• No results found

01-08-1998    Essy van Dijk, Mireille Geldorp. Daderscan arrondissementsparket Assen 1996 Politieregio Drente – Daderscan arrondissementsparket Assen 1996 Politieregio Drente

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "01-08-1998    Essy van Dijk, Mireille Geldorp. Daderscan arrondissementsparket Assen 1996 Politieregio Drente – Daderscan arrondissementsparket Assen 1996 Politieregio Drente"

Copied!
39
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

aderscan arrondissementsparket Assen 1996 Politieregio Drenthe

Amsterdam, augustus 1 998 Essy van Dijk

M ireille Geldorp

(2)

Daderscan arrondissementsparket Assen 1996 Politieregio Drenthe

Amsterdam, augustus 1 998 Essy van Dijk

M ireille Geldorp

-- -----�

(3)

Inhoudsopgave

1 Inleiding

2 Algemene gegevens 1 996 2.1 Persoonskenmerken

2.2 Criminaliteitsgerelateerde kenmerken 2 . 3 Opgehelderde delicten

3 Recidivisten en beginners 3 . 1 Persoonskenmerken

3 . 2 Opgehelderde delicten

4 Jeugd van 1 2 tot en met 1 7 jaar 4. 1 Persoonskenmerken

4.2 Criminaliteitsgerelateerde kenmerken 4.3 Opgehelderde delicten

5 Allochtonen

5 . 1 Persoonskenmerken

5 . 2 Criminaliteitsgerelateerde kenmerken

5 . 3 Opgehelderde delicten

6 Geweldsdelicten 6 . 1 Persoonskenmerken

6.2 Criminaliteitsgerelateerde kenmerken 6.3 Opgehelderde delicten

Bijlage

Bijlage 1 Onderzoeksverantwoording Bijlage 2 Gehanteerde begrippen Bijlage 3 Indeling naar delicten Bijlage 4 Aanvullende tabellen

Pagina 2 Verdachtenpopulatie arrondissementsparket Assen 1996

3 5 5 8 9 1 3

1 3 1 4 1 7 1 7 1 8 1 9 21 21 23 24 26 26 27 28

30 32 33 35

DSP - Amsterdam

(4)

1 Inleiding

De politie hanteert voor operationele doeleinden een geautomatiseerd verdachtenbestand, HKS genaamd . In principe is dit bestand niet bedoeld om statistische informatie te genereren. Voor beleidsdoeleinden van bijvoorbeeld de korpsleiding en de arrondissementsparketten is statistische informatie echter juist van vitaal belang. In het kader van het project Gegevensarchitectuur is in opdracht van het College van Procureurs­

Generaal onderzocht in hoeverre HKS toegankelijk en bruikbaar gemaakt kan worden om statistische beleidsinformatie te leveren .

Het is mogelijk gebleken om HKS-gegevens op te schonen en vervolgens om te zetten in een SPSS-bestand1, waarna elke gewenste statistische bewerking kan worden toegepast. De resultaten van een eerste proeve hebben betrekking op HKS-gegevens over 1995 uit de politieregio Hollands­

M idden en zijn te vinden in een eerdere publicatie2• Hierbij is duidelij k geworden d a t nauwe samenwerking tussen onderzoeksbureau e n HKS­

deskundigen belangrijk is bij de totstandkoming van een dergelijk product.

In deze rapportage wordt de verdachtenpopulatie beschreven van het arrondissementsparket Assen. De gegevens zijn afkomstig van de afdeling HKD van de politie Drenthe en hebben betrekking op het jaar 1996.

Leeswijzer

De rapportage is als volgt opgebouwd :

Hoofdstuk 1 is een inleiding op het onderzoek en bevat een leeswijzer.

Hoofdstuk 2 biedt een algemene beschrijving van de verdachten waarvoor in 1996 een oplossingsverbaal werd aangemaakt en de feiten die hen worden aangerekend . De hoofdstukken 3, 4 en 5 richten zich op specifieke verdachtengroepen, achtereenvolgens recidivisten, minderjarigen en

allochtonen. Hoofdstuk 6 'zoomt' ten slotte in op een aantal g ewelds­

misdrijven.

In bijlage 1 wordt beschreven op welke wijze de onderzoeksgegevens zijn verkregen en welke consequenties de gevolgde procedure heeft voor de interpretatie van de gegevens.

De in deze rapportage gehanteerde begrippen sluiten zoveel mogelijk aan bij de terminologie, zoals die door de politie wordt gehanteerd . Hierdoor is de gepresenteerde informatie d irect te herleiden naar gegevens uit HKS. Om het leesgemak te vergroten worden hier en daar echter ook andere termen gebruikt. In bijlage 2 worden de gebruikte begrippen toegelicht. In b ijlage 3 wordt vermeld welke strafrechtartikelen worden aangeduid met de delict­

omschrijvingen.

Noot 1 SPSS is een toonaangevend softwarepakket voor statistische analyses.

Noot 2 'De ongekende mogelijkheden van HKS, een voorbeeld', R. van Overbeeke, M. Geldorp en K. Loef, Van Dijk, Van Soomeren en Partners, Amsterdam, maart 1997.

Pagina 3 Verdachtenpopulatie arrondissementsparket Assen 1996 DSP - Amsterdam

(5)

Het is mogelijk dat sommige tabellen in dit rapport niet optellen tot een totaal van exact 100%. De oorzaak hiervan is gelegen in het feit dat alle percentages worden afgerond tot hele getallen.

Verder wordt in tabellen met percentages onderscheid gemaakt tussen percentages die door afronding op 0 uit komen en percentages die op 0 uitkomen omdat geen enkele persoon in de betreffende categorie valt. In het eerste geval staat in de tabel een 0, in het tweede geval een -.

Alle g egevens in dit rapport hebben, tenzij nadrukkelijk anders vermeld, betrekking op delicten en verdachten, waarvoor in 1996 binnen de regio Drenthe een oplossingsverbaal is opgemaakt.

