• No results found

ANTIDEPRESSIVA Farmacologie & kliniek

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "ANTIDEPRESSIVA Farmacologie & kliniek"

Copied!
66
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

ANTIDEPRESSIVA

Farmacologie & kliniek

Chiel Ebbelaar

apotheker, arts, PhD-candidate

Docent Beroepspraktijk Farmaco-epidemiologie & Klinische Farmacologie

(2)

Disclosure Belangen Spreker

Voor bijeenkomst mogelijk relevante relaties

Bedrijfsnamen 1. Sponsoring of onderzoeksgeld • Nvt

2. Honorarium of andere (financiële vergoeding)

• Lundbeck

• Medice

• Novartis

3. Aandeelhouder • Nvt

4. Andere relatie, namelijk…. • Eigenaar PharmC – Ontwikkeling postacademisch onderwijs

CGR Format disclosure-slide voor sprekers op nascholingsbijeenkomsten (25-04-2013)

(3)

INHOUD

Deel 2 Deel 1

DEPRESSIE EN NEUROTRANSMITTERS KLINISCHE PROFIELEN

Deel 3

CASUÏSTIEK & INTERCOLLEGIAAL OVERLEG

(4)

INTRODUCTIEVRAGEN

d

Vrouw, 32 jr, citalopram vervangen door venlafaxine 75 mg i.v.m. moeheid. Hoe werkt venlafaxine hier?

KAHOOT-vraag 1

(5)

INTRODUCTIEVRAGEN

d

Patiënt kwam veel aan op venlafaxine en wil iets anders. Consult: welk middel nu??

KAHOOT-vraag 2

(6)

INTRODUCTIEVRAGEN

d

M, 28 jr, gebruikt paroxetine, maar nu sterk vermindert libido. Wat is het beste advies nu?

KAHOOT-vraag 3

(7)

INTRODUCTIEVRAGEN

d

Wat is het belangrijkste argument om binnen de SSRI's NIET voor fluoxetine te kiezen?

KAHOOT-vraag 4

(8)

INTRODUCTIEVRAGEN

d

Vrouw, 58 jaar, recent myocardinfarct met nu ernstige depressie. Wat is nu een goede keuze?

KAHOOT-vraag 5

(9)

INHOUD

Deel 1

DEPRESSIE EN NEUROTRANSMITTERS

(10)

DEPRESSIE & NEUROTRANSMITTERS

Etiopathogenese depressie d

INHOUD

Functies 5-HT, NE, DA

Macro- anatomie 5-HT

Pathogenese depressie

Symptoom- domeinen

Receptoren Micro- anatomie 5-HT

(11)

SEROTONINE

Impulsiviteit 5-HT

Schuldgevoelens

Gevoel van waardeloosheid Suïcidale gedachten

DOPAMINE DA

NORADRENALINE NE

Energie Interesse Angst

Genot Motivatie

Positieve bekrachtiging Emoties

Cognitieve functies Depressieve stemming

Slaapstoornissen Seksualiteit

Eetlust

Apathie

Executieve disfunctie Vermoeidheid

DEPRESSIE & NEUROTRANSMITTERS

Functie neurotransmittersd

INHOUD

Functies 5-HT, NE, DA

Macro- anatomie 5-HT

Pathogenese depressie

Symptoom- domeinen

Receptoren Micro- anatomie 5-HT

Encéphale (2017),

https://doi.org/10.1016/j.encep

(12)

DEPRESSIE & NEUROTRANSMITTERS

Symptoomdomeinen d

INHOUD

Functies 5-HT, NE, DA

Macro- anatomie 5-HT

Pathogenese depressie

Symptoom- domeinen

Receptoren Micro- anatomie 5-HT

(13)

STRIATUM

TEMPORAAL- KWAB

HYPO-

THALAMUSAMYGDALA HIPPOCAMPUS STRIATUM

ORBITOFRONTALE CORTEX

CORTEX CINGULARIS CORTEX CINGULARIS

ORBITOFRONTALE CORTEX

MESENCEPHALON PONS MEDULLA

HIPPOCAMPUS AMYGDALA

HYPO-FYSE

DEPRESSIE & NEUROTRANSMITTERS

Etiopathogenese depressied

(14)

TEMPORAAL- KWAB

AMYGDALA STRIATUM ORBITOFRONTALE

CORTEX

CORTEX CINGULARIS CORTEX CINGULARIS

PONS MEDULLA

HIPPOCAMPUS

ORBITOFRONTALE CORTEX

STRIATUM

DEPRESSIE & NEUROTRANSMITTERS

Macro-anatomie serotonerge projecties d

INHOUD

Functies 5-HT, NE, DA

Macro- anatomie 5-HT

Pathogenese depressie

Symptoom- domeinen

Receptoren Micro- anatomie 5-HT

(15)

DEPRESSIE & NEUROTRANSMITTERS

d

(PRE)FRONTALE CORTICALE GEBIEDEN

N. ACCUMBENS (VENTRALE STRIATUM)

N. CAUDATUS +PUTAMEN (DORSALE STRIATUM) AFGEVLAKT AFFECT EPS

5HT2

LIBIDOVERLIES Invloed serotonine op dopamine en noradrenaline

5HT2

5HT2

INHOUD

Functies 5-HT, NE, DA

Macro- anatomie 5-HT

Pathogenese depressie

Symptoom- domeinen

Receptoren Micro- anatomie 5-HT

(16)

VRAAG 1. Hoe worden de kernen in de hersenstam genoemd waar de meeste serotonerge projecties ontspringen?

