone, de versnelde en de vereenvoudigde proce-dure. Voordat het zover is, zal in de geschilprocedures al wel indicatief worden aangegeven welke termijnen het college voor ogen heeft voor de

afwikkeling van de desbetreffende zaak.

De procedureregeling voorziet evenmin in bepalingen om op alternatieve manieren tot de oplossing van een geschil te komen. Een alternatieve manier om een geschil op te lossen is bijvoorbeeld mediation. Bij mediation zoeken partijen zélf, onder leiding van een onafhankelijke derde, de oplossing voor een geschil. OPTA onderzoekt momenteel de ontwikkeling van alter-natieve instrumenten voor en door het college.

In de toekomst wordt de Procedure-regeling Geschillen OPTA regelmatig geëvalueerd en zo nodig bijgesteld.

De Procedureregeling Geschillen OPTA is met ingang van 22 juli 2001 in werking getreden.

Collegelid Gonçalves-Ho Kang You heeft in haar speech voor het FIST op 23 maart 2001 aandacht geschonken aan mediation, een alternatieve manier om een geschil op te lossen.

De PGO en de speech vindt u op www.opta.nl

Ontvangstbevestiging aanvraag

Aanvullen van de aanvraag

door aanvrager

1. In behandeling nemen aanvraag

2. Mededeling over aanpak aan partijen

GEWONE

PROCEDURE

Termijn

verweerschrift

Termijn

verweerschrift

Termijn schriftelijke

zienswijze

Hoorzitting

Hoorzitting

Einde onderzoek

Internationale ontwikkelingen

De Griekse toezichthouder op de post en telecommunicatie-markt (EETT) heeft de invoering van een nieuw nummerplan aangekondigd. Aanleiding voor het nieuwe nummerplan is een aanzienlijke toename van de behoefte aan nummers. Dit is een gevolg van de liberalisering van de telecommunicatiemarkt. Het huidige open nummerplan wordt vervangen door een gesloten nummerplan. Het bellen zonder netnummer, ook lokaal, behoort hiermee tot het verleden.

De invoering van het nieuwe nummerplan vindt plaats in twee fasen. In de eerste fase, die op 8 juli 2001 is begonnen en tot 20 januari 2002 duurt, zullen het open en het gesloten num-merplan naast elkaar bestaan. De belangrijkste wijziging in de tweede fase is dat er na de regiocode een nul moet worden ingevoerd en verkort kiezen, bellen zonder netnummer, niet meer mogelijk is. Onderstaande tabel geeft een voorbeeld:

Voor meer informatie kunt u zich wenden tot:

Greek Telecommunications and Post Commission 60 Kifissias Av.

15125 Maroussi Athens

GREECE

Tel: + 30 1 6151000 (+30 1 0 6151000 from 8 July 2001) Fax: +30 1 6105049 (+30 1 0 6105049 from 8 July 2001) Email:

numbering@eett.gr; dlinard@eett.gr; imathiou@eett.gr 

Regio Regiocode Bestaande nummers Nieuwe nummers

(geldig tot 19- 1-2002) (geldig vanaf 8-7-2001)

Athene 1 +30 1 XXXXXXX +30 1 0 XXXXXXX

Thessaloniki 31 +30 31 XXXXXX +30 31 0 XXXXXX

Rhodos 241 +30 241 XXXXX +30 241 0 XXXXX

Zwitserland

Zwitsers zullen uiterlijk vanaf maart volgend jaar altijd een regiocode moeten kiezen als zij willen telefoneren, ook als zij lokaal bellen. De Zwitserse toezichthouder Ofcom heeft hiertoe besloten omdat dit vijfentwintig procent meer nummers oplevert en omdat alle nummers, zowel lokaal als interlokaal, dan uit tien cijfers bestaan – en volgens de toe-zichthouder is dit eenvoudi-ger. Ofcom beschouwt die nieuwe gesloten nummerplan als een gemakkelijk te imple-menteren maatregel waar rela-tief weinig kosten aan zijn verbonden. 

