IMMORELE ONDERNEMERS
EN
HET
NUT
VAN
ZWAARDER
STRAFFEN
Naar
aanleiding
van een
opmerking
van
premier Lubbers werd
er
vorig
jaar
een
soms
nogat
heftige discussie gevoerd over de
zin van
zwaarder
straffen.
De algemene
conclusie
was
dat
op
grond
van een
economische analyse
zwaarder
straffen geen zin
heeft. tn
dit artikel
wordt niettemin
een
poging gewaagd
om
aan te
tonen
dat zwaarder straffen
wet
degetijk
zin
heeft
en
ook
vottedig
past
binnen
de gedachte achter
een
vrije markteconomie.
1. Afschrikking
De traditionele economische analyse van het strafrecht ziet de crimineel als een homo
economicus.
Deze
ratroneel calculerendemens pleegt een strafbaar feit als
de
mis-daad
loont,d.wz.:
alsde
opbrengsten de kosten overtreffen. Zo bestaat bij een diefstalhet
"loon"
uit
watde
buit bij
verkoop op-brengt. Voor de vernieler van een bushokje bestaat dit"loon",
de opbrengst, uitde
im-materiele beleving van de daad m.a.w, uit de amusementswaarde ervan.
De
verwachte kosten bestaanvoor
decrimineel
uit
de
uitkomst
van een
ver-menigvuldiging, anders gezegd
de
subjec-tieve inschatting, van een drietal factoren:1) de pakkans
2) de kans dat het, indien hij wordt aangehouden, daadwerkelijk tot een veroordeling komt
3) de zwaarte van de straf
De crimineel als homo economicus zou
dan door middel
van
het
varieren
van pakkans, kans op veroordeling en straf van zijn daad kunnen worden afgehouden. Eenmogelijk zware straf is daarbij één van de
ef-fectieve middelen, zij het vaak niet het effec-tiefse middel om de crimineel van zijn daad
te
doen afzìen. Waar hetin
de
zojuist ge-noemde discussie dan ook om ging was devraag: Hoe kan de zeer lage pakkans
ver-groot worden?
Het belangrijkste bezwaar van de jurist
te-gen de
afschrikkingstheorievan
crimineel gedrag is dat zij alleen maar opgaat voor degewone burger. Het probleem is echter dat
de
harde kern van wetsovertredersniet
uitgewone burgers bestaat.
De
subjectieve rationele calculatie van kosten en opbrengsten wordtbij
de
harde crimineel overschaduwd door, bijvoorbeeld, irrationele emoties. De economische analyse van het recht kan slechts het gedrag van degelegenheidsdief beschijven
en
met
eendaarop
gebaseerdbeleid
corrigeren. Hetgedrag
van
de
doorgewinterde carriérecrimineel valt buiten
de
economische ana-lyse. Voor of liever tégen hem helpen ook indeze opvatting zware straffen niet.
2.
Opsluiting
Laten wij die harde cr¡mineel eens nader
bekijken. lVisschien valt
er
voor hem
nog een ande¡ relevanter kosten en baten plaatjete
maken.
Op
dit
moment
worden
degevangenissen overwegend
bevolkt
doorzware criminelen. De crimineel in de
gevan-genis
is
een
recidivist
die
zich
veelalschuldig heeft gemaakt aan een reeks van
zware
(geweld) misdrijven.
Stelselmatige daders worden ze genoemd in de terminolo-gie van het Openbaar Ministerie,De gelegenheidsdief wordt door middel
van
alternatieve straffen, zoalsdienstverle-ning,
leerprojectenen
alcoholverkeerscur-sussen, buitende
deur van
de
gevangenis gehouden.Maar ook voor de crimineel in de gevang-enis wordt de soep zelden zo heet gegeten
als
hij wordt opgediend. Een straf behoeft zelden geheel te worden uitgezeten. En ookal
vóór
de
vervroegde invrijheidsstellingenwordt de straf verzacht door open detentie, dagdetentie en gratiëring.
Wat
zijn
de
maatschappelijke kosten enbaten
van
het
opsluitenen
vooral
opge-sloten houden van een carriére crimineeltot-dat
hij zijn
straf volledig heeft uitgezeten?Een
rekensommetje
op
basis
van CBS-stastistieken over het jaar 1088 leert hetvolgende.