Pagina 4 Verdachtenpopulatie arrondissementsparket Assen 1996 DSP -Amsterdam

(6)

2 Algemene gegevens 1996

In dit hoofdstuk wordt een beschrijving gegeven van alle verdachten waarmee het parket Assen in 1996 te maken kreeg, alsmede van de feiten die deze groep wordt aangerekend.

2.1 Persoonskenmerken

Voor de 7.386 strafbare feiten waarvoor in 1996 binnen de regio Drenthe een oplossingsverbaal is opgemaakt, zijn in totaal 3.863 verdachten doorge­

stuurd naar het parket. In deze paragraaf worden een aantal achtergrond­

kenmerken van deze personen beschreven .

Tabel 2. 1 Geslacht van verdachten in 1996

Tabel 2. 2

man vrouw totaal

abs. %

3.252 6 1 1 3 . 863

84 1 6 1 00

De meerderheid van de verdachten is man; 16% is van het vrouwelijke geslacht.

Leeftijd van verdachten in 1996

abs. %

1 2- 1 7 jaar 748 1 9

1 8-24 jaar 895 23

25-39 jaar 1 .3 1 6 34

40-64 jaar 8 1 8 2 1

6 5 jaar en ouder 86 2

totaal 3.863 1 00

De grootste groep verdachten is tussen de 25 en 39 jaar oud . 42% van de verdachten is jonger dan 25 jaar.

Pagina 5 Verdachtenpopulatie arrondissementsparket Assen 1 996 DSP - Amsterdam

(7)

Tabel 2.3

Tabel 2.4

Nationaliteit van verdachten in 1996

nationaliteit abs. %

Nederland 3.445 89

Marokko 29

Turkije 26

(voormalig) Joegoslavië 43

Iran 38

Algerije 33

Duitsland 22

overig 2 1 1 5

onbekend 16 o

totaal 3.863 100

De meeste verdachten bezitten de Nederlandse nationaliteit. Onder de verdachten met een buitenlandse nationaliteit vormen (voormalig) Joegosla­

ven de grootste categorie.

Geboorteland van verdachten in 1996 geboorteland

Nederland Marokko Turkije Suriname

Nederlandse Antillen (voormalig) Joegoslavië Iran

Indonesië Duitsland Algerije overig onbekend totaal

abs.

3.284 35 27 43 57 45 42 35 34 33 2 1 7 1 1 3.863

% 85

2

6 o 100

Nederland is in ruim acht van de tien gevallen het geboorteland van de verdachte. Wanneer verdachten in het buitenland geboren zijn, is dit relatief vaak in de Nederlandse Antillen.

Pagina 6 Verdachtenpopulatie arrondissementsparket Assen 1996 DSP - Amsterdam

(8)

Tabel 2.5

Tabel 2.6

District van woonadres van de verdachten in 1996

district abs. %

Noord 764 20

Oost 873 23

West 392 10

Zuid 864 22

buiten politieregio 908 24

onbekend 62 2

totaal 3 .863 100

De verdachten wonen vaker in de districten Noord, Oost of Zuid dan i n district West. Een vijfde van d e verdachten woonde ten tijde van de over­

treding buiten de regio Drenthe.

Gemeente van woonadres van de verdachten in 1996

abs. %

Assen 469 12

Aa en Hunze 82 2

Borger-Odoorn 119 3

Coevorden 202 5

Emmen 7 5 3 20

Hoogeveen 5 0 1 1 3

Middenveld 153 4

Meppel 221 6

Noordenveld 82 2

Westerveld 8 1 2

De Wolden 98 3

Zuidlaren 1 34 4

buiten politieregio 906 24

onbekend 62 2

totaal 3.863 1 00

Van de verdachten die binnen de politieregio wonen, woont d e g rootste groep in de gemeente Emmen. Op de tweede plaats komen d e gemeenten Hoogeveen en Assen .

Pagina 7 Verdachtenpopulatie arrondissementsparket Assen 1996 DSP - Amsterdam

(9)

Tabel 2.7 Land van woonadres van de verdachten in 1996

abs. %

Nederland 3 . 8 14 99

Duitsland 16 0

overig 2 1

onbekend 12 0

totaal 3.863 100

Vrijwel alle verdachten wonen in Nederland . Een zeer klein aantal verdach­

ten woont in Duitsland.

2.2 Criminaliteitsgerelateerde kenmerken

Tabel 2.8

Tabel 2.9

In HKS wordt een zogenaamde gevarenclassificatie gehanteerd, welke tot doel heeft politiemedewerkers op de hoogte te brengen van eventuele bijzonderheden van de betreffende verdachte3•

Gevarencodes van verdachten in 1996 gevarencode

alcoholist

harddrugsgebruiker medische indicatie vuurwapengevaarlijk verzetpleger vluchtgevaarlijk zelfmoordneiging

abs.

105 1 69 18 1 1 32 18 12

%

3 4

o

o

Van de verdachten uit de regio Drenthe die een gevarencode hebben, heeft de grootste g roep de code harddrugsgebruiker.

Antecedenten van verdachten

geen antecedenten (beginner) antecedenten (recidivist) totaal

abs.

2.354 1.509 3 . 863

%

6 1 3 9 100

Noot 3 Registratie van deze gevarencodes vindt echter niet geheel eenduidig en consequent plaats. Zo vindt registratie met betrekking tot de code harddrugsgebruiker alleen plaats als de verdachte zelf aangeeft dat het opgehelderde feit verband houdt met zijn/haar verslaving. Voor de andere codes gelden weer andere aanwijzingen voor registratie. Ook wordt een eenmaal toegekende gevarencode aan alle vroegere en toekomstige politie-antecedenten van de betreffende persoon toegevoegd, ook als de gevarencode op dat moment niet meer of nog niet van toepassing is. Gegevens over dit onderwerp dienen daarom met de nodige voorzichtigheid te worden geïnterpreteerd.

