Vraag nr. 101 van 24 februari 1998
van de heer FRANK CREYELMAN
Internationaal To e r i s t i s ch Marketingplan – Ku n s t-steden
Het marketingbeleid voor het buitenland is vervat in het Internationaal Toeristisch Marketingplan. Hierin zijn drie macroproducten opgenomen, namelijk Groen V l a a n d e r e n , de Kust en de Ku n s t-s t e d e n . Alt-s Vlaamt-se kunt-stt-steden worden Brut-st-sel, Brugge, Antwerpen en Gent opgenomen.
1. Wat is het aandeel uit het totale budget voor de drie macroproducten ?
2. Hoeveel middelen worden respectievelijk be-steed aan Brussel, B r u g g e, Antwerpen en Gent ? 3. Wat zijn de criteria die worden gebruikt om een
stad als "kunststad" te betitelen ?
Antwoord
Op artikel 523 van de begroting van To e r i s m e Vlaanderen zijn de volgende bedragen ingeschre-ven voor de marketing van de drie "macroproduc-ten" :
Marketing Vlaamse Kust 40.000.000 fr.
Marketing Vlaamse Kunststeden 25.000.000 fr. Marketing Groen Vlaanderen 20.000.000 fr. Daarnaast zijn er andere begrotingsposten voor algemeen toeristische marketing, met name : a l g meen buitenland, algemeen binnenland, e v e n e-m e n t e n , uitvoering TMP (Toeristisch Marketing-plan) en invoering van de dakformule in de buiten-l a n d k a n t o r e n , die samen een bedrag van 293.303.000 frank vertegenwoordigen.
Ook deze middelen worden besteed aan toeristi-sche marketing, zonder dat het mogelijk is om de aandelen daarvan te identificeren die gaan naar elk macroproduct, of naar elke stad.
Het is immers de opdracht van Toerisme V l a a n d e-ren om Vlaandee-ren en Brussel als geheel te promo-t e n . De aandachpromo-t die hierbij aan diverse spromo-teden, regio's en provincies wordt besteed is niet kwantifi-ceerbaar en varieert sterk naargelang de markt en de doelgroep.
Aangezien de kunststeden het macroproduct zijn dat in het buitenland het best in de markt ligt, z a l
ongetwijfeld het grootste deel van de middelen naar dit product gaan.