A) Area ventralis tegmentalis B) Locus coeruleus

C) Raphe kernen D) Striatum

DEPRESSIE & NEUROTRANSMITTERS

Meerkeuzevraag 1 & 2d

VRAAG 2. Hoe beïnvloedt serotonine de dopamine-release in het striatum?

A) Verlaagt de afgifte via 5-HT2A-receptoren B) Verhoogt de afgifte via 5-HT2A-receptoren C) Verlaagt de afgifte via 5-HT7-receptoren D) Verhoogt de afgifte via 5-HT7-receptoren

(17)

DEPRESSIE & NEUROTRANSMITTERS

5HTd 1A receptoren: lokalisatie

5HT1A

SOMATODENDRITISCHE 5HT1A RECEPTOREN POSTSYNAPTISCHE 5HT1A RECEPTOREN

5HT1A

INHOUD

Functies 5-HT, NE, DA

Macro- anatomie 5-HT

Pathogenese depressie

Symptoom- domeinen

Receptoren Micro- anatomie 5-HT

(18)

SERT

5HT1A

5HT2C 5HT2A

5HT7 5HT3 SERT

SOMA

SYNAPTISCHE SPLEET

PRESYNAPTISCH

NEURON POSTSYNAPTISCH

NEURON

VMAT

MAO-A

DEPRESSIE & NEUROTRANSMITTERS

Micro-anatomie van serotonine: intrasynaptisch

(19)

SERT

5HT1A

5HT2C 5HT2A

5HT7 5HT3 SERT

5HT1A 5HT1A

5HT1A

5HT1A

SOMA PRESYNAPTISCH

NEURON POSTSYNAPTISCH

NEURON

BDNF

BDNF BDNF

DEPRESSIE & NEUROTRANSMITTERS

Werkingsmechanisme SERT-remming

(20)

RECEPTOR LOCATIE EFFECT STIMULATIE

Cortex Opwindingsniveau (arousal) Perifere bloedvaten

Glad spierweefsel Hypertensie

Ejaculatie, remmen erectie Presynaptisch op

5-HT en NE neuronen Remming afgifte dopamine en 5-HT

α

1

α

1

α

2

DEPRESSIE & NEUROTRANSMITTERS

5-HT en noradrenerge receptoren

RECEPTOR LOCATIE EFFECT STIMULATIE

Corticolimbisch Antidepressief en anxiolytisch effect Cortex en striatum Slapeloosheid, seksuele disfunctie

Remming afgifte dopamine en 5-HT Cortex en striatum Eetlustremming

Remming afgifte dopamine en 5-HT Area postrema

Perifeer in darmen Misselijkheid, braken Diarree

5HT1A 5HT2A 5HT2C 5HT3

INHOUD

Functies 5-HT, NE, DA

Macro- anatomie 5-HT

Pathogenese depressie

Symptoom- domeinen

Receptoren Micro- anatomie 5-HT

(21)

RECEPTOR LOCATIE EFFECT BLOKKADE Perifeer

Wazig zien Droge mond Obstipatie Urineretentie

M1-5

DEPRESSIE & NEUROTRANSMITTERS

Cholinerge muscarinereceptoren & histaminereceptoren RECEPTOR LOCATIE EFFECT BLOKKADE

Cortex Verminderde cognitie

Delier Nucleus accumbens Euforie Dorsale striatum Minder EPS

M1-5 M1-5 M1-5

RECEPTOR LOCATIE EFFECT BLOKKADE Hypothalamus

N. Mammilaris Eetlusttoename Sedatie

H1

INHOUD

Functies 5-HT, NE, DA

Macro- anatomie 5-HT

Pathogenese depressie

Symptoom- domeinen

Receptoren Micro- anatomie 5-HT

(22)

DEPRESSIE & NEUROTRANSMITTERS

Meerkeuzevraag 3 & 4d

VRAAG 3. Welke serotoninereceptoren spelen waarschijnlijk de hoofdrol bij een antidepressief effect?

A) Corticolimbische 5HT1A-receptoren B) Somatodendritische 5HT1A receptoren C) Corticolimbische 5HT2A-receptoren D) Somatodendritische 5HT2A receptoren

VRAAG 4. Welke combinatie van farmacologische eigenschappen verhoogt het risico op gewichtstoename het meest?

A) 5HT2C-agonisme + H1-antagonisme B) 5HT2C-agonisme + H1-invers agonisme

C) 5HT2C- invers agonisme en H1-antagonisme D) 5HT2C-antagonisme en H1-partieel agonisme

(23)

Deel 2

KLINISCHE PROFIELEN

(24)

Lancet.