Ierland

ODTR, de Ierse toezichthou-der, publiceerde een rapport over de telecommunicatie-markt in het eerste kwar-taal van dit jaar. ODTR stel-de vast dat stel-de groei van stel-de sector aanhoudt. De groei bedroeg in de eerste drie maanden van 2001 drie procent van het Ierse Bruto Nationaal Product. Op de markt voor vaste telefonie hebben nieuwe toetreders inmiddels circa twintig pro-cent van de markt in han-den, maar er zijn signalen dat de groei afneemt. Het gebruik van SMS-berichten is in Ierland onverminderd toegenomen: in het eerste kwartaal werden er 38% meer SMS-berichten verzon-den dan in het laatste kwartaal van vorig jaar. Over het gehele afgelopen jaar was de toename van SMS-berichten vierhonderd procent. De penetratie van mobiele telefoons in Ierland is inmiddels opgelopen tot 73%. 

Oftel heeft een standpuntennotitie gepubliceerd over zelf-en co-regulering door marktpartijzelf-en. Hoewel de formele regulering door Oftel voorop blijft staan, kunnen vormen van zelf- en co-regulering belangrijke voordelen bieden, aldus Oftel. Oftel verwijst met name naar een website waar prijzen voor telefonie kunnen worden vergeleken, en naar het voorstel om voor consumenten een ombudsman voor telecommunicatiegeschillen in te stellen.

Oftel maakte tevens bekend vier maatregelen te nemen om de ontsluiting van het aansluitnet te stimuleren. De

voor-malige monopolist Britisch Telecom (BT), is verplicht om apparatuur van aanbieders in ieder gewenst deel van haar telefooncentrale te plaatsen. Zij mag hiervoor geen kosten in rekening brengen, er wordt immers al huur betaald voor de collocatieruimte. Daarnaast geeft Oftel gedetailleerde richtlijnen over welke collocatieruimte BT verplicht is vrij te maken en stelt Oftel prijzen op voor de gedeelde toegang tot het aansluitnet: een huurprijs van 68 pond (ca. ƒ 250,) per jaar en een connectieprijs van 127 pond (ca. ƒ 450,-) per gedeelde toegang. 

België

De Belgische ex-monopolist Belgacom voert vanaf 1 juli 2001 een nieuwe tariefstructuur voor huurlijnen. Als gevolg hiervan zijn de tarieven voor half-links in het Referentie Intercon-nectie Aanbod van Belgacom gewij-zigd. Een interconnecterende huurlijn bestaat uit twee half links, het deel van de aanbieder en het interconnec-terende deel van de partij met aan-merkelijke marktmacht. Bij koppeling ontstaat een full link. De Belgische toezichthouder op de telecommunica-tiemarkt, Bipt, maakte bekend de komende maanden te zullen onder-zoeken of de nieuwe tariefstructuur in overeenstemming is met de wettelijke verplichtingen van Belgacom. 

Duitsland

Marktpartijen die UMTS-vergunningen hebben weten te bemachtigen lijken bijzonder geïnteresseerd in samenwer-king bij het uitrollen van die netwer-ken. De Duitse toezichthouder RegTP liet weten dat een dergelijke samenwer-king tot de mogelijkheden behoort, mits wordt voldaan aan de vergunnings-voorwaarden. RegTP stelt dat aan de vergunningsvoorwaarden wordt voldaan als UMTS-aanbieders het eigen netwerk onafhankelijk van anderen kunnen aan-sturen. Aanbieders moeten dus zelf zeggenschap hebben over de functies van het netwerk. British Telecom en Deutsche Telekom maakten kenbaar te willen samenwerken bij de uitrol van hun netwerken in Duitsland en het Verenigd Koninkrijk. 

Suriname

Per 1 augustus 2001 is de nummerlengte van de mobiele nummers en de semafonienummers in Suriname vergroot. De semafonienummers krijgen er een 9 bij, ná de 8 waarmee het nummer begint. Dat ziet er als volgt uit: 87abcd wordt 897abcd en 88qrst wordt 898qrst.

Mobiele nummers krijgen een extra 8. Zij gaan van de samenstelling 8fghij naar 88fghij. 