De
kostenvan
eengevangenis-straf liggen
in
Nederlandop
f
245,-
per gedetineerde per dag en zijn dus op jaarba-sis rond deI
90.000,--De kosten bestaan uit
de
bouw van ge-vangenissen ende
kosten voor verzorgingen bewaking van gedetineerden. Hiertegen-over staan de kosten voor het vervroegd
vrij-laten
van een
carriére crimrneel:de
doorhem
in
die tijd
te
plegen misdaden. Deze kosten betreffen gerechtskosten,slachtoffer-en
verzekeringsschade,privé
beveilig ingskosten en aan misdaadbestrijding gere-lateerde uitgaven vande
politieen
zijn op13
jaarbasis per crimineel rond
de
I
450.000,--.Amerikaans onderzoek
door
het
Nationaal lnstitute of Justicein
1987 constateert voorAmerika
nog
veel grotere verschillen.Op-sluiten
kost
$
25.000
per
jaar
maar vervroegd vrijlaten kost$
430000 per jaar.Uit deze berekenig volgt dat zwaarder
straf-fen effectief is, en wel honderd procent. Het primaire doel van een gevangenisstraf is niet
vergelding, afschrikking
of
resocialisatie maar simpelweg opsluiting.3.
Menselijke
keuzes
Wat
is
de
verhouding tussen
de
af-schrikkings-
en
opsluitingsvariantvan
deeconomische analyse
van
hetnut van
destrafmaat?
Er
zijn
verschillen,
De
af-schrikkingsbenadering is gericht
op
eenin-dividuele kosten en baten afweging van de crimineel, De opsluitingsbenadering betrekt de totale maatschappelijke kosten in
de
be-rekening van kosten en baten. De eerste
be-nadering motiveert
straf
als
een
af-schrikkingsmiddel,
de
tweede
benaderingmotiveert
straf
met
een
kostenen
baten afweging van opsluiting sec. De effectiviteitvan (zware) straffen is
in de
opsluitingsvari-ant niet zoals
in
de afschrikkingsvariant hetgevolg van een verandering van de
subjec-tieve inschatting van
de
uitkomstvan
eenvermenigvuldiging maar staat
op
zich
zelf.Waar het ons hier om gaat is het verschil
tus-sen
de
beide
benaderingenin de
on-derliggende opvatting
over
het maken vankeuzes van de homo economicus.
3.1
Het maxtmeren binnen een
doel'mtddel
kader
Gary S. Becker introduceerde in 1968 njet
alleen
de
economische analysevan
crimi-neel gedrag maar gaf tegelijk ookde
tradi-tionele, neoklassieke invulling vande
homo economicus. Deze rationele calculator kiestbinnen een gegeven doel-middel kader. De
gekozen handeling volgt noodzakelijk uit de gegeven constellatie van doeleinden en
mid-delen.
Dit maaktde keuze
mechanisch ofln
de
analysevan hel
criminele gedragfungeert
Beckers
homo
economicus
algauw
als
middeltot
excuus.De
crimineel kon er ook niets aan doen: de kosten enba-ten
afweging
dwong
hem
tot zijn
daad. Niet-crimineel handelen zou hem tot een diefvan eigen
portemonnee hebben gemaakt. Beckers benadering heeft veel gemeen met de benadering van crimineel gedrag vanve-le andere sociale wetenschappers. Zo stelt
de
socioloogdat
milieu, racialeof
andere sociale factoren de crimineel tot zijn anli-so-ciaal gedrag drijven. Psychologendaarente-gen stellen het individu voor als een willoos slachtoffer van zijn emoties, En dan zijn er
ook
nog
biologendie
een
direct verband leggen tussen crimineel gedrag en eenme-somorphisch lichaamstype of genetische di-ficiënties.
Wat al deze benaderingen gemeen heb-ben, is dat de crimineel zelf nret
verantwoor-delijk is voor zijn daden. De mens is geen
primaire causale agens, Krachten
en
om-standigheden buiten
zijn wil om,
dwingen hem te doen wat hij doet. Er is altijd wel een excuus. De crimineel kan er niets aan doen,omdat,,...
3.2
Het
vaststellen van een
doel-middel
kader
Tegen Beckers neoklassieke invulling van
het rationaliteitsbegrip binnen de economie
heeft lsrael
M,
Kirzne¡ uitde
zogenaamde .Oostenrijkse school van Ludwig
von
Mises,bezwaar gemaakt. Volgens Kirzner maakt
Becker
homo
economicus
geen
echte keuzes. Een individu maximeert niet alleenbinnen
een
gegeven koel-middel
kader maar is ook bezig het relevante doel-middelkader
te
kiezen,
te
ontdekken.
lederebeslissing
bevat daarom
ook een
eigen keuze-moment van het individu waarvoor hijzelf als primaire agens de
verantwoordelijk-heid
draagt, Deze wilsvrijheidis
weliswaareen causaal element
in
hetbeslissingspro-ces maar leidt niet, zoals
bij
Becker, tot eenstrikt
deterministischeopvatting
van
het keuze proces,Het
is
deze, Kirzners opvatting over het keuze-elementin de
economischebesliss-ing
die
het
best geìllustreerdwordt
in
de gedachte achter een vrije markteconomie. lneen markteconomie is de homo economicus vrij om zijn eigen keuzes te maken. Zijn
lus-ten en laslus-ten gaan gelijk op met zijn
vermo-gen
zijn
medemensvia
de
marktte
beha-gen
of
te
mishagen.