2018; 391:1357-1366

KLINISCHE PROFIELEN

Evidence voor werkzaamheid bij depressie d

INDICATIES

Netwerk meta-analyse op basis van 522 RCT’s

116.477 patiënten met Major Depressive Disorder Antidepressivum versus placebo

Antidepressivum versus antidepressivum Patiënten van 18 jaar en ouder

Primaire uitkomstmaat: respons, minstens 50% afname depressiescore

INHOUD

SSRI’s & SNRI’s

Vortioxetine Evidence &

werkingsinzet

TCA’s

Trazodon &

mirtazapine Bupropion

(25)

Respons

KLINISCHE PROFIELEN

Evidence voor werkzaamheid bij depressie d

Remissie

Werkzamer dan andere AD::

Amitriptyline Escitalopram Mirtazapine Paroxetine Venlafaxine Vortioxetine

Lancet.

(26)

Uitval door bijwerkingen

KLINISCHE PROFIELEN

Evidence voor werkzaamheid bij depressie d

Minste uitval:

Agomelatine Escitalopram Vortioxetine

Meeste uitval:

Venlafaxine Trazodon TCA’s

INHOUD

SSRI’s & SNRI’s

Vortioxetine Evidence &

werkingsinzet

TCA’s

Trazodon &

mirtazapine Bupropion

Lancet.

2018; 391:1357-1366

(27)

KLINISCHE PROFIELEN

Werkingsinzetd

Imipramine (n=506) Moclobemide (n=580) Placebo (n=191)

Dag

Verandering HAM-D-21 score Verschil bereikt

statistische significantie

INHOUD

SSRI’s & SNRI’s

Vortioxetine Evidence &

werkingsinzet

TCA’s

Trazodon &

mirtazapine Bupropion

(28)

DEPRESSIE & NEUROTRANSMITTERS

Meerkeuzevraag 5 & 6d

VRAAG 5. Welke antidepressiva hebben volgens de meta-analyse van Cipriani et al. 2018 het laagste risico op uitval door bijwerkingen?

A) Escitalopram, citalopram en agomelatine B) Escitalopram, citalopram en vortioxetine C) Agomelatine, escitalopram en vortioxetine D) Agomelatine, citalopram en vortioxetine

VRAAG 6. Welke antidepressiva hebben volgens de meta-analyse van Cipriani et al. 2018 het hoogste risico op uitval door bijwerkingen?

A) Paroxetine, TCA’s en venlafaxine

B) Paroxetine, venlafaxine en duloxetine C) Trazodon, TCA’s en venlafaxine

D) Trazodon, venlafaxine en paroxetine

(29)

KLINISCHE PROFIELEN

Intercollegiaal overleg break-out rooms – casus 1 – SSRI’sd

CASUS 1 - Libidovermindering na staken citalopram/ escitalopram

Patiënt van 41 jaar, bekend met dysthymie, heeft jarenlang eerst citalopram en later escitalopram gebruikt. Merkte destijds bij start citalopram dat hij libidoverlies ervaarde, is nooit beter geworden.

Ook niet toen stemming wat opklaarde. Inmiddels minimaal 1 jaar van de escitalopram af en nog immer libidoverlies. Geen erectieprobleem of ejaculatieproblemen. Slaapt slecht en piekert. Kunt u medicamenteus iets voor hem betekenen? Bespreek de volgende vragen/opties:

A) Zijn er verschillen in seksuele disfunctie tussen de verschillende SSRI’s?

B) Start lage dosis mirtazapine (3.75 mg of 7.5 mg) voor slecht slapen en veel piekeren, wellicht tevens vermindering van seksuele disfunctie hierdoor

B) Niet echt, mirtazapine verbetert alleen eventuele anorgasmie of ejaculatio tarda C) Start bupropion ‘zo nodig’ gebruik

D) Start bupropion, continu gebruik, opbouwen naar 300 mg E) Start mirtazapine + bupropion

(30)

5HT2c

σ

NET M1

SERT

Fluvoxamine Fluoxetine

Paroxetine

Escitalopram

Sertraline Citalopram

H1

Venlafaxine Duloxetine

DAT

KLINISCHE PROFIELEN

Verschillen SSRI’s en SNRI’sd

INHOUD

SSRI’s & SNRI’s

Vortioxetine Evidence &

werkingsinzet

TCA’s

Trazodon &

mirtazapine Bupropion

(31)

KLINISCHE PROFIELEN

Werkingsmechanisme escitalopramd

5HT1A SERT

SOMA

POSTSYNAPTISCH NEURON

5HT1A

5HT2C 5HT2A

H

α

1

D2 M1 5HT7

5HT3

α

2 MAO-A

SERT

NET

SOMA

α

2

NET 5HT2C

MAO-A

INHOUD

SSRI’s & SNRI’s

Vortioxetine Evidence &

werkingsinzet

TCA’s

Trazodon &

mirtazapine Bupropion

(32)

KLINISCHE PROFIELEN

Werkingsmechanisme citalopramd

5HT1A SERT

SOMA

POSTSYNAPTISCH NEURON

5HT1A

5HT2C 5HT2A

H1

α

1

D2 M1 5HT7

5HT3

α

2 MAO-A

SERT

NET

SOMA

α

2

NET 5HT2C

Am J Psychiatry. 2004 May; 161(5) :826-35.