In december 1999 legde OPTA aan alle aanbieders van mobiele telefonie kwali-teitsnormen op, waaraan zij op straffe van een dwangsom moesten voldoen. Op die manier hoopte OPTA ervoor te zorgen dat zakelijke en particuliere eindgebruikers eenvoudig hun mobiele telefoonnummer kunnen meenemen als zij van aanbieder veranderen.

STIJGENDE LIJN

Omdat de kwaliteit van nummerportabili-teit een stijgende lijn liet zien, heeft OPTA in het voorjaar van 2001 een onderzoek uitgevoerd om antwoord te krijgen op de vraag of de last onder dwangsom geconti-nueerd diende te worden. Dit onderzoek bevestigde het beeld dat de kwaliteit van nummerportabiliteit sinds de invoering van

de last onder dwangsom sterk is verbeterd. Gemiddeld genomen ligt het kwaliteits-niveau bij alle aanbieders ruim boven de normen die OPTA heeft opgelegd. Ook het aantal klachten dat eindgebruikers bij OPTA indienden is sterk afgenomen. Op grond van deze omstandigheden zag het college aanleiding de last onder dwangsom op te heffen.

BELEIDSREGELS

Op basis van de resultaten van het onder-zoek heeft OPTA ervoor gekozen wel een minimum niveau aan toezicht in stand te houden. Hiertoe heeft zij 2 juli jl. de beleidsregels ‘Nummerportabiliteit mobiele telefonie’ in de Staatscourant gepubliceerd. De beleidsregels zijn van toepassing op alle aanbieders van mobiele telefonie, dus

ook op nieuw toetreden-de partijen. In toetreden-de beleidsregels geeft OPTA aan hoe de verplichting tot het bieden van num-merportabiliteit moet worden uitgelegd. Een telefoonnummer dient tijdig en correct, dat wil zeggen uiterlijk op de met de eindgebruiker overeengekomen datum, van de ene aanbieder naar de ander te zijn overgeheveld, ‘gepor-teerd’. In de beleidsre-gels is deze uitleg ver-vat in een concrete kwaliteitsnorm voor zowel de oude als de nieuwe aanbieder. Hoe-wel OPTA op dit moment afziet van handhavende maatregelen, kunnen

signalen uit de markt of klachten van eind-gebruikers voor OPTA aanleiding vormen een nieuw onderzoek in te stellen.

PREPAID-AANSLUITINGEN

Een opvallende uitkomst van het onderzoek is dat veel verkooppunten van mobiele telefonie onterecht aan eindgebruikers melden dat nummerportabiliteit bij prepaid-aansluitingen niet mogelijk is. Op grond van de Telecommunicatiewet geldt num-merportabiliteit niet alleen voor abonne-menten, maar tevens onverkort voor pre-paid-aansluitingen.

OPTA vindt het van groot belang dat pre-paid-gebruikers goed worden geïnformeerd over de mogelijkheden van nummerportabi-liteit en dat een verzoek tot behoud van het nummer ook daadwerkelijk wordt geho-noreerd. De wettelijke verplichting tot het bieden van nummerportabiliteit is alleen gericht op aanbieders van vaste en mobie-le temobie-lefonie, en niet op verkooppunten. Daarom vindt OPTA dat de aanbieders er verantwoordelijk voor zijn dat de verkoop-punten nauwkeurige en correcte informatie verstrekken aan prepaid-klanten. Om meer inzicht te krijgen in deze materie heeft OPTA aan de aanbieders van mobiele tele-fonie schriftelijke vragen gesteld.

De bovenstaande positieve geluiden over nummerportabiliteit betekenen niet dat er hierover geen klachten meer zijn bij eind-gebruikers. Het in behandeling nemen van klachten van eindgebruikers over nummer-portabiliteit behoort echter niet tot de bevoegdheden van OPTA.

De beleidsregels nummerportabiliteit zijn te vinden op de OPTA-website (www.opta.nl): doorklikken op de thema’s <nummerportabi-liteit> en <richtsnoeren>

Last onder dwangsom opgeheven

Kwaliteit nummerportabiliteit goed

KPN’s gesprekskostenindicatie geeft na het starten van een telefoongesprek een starttik, een puls waardoor de appara-tuur van BT Payphones (BT) het moment van verbinding registreert. Zonder deze dienst zegt BT de gesprekskosten niet meer te kunnen vaststellen. OPTA gaf 18 oktober 2000 toestemming voor de beëindiging van de dienst.