Pagina 8 Verdachtenpopulatie arrondissementsparket Assen 1996 DSP - Amsterdam

(10)

Vier op de tien verdachten die in 1996 werden g everbaliseerd, zijn vooraf­

gaand aan het jaar 1996 al met de politie in aanraking g eweest.

2.3 Opgehelderde delicten

Tabel 2.10 Opgehelderde feiten in 1996 per politiedistrict

Tabel 2. 1 1

district abs. %

Noord 2 .226 30

Oost 2.430 33

West 867 12

Zuid 1.769 24

politieregio algemeen 94

totaal 7.386 100

In 1996 kreeg het parket volgens de gegevens uit HKS 7.386 strafbare feiten te verwerken. De meesten hiervan werden door de politiedistricten Noord, Oost en Zuid aangeleverd.

In de tabellen 2. 1 1 t/m 2. 17 wordt weergegeven voor wat voor feiten verdachten in 1996 bij het arrondissementsparket terecht kwamen. De feiten (en tabellen) zijn hierbij ingedeeld in de volgende negen delict­

groepen :

misdrijven tegen leven en persoon;

misdrijven tegen openbare orde en gezag;

vermogensmisdrijven;

zedendelicten;

verkeersmisdrijven;

d rugsdelicten, vuurwapendelicten en overige/onbekende delicten.

De percentages in de tabellen zijn proporties van het

totale

aantal feiten d at in 1996 door het parket Assen is verwerkt. De tabellen 2. 1 1 t/m 2. 1 7 tellen, zoals in tabel 2.18 t e zien is, d u s

gezamenlijk

o p tot 100%.

Delicten tegen leven en persoon 1996

doodslag en moord

gekwalificeerde mishandeling eenvoudige mishandeling eenvoudige belediging dood/letsel door schuld bedreiging

overige tegen leven totaal

abs.

34 66 256 14 3 1 27

500

%

4 o o 2

7

Eén op de veertien feiten waarvoor in 1996 een oplossingsverbaal is opge­

maakt, betreft misdrijven tegen leven en persoon. In 4% van de gevallen ging het om eenvoudige mishandeling.

Pagina 9 Verdachtenpopulatie arrondissementsparket Assen 1996 DSP - Amsterdam

(11)

Tabel 2. 12 Delicten tegen openbare orde en gezag 1996

abs.

huis/lokaalvredebreuk 23

openbare geweldpleging 633

wederspannigheid 2

belemmering ambtenaar in functie 1 4

discriminatie 4

overig tegen openbare orde en gezag 38

totaal 7 1 4

Bijna eentiende van d e feiten die i n 1996 ter kennis van het parket zijn gekomen, betreft openbare geweldpleging . De overige delicten uit deze delictgroep komen relatief weinig voor.

%

0 9 0 0 0

1 0

Tabel 2. 13 Ruwheidsdelicten 1996

Tabel 2. 14

abs.

brandstichting 5 5

dierenmishandeling

vernieling 445

overige ruwheidsmisdrijven

totaal 500

Vernieling komt vaker ter kennis van het parket dan andere ruwheids­

misdrijven.

Vermogensdelicten 1996

abs.

valsheidsmisdrijven 203

eenvoudige diefstal 1 .0 1 3

gekwalificeerde diefstal 1 .9 5 1

diefstal met geweld 67

afpersing 1 5

verduistering 46

verduistering in betrekking 1 2

bedrog 1 20

heling 253

overige vermogensmisdrijven

totaal 3.681

%

6

7

%

3 1 4 26

0

0 2 3 0 50

Van alle feiten die i n 1996 bij het arrondissement Assen ter kennis zijn gekomen, gaat het in de helft van de gevallen om vermogensdelicten. In de meeste gevallen betreft het eenvoudige en gekwalificeerde diefstal.

Pagina 1 0 Verdachtenpopulatie arrondissementsparket Assen 1996 DSP -Amsterdam

(12)

Tabel 2. 15

Tabel 2. 16

Tabel 2. 17

Zedendelicten 1996

abs. %

schennis 3 1 0

verkrachting 60

aanranding 22 0

gemeenschap met kinderen 2 0

ontucht 1 1 0

ontucht ouders 3 0

zedendelicten overige 2 0

totaal 1 3 1 2

2% van de in 1996 opgeloste feiten betreft zedendelicten.

Verkeersdelicten 1996

abs. %

rijden onder invloed 686 9

doorrijden na aanrijding 1 44 2

rijden na ontzegging 0

weigeren bloedproef 1 3 0

dood/letsel door schuld 45

joyriding 1 6 0

overige verkeersmisdrijven 59

totaal 964 1 3

Ruim eentiende van alle in 1996 opgeloste zaken betreft verkeersdelicten.

Hierbij gaat het meestal om rijden onder invloed .

Drugs, vuurwapendelicten en overige delicten 1996

abs. %

opium wet harddrugs 1 06

opium wet softdrugs 3 3 1 5

vuurwapens 309 4

overige delicten / onbekend 1 50 2

totaal 896 1 2

Drugsdelicten maken 6 % uit van alle in 1996 opgehelderde zaken, vuurwa­

pendelicten 4%.

In tabel 2. 18 is het percentage delicten dat in 1996 ter kennis van het parket is gekomen uitgesplitst naar politiedistrict. De delicten zijn in deze tabel samengevoegd tot delictgroepen. Een tabel met de bijbehorende aantallen is opgenomen in bijlage 4.