National Institute of Mental Health. PDSD Ki Database

MAO-A

INHOUD

SSRI’s & SNRI’s

Vortioxetine Evidence &

werkingsinzet

TCA’s

Trazodon &

mirtazapine Bupropion

(33)

KLINISCHE PROFIELEN

Escitalopram en citalopramd ENKELE VOORDELEN

Escitalopram in onderzoek best verdragen SSRI

Geen relevante enzymremmers (bijv. geen CYP2D6-remming) Breed geregistreerd indicatiegebied

ENKELE NADELEN

Hoogste risico op QT-verlenging binnen SSRI’s (vooral citalopram) Citalopram wat meer sedatie en gewichtstoename t.o.v. escitalopram Citalopram kan binding van escitalopram aan de SERT verhinderen Citalopram is mogelijk minder werkzaam dan escitalopram

Citalopram geeft meer gewichtstoename dan escitalopram

INHOUD

SSRI’s & SNRI’s

Vortioxetine Evidence &

werkingsinzet

TCA’s

Trazodon &

mirtazapine Bupropion

(34)

Werkingsmechanisme paroxetine

5HT1A SERT

SOMA

POSTSYNAPTISCH NEURON

5HT1A

5HT2C 5HT2A

H1

α

1

D2 M1 5HT7

5HT3

α

2 MAO-A

SERT

NET

SOMA

α

2

NET 5HT2C

KLINISCHE PROFIELEN

Am J Psychiatry. 2004 May; 161(5) :826-35.

Nat. Int. Mental Health. PDSD Ki Database

MAO-A

INHOUD

SSRI’s & SNRI’s

Vortioxetine Evidence &

werkingsinzet

TCA’s

Trazodon &

mirtazapine Bupropion

(35)

KLINISCHE PROFIELEN

Paroxetined

ENKELE VOORDELEN

Goede werkzaamheidspapieren bij depressie en angst Minst geassocieerd met QT-verlenging van alle SSRI’s Breed geregistreerd indicatiegebied

ENKELE NADELEN

Extreem sterke CYP2D6-remmer waardoor veel interacties Zeer hoog risico op onttrekkingsklachten bij staken

Hoog risico op seksuele disfunctie (vooral orgasmeremming) Mogelijk hoger risico op gewichtstoename dan andere SSRI’s

INHOUD

SSRI’s & SNRI’s

Vortioxetine Evidence &

werkingsinzet

TCA’s

Trazodon &

mirtazapine Bupropion

(36)

Werkingsmechanisme fluvoxamine

5HT1A SERT

SOMA

POSTSYNAPTISCH NEURON

5HT1A

5HT2C 5HT2A

H1

α

1

M1 5HT7

5HT3

α

2 MAO-A

SERT

NET

SOMA

α

2

NET 5HT2C

𝜎

KLINISCHE PROFIELEN

d

MAO-A

INHOUD

SSRI’s & SNRI’s

Vortioxetine Evidence &

werkingsinzet

TCA’s

Trazodon &

mirtazapine Bupropion

(37)

KLINISCHE PROFIELEN

Fluvoxamined

ENKELE VOORDELEN

Sterke remmer van CYP1A2, CYP3A4 en CYP2C19

Toepasbaar om clozapinespiegel te verhogen (25-50 mg)

Wijzigt verhouding clomipramine : desmethylclomipramine (25-50 mg)

ENKELE NADELEN

Minst gebruikte SSRI in Nederland Relatief veel misselijkheid

Enzymremming verhoogt het risico op interacties fors

INHOUD

SSRI’s & SNRI’s

Vortioxetine Evidence &

werkingsinzet

TCA’s

Trazodon &

mirtazapine Bupropion

(38)

Werkingsmechanisme fluoxetine

5HT1A SERT

SOMA

POSTSYNAPTISCH NEURON

5HT1A

5HT2C 5HT2A

H1

α

1

D2 M1 5HT7

5HT3

α

2 MAO-A

SERT

NET

SOMA

α

2

NET 5HT2C

KLINISCHE PROFIELEN

Am J Psychiatry. 2004 May; 161(5) :826-35.