VEROUDERD

Volgens KPN is de dienstverlening verouderd. Door het sterk toegenomen aantal telefoondiensten en de diversiteit in telefoontarieven kan niet langer met behulp van het tikken-systeem een juiste indicatie worden geven van de kosten van een gesprek. Daarnaast werkt de dienst volgens KPN

met een sterk verouderde techniek. Stijgende kosten en een toenemende onbetrouwbaarheid zijn hiervan het gevolg.

BT kan zich niet vinden in de wijze waarop KPN uitvoering geeft aan de beëindiging van de dienst. Het bedrijf verwijt KPN dat zij dit gebrekkig heeft bekendgemaakt. Daarnaast vindt BT dat de dienst te snel wordt opgeheven; de termijn waarop de gefaseerde beëindiging plaatsvindt is te kort. KPN biedt geen alternatieven voor de dienst of compensatie voor de aanpassingen die aan de telefooncellen moeten worden gemaakt. Ook hiertegen maakt BT bezwaar. OPTA heeft de kwestie in beraad en zal op korte termijn uitspraak doen. 

Tot deze conclusie komen de NMa, OPTA en het ministerie van Verkeer en Waterstaat. In een conceptnotitie geven zij een uitgebreide toelichting op de mogelijkheden voor samenwer-king bij het aanleggen van UMTS. UMTS is de afkorting voor Universal Mobile Telecommunications System.

SNELLERE ONTWIKKELING

Samenwerking tussen de UMTS-vergun-ninghouders is kostenbesparend en beperkt het aantal opstelpunten voor

antennes en masten. Volgens NMa, OPTA en V&W draagt samenwerking bij tot een snellere ontwikkeling van UMTS. Op grond van de vergunning moeten alle UMTS-vergunninghouders op 1 januari 2007 een eigen netwerk hebben aangelegd, waarmee onder meer in alle steden met meer dan 25.000 inwoners dekking moet worden bereikt. Deze eis stelt concurrentie tussen de netwerken veilig. Samenwer-king tussen de vergunninghouders is alleen toegestaan als partijen het

net-werk zelf naar eigen inzicht kunnen instellen. Gezamenlijk gebruik van frequenties en core-netwerken is niet toegestaan. Een core-netwerk is de kern van het UMTS-netwerk. Hierin bevinden zich databases en faciliteiten die nodig zijn voor het leveren van diensten, zoals de administratie van abonnees en interconnectie. 

Samenwerking UMTS mag bij voldoende

concurrentie

BT payphones dient geschil in

KPN’s gesprekskostenindicatie beëindigd

UMTS-vergunninghouders mogen samenwerken, mits er voldoende onderlinge concurrentie blijft bestaan. Gezamenlijke aanleg van UMTS-netwerken is op grond van de bestaande vergunningvoorwaarden toegestaan als elke partij voor zichzelf de kwaliteit van het netwerk kan bepalen. Ook mogen niet alle partijen samen één net-werk aanleggen. Deze voorwaarden zijn noodzakelijk om zeker te stellen dat de UMTS-vergunninghouders met elkaar blijven concurreren om de gunst van de afnemers.

Staatssecretaris De Vries vroeg OPTA in april om advies over de verdeling van radio-frequenties. Het college zag voldoende raakvlakken met haar taken en missie om hierop in te gaan. Telecommunicatie- en omroepmarkten vertonen immers steeds meer overlap. Bovendien houdt OPTA toe-zicht op het delen van antenne-opstelpun-ten en toegang tot de kabel. De kabel is een draadgebonden omroep; de draadloze radio-omroep ligt in het verlengde hiervan.

VOLLEDIGE NIEUWE INRICHTING

Onder verantwoordelijkheid van het minis-terie van Verkeer en Waterstaat wordt met de verdeling van radiofrequenties, ook wel de zero base-verdeling genoemd, het fre-quentiespectrum voor radio in Nederland volledig opnieuw ingericht. Een belangrijk doel hierbij is het bereiken van een zo efficiënt mogelijke indeling van de beschikbare frequentieruimte.