Pagina 1 1 Verdachtenpopulatie arrondissementsparket Assen 1 996 DSP - Amsterdam

(13)

Tabel 2. 18

Tabel 2. 19

Opgehelderde feiten in 1996, per delictgroep en naar politiedistrict (in %)

delicten Noord Oost West Zuid alge- totaal

meen

tegen leven en persoon 7 8 7 6 7

tegen openbare orde en gezag 9 9 1 4 1 0 1 0

ruwheids- 6 10 2 5 7

vermogens- 60 46 41 47 3 1 50

zeden- 2 3 2

verkeers- 8 1 5 2 1 1 3 1 3

drugs- 5 3 1 1 7 36 6

vuurwapen- 3 4 2 6 3 1 4

overig/onbekend 2 4 2

totaal 100 1 00 1 00 1 00 100 1 00

In alle politiedistricten maken vermogensdelicten het grootste deel van de opgehelderde zaken uit. In district Noord worden echter meer

vermogensdelicten aangebracht dan in de andere districten.

In tabel 2. 19 worden de opgehelderde delicten per district, waarin de ver- dachten woonachtig zijn, weergegeven. Ook in deze tabel zijn de delicten samengevoegd tot delictgroepen. Bovendien beschrijft deze tabel de per- centuele verdeling van de delicten per district. Een tabel met de bijbeho- rende aantallen is opgenomen in bijlage 4.

District van woonadres van verdachten per delictgroep (in %)

delicten Noord Oost West Zuid buiten totaal

poli- tie- regio

tegen leven en persoon 6 8 1 0 8 5 7

tegen openbare orde en gezag 1 0 1 0 1 3 1 2 7 1 0

ruwheids- 7 1 1 4 7 4 7

vermogens- 56 42 32 44 59 50

zeden- 2 2 2 2 2

verkeers- 9 1 6 20 1 3 1 3 1 3

drugs- 4 4 1 3 7 6 6

vuurwapen- 3 5 3 5 4 4

overig/onbekend 2 2 4 2

totaal 1 00 1 00 1 00 1 00 1 00 1 00

Verdachten uit Noord worden naar verhouding vaker van vermogensdelicten verdacht dan verdachten uit de andere districten. Verdachten die in West wonen worden naar verhouding vaker van drugsdelicten verdacht.

Pagina 1 2 Verdachtenpopulatie arrondissementsparket Assen 1 996 DSP - Amsterdam

(14)

3 Recidivisten en beginners

In dit hoofdstuk wordt een beschrijving gegeven van de verdachten waarmee het parket in 1996 te maken kreeg en die antecedenten vóór 1996 bezaten. Deze groep verdachten wordt vergeleken met verdachten die door ons als beginners worden aangemerkt: diegenen waarvoor i n 1996 voor het eerst een verbaal van oplossing werd opgemaakt. In het totaal bestaat de verdachtengroep uit 2.354 (6 1 %) beginners en 1.509 (39%) recidivisten.

3.1 Persoonskenmerken

Tabel 3. 1 Geslacht van recidivisten en beginners in 1996

geslacht recidivisten

man vrouw totaal

abs.

1.366 1 43 1 . 509

%

9 1 1 0 1 00

beginners abs.

1 .886 468 2.354

%

80 20 1 00

Onder beginners bevinden zich twee keer zoveel vrouwen als onder recidi­

visten.

Tabel 3.2 Leeftijd van recidivisten en beginners in 1996

leeftijd recidivisten beginners

abs. % abs. %

1 2- 1 7 jaar 1 29 9 6 1 9 26

18-24 jaar 383 25 5 1 2 22

25-39 jaar 67 1 45 645 27

40-64 jaar 3 1 4 2 1 504 2 1

6 5 jaar e n ouder 1 2 74 3

totaal 1 .509 1 00 2.354 1 00

Beginners zijn jonger dan recidivisten. Van de beginners is 48% jonger dan 25 jaar en van de recidivisten 34%.

Pagina 1 3 Verdachtenpopulatie arrondissementsparket Assen 1 996 OSP -Amsterdam

(15)

Tabel 3.3 Geboorteland van recidivisten en beginners in 1996

geboorteland recidivisten beginners

abs. % abs. %

Nederland 1 .332 88 1 .952 83

Marokko 1 6 1 9

Turkije 1 1 1 6

Suriname 1 9 24

Nederlandse Antillen 23 2 34

(voormalig) Joegoslavië 1 5 30 2

Iran 9 3 3

overig 84 6 235 1 0

onbekend 1 1

totaal 1 .509 1 00 2.354 1 00

Recidivisten zi

j

n iets vaker dan beginners in Nederland geboren.

Tabel 3.4 District van woonadres van recidivisten en beginners in 1996

district recidivisten beginners

abs. % abs. %

Noord 362 24 402 1 7

Oost 373 25 500 2 1

West 1 48 1 0 244 1 0

Zuid 339 23 525 22

buiten politieregio 273 1 8 635 27

onbekend 1 4 48 2

totaal 1 . 509 1 00 2.354 1 00

Recidivisten wonen vaker binnen de regio dan beginners.

3.2 Opgehelderde delicten

Tabel 3. 5 Gemiddeld en totaal aantal opgehelderde delicten in 1996, uitgesplitst naar recidivisten en beginners

recidivisten (n = 1 .509) beginners (n = 2.354) totaal (n = 3.863)

gemiddeld 2.4 1 ,6 1 ,9

totaal %

3.666 50

3.720 50

7.386 1 00

De helft van de i n 1996 opgeloste feiten wordt op verdachten, die al eerder naar justitie zijn doorgestuurd, teruggebracht. Het gemiddeld aantal feiten dat deze groep verdachten in 1996 wordt aangerekend, is anderhalf keer

Pagina 14 Verdachtenpopulatie arrondissementsparket Assen 1 996 DSP - Amsterdam

(16)

Tabel 3 . 6

Tabel 3.7

Pagina 15

groter als het gemiddelde aantal feiten dat verdachten zonder antecedenten wordt aangerekend .

In de volgende tabel staat het type delicten waarvan beginners en recidivis­

ten in 1996 worden verdacht.

