• No results found

RAPPORT ONDERZOEK IN HET KADER VAN HET VIERJAARLIJKS BEZOEK OP MONTESSORISCHOOL SPIJKENISSE

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "RAPPORT ONDERZOEK IN HET KADER VAN HET VIERJAARLIJKS BEZOEK OP MONTESSORISCHOOL SPIJKENISSE"

Copied!
12
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

RAPPORT

ONDERZOEK IN HET KADER VAN HET VIERJAARLIJKS BEZOEK

OP MONTESSORISCHOOL SPIJKENISSE

Plaats : Spijkenisse

BRIN-nummer : 23UN

Onderzoeksnummer : 118799

Datum schoolbezoek : 18 maart 2010 Rapport vastgesteld te Zoetermeer op 12 mei 2010

(2)
(3)

Inhoud

1 Onderzoek 5

2 Bevindingen 7

3 Conclusie 9

Bijlage 11

(4)
(5)

1 Onderzoek

Op 18 maart 2010 heeft de inspectie Montessorischool Spijkenisse bezocht.

Het bezoek is afgelegd vanwege de verplichting van de inspectie om scholen voor primair onderwijs ten minste eenmaal per vier jaar te bezoeken.

Tijdens het onderzoek heeft de inspectie de kwaliteit van het onderwijs op de school beoordeeld met een beperkte set indicatoren, waarmee zij conform de Wet op het Onderwijstoezicht (WOT) kan beoordelen of de school op

belangrijke onderdelen onderwijs van voldoende kwaliteit biedt. Deze indicatoren hebben betrekking op de resultaten en de ontwikkeling van leerlingen, op de zorg en begeleiding en op de kwaliteitszorg. Daarnaast zijn enkele verplichtingen van de school in het kader van de naleving van wet- en regelgeving gecontroleerd, waaronder de onderwijstijd.

De bevindingen uit het onderzoek in het kader van het vierjaarlijks bezoek worden gebruikt om te bezien of het reeds aan de school toegekende basisarrangement kan worden gehandhaafd. Eventueel geconstateerde tekortkomingen worden betrokken bij de eerstvolgende risicoanalyse. Indien tijdens het onderzoek echter blijkt dat er mogelijk sprake is van zwakke of zeer zwakke onderwijskwaliteit, dan zet de inspectie het onderzoek in het kader van het vierjaarlijks bezoek, na overleg met het bevoegd gezag, om in een

kwaliteitsonderzoek.

In hoofdstuk 2 van dit rapport beschrijft de inspectie de bevindingen die uit haar onderzoek op Montessorischool Spijkenisse naar voren zijn gekomen. Bij de geconstateerde verbeterpunten is tevens een onderbouwing opgenomen.

In hoofdstuk 3 volgt de conclusie.

Onderzoeksopzet

Deze rapportage over het onderzoek is gebaseerd op:

• Een beperkte set indicatoren uit het toezichtkader po/vo 2009 van de inspectie. Het toezichtkader is te vinden op www.onderwijsinspectie.nl.

• Analyse van documenten en gegevens over de school die bij de inspectie aanwezig zijn.

• Schoolbezoek, waarbij:

• schooldocumenten en handelingsplannen zijn bestudeerd;

• enkele groepsbezoeken zijn afgelegd voor het beoordelen van de planmatige uitvoering van de zorg;

• gesprekken met de directie en de intern begeleider zijn gevoerd.

(6)
(7)

2 Bevindingen

De bijlage van dit rapport bevat een overzicht van de bij dit onderzoek gebruikte indicatoren en de bevindingen van de inspectie daarover.

Uit dit overzicht valt op te maken dat op Montessorischool Spijkenisse de kwaliteit van het onderwijs voor de meeste van de onderzochte indicatoren op orde is. Het betreft hier de aspecten opbrengsten, zorg en begeleiding van de leerlingen en de kwaliteitzorg.

Op Montessorischool Spijkenisse zet een team van betrokken leraren zich in aantrekkelijk en goed onderwijs te verzorgen voor haar leerlingen. Dat men daar goed in slaagt blijkt niet alleen uit de positieve resultaten die worden bereikt. Ook de toename van het aantal leerlingen laat zien dat de school een stevige positie inneemt voor wat betreft het onderwijsaanbod in de wijk.

De opbrengsten aan het einde van de schoolperiode liggen op het te

verwachten niveau. De inspectie heeft haar oordeel gebaseerd op de gegevens uit het leerlingvolgsysteem. Ook de resultaten gedurende de schoolloopbaan van de leerlingen zijn voldoende.

De inspectie plaats een tweetal kantekeningen bij de opbrengsten van de school. In de eerste plaats betreft dit de eindopbrengsten. Bij nader onderzoek komt naar voren dat niet alle leerlingen hebben deelgenomen aan de toetsen die zijn bestemd voor leerjaar 8. Het betreft zowel leerlingen die op een lager als leerlingen die op een hoger niveau worden getoetst. De inspectie heeft voor deze leerlingen een correctie uitgevoerd. In dit verband is tevens gewezen op het werken met ontwikkelingsperspectieven voor leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften.