Er is slechts een beperkt aantal bruikbare frequenties. Daarom is de markt voor draadloze radio een markt met een beperkt aantal spelers, ofwel een oligopolistische markt. Frequenties zijn schaars en de fre-quentiepakketten – een publiek eigendom – moeten daarom door de overheid worden verdeeld. Bij deze verdeling gaat het om vergunningen om de frequenties voor acht jaar te gebruiken. Na de verdeling is voor deze acht jaar geen toetreding tot de markt meer mogelijk. Daarom is het cruci-aal dat partijen toetreden die zorgen voor de meest efficiënte marktwerking. In eco-nomische termen: partijen die zorgen voor de meeste welvaart.

Binnen de randvoorwaarden die de politiek aan de verdeling stelt, zouden de pakket-ten naar de mening van OPTA daarom op

de meest efficiënte wijze moeten worden verdeeld. Een goed opgezette veiling, zon-der voorkeursbehandeling van bestaande zenders, is transparant en non-discrimina-toir en laat partijen toetreden die zorgen voor de meest efficiënte marktwerking. Een voorkeursbehandeling van bestaande zen-ders is daarmee strijdig.

Bij de herverdeling van de frequenties wordt de ruimte voor de commerciële omroep meer dan verdubbeld. Voor de publieke omroep blijft deze gelijk. De oude opzet van de verdeling van radiofrequen-ties bestond voor de commerciële omroep uit het veilen van acht landelijke pak-ketten, een aantal lokale en regionale FM-pakketten en AM-FM-pakketten. OPTA advi-seerde in december 2000 over de oude opzet. Daarbij wees zij met name op het belang van de toegang tot omroepzender-netwerken en antennesystemen en onder-schreef zij de veiling als verdeelinstru-ment. Toegang tot de omroepzendernet-werken is belangrijk omdat radiozenders deze netwerken nodig hebben om hun pro-gramma’s uit te zenden. Als de markt voor omroepzendernetwerken niet goed functio-neert zal dit zijn weerslag hebben op de markt voor draadloze radio, en vervolgens op de economische waarde van de frequen-tiepakketten. De concurrentie op omroep-zendernetwerken in Nederland is gebrekkig. Het is daarom gewenst dat de toegang tot de omroepnetwerken vóór de verdeling van de frequentiepakketten wettelijk goed en duidelijk is geregeld.

NIEUWE OPZET

De meerderheid van de Tweede Kamer vond dat veilen nadelen met zich mee kon bren-gen voor de bestaande zenders en hun

luisteraars. Deze mening, zoals verwoord in de motie-Wagenaar, was reden voor een onderzoek naar een alternatieve verdeel-methode die moest uitgaan van continue-ring en/of optimalisecontinue-ring van de bestaande zenders en ruimte voor nieuwkomers. Dit onderzoek resulteerde in maart in het advies-Bouw, waarin een nieuwe opzet van de verdeling werd beschreven. In de nieuwe opzet is sprake van tien landelijke FM-pak-ketten waarvan zes bestemd zijn voor bestaande zenders, die daarmee een voor-keursbehandeling krijgen. De vier over-gebleven pakketten zullen worden geveild onder nieuwkomers. Bestaande zenders dienen wel te betalen voor de pakketten; de mate waarin zou na de veiling door een expert worden bepaald op basis van de resultaten van de veiling.

MEER PAKKETTEN EN COMPLEXITEIT

In de oude opzet was sprake van acht lan-delijke FM-pakketten. In het advies-Bouw zijn dit er tien. Deze uitbreiding van het aantal pakketten gaat ten koste van het aantal luisteraars dat met één pakket kan worden bereikt, ofwel de dekkingsgraad per pakket, en tevens ten koste van de frequenties voor de niet-landelijke commer-ciële omroep. OPTA acht een hoge dek-kingsgraad van belang voor de economi-sche levensvatbaarheid van de zenders en is daarom van mening dat tien pakketten een relatief minder goede keuze is dan acht.