Type opgehelderde delicten in 1996, uitgesplitst naar recidivisten en beginners

delictgroep recidivisten beginners

abs. % abs. %

misdrijven tegen 255 7 245 7

leven en persoon

misdrijven tegen 246 7 468 1 3

openbare orde en gezag

ruwheidsmisdrijven 277 8 223 6

vermogensmisdrijven 2 . 1 57 59 1 .524 41

zedendelicten 49 82 2

verkeersdelicten 425 1 2 539 1 5

drugsdelicten 72 2 365 10

vuurwapen 1 35 4 1 74 5

overig 50 1 00 3

totaal 3.666 1 00 3.720 1 00

Recidivisten worden vaker verdacht van het plegen van vermogensdelicten dan beginners. Drugsdelicten kunnen iets vaker op het conto van beginners worden geschreven .

In de volgende tabel wordt nader ingegaan op de verschillen tussen mannen en vrouwen. In deze tabel wordt de percentuele verdeling beschreven . Een tabel met de bijbehorende aantallen is opgenomen in bijlage 4.

Type opgehelderde delicten in 1996, uitgesplitst naar recidivisten/beginners en geslacht (in %)

type delict recidivisten beginners

man vrouw man vrouw

misdrijven tegen leven en persoon 7 5 7 5

misdrijven tegen openbare orde en 7 4 1 4 7

gezag

ruwheidsmisdrijven 8 8 7 2

vermogensmisdrijven 58 7 3 38 57

zedendelicten 3 0

verkeersdelicten 1 2 3 1 6 8

drugsdelicten 2 2 8 1 7

vuurwapendelicten 4 5 3

overig/onbekend 3 3 3

totaal 1 00 100 1 00 1 00

Verdachtenpopulatie arrondissementsparket Assen 1 996 DSP - Amsterdam

(17)

Vrouwen worden vaker opgepakt voor vermogensmisdrijven dan mannen;

dit geldt zowel voor beginners als recidivisten . Vrouwelijke beginners wor­

den naar verhouding ook vaker opgepakt voor drugsdelicten .

Pagina 16 Verdachtenpopulatie arrondissementsparket Assen 1 996 DSP -Amsterdam

- ---�

(18)

4 Jeugd van 12 tot en met 17 jaar

4.1

Tabel 4.1

Tabel 4.2

In hoofdstuk 2 werd al vermeld dat een zesde van de verdachtenpopulatie, waarover het parket zich in 1 996 boog, bestaat uit jongeren van 1 2 tot en met 17 jaar. In dit hoofdstuk wordt een nadere beschrijving van deze minderjarige verdachtengroep gegeven en wordt deze groep vergeleken met verdachten die ouder dan 1 8 jaar zijn.

Persoonskenmerken

Leeftijd van jongeren in 1 996

leeftijd abs. %

12 jaar 10

13 jaar 76 10

14 jaar 130 17

15 jaar 167 22

16 jaar 164 22

17 jaar 201 27

totaal 748 100

Het aantal jongeren, waarmee het parket in 1 9 96 te maken kreeg, loopt op van 1 % verdachten van 1 2 jaar tot 22% verdachten van 1 5 jaar. In de leeftijdscategoriën 1 5 t/m 1 7 jaar blijft het aantal jongeren min of meer gelijk.

Geslacht van jongeren in 1996

minderjarigen meerderjarigen

abs. % abs. %

man 594 79 2.658 85

vrouw 154 21 457 15

totaal 748 100 3.115 100

Onder de jeugdige verdachten bevinden zich naar verhouding meer meisjes dan onder volwassenen.

Pagina 17 Verdachtenpopulatie arrondissementsparket Assen 1996 DSP - Amsterdam

- -----�

(19)

Tabel 4.3

Tabel 4.4

District van woonadres jongeren in 1996

district minderjarigen meerderjarigen

abs. % abs. %

Noord 1 5 5 2 1 609 20

Oost 168 23 705 23

West 97 1 3 295 10

Zuid 2 17 29 647 2 1

buiten politieregio 106 14 802 26

onbekend 5 57 2

totaal 748 100 3 . 115 100

Van de minderjarigen woont 14% buiten de regio . Onder de meerderjarige verdachten ligt dat percentage bijna twee keer zo hoog . Net als bij de meer­

derjarige verdachten, wonen minderjarigen relatief vaak in de districten Noord, Oost en Zuid.

Geboorteland van jongeren in 1996

geboorteland minderjarigen meerderjarigen

abs. % abs. %

Nederland 669 89 2.615 84

Marokko 3 0 32

Turkije 0 26

Suriname 3 0 40

Nederlandse Antillen 6 5 1 2

(voormalig) Joegoslavië 8 37

Iran 4 38

overig 54 7 265 9

onbekend 1 1 0

totaal 748 100 3. 115 100

Van de minderjarige verdachten is negen op de tien in Nederland geboren.

Minderjarigen zijn daarmee vaker in Nederland geboren dan meerderjarigen .

4.2 Criminaliteitsgerelateerde kenmerken

Het aantal jongeren waarvoor een gevarencode is geregistreerd is laag . In het totaal kregen verdachten beneden de 18 jaar acht keer een gevaren­

code, waarvan één keer de code alcoholist en zeven keer de code hard­

drugsgebruiker.

In tabel 4.6 wordt weergegeven hoeveel van de jongeren, die in 1996 werden doorgestuurd naar justitie, al over politie-antecedenten beschikte (recidivisten) en hoeveel niet (beginners) .

Pagina 18 Verdachtenpopulatie arrondissementsparket Assen 1996 DSP - Amsterdam

(20)

Tabel 4.5 Politie-antecedenten van jongeren

minderjarigen meerderjarigen

abs. % abs. %

geen 619 83 1 .735 56

tenminste één 1 29 17 1 .380 44

totaal 748 1 00 3.1 1 5 1 00

Van de minderjarige verdachten is 17% al eerder met de politie in aanraking gekomen. Dit percentage ligt veel lager dan bij de meerderjarigen. Uit verde­

re analyses blij kt dat het percentage jongeren met antecedenten wel toe­

neemt naarmate zij ouder zijn: van 3% onder jongeren van 13 jaar tot 38%

onder jongeren van 17 jaar.