National Institute of Mental Health. PDSD Ki Database

MAO-A

INHOUD

SSRI’s & SNRI’s

Vortioxetine Evidence &

werkingsinzet

TCA’s

Trazodon &

mirtazapine Bupropion

(39)

KLINISCHE PROFIELEN

Fluoxetined

ENKELE VOORDELEN

Laag risico op onttrekking bij staken (nog steeds wel mogelijk) Minste gewichtstoename binnen de SSRI’s

Activerend profiel

ENKELE NADELEN

Extreem sterke CYP2D6-remmer waardoor veel interacties Lastig switchen door de lange halfwaardetijd

Bereiken steady-state concentratie duurt lang (ook na dosisverhoging)

Mogelijk wat minder werkzaam dan andere SSRI’s bij depressie

INHOUD

SSRI’s & SNRI’s

Vortioxetine Evidence &

werkingsinzet

TCA’s

Trazodon &

mirtazapine Bupropion

(40)

Werkingsmechanisme sertraline

5HT1A SERT

SOMA

POSTSYNAPTISCH NEURON

5HT1A

5HT2C 5HT2A

H1

α

1

D2 M1 5HT7

5HT3

α

2 MAO-A

SERT

DAT

SOMA MAO-B

DAT

KLINISCHE PROFIELEN

Am J Psychiatry. 2004 May; 161(5) :826-35.

National Institute of Mental Health. PDSD Ki Database

INHOUD

SSRI’s & SNRI’s

Vortioxetine Evidence &

werkingsinzet

TCA’s

Trazodon &

mirtazapine Bupropion

(41)

KLINISCHE PROFIELEN

Sertralined

ENKELE VOORDELEN

Relatief goed verdragen en werkzaam Geen klinisch relevante enzymremming

Toepasbaar na myocardinfarct en veilig gebleken (SADHART-studie)

ENKELE NADELEN

Relatief veel diarree, misselijkheid en braken

INHOUD

SSRI’s & SNRI’s

Vortioxetine Evidence &

werkingsinzet

TCA’s

Trazodon &

mirtazapine Bupropion

(42)

KLINISCHE PROFIELEN

Werkingsmechanisme duloxetined

5HT1A SERT

SOMA

POSTSYNAPTISCH NEURON

5HT1A

5HT2C 5HT2A

H1

α

1

D2 M1 5HT7

5HT3

α

2 MAO-A

SERT

NET

SOMA

α

2

NET 5HT2C

Int J Neuropsychopharmacology (2017) 20(12):

957–962

Psychopharmacology (2006) 185: 395–399

MAO-A

INHOUD

SSRI’s & SNRI’s

Vortioxetine Evidence &

werkingsinzet

TCA’s

Trazodon &

mirtazapine Bupropion

(43)

KLINISCHE PROFIELEN

Werkingsmechanisme venlafaxined

5HT1A SERT

SOMA

POSTSYNAPTISCH NEURON

5HT1A

5HT2C 5HT2A

H1

α

1

D2 M1 5HT7

5HT3

α

2 MAO-A

SERT

NET

SOMA

α

2

NET 5HT2C

Int J of Neuropsychopharmacology 2019. 22(4):

278–285

MAO-A

INHOUD

SSRI’s & SNRI’s

Vortioxetine Evidence &

werkingsinzet

TCA’s

Trazodon &

mirtazapine Bupropion

(44)

KLINISCHE PROFIELEN

SNRI’s: duloxetine en venlafaxine d INDICATIES

Primair: angststoornissen, depressie

Duloxetine: neuropathie (venlafaxine off-label) Duloxetine: fibromyalgie (off-label)

ENKELE VOORDELEN

Duloxetine minste seksuele bijwerkingen binnen SSRI’s/SNRI’s Duloxetine toepasbaar bij alle CYP2D6-genotypes

Breed indicatiegebied & veel ervaring mee opgedaan

ENKELE NADELEN

Hoog risico op seksuele disfunctie bij venlafaxine

Venlafaxine geeft vaak zeer veel onttrekkingsklachten Venlafaxine relatief onveilig in overdosis

INHOUD

SSRI’s & SNRI’s

Vortioxetine Evidence &

werkingsinzet

TCA’s

Trazodon &

mirtazapine Bupropion

(45)

KLINISCHE PROFIELEN

Intercollegiaal overleg break-out rooms – casus 2 – TCA’sd CASUS 2 – Toxische spiegel nortriptylinemetaboliet

Patiënte van 28 jaar met depressie. Heeft diverse SSRI’s en SNRI’s geprobeerd. Gebruikt momenteel:

• nortriptyline 150 mg per dag: somspiegel 127 microgram/liter (ref. 50-150)

• cardiotoxische metaboliet Z-10-hydroxynortriptyline te hoog: 77 microgram/liter (ref. 0-40).