De verdelingsmethode zoals beschreven in het advies-Bouw is zeer complex en daar-door kwetsbaar. Ten eerste zal bij het vei-len van de vier pakketten voor nieuw-komers niet, zoals gebruikelijk, worden geboden met absolute bedragen, maar met

Advies over radiofrequentieverdeling

Veilen zonder voorkeursbehandeling

een percentage van de toekomstige omzet. Deze methode kent zowel praktische als fundamentele nadelen. Een praktisch nadeel is de moeilijkheid van het meten van de omzet. Via bedrijfsconstructies kan omzet naar verwante ondernemingen wor-den gesluisd. Fundamentele nadelen zijn dat deze wijze van bieden – in tegenstel-ling tot het bieden met absolute bedragen – de prijzen voor diensten (reclamezend-tijd) in de markt verhoogt. Daarnaast resulteert het niet in de meest efficiënte verdeling.

Ten tweede zal het resultaat van de veiling onder nieuwkomers door een expert moe-ten worden vertaald naar het percentage van de omzet dat bestaande zenders voor hun pakketten gaan betalen. Omdat de pakketten onderling sterk verschillen is dit een moeilijke vertaling, met daardoor een grote kans op rechtszaken. Ten derde maakt ook de voorkeursbehandeling van bestaande zenders het juridisch risico van het advies-Bouw groter dan bij de oude opzet van de verdeling.

Op grond van de ongewenste voorkeursbe-handeling van bestaande zenders, de rela-tief minder goede keuze van het aantal en

de omvang van de pakketten en de verde-lingsmethode, die grote nadelen kent, heeft OPTA geadviseerd om af te zien van de verdeling volgens het advies-Bouw. OPTA adviseert de verdeling uit te voeren conform de oude opzet, te weten: een vei-ling zonder voorkeursbehandevei-ling van bestaande zenders.

GEKLEURDE VEILING

Naast OPTA hebben ook andere instanties de staatssecretaris geadviseerd. Op grond van het totaal van de in deze adviezen geuite bezwaren, heeft het kabinet inmid-dels een nieuwe, derde, opzet voorgesteld. Daarbij worden de pakketten verdeeld via een zogenaamde gekleurde veiling. Gekleurd wil zeggen dat een aantal pakket-ten gekoppeld wordt aan een bepaald soort gebruik, het format, bijvoorbeeld: nieuws, klassiek en Nederlandstalig.

Op 4 en 5 juli heeft de staatssecretaris het voorstel van een gekleurde veiling met de Tweede Kamer besproken. Slechts een deel van de Kamer (VDD en Groen Links) steunt de staatssecretaris, vooral gezien het feit dat verder uitstel van de verdeling niet langer verantwoord lijkt. De meerderheid

van de Tweede Kamer (PvdA, D66 en CDA) is van mening dat ook een gekleurde vei-ling grote nadelen kent en heeft de staats-secretaris in een motie gevraagd om de mogelijkheden van een vergelijkende toets te onderzoeken. Bij een vergelijkende toets – ook wel schoonheidswedstrijd genoemd – maakt de overheid eerst bekend op basis van welke criteria pakketten aan zenders zullen worden toegewezen. Vervolgens kunnen gegadigden aangeven hoe ze op die criteria - nu en in de toekomst – zullen presteren. De pakketten worden vervolgens toegewezen aan de zenders die het beste voldoen aan de criteria. De staatssecreta-rissen De Vries en Van der Ploeg (Cultuur) hebben aangegeven dat een vergelijkende toets minimaal een jaar vertraging bete-kent en vinden een dergelijke extra vertra-ging niet verantwoord. Zij hebben wel toe-gezegd dat de mogelijkheden voor een ver-gelijkende toets zullen worden onderzocht en gaan de Kamer daar vóór 20 augustus over rapporteren. Daarnaast gaan de voor-bereidingen voor een gekleurde veiling door.

www.minvenw.nl

Klachten over hoogte telefoonrekening terug op eerste plek

Informatie en sollicitatie

Vacatures zijn voltijdfunc-ties, tenzij anders aangege-ven. Een vierdaagse werk-week is bespreekbaar. Ver-vulling deeltijd kan in som-mige gevallen in overwe-ging worden genomen. Documentatie en informatie over de vacatures zijn ver-krijgbaar bij Lard de Vries (P&O), telefoon

(070) 315 92 75.