4.3 Opgehelderde delicten

Tabel 4.6 G emiddeld en totaal aantal opgehelderde delicten in 1996, uitgesplitst naar minder- en meerderjarigen

minderjarigen (n = 748) meerderjarigen (n = 3 . 1 1 5) totaal (n = 3.863)

gemiddeld aantal 2,2 1,8 1 ,9

totaal aantal 1.639 5 .747 7.386

totaal % 22 78 100

Jongeren werden in 1996 gemiddeld van ongeveer net zoveel delicten verdacht als volwassenen, namelijk van 1,8 delicten per persoon. In tabel 4.8 wordt nagegaan of dit voor elke leeftijdscategorie geldt.

Tabel 4. 7 G emiddeld en totaal aantal opgehelderde delicten in 1996, uitgesplitst naar leeftijd

leeftijd gemiddeld totaal

1 2 jaar 1, 1 1 1

1 3 jaar 2,0 1 53

1 4 jaar 2,3 296

1 5 jaar 1 .8 293

1 6 jaar 2,6 422

1 7 jaar 2,3 464

totaal 2,2 1 .639

In vrijwel elke leeftijdscategorie, uitgezonderd jongeren van 12 en 1 5 jaar, worden jongeren van gemiddeld meer feiten verdacht als volwassenen.

jongeren van 16 jaar worden van gemiddeld de meeste feiten verdacht.

Uit verder analyses blijkt dat jongens en meisjes verschillen in het gemid­

delde aantal feiten dat hen wordt aangerekend: op jongens worden i n 1996 gemiddeld 1,7 feiten teruggebracht en op meisjes 1, 1 feiten.

Pagina 19 Verdachtenpopulatie arrondissementsparket Assen 1 996 DSP -Amsterdam

(21)

Tabel 4.8

Tabel 4.9

Pagina 20

In onderstaande tabel wordt het type delict waarvoor jongeren in 1996 werden geverbaliseerd vergeleken met volwassenen.

Type opgehelderde delicten in 1996, uitgesplitst naar minder- en meerder- jarigen

delictgroep minderjarigen meerderjarigen

abs. % abs. %

misdrijven tegen leven en persoon 58 4 442 8

misdrijven tegen openbare orde en gezag 3 5 1 2 1 363 6

ruwheidsmisdrijven 1 36 8 364 6

vermogensmisdrijven 729 45 2.952 5 1

zedendelicten 1 1 1 20 2

verkeersdelicten 22 942 1 6

drugsdelicten 291 1 8 1 46 3

vuurwapendelicten 1 7 292 5

overige delicten 24 2 1 26 2

totaal 1 .639 100 5 .747 1 00

M inderjarigen worden vaker dan meerderjarigen verdacht van drugsdelicten en misdrijven tegen openbare orde en gezag.

In de volgende tabel wordt ingegaan op mogelijke verschillen in de type delicten waarvan jongens en meisjes van verschillende leeftijden worden verdacht. Deze tabel geeft de percentuele verdeling weer. Een tabel met de bijbehorende aantallen is opgenomen in bijlage 4.

Type opgehelderde delicten in 1996, uitgesplitst naar leeftijd en geslacht (in %)

delictgroep 1 2- 1 3 jaar 1 4- 1 5 jaar 1 6- 1 7 jaar

m m m

misdrijven tegen leven en 3 4 4 3 1 0

persoon

misdrijven tegen openbare orde 1 2 25 1 5 1 4 27 26 en gezag

ruwheidsmisdrijven 4 6 2 1 2 3

vermogensmisdrijven 49 25 49 23 46 20

zedendelicten 2

verkeersdelicten 2

drugsdelicten 28 50 22 55 7 38

vuurwapendelicten

overige delicten 2 3 3

totaal 1 00 1 00 1 00 1 00 1 00 1 00

In elke leeftijdscategorie worden vermogensdelicten vaker op jongens terug- gebracht en d rugsdelicten op meisjes.

Verdachtenpopulatie arrondissementsparket Assen 1 996 DSP - Amsterdam

(22)

5 Allochtonen

5.1

Tabel 5.1

Volgens de huidige, landelijk vastgelegde, definitie is een persoon alloch­

toon indien hij of zij zelf of ten minste één van diens ouders niet in Neder­

land is geboren. De registratie van etniciteit binnen HKS beperkt zich alleen tot gegevens omtrent geboorteland en nationaliteit van de verdachten zelf en niet van de ouders. Daarom kunnen allochtonen 'van de tweede gene­

ratie' binnen dit registratiesysteem niet worden onderscheiden.

Om allochtonen toch enigszins te kunnen onderscheiden van autochtonen worden in dit hoofdstuk zowel het geboorteland als de nationaliteit van verdachten in aanmerking genomen. Indien een persoon een niet­

Nederlandse nationaliteit heeft of niet in Nederland is geboren, dan wordt deze persoon als allochtoon aangemerkt. Hiermee wordt dus afgeweken van de landelijke definitie, waardoor de uitspraken in dit hoofdstuk een beperkte reikwijdte hebben. Het aantal allochtone verdachten is volgens de door ons gehanteerde definitie in ieder geval een onderschatting van het werkelijke aantal.

Persoonskenmerken

Etniciteit verdachten

abs. %

Nederlands 3.318 86

Marokkaans Turks Surinaams Antilliaans

(voormalig) Joegoslavisch Iraans

Indonesisch Algerijns Duits overig onbekend

37 32 43 57 46 42 36 33 35 135 14

2

3 o

totaal 3.863 100

Volgens de HKS-registratie is 86 % van de verdachten van Nederlandse afkomst. Van de allochtone verdachten is de grootste groep uit de Neder­

landse Antillen afkomstig.