Na toevoeging van 5 mg paroxetine stijgt de somspiegel met ongeveer 15% maar verandert de verhouding tussen nortriptyline en de metaboliet niet. Paroxetine wordt verhoogd naar 10 mg en daarna nog naar 20 mg. Hiermee wordt de toxische spiegel van metaboliet wel sterk gereduceerd en valt zelfs in de ondergrens van het referentiegebied. Spiegelbepaling van paroxetine bij een dosering van 20 mg levert een spiegel op van 9 microgram/liter (therapeutisch is 20-200). Wat is op grond van deze bevindingen de meest waarschijnlijke verklaring voor het verloop van deze casus? Bespreek de volgende mogelijkheden:

A) De patiënte is therapieontrouw op paroxetine

B) De patiënte is een ultrasnelle metaboliseerder van CYP2D6

C) De patiënte neemt op eigen houtje teveel van de nortriptyline in

D) De medicatie is vlak voor bloedspiegelafname ingenomen en er zijn dus geen dalspiegels gemeten

(46)

KLINISCHE PROFIELEN

TCA’sd

INDICATIES

Angststoornissen (serotonerge TCA’s), depressie Roken (nortriptyline, off-label)

Neuropathie & fibromyalgie (off-label)

VOORDELEN

Goede werkzaamheid

Duidelijke relatie tussen spiegel & effect Nortriptyline: minder sederend

NADELEN

Relatief slecht verdragen & anticholinerge bijwerkingen Meest toxisch van alle AD in overdosering

Cardiotoxisch en interactiegevoelig

INHOUD

SSRI’s & SNRI’s

Vortioxetine Evidence &

werkingsinzet

TCA’s

Trazodon &

mirtazapine Bupropion

(47)

Werkingsmechanisme amitriptyline

5HT1A SERT

SOMA

POSTSYNAPTISCH NEURON

5HT1A

5HT2C 5HT2A

H1

α

1

D2 M1 5HT7

5HT3

α

2 MAO-A

SERT

NET

SOMA

α

2

NET 5HT2C

National Institute of Mental Health. PDSD Ki

KLINISCHE PROFIELEN

MAO-A

INHOUD

SSRI’s & SNRI’s

Vortioxetine Evidence &

werkingsinzet

TCA’s

Trazodon &

mirtazapine Bupropion

(48)

KLINISCHE PROFIELEN

Amitriptylined VOORDELEN

Goede werkzaamheid bij depressie in onderzoek Duidelijke relatie tussen spiegel & effect

Ook effectief bij neuropathische pijn & fibromyalgie

NADELEN

Hoogste affiniteit voor H1-receptor: sedatie en veel gewichtstoename Anticholinerge bijwerkingen

Cardiotoxisch en zeer interactiegevoelig

INHOUD

SSRI’s & SNRI’s

Vortioxetine Evidence &

werkingsinzet

TCA’s

Trazodon &

mirtazapine Bupropion

(49)

Werkingsmechanisme nortriptyline

5HT1A SERT

SOMA

POSTSYNAPTISCH NEURON

5HT1A

5HT2C 5HT2A

H1

α

1

D2 M1 5HT7

5HT3

α

2 MAO-A

SERT

NET

SOMA

α

2

NET 5HT2C

KLINISCHE PROFIELEN

MAO-A

INHOUD

SSRI’s & SNRI’s

Vortioxetine Evidence &

werkingsinzet

TCA’s

Trazodon &

mirtazapine Bupropion

(50)

KLINISCHE PROFIELEN

Nortriptylined VOORDELEN

Goede werkzaamheid

Duidelijke relatie tussen spiegel & effect

Vermoedelijk wat minder anticholinerg dan amitriptyline Minder sederend dan amitriptyline

TCA van voorkeur bij ouderen NADELEN

Zeer gevoelig voor CYP2D6-remming door bijv. paroxetine Cardiotoxisch en zeer interactiegevoelig

INHOUD

SSRI’s & SNRI’s

Vortioxetine Evidence &

werkingsinzet

TCA’s

Trazodon &

mirtazapine Bupropion

(51)

Werkingsmechanisme clomipramine

5HT1A SERT

SOMA

POSTSYNAPTISCH NEURON

5HT1A

5HT2C 5HT2A

H1

α

1

D2 M1 5HT7

5HT3

α

2 MAO-A

SERT

NET

SOMA

α

2

NET 5HT2C

Arch Gen Psych 2003 Apr;60(4):386-91

KLINISCHE PROFIELEN

d

MAO-A

INHOUD

SSRI’s & SNRI’s

Vortioxetine Evidence &

werkingsinzet

TCA’s

Trazodon &

mirtazapine Bupropion

(52)

KLINISCHE PROFIELEN

Clomipramine d

ENKELE VOORDELEN Meest serotonerge TCA

Toepasbaar bij OCD en angststoornissen Relatief beperkt anticholinerg effect

Somspiegel en spiegelverhouding beïnvloedbaar met fluvoxamine

ENKELE NADELEN

Zeer hoog risico op seksuele disfunctie (vooral anorgasmie)

INHOUD

SSRI’s & SNRI’s

Vortioxetine Evidence &

werkingsinzet

TCA’s

Trazodon &

mirtazapine Bupropion

(53)

DEPRESSIE & NEUROTRANSMITTERS

Meerkeuzevraag 7 & 8d

VRAAG 7. Welke SSRI blokkeert ook de dopamine heropname pomp zwak?

A) Sertraline B) Paroxetine C) Fluvoxamine D) Fluoxetine

VRAAG 8. Hoe verschillen secundaire TCA’s farmacologisch van tertiaire TCA’s?