Voor nadere informatie over OPTA kunt u ook de website raadplegen: www.opta.nl.

Reacties kunt u, onder ver-melding van het vacature-nummer, richten aan: OPTA, P&O Postbus 90420, 2509 LK Den Haag. Solliciteren kan ook per e-mail: P&O@opta.nl

OPTA vacaturebank

bin-nen dat telecombedrijven kosten in reke-ning brengen voor gesprekken die niet tot stand zijn gekomen. Aangezien een aantal carrierselectbedrijven starttarieven van 50 cent hanteert, kan dit aardig in de papie-ren lopen. OPTA adviseert de klager in dit soort gevallen de klacht schriftelijk bij het telecombedrijf in te dienen.

OPTA heeft op 28 juni jl. haar maatregelen bekendgemaakt voor het oplossen van de prijssqueeze. Daarbij is sprake van een her-balancering van de eindgebruikerstarieven. De consequenties voor de eindgebruikers zijn aanleiding geweest voor veel vragen en klachten, aangezien het tarief voor lang bellen zal stijgen. In het artikel op pagina 4 van deze Connecties zijn de

achtergron-den van het besluit over de prijssqueeze toegelicht.

Het aantal klachten over nummerportabili-teit is fors gedaald. OPTA heeft beleidsre-gels hierover gepubliceerd en haar handha-vingtraject beëindigd ten laste van de aan-bieders van mobiele telefonie. Hierover is meer te lezen op pagina 20. 

OPTA is voor de afdeling Interconnectie en Bijzondere Toegang (IBT) op zoek naar kandidaten voor de functies van:

 Adviseur(BBRA schaal 11, maximaal ƒ 105.000 per jaar) vacaturenummer 01-05N

Als adviseur wordt u ingezet bij de behandeling van diverse zaken, zoals de beslechting van intercon-nectiegeschillen, en werkt u mee aan de ontwikkeling van kostentoerekeningssystemen en de aanwijzing van partijen met aanmerkelijke macht op een relevante markt. Verder schrijft u samen met anderen con-sultatiedocumenten waarin het college van OPTA de markt informeert en vragen stelt.

U heeft een achtergrond op het gebied van economie, rechten, techniek of bedrijfskunde en aantoonba-re ervaring met besluitvorming in complexe projecten. Ervaring in de telecommunicatiesector staantoonba-rekt tot aanbeveling. Bij voorkeur heeft u kennis van wet-en regelgeving op het vakgebied en affiniteit met het houden van toezicht op handhaving van de telecommunicatiewetgeving. Specifieke kennis van intercon-nectie en bijzondere toegang en onderzoeksmethoden is een pré.

 Economisch specialist(BBRA schaal 12, max. ƒ 119.000,- bruto per jaar) vacaturenummer 01-06 N Als economisch specialist bij de afdeling Interconnectie en Bijzondere Toegang zult u worden ingezet bij onderzoek, geschilbeslechting en klachtenprocedures. U draait mee in projectgroepen en maakt econo-mische analyses, onder meer ten aanzien van kostentoerekening, financiering en bedrijfseconoecono-mische zaken op het gebied van interconnectie en bijzondere toegang. U zult uw economische inbreng combi-neren met de juridische en technische aspecten van vraagstukken.

Voor beide functies geldt dat u beschikt over een academisch werk- en denkniveau, een grote mate van zelfstandigheid en een sterk analytisch vermogen. Verder heeft u een forse dosis nieuwsgierigheid en de vaardigheid om u snel te verdiepen in complexe vraagstukken. Daarnaast bent u kritisch, praktisch, oplossingsgericht, standvast en flexibel.

Op nummer 1 in de klachten top 10 over de maand juni 2001 staan klach-ten over onjuiste telefoonrekeningen. De herbalancering van de eindgebrui-kerstarieven riep eveneens veel vragen en klachten op, goed voor een vierde plaats. Daarentegen daalde het aantal klachten over nummerportabiliteit.

Top 10 klachten juni 2001

Positie 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 Onderwerp klacht Onjuiste rekening Kabel Algemene voorwaarden Tariefswijziging KPN Internet Klantenservice