Pagina 21 Verdachtenpopulatie arrondissementsparket Assen 1996 DSP - Amsterdam

(23)

Noot 4

Tabel 5.2

Tabel 5.3

Geslacht van allochtonen (in %)

man vrouw

abs. % abs. %

Nederlands 2.789 84 529 1 6

Marokkaans 34 92 3 8

Turks 3 1 9 7 3

Surinaams 35 81 8 19

Antilliaans 49 86 8 1 4

(voormalig) Joegoslavisch 39 85 7 1 5

Iraans 39 93 3 7

Indonesisch 28 78 8 22

Algerijns 33 1 00

Duits 25 7 1 1 0 29

overig 1 39 82 3 1 1 8

Onder Marokkanen, Turken en Iraniërs is het aantal vrouwelijke verdachten in vergelijking met Nederlanders en andere etnische groepen lager.

Leeftijd van allochtonen (in %)4

1 2- 1 7 1 8-24 25-40 4 1 -64 65 + totaal

Nederlanders 20 23 32 22 3 1 00

Marokkanen 1 1 32 49 8 1 00

Turken 1 3 31 38 19 1 00

Surinaams 7 1 9 65 9 1 00

Antilliaans 11 37 35 1 8 1 00

(voormalig) Joegoslavisch 1 7 28 37 1 7 1 00

Iraans 1 0 2 1 60 1 0 1 00

Indonesisch 1 4 8 25 44 8 1 00

Algerijns 27 70 3 1 00

Duits 20 1 7 3 1 3 1 1 00

overig 1 8 2 1 5 1 1 0 1 00

Nederlandse, Duitse en Joegoslavische verdachten zijn vaker jonger dan 1 8 jaar dan verdachten uit de andere etnische groepen.

In de rest van dit hoofdstuk zijn, naast Nederlanders, alleen de allochtone groepen opgenomen die het grootste deel van het verdachtenbestand uit­

maken, namelijk Antillianen, Surinamers en Joegoslaven. In onderstaande tabel staan de districten waarin Nederlandse, Antilliaanse, Surinaamse en Joegoslavische verdachten in 1996 wonen.

Dezelfde tabel met aantallen is opgenomen in bijlage 4.

Pagina 22 Verdachten populatie arrondissementsparket Assen 1 996 DSP - Amsterdam

(24)

Noot 5

Tabel 5.4 District van woonadres van allochtonen in 1996 (in %)5

district Nederlan- Antillianen Suri- (voor-

ders na- malig)

mers Joego- slaven

Noord 2 1 1 8 1 9 4

Oost 23 2 1 7 26

West 1 1 5 2

Zuid 23 5 7 28

buiten politieregio 22 5 3 6 3 24

onbekend 4 1 5

totaal 1 00 1 00 1 00 1 00

Antilliaanse en Surinaamse verdachten wonen vaker buiten de regio dan Nederlanders en Joegoslaven.

5.2 Criminaliteitsgerelateerde kenmerken

Tabel 5.5

In onderstaande tabel staat het type gevarencodes dat de allochtone verdachten in 1996 kregen.

Gevarencodes naar etniciteit (in %)

gevarencode Neder- Antillia- Surinamers (voormalig)

Ianders

alcoholist 3

harddrugsgebruiker 4

medische indicatie

vuurwapengevaarlijk 0

verzetpleger

vluchtgevaarlijk 0

zelfmoordneiging 0

nen

2 1 6

2 4 2 2

9

5

Joego­

slaven 2

De gevarencode harddrugsgebruiker werd in 1996 bij alle onderzochte etnische groeperingen, behalve bij de Joegoslaven, vaker geregistreerd dan de andere gevarencodes.

Dezelfde tabel met aantallen is opgenomen in bijlage 4.

Pagina 23 Verdachtenpopulatie arrondissementsparket Assen 1 996 DSP - Amsterdam

(25)

Tabel 5.6 Eerdere politie-antecedenten naar etniciteit

abs. %

Nederlands 1 .347 41

Marokkaans 1 7 46

Turks 1 2 38

Surinaams 1 9 44

Antilliaans 23 40

(voormalig) Joegoslavisch 1 6 35

Iraans 9 2 1

Indonesisch 1 1 3 1

Algerijns 5 15

Duits 8 23

overig 42 25

Het percentage verdachten dat in 1 996 reeds bekend was bij de politie is onder marokkaanse verdachten het hoogst en onder Algerijnse verdachten het laagst.

5.3 Opgehelderde delicten

Tabel 5 . 7 Gemiddeld e n totaal aantal opgehelderde delicten i n 1 996, uitgesplitst naar etniciteit

feiten

etniciteit gemiddeld totaal aantal totaal %

aantal

Nederlands 1 ,9 6.383 86

Marokkaans 1 ,9 7 1

Turks 1 ,3 43

Surinaams 1 ,7 7 5

Antilliaans 2, 1 1 1 9 2

(voormalig) Joegoslavisch 3,7 1 69 2

Iraans 1 ,5 62

Indonesisch 2,6 94

Algerijns 2,0 67

Duits 1 ,5 52

overig 1 ,7 234 3

onbekend 1 ,2 1 7 °

totaal 1 ,9 7.386 1 00

Het gemiddeld aantal opgeloste delicten per persoon is voor Joegoslaven het hoogst, namelijk 3,7.

Pagina 24 Verdachtenpopulatie arrondissementsparket Assen 1 996 DSP - Amsterdam

(26)

Noot 6

Tabel 5_8

In de volgende tabel staat het type delict waarvan Nederlandse, Antilliaan- se, Surinaamse en Joegoslavische verdachten in 1 996 werden verdacht.