A) Ze werken sterker noradrenerg B) Ze werken sterker serotonerg C) Ze werken zwakker noradrenerg

D) Ze werken zwakker serotonerg & zwakker noradrenerg

(54)

KLINISCHE PROFIELEN

Intercollegiaal overleg break-out rooms – casus 3 – Vortioxetined CASUS 3

Vraag van een ouderenpsychiater: bij ouderen is vaak sprake van veel somatische comedicatie en moet er dus extra gelet moet worden op interacties, bijwerkingen en metabolisering. Ik weet dat er combinaties van antidepressiva worden gegeven, maar dan is altijd de vraag hoe het zit met de verschillende receptoren en de remming/inductie via het cytochroom P450-systeem. Ik wil graag weten met welke antidepressiva vortioxetine gecombineerd kan worden.

Bespreek of jullie de volgende opties zinvol of juist onlogisch vinden:

1. Vortioxetine + SSRI

2. Vortioxetine + trazodon 3. Vortioxetine + bupropion 4. Vortioxetine + lithium

5. Vortioxetine + nortriptyline

(55)

KLINISCHE PROFIELEN

Farmacologie vortioxetined

SERT 5HT1A

SOMA

POSTSYNAPTISCH NEURON

5HT1A

5HT2C 5HT2A

H1

α

1

D2 M1 5HT7

5HT3

α

2 MAO-A

5HT1D

NET

SOMA

α

2

NET 5HT2C

Eur Neuropsychopharmacol. 2013 Oct;23(10):1190-8.

SERT

10 mg 20 mg

SERT

5 mg

MAO-A

INHOUD

SSRI’s & SNRI’s

Vortioxetine Evidence &

werkingsinzet

TCA’s

Trazodon &

mirtazapine Bupropion

(56)

KLINISCHE PROFIELEN

Vortioxetined INDICATIES Depressie

Angststoornissen (off-label) Cognitieverbetering (off-label)

VOORDELEN

Minder serotonerge bijwerkingen dan SSRI’s & goed verdragen Laag risico op seksuele disfunctie en geen QT-verlenging

Ten minste even werkzaam als SNRI’s

NADELEN

Hoog risico op (voorbijgaande) misselijkheid

Toch seksuele disfunctie in hoge dosering (20 mg) Relatief duur (nog in patent)

INHOUD

SSRI’s & SNRI’s

Vortioxetine Evidence &

werkingsinzet

TCA’s

Trazodon &

mirtazapine Bupropion

(57)

KLINISCHE PROFIELEN

Intercollegiaal overleg break-out rooms – casus 4 – Bupropiond CASUS 4A

Ik mail je vanwege een vraag van een collega verpleegkundig specialist. Ze schrijft bupropion voor aan een patiënt. Vanwege ADHD wilde ze deze ophogen naar 450 mg. Daarbij gaf de apotheker dat dit boven de “toegestane” hoeveelheid is, en wil dit niet verstrekken. Kun jij zeggen hoe dit zit, kan de apotheker dat zelf bepalen?

CASUS 4B

Ik heb een vraag over bupropion en cardiovasculaire effecten. Is jou iets bekend over het effect van bupropion op de heart rate variability? En is dit effect dosisafhankelijk? Is bupropion veilig bij patiënten met hart- en vaatziekten?

(58)

KLINISCHE PROFIELEN

Werkingsmechanisme bupropiond

POSTSYNAPTISCH NEURON

D1

D3 D2

H1

α

1

nAch

α3β2, α4β2

D5 D4

NET

SOMA

α

2

NET 5HT2C

J Clin Psychiatry 2004;6:159–166

National Institute of Mental Health. PDSD Ki Database

DAT

SOMA MAO-B

DAT

α

2

MAO-A

INHOUD

SSRI’s & SNRI’s

Vortioxetine Evidence &

werkingsinzet

TCA’s

Trazodon &

mirtazapine Bupropion

(59)

KLINISCHE PROFIELEN

Bupropiond INDICATIES Depressie

Stoppen met roken

ADHD (off-label, tot 450 mg)

VOORDELEN

Geen gewichtstoename & geen seksuele disfunctie Effectief bij vermoeidheid

Geen serotonerge bijwerkingen

NADELEN

Noradrenerge & dopaminerge bijwerkingen Motorische onrust, slapeloosheid, tremor

Mogelijke verslechtering angstcomponenten

INHOUD

SSRI’s & SNRI’s

Vortioxetine Evidence &

werkingsinzet

TCA’s

Trazodon &

mirtazapine Bupropion

(60)

KLINISCHE PROFIELEN

Intercollegiaal overleg break-out rooms – casus 5 – mirtazapined CASUS 5

Ik heb een patiënt die mirtazapine gebruikt met goed effect. Hij slaapt er uitstekend op en het heeft een goed antidepressief effect. Echter, hij is vrachtwagenchauffeur van beroep en kreeg in de apotheek te horen dat hij niet mag rijden met mirtazapine. Klopt dat? Zo ja, is trazodon een goed alternatief?

