• No results found

INHOUDSOPGA VE

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "INHOUDSOPGA VE"

Copied!
96
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

INHOUDSOPGA VE

VAN DE HANDELINGEN EN GESCHRIFTEN

VAN HET

INDISCH GENOOTSCHAP

OVER 1854-1928

MET ALPHABETISCH REGISTER

'.·GRAVENHAGE

MARTINUS NIJHOFF

1&30

(2)

I

(3)

VOORBERICHT EN HERDENKING.

Op 26 Mei 1929 heeft het Indisch Genool!OChap vijf-eli-zeventig jaar bestaan. Het Bestuur hesloot in zijn ver~,:adc.rillg van 23 Mei, zich van uiterlijk feesibetoon te onthouden, doch op eenvoudige en sobere wijze vast te leggen wat het Genootschap in drie kwart eeuw heeft gepresteerd, door de samenstelling van een volledige inhouds- opgave van de i 5 jaar Gcnootschapshandclingen en de door het

"'Genootschap uitgegeven geschri hen.

De heer W.

J .

P.

J ,

Schalker, oud-bibliothec.1.ris van hel Ministerie van Koloniën, was bereid zich met dezen arbeid te belasten en kweet zich hiervan met toewijding en nauwgezetheid.

Deze fceslgave moge getuigen dat hel Genootschap aan de meest verscheiden onderwerpen. die in de vij!-ell-zc\'cntig jaren koloniale geschiedenis publieke aandacht hadden, zijn opmerkzaamheid heeft gewijd en dat almede de belangrijkste figuren die bemoeienis hadden met het koloniale leven zich in den Genootschapskring hebben laten hooren.

Een kort overzicht, in vogelvlucht, van de Genootschapsgeschie- denis, dat in deze als herdenking bedoelde uitgave niet achterwege mag blijvcn, k,·m tC\lens aantoonen dat het Genootschap 3.1n den im:et vall een nieuwe faze der koloniale geschiedenis omstreeks het midden der vorige eeuw zijn ontstaan te danken heeft .

• • •

De geboorte van het lndisch Genootschap valt toch in den gisten- den overgangstijd tusschen twee in de kem onderscheiden tijdperken op parlementair-koloniaal gebied. Tusschen het tijdperk van onmacht en onverschilligheid en het tijdperk van bemoeiingsdrang en wetens- drift.

In de eerste helft der negentiende eeuw had het parlement nauwelijks weet van rndische zaken, die als een p.1rticnliere aange- legenheid van den souvereinen vorst werden behandeld. De afwerende geheimzinnigheid der Compagnie'sdagen werd tot ver voorbij het hoogtepunt van het Cultuurstelsel haast ongetemperd \'oortge:tet. Eerst de Grondwet van 1840 verplichtte de Kroon om den Staten-Generaal

3

(4)

VOORDERICUT EN IlERDENKJNC.

van ontvangsten en uitgaven der koloniën en bezittingen jaarlijks lIlededeeling te doen.

Maar die eerste stap bleek het begin van een doorbraak. Door een tweeden en een derden werd hij gevolgd: de vaststelling van het Indisch regeeringsreglement en de regeling vall de verantwoor4 ding der koloniale geldmiddelen bij de wet en de verplichte jaarlijksche indiening van koloniale verslagen aan het parlement. Het opdringend liberalisme ging ook in Indische zaken rekenschap vragen.

Doch de keerzij van het opgeeischte recht van critiek was de plicht van zuivere kennis van :taken. En die ontbrak vooralsnog.

In Indië zelf had de begaafde predikant-publicist baron van HoeveU al licht pogen te ontsteken. Vandaar weggeplaagd dOQr een machtige Algemeene Secretarie, had hij in '48 zijn voortreffelijk Tijdschrift voor Nederlandsch-Indië naar Nederland overgebracht""

en zijn stem klonk in hel 1ll0000eriand nu nog helclt:rder door. Vele andere tijdschriften namen rijp en groen over Indië op en in Utrecht was er in de jaren van '40 al een genootschap van vrienden van Tndië in de wccr geweest om te trachten door publicaties invloed te oefenen op de Indische zaak; doch deze stem had spoedig weer gezwegen.

Eén dergenen, die dCllgdclijke kennis van land en volk van lndië een der eerste bestuursplichten achtte, was de conservatieve staatsman Jean Chrétien Baud, die zijn ministerieele leven il\ ue liberale storm- vlaag van het midden der eeuw had gelaten. Op zijn initiatief is te Delft, in samenhang lJlet de Indische afdeeling der Academie van Ingenieurs, waar sedert 1842 door zijn toedoen bestuursambtenaren '·OOr Indië werden opgeleid. het Instituut voor de taal-, land- en volkenkunde van Nederlandsch-Indië opgericht tot steun van de indologische studie. Het zou zich echter zorgvuldig buiten regeerings- 23ken houden. Maar juist aan ccn instituut. dat parlement en minister spontaan van voorlichting in Indische zaken kon dienen, bleek er behoefte, toen de eerste ontwerpen voor een bij de wet vast te stellen Indisch regeeringsreglement aan de orde kwamen. En dit is er ge4 komen in de gedaante van het Indisch Genootschap .

• • •

Het was niet de heetst gebakerde der liberalen, die er het initiatief toe nam, maar een man van toch ontwijfelbaar vrijzinnig beginsel: jhr. Johan Pieter Cornets de Groot van Kraayenburg, Groninger van geboorte, afstámmcling van den vermaarden Huig de Groot. Op 43-jarigen leeftijd reeds oud-lid \'an den Raad van Indie, voelde hij zich aan de Indische zaak ook na zijn terugkeer verknocht en het

(5)

verdroot hem, in het moederland verbijsterende onwetendheid omtrent ons oven:eesch gebied te ontllloé'len; onwetendheid, te