Ten tweede vraagt de inspectie aandacht voor de resultaten van het technisch lezen in leerjaar 4. Op alle toetsmomenten (leeskaart 1 tot en met 3) liggen de resultaten beneden de norm die de inspectie hanteert voor een voldoende oordeel. De school heeft dit probleem eveneens vastgesteld en wil met extra aandacht voor het voortgezet technisch lezen de resultaten in de volgende leerjaren verbeteren. Men is tevreden over de gehanteerde methode voor het aanvankelijk technisch lezen.

In 2006 stelde de inspectie vast dat kwaliteitzorg nog onvoldoende tot ontwikkeling was gekomen. De school heeft daarop besloten om met behulp van het WMK-MO instrument de kwaliteitszorg meer vorm te geven en is een meerjarig traject gestart om zich de werkwijze eigen te maken. WMK-MO is speciaal toegespitst op het Montessorionderwijs. In dit traject wordt

samengewerkt met een drietal andere Montessorischolen en worden ook alle teamleden betrokken. Aandacht voor kwaliteit is daarmee een terugkerend onderwerp geworden tijdens elke teamvergadering en bouwoverleg en daarmee is veel draagvlak gecreëerd.

(8)

Rapport Onderzoek in het kader van het vierjaarlijkse bezoek | Montessorischool Spijkenisse

| 18 maart 2010

pagina 8 van 12

De afgelopen twee jaar is hard gewerkt aan verbetering van zorg en begeleiding. Er is nu sprake van een goede zorgstructuur waarin duidelijke afspraken gelden hoe om te gaan met toetsen en toetsafname. In het verleden werden leerlingen die een eigen leerlijn volgden, getoetst conform die lijn, waardoor een vertekend beeld ontstond. Inmiddels is de omslag gemaakt en worden alle leerlingen op de juiste wijze getoetst en beschikt de school over een juist beeld van de prestaties van haar leerlingen.

Er is veel ingezet op vroegtijdige signalering en analyse om de aard van de zorg te bepalen en op een planmatige uitvoering van de zorg. Dit betekent volgens de school niet dat in alle groepen de planmatigheid van de zorg al optimaal kan worden genoemd. Daar waar men op dit punt nog niet tevreden is, wordt langs verschillende invalshoeken gewerkt aan verbetering. Voor wat betreft de directe aandacht voor de leerlingen zorgt de intern begeleider in die gevallen voor extra begeleiding.

Verbeterpunten voor de onderwijskwaliteit

De inspectie vraagt aandacht voor enkele onderdelen waarvan de kwaliteit verbetering behoeft.

Bij kwaliteitsaspect 1 Opbrengsten, gaat het dan om indicator 1.4 leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften. Voor leerlingen die een eigen leerlijn volgen worden op Montessorischool Spijkenisse nog geen ontwikkelingsprofielen opgesteld. Voor deze leerlingen worden tot nu toe zorgvuldige

begeleidingsprogramma's samengesteld die nog vooral een volgend karakter hebben. Een te bereiken einddoel in de vorm van een uitstroom perspectief voor de verschillende vakken wordt nog niet geformuleerd.

Bij kwaliteitsaspect 8 vraagt indicator 8.4 extra aandacht. Het gaat hier om de effecten van de zorg. De afgelopen jaren is sterk ingezet op verbetering en versterking van de zorgstructuur. De school is daarmee nu zover dat nu ook de laatste stap, regelmatige evaluatie van de effecten van de zorg, kan worden gezet. Op dit moment vindt evaluatie twee maal per jaar plaats tijdens de leerling bespreking. De intern begeleider geeft aan toe te werken naar meer tussentijdse evaluatiemomenten zodat de effecten van de zorg meer nauwgezet gevolgd kunnen worden.

(9)

3 Conclusie

De inspectie concludeert dat de kwaliteit van het onderwijs op

Montessorischool Spijkenisse op de onderzochte onderdelen grotendeels op orde is. Uit het onderzoek is gebleken dat de school op die gebieden nauwelijks tekortkomingen kent. Om die reden wordt het reeds aan de school toegekende basisarrangement gehandhaafd. De bevindingen zullen worden betrokken bij de eerstvolgende risicoanalyse, waarbij opnieuw de vraag aan de orde is of het toezichtarrangement eventueel moet worden aangepast.

(10)
(11)

Bijlage

Overzicht indicatoren en bevindingen.

Met de scores 1 tot en met 5 wordt tot uitdrukking gebracht in welke mate de indicatoren op de school zijn gerealiseerd:

1 slecht;

2 onvoldoende;

3 voldoende;

4 goed;

5 niet te beoordelen (alleen bij opbrengsten).

Bij wet- en regelgeving is in de waardering tot uitdrukking gebracht of de school wel (ja) of niet (nee) voldoet aan de genoemde wettelijke vereisten.