Type opgehelderde delicten in 1996, uitgesplitst naar etniciteit (in %)6

delictgroep Nederlan- Antillia- Surinamers (voormalig)

ders nen Joegosla-

ven

misdrijven tegen leven en 7 1 3 4 2

persoon

misdrijven tegen openbare orde 1 1 3 3 2

en gezag

ruwheidsmisdrijven 7 4 4

vermogensmisdrijven 48 53 64 88

zedendelicten 2 3

verkeersdelicten 1 4 2 4

drugsdelicten 6 20 3 2

vuurwapendelicten 4 3 1 7

overig/onbekend 2 4 2

totaal 1 00 1 00 1 00 1 00

Joegoslaven worden naar verhouding vaker verdacht van vermogensdelic­

ten, Antillianen van drugsdelicten en Surinamers van vuurwapendelicten.

Dezelfde tabel met aantallen is opgenomen in bijlage 4.

Pagina 25 Verdachtenpopulatie arrondissementsparket Assen 1 996 DSP - Amsterdam

(27)

6 Geweldsdelicten

In dit hoofdstuk wordt een beschrijving gegeven van de kenmerken van verdachten van geweldsdelicten en de hen aangerekende feiten. Voor een exacte definiëring van geweldsdelicten is naast het overtreden wetsartikel ook informatie nodig omtrent de modus operand i. Deze informatie is in dit onderzoek om diverse redenen echter nog niet voorhanden7• Daarom worden in dit onderzoek de volgende delicten tot de geweldsdelicten gerekend: alle misdrijven tegen leven en persoon, alsmede d iefstal met geweld, openbare geweldpleging en wederspannigheid . Gegeven deze definitie worden in 1 996 in het totaal. 780 personen ( 20%) verdacht van het plegen van één of meer geweldsdelicten.

6.1 Persoonskenmerken

Tabel 6 . 1 Geslacht van d e verdachten van geweldsdelicten i n 1 996

man vrouw totaal

geweldplegers abs.

709 7 1 780

%

9 1 9 1 00

overige verdachten abs.

2. 543 540 3.083

%

83 18 1 00

Het percentage mannen is onder verdachten van geweldsdelicten hoger dan onder de verdachten van niet-gewelddadige feiten.

Tabel 6.2 Leeftijd van de verdachten van geweldsdelicten in 1 996

geweldplegers overige verdachten

abs. % abs. %

12- 1 7 jaar 224 29 524 1 7

1 8-24 jaar 264 34 631 21

25-39 jaar 198 25 1 . 1 1 8 36

40-64 jaar 92 1 2 726 24

65 jaar en ouder 2 0 84 3

totaal 780 1 00 3.083 1 00

Verdachten van geweldsdelicten zijn jonger dan de andere verdachten. Van de geweldplegers is 29 % jonger dan 1 8 jaar en van de overige verdachten 1 7 %.

Noot 7 Zie bijlage 1: Verantwoording.

Pagina 26 Verdachtenpopulatie arrondissementsparket Assen 1 996 DSP - Amsterdam

(28)

In onderstaande tabel wordt de etniciteit van de verdachtenB van geweids- delicten gepresenteerd.

Tabel 6.3 Etniciteit van verdachten van geweldsdelicten in 1 996

geweldplegers overige verdachten

abs. % abs.

Nederlands 692 89 2.626

Marokkaans 9 28

Turks 9 23

Surinaams 8 35

Antilliaans 13 2 44

(voormalig) Joegoslavisch 4 42

Iraans 4 38

Indonesisch 5 31

Algerijns 2 0 31

Duits 6 29

overig 28 4 142

onbekend 14

totaal 780 100 3.083

De etnische achtergrond van verdachten van geweldsdelicten is vrijwel gelijk aan die van niet-geweldplegers.

6.2 Criminaliteitsgerelateerde kenmerken

Tabel 6.4 Gevarencodes van verdachten van geweldsdelicten in 1 99 6 (in %)9

% 85

5

100

gevarencode geweldplegers overige verdachten

alcoholist 2 3

harddrugsgebruiker 3 5

medische indicatie 0

vuurwapengevaarlijk 0

verzetpleger 2

vluchtgevaarlijk 0

zelfmoordneiging 0

De verschillende gevarencodes worden ongeveer net zo vaak voor verdach­

ten van geweldsdelicten geregistreerd, als voor de andere verdachten.

Noot 8 Gedefinieerd als het land waarin de verdachte geboren is en/of waarvan hij/zij de nationaliteit bezit.

Noot 9 Dezelfde tabel met aantallen is opgenomen in bijlage 4.

Pagina 27 Verdachtenpopulatie arrondissementsparket Assen 1996 DSP - Amsterdam

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Turkse verdachten worden relatief vaker aangehouden voor misdrijven tegen leven en persoon

Hoofdstuk 2 biedt een algemene beschrijving van d e verdachten waarvoor in 1 996 een oplossingsverbaal werd aangemaakt en de feiten die hen worden aangerekend.. Om

Deze groep wordt vergeleken met verdachten die door ons als beginners worden aangemerkt: diegenen waarvoor in 1996 voor het eerst een verbaal van oplossing

In dit hoofdstuk wordt een beschrijving gegeven van eventuele verschillen tussen recidivisten en verdachten die door ons als beginners worden aangemerkt: diegenen

Deze groep verdachten wordt vergeleken met verdachten die door ons als beginners worden aangemerkt: diegenen waarvoor in 1996 voor het eerst een verbaal

Turken worden naar verhouding vaker verdacht van misdrijven tegen leven en persoon en openbare orde en gezag en zedendelicten. Marokkanen en Antillianen worden

Deze groep verdachten wordt vergeleken met verdachten die door ons als beginners worden aangemerkt: diegenen waarvoor in 1 996 voor het eerst een verbaal van oplossing

In dit onderzoek zijn een aantal (achtergrondlkenmerken van de jongeren meegenomen, namelijk geslacht, leeftijd, het aantal keer dat cliënten door Halt zijn