• No results found

Inventarisatie van patiënten met (mogelijk) verhoogd cardiovasculair risico

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Inventarisatie van patiënten met (mogelijk) verhoogd cardiovasculair risico"

Copied!
3
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Inventarisatie van patiënten met (mogelijk) verhoogd cardiovasculair risico

Selecteren

Er zijn meerdere methoden om de patiëntengroep te selecteren. Welke voor uw situatie geschikt is, hangt af van hoe u uw HIS gebruikt.

Als u de meeste spreekuurcontacten volgens de ICPC codeert, is een selectie op ICPC-code een geschikte en snelle methode. Anders kunt u waarschijnlijk beter op medicatie (ATC-code) zoeken. Als u hoofdzakelijk met één apotheker samenwerkt kunt u dit mogelijk aan hem vragen. Een nadeel van selectie via ATC is dat dit veel meer patiënten oplevert. Die lijsten moet u vervolgens handmatig (laten) nalopen en patiënten zo nodig voorzien van de juiste ICPC-code.

Als u gebruik maakt van ruiters (voor patiënten met diabetes mellitus, hart- en vaatziekten, hypertensie, hypercholesterolemie) kunnen deze een geschikte en snelle ingang zijn.

Ga voor uzelf steeds kritisch na of een bepaalde selectiemethode haalbaar is in uw praktijk. Het combineren van zoekmethodes is in de meeste gevallen aan te bevelen of zelfs noodzaak.

N.B. Elk HIS heeft een andere manier om te selecteren. We verwijzen u daarvoor naar de handleiding van uw HIS en uw gebruikersvereniging.

A. Selectie van ‘bekende’ patiënten

We onderscheiden de volgende methoden voor de selectie van‘bekende’ patiën- ten (hart- en vaatziekten, diabetes mellitus, of behandeld met antihypertensiva of cholesterolverlagers).

Via ICPC-codering in het journaal of in de probleemlijst

In tabel B1 vindt u de ICPC-codes waarop u kunt selecteren. U selecteert ‘beken- de’ patiënten die zeker onder de doelgroep voor CVRM vallen via alle ICPC- codes onder hart- en vaatziekten, de hypertensiecodes, hypercholesterolemie en gemengde hyperlipidemie. Ook de patiënten met diabetes en reumatoïde artritis zullen vrijwel altijd voor CVRM in aanmerking komen.

Dit is de nauwkeurigste methode, maar uiteraard alleen bruikbaar als er conse- quent ICPC-coderingen worden aangemaakt.

Via ruiters

Als u ruiters heeft gebruikt om groepen patiënten te markeren vormen deze een goe- de ingang voor de selectie. Ga na welke ruiters in uw praktijk gebruikelijk zijn. (In het verleden) algemeen gebruikte ruiters zijn: HY (hypertensie), HC (hypercholestero- lemie), CV (hart- of vaatziekte in de voorgeschiedenis) en DM (diabetes mellitus).

Via medicatie

Bij selectie op ATC-codes komen de volgende coderingen in aanmerking: A10 anti- diabetica, C10 cholesterolverlagende middelen. De medicatie voor hypertensie en hart- en vaatziekten is weinig specifi ek en zal dus lange lijsten patiënten ople- veren die u vervolgens handmatig moet doorlopen om de hypertensie- en HVZ- patiënten eruit te halen. U kunt selecteren op C07 bèta-blokkers, C03 diuretica,

Bijlage bij Protocollair CVRM, editie 2016. © Nederlands Huisartsen Genootschap.

(2)

C09 RAS-remmers, C08 calciumantagonisten, C01 nitraten en hartglycosiden en B01 trombocytenaggregatieremmers en coumarinederivaten.

U kunt dit zelf uitvoeren of als dienst vragen van de apotheek of de apotheken waar veel van uw receptuur wordt verwerkt.

Via meetwaarden

Meetwaarden zijn een minder geschikte ingang voor het selecteren van reeds bekende patiënten. Het levert lange lijsten patiënten op, en u moet vervolgens bij al deze patiënten via het dossier nagaan of ze een diagnose hebben waardoor het risico op hart- en vaatziekten is verhoogd of dat ze medicatie voor CVRM gebrui- ken.

Controleren

De via de selecties verkregen lijsten met patiënten moet u op juistheid controle- ren. Met andere woorden: u gaat na of een patiënt terecht op de lijst staat. In het algemeen geldt dat het resultaat van de selectie op ICPC-code betrouwbaarder is dan van de selectie op andere criteria. Maar ook een lijst op basis van ICPC-codes zult u moeten controleren.

Bij het controleren van de lijsten kunt u direct ontbrekende ICPC-codes aanvullen.

Tabel B1 Diagnose en daarmee corresponderende ICPC-code (ICPC-1) (CVRM)

Hart- en vaatziekten

Angina pectoris K74

Acuut myocardinfarct K75

Andere/chronische ischemische hartziekte* K76

Decompensatio cordis K77

TIA K89.1

Cerebraal infarct K90.3

Claudicatio intermittens K92.1

Aneurysma aortae K99.1

Risicoverhogende factoren

Diabetes mellitus type 1 T90.1

Diabetes mellitus type 2 T90.2

Reumatoïde artritis L88.01

Verhoogde bloeddruk K85

Hypertensie zonder orgaanschade K86

Hypertensie met orgaanschade K87

Hypercholesterolemie T93.01

Gemengde hyperlipidemie T93.03

Familiaire hypercholesterolemie/lipidemie T93.04

Tabaksmisbruik P17

Hart- en vaatziekten in familie-anamnese A29.01

Adipositas (QI ≥30) T82

Overgewicht (27≤ QI <30) T83

Nierfunctiestoornis/nierinsuffi ciëntie U99.01

Zwangerschapstoxicose/(pre)-eclampsie W81

Zwangerschapsdiabetes W84.02

* Als een infarct langer dan vier weken geleden is, gebruikt u code K76 (.02). Ook een ischemische hartziekte die bijvoor- beeld is aangetoond via een ECG of beeldvormend onderzoek, valt onder K76.