Bespreek met uw collega’s deze vragen. Welke website is geschikt om informatie op te zoeken over geneesmiddelen en rijvaardigheid?

(61)

KLINISCHE PROFIELEN

Werkingsmechanisme mirtazapined

5HT1A SERT

SOMA

POSTSYNAPTISCH NEURON

5HT1A

5HT2C 5HT2A

H1

α

1

D2 M1 5HT7

5HT3

α

2 MAO-A

SERT

NET

SOMA

α

2

NET 5HT2C

Neuropharmacology 60 2011 550e560.

NIMH. PDSD Ki Database.

MAO-A

INHOUD

SSRI’s & SNRI’s

Vortioxetine Evidence &

werkingsinzet

TCA’s

Trazodon &

mirtazapine Bupropion

(62)

KLINISCHE PROFIELEN

Mirtazapined INDICATIES Depressie

Slaapverbetering (off-label) Angststoornissen (off-label)

VOORDELEN

Goede werkzaamheid & werkt relatief snel

Geen/weinig seksuele disfunctie & verbetering slaaparchitectuur Goed te combineren met vrijwel alle psychofarmaca

NADELEN

Zeer hoog risico op gewichtstoename Sedatie en moeheid overdag

Problemen met verkrijgen/verlengen rijbewijs

INHOUD

SSRI’s & SNRI’s

Vortioxetine Evidence &

werkingsinzet

TCA’s

Trazodon &

mirtazapine Bupropion

(63)

KLINISCHE PROFIELEN

Werkingsmechanisme trazodond

5HT1A SERT

SOMA

POSTSYNAPTISCH NEURON

5HT1A

5HT2C 5HT2A

H1

α

1

D2 M1 5HT7

5HT3

α

2 MAO-A

SERT

NET

SOMA

α

2

NET 5HT2C

J Psychopharmacol. 2018 Jan;32(1):96-104.

MAO-A

INHOUD

SSRI’s & SNRI’s

Vortioxetine Evidence &

werkingsinzet

TCA’s

Trazodon &

mirtazapine Bupropion

(64)

KLINISCHE PROFIELEN

Trazodon d INDICATIES Depressie

Slaapverbetering (off-label) Angststoornissen (off-label)

VOORDELEN

Slaapverbetering

Vrijwel geen seksuele disfunctie

Goed te combineren met vrijwel alle psychofarmaca

NADELEN

Als antidepressivum driemaal daags doseren

Sedatie & problemen verkrijgen/verlengen rijbewijs

Wordt relatief slecht verdragen (o.a. orthostase en duizeligheid)

INHOUD

SSRI’s & SNRI’s

Vortioxetine Evidence &

werkingsinzet

TCA’s

Trazodon &

mirtazapine Bupropion

(65)

DEPRESSIE & NEUROTRANSMITTERS

Meerkeuzevraag 9 & 10d

VRAAG 9. Welke receptor wordt NIET door vortioxetine bezet?

A) 5-HT1A (als agonist) B) 5-HT2A (als antagonist) C) 5-HT3 (als antagonist) D) 5-HT7 (als antagonist)

VRAAG 10. Bij welk van onderstaande antidepressiva is het risico op seksuele disfunctie het laagst?

A) Bupropion, paroxetine en vortioxetine B) Bupropion, escitalopram en paroxetine C) Bupropion, mirtazapine en vortioxetine D) Escitalopram, mirtazapine en vortioxetine

(66)

AFSLUITING

Dank voor de aandacht! d

EMAIL: c.f.ebbelaar@uu.nl

d

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

• bij elke aanpassing van de dosis en daarna minimaal eens per 6 maanden en bij elk bezoek moet de patiënt gecontroleerd worden op ontwikkeling van de novo of verslechtering van

Maar ik ben ervan overtuigd dat er onder de gevallen van voedselvergiftiging door het eten van bedorven eieren of vlees ook gevallen zitten waar- bij verse

• Het programma van eisen wordt mogelijk op basis van onvoldoende informatie opgesteld, waardoor offertes (en mogelijk ook het project) mogelijk suboptimaal zijn.. 2.3

Kwaliteitszorg en risico’s voor leerlingen Bij een klein deel van de besturen in het voortgezet onderwijs (15 procent van de eenpitters en 2 procent van de meerpitters) is

Het bevoegd gezag Wet milieubeheer (gemeente of provincie) betreedt het terrein van de ruimtelijke ordening, het bevoegd gezag RO (gemeente) is medeverantwoordelijk voor

De morele rechten op kunstwerken geschonken door kunstverzamelaars zullen immers in de regel bij de erfgenamen liggen – morele rechten kunnen immers niet

De gevaarlijkste vorm is malaria tropica en wordt veroorzaakt door de Plasmodium falciparum parasiet. De andere vormen

Hieronder worden allereerst de belangrijkste risico’s voor de klant beschreven en vervolgens de kenmerken van de financiële instrumenten waarin door de klant belegd kan worden en