De zelf
genomenbeslissing maakt
de
mens
aansprakelijkvoor
de
gevolgendie
daaruit voortvloeien.Zo
geeftde
investeerder-speculantbij
eenbeurskrach
ook
niemand
de
schuld
enprobeert nergens verhaal te halen. Hij neemt zijn verlies,
4.
Conclusie
Beckers neo-klassieke homo economicus
benadrukt
de
afschrikkingstheorievan
hetstrafrecht. Kizners neo-Oostenrijkse homo
economicus benadrukt
de
functievan
op-sluiting sec binnen het strafrecht. MetKirz-ners
bredere keuze beslissing verliest deeconomìe
haar
excuus
karaktervoor
decrimineel. De economische analyse onder-streept
de
verantwoordelijkheidvan
decri-mineel,
die
in
zijn
hoedanigheid
van weliswaar immorele ondernemer,de
gevol-gen
van
ziln
daden,met
alle
daaruit voortvloeiende lusten en lasten, dient te aan-vaarden. Bij vrijheid van handelen hoortver-antwoordelijkheid
voor
de
gevolgen.Men-sen
dienen geconfronteerd te worden metde gevolgen van hun daden, waardoor het
volledig uitzitten
van hun
straf.Dit
dwingthen er toe
om
overeen
handeling vooraf langdurig en diep na te denken. Het nietbe-hoeven accepteren van
de
kosten van eenhandeling
daarentegen
leidt
tot roekeloosheid.Dit
geldt zowel voor de on-dernemer op de markt als voor de crimineel als homo economicus.fViej. E. Ruygrok,
Drs, A.R. Leen.
Uit de
beleidsnota
van
de
V.Z.O.
De
volledige
beleidsnota is voor
belangstellenden
verkrijgbaar bij
het secretariaat.)
BeIeIdsn@ta
Wat is
de
VZ.O?De
VZOis in Nederland
deenige vereniging
vanondernemers en beoefenaren
vanvr|e
beroepen. dieonverkort
demarkteconomie
alsde meest gewenste vorm
vaneconomische ordening propageert.
Zij
bindt daarom de strijd
aantegen de voortgaande regelzucht
vande Overheid
ende organisaties
vanwerkgevers
enwerknemers
(desociale partners) met betrekking tot het economische
leven.Waarom markteconom¡e?
De lVarkteconomie is die economie, waarin
de
beslissingen met betrekking totde
pro-duktie en de consumptie niet door de Over-heid of sociale partners, maar door de bur-gers worden genomen, die dezebeslissing-en op
elkaar afstemmen, De competitie inhet
marktmechanismekan alleen
werkendoor
aktiviteitenvan een
groot aantaleffi-ciënte bedrijven
van
verschillende grootte. Het meten
naast elkaar werken van kleineen grote bedrijven is een beslissende voor-waarde voor een gezonde concurrentie en
daardoor
voor het
funktionerenvan
de markteconomie.Alleen
onafhankelijke ondernemingenvor-men
de
garantievoor een
maximum aan consumptiegoederen en diensten in hoeveel-heid van variëteit.lntussen is de rol van de Overheid in de
sa-menleving onmisbaar:
De
Overheid
heeftdoor middel van
wetgevingtot
taak
de machtsconcentratiein
het
economischele-ven te bestrijden of af te breken, die het
ruil-proces van de burgers verstoren,
Zij dient er voort op toe te zien dan wel te
be-vorderen, dat burgers ingeval van ziekte,
in-validiteit
of
werkeloosheidtegen
armoede beschermd worden. Zij dient in het economi-sche leven alleen dan regelend op te treden,wanneer
het
particulier initiatief duidelijk in14
gebreke blijft. Dit alles
in
het kader van de funktie van de Overheid zorg te dragen voorde
publieke rechtsbedeling inde
samenle-ving, dat wil zeggen door op te treden waar
dit
ter beschermingvan
ieders rechten (enplichten) geboden is.
De
burgerszijn in
de
eerste plaats echter verantwoordelijk voorde
(financiële) gevol-gen van hun beslissingevol-gen.De
markteconomieals
vorm van economi-sche ordening kan ook worden omschreven als het sociaal-economisch aspekt van eendemocratische samen leving.