Bijlage bij Protocollair CVRM, editie 2016. © Nederlands Huisartsen Genootschap.

I N V E N T A R I S A T I E V A N P A T I Ë N T E N M E T ( M O G E L I J K ) V E R H O O G D C A R D I O V A S C U L A I R R I S I C O

(3)

B. Selectie van patiënten met mogelijk verhoogd risico

Zoek in het HIS naar risicofactoren bij personen bij wie geen hart- en vaatziekten of diabetes is vastgesteld en die niet behandeld worden met bloeddruk- en cho- lesterolverlagers. Zo vindt u patiënten die mogelijk in aanmerking komen voor CVRM. U gaat als volgt te werk:

1. Via ICPC kunt u zoeken op:

a. K85 Verhoogde bloeddruk, als u een verhoogde bloeddruk zonder dat de diagnose hypertensie is gesteld consequent op deze manier registreert;

b. P17 Tabaksmisbruik

c. A29.01 Hart- en vaatziekten in familie-anamnese d. T82 Adipositas

e. T83 Overgewicht f. U98.01 Proteïnurie

g. U99.01 Nierfunctiestoornis/nierinsuffi ciëntie h. W81 Zwangerschapstoxicose/(pre)-eclampsie i. W84.02 Zwangerschapsdiabetes

Bij zwangerschapstoxicose/(pre)-eclampsie en zwangerschapsdiabetes gaat het om de postmenopauzale vrouwen die een verhoogd risico lopen. Daarom kunt u de groep die u vindt bij deze diagnoses vervolgens verfi jnen door te zoeken naar bijvoorbeeld een leeftijd > 51 jaar (= gemiddelde leeftijd van de menopauze).

2. Via meetwaarden zoekt u op:

a. Systolische bloeddruk > 140 mmHg b. Totaalcholesterol > 6,5 mmol/l c. Roken = ja + leeftijd > 50 jaar d. BMI ≥ 30

e. BMI ≥ 25 - < 30

f. eGFR < 60 ml/min/1,73 m2 én leeftijd < 65 jaar g. eGFR < 45 ml/min/1,73 m2 én leeftijd ≥ 65 jaar h. (Micro)albuminurie (comorbiditeit)

Dit is uiteraard allen mogelijk als u systematisch gebruik maakt van meet- waarden.

3. In sommige HIS’en is het mogelijk de ICPC-codes van de ‘bekende’ patiënten als exclusiecriterium te gebruiken. Dit is dan handig bij de zoekacties onder 1. en 2. Alternatief is dat u de selectie van bekende patiënten (zie A) in een namenlijst zet, net als de patiënten die u onder 1. en 2. heeft gevonden. Ver- volgens schrapt u in lijst B de namen die in lijst A voorkomen. U houdt dan de patiënten met mogelijk een verhoogd risico over.

Controleren

Ook hier moet u de verkregen lijst met patiënten weer op juistheid controleren.

Als u de lijst wilt gebruiken om patiënten uit te nodigen om een risicoprofi el op te laten stellen zult u bovendien na moeten gaan welke patiënten u hiervan uit wilt sluiten, bijvoorbeeld vanwege een beperkte levensverwachting of andere proble- men waarvoor de patiënt onder behandeling is.

Bij het controleren van de lijsten kunt u weer direct ontbrekende ICPC-codes aan- vullen.

Bijlage bij Protocollair CVRM, editie 2016. © Nederlands Huisartsen Genootschap.

I N V E N T A R I S A T I E V A N P A T I Ë N T E N M E T ( M O G E L I J K ) V E R H O O G D C A R D I O V A S C U L A I R R I S I C O

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Door voedingsmiddelen met veel verzadigde vetzuren in je voeding te vervangen door voedingsmiddelen met veel onverzadigde vetzuren, verlaag je het LDL-c in je bloed en daarmee

Hoe meer risicofactoren je hebt (zoals een hoog cholesterol, hoge bloeddruk, roken of overgewicht) hoe hoger je risico op hart- en vaatziekten.. Mensen met een hart- of

• De meerderheid van personen met een verhoogd totaal risico op de ontwikkeling van hart- en vaatziekten moet echter gezocht worden binnen de ruime populatie van ogenschijnlijk

nuchter glucose creatinine eGFR totaalcholesterol HDL eiwit (urine) bloed (urine). Opvolging

Aangezien het bij deze indicatoren in eerste instantie gaat om patiënten met een mogelijk verhoogd risico, dat wil zeggen ook patiënten zonder bepaald CV-risico zal in veel

NHG en LHV zijn van mening dat deze indicatoren geschikt zijn voor het in beeld brengen van de zorg voor patiënten met bekende hart- en vaatziekten voor intern gebruik en ook

Indicatoren 3 t/m 32 hebben betrekking op alle vaste patiënten bekend met HVZ waarbij aangenomen kan worden dat de huisarts voor 12 maanden of meer hoofdbehandelaar is voor

Een en ander is verwerkt als een erratum op de in januari gepubliceerde sets indicatoren voor diabetes en CVRM bij patiënten met hart- en vaatziekten.. De aangepaste documentatie