(De nummering van de indicatoren verwijst naar de nummering van de volledige set indicatoren uit het Toezichtkader po/vo 2009. Indicatoren die bij een kwaliteitsonderzoek de doorslag geven of een school (zeer) zwak is, zijn gemarkeerd met een asterisk*.)

Het kwaliteitsprofiel van Montessorischool Spijkenisse Tabel 4.1 Kwaliteitsaspect 1: De opbrengsten liggen op het niveau dat op grond van de kenmerken van de

leerlingenpopulatie verwacht mag worden.

1 2 3 4 5

1.1 * De resultaten van de leerlingen aan het eind van de basisschool liggen ten minste op het niveau dat op grond van de kenmerken van de leerlingenpopulatie mag worden verwacht.

l

1.2 * De resultaten van de leerlingen voor Nederlandse taal en voor rekenen en wiskunde tijdens de schoolperiode liggen ten minste op het niveau dat op grond van de kenmerken van de leerlingenpopulatie mag worden verwacht.

l

1.4 Leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften ontwikkelen

zich naar hun mogelijkheden. l

1.5 De sociale competenties van de leerlingen liggen op een

niveau dat mag worden verwacht. l

Tabel 4.2 Kwaliteitsaspect 7a: De leraren volgen systematisch de vorderingen van de leerlingen.

1 2 3 4

7.1 * De school gebruikt een samenhangend systeem van genormeerde instrumenten en procedures voor het volgen van de prestaties en de ontwikkeling van de leerlingen.

l

(12)

Rapport Onderzoek in het kader van het vierjaarlijkse bezoek | Montessorischool Spijkenisse

| 18 maart 2010

pagina 12 van 12

Tabel 4.3 Kwaliteitsaspect 8: De leerlingen die dat nodig blijken te hebben, krijgen extra zorg.

1 2 3 4

8.1 De school signaleert vroegtijdig welke leerlingen zorg nodig

hebben. l

8.2 Op basis van een analyse van de verzamelde gegevens bepaalt

de school de aard van de zorg voor de zorgleerlingen. l

8.3 * De school voert de zorg planmatig uit. l

8.4 De school evalueert regelmatig de effecten van de zorg. l

Tabel 4.4 Kwaliteitsaspect 9: De school heeft een systeem voor kwaliteitszorg.

1 2 3 4

9.1 De school heeft inzicht in de onderwijsbehoeften van haar

leerlingenpopulatie. l

9.2 De school evalueert jaarlijks de resultaten van de leerlingen. l 9.3 De school evalueert regelmatig het onderwijsleerproces. l 9.4 De school werkt planmatig aan verbeteractiviteiten. l 9.5 De school borgt de kwaliteit van het onderwijsleerproces. l 9.6 De school verantwoordt zich aan belanghebbenden over de

gerealiseerde onderwijskwaliteit. l

Tabel 4.5 Wet- en regelgeving

ja nee N1 Door of namens het bestuur is de vastgestelde schoolgids naar de inspectie

gestuurd en deze schoolgids bevat de verplichte onderdelen (WPO, art. 16 en 13).

l

N2 Door of namens het bestuur is het vastgestelde schoolplan naar de inspectie gestuurd en dit schoolplan bevat de verplichte onderdelen (WPO, art. 16 en 12). l N3 Door of namens het bestuur is het vastgestelde zorgplan van het

samenwerkingsverband naar de inspectie gestuurd en dit zorgplan bevat de verplichte onderdelen (WPO, art. 19).

l N4 De geplande onderwijstijd voldoet aan de wettelijke vereisten (WPO, art. 8). l

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Voor technisch lezen in de groepen 3 en 4 worden wel toetsen gebruikt die door de Cotan zijn goedgekeurd, maar voor de overige groepen hanteert de school een toetssysteem, dat

belangrijke onderdelen onderwijs van voldoende kwaliteit biedt. Deze indicatoren hebben betrekking op de resultaten en de ontwikkeling van leerlingen, op de zorg en begeleiding en

1.2* De resultaten van de leerlingen voor Nederlandse taal en voor rekenen en wiskunde tijdens de schoolperiode liggen ten minste op het niveau dat op grond van de kenmerken van

1.2* De resultaten van de leerlingen voor Nederlandse taal en voor rekenen en wiskunde tijdens de schoolperiode liggen ten minste op het niveau dat op grond van de kenmerken van

1.2 * De resultaten van de leerlingen voor Nederlandse taal en voor rekenen en wiskunde tijdens de schoolperiode liggen ten minste op het niveau dat op grond van de kenmerken van de

Tijdens het onderzoek heeft de inspectie de kwaliteit van het onderwijs op de school beoordeeld met een beperkte set indicatoren, waarmee zij conform de Wet op het

1.2 * De resultaten van de leerlingen voor Nederlandse taal en voor rekenen en wiskunde tijdens de schoolperiode liggen ten minste op het niveau dat op grond van de kenmerken van de

1.2* De resultaten van de leerlingen voor Nederlandse taal en voor rekenen en wiskunde tijdens de schoolperiode liggen ten minste op het niveau dat op grond van de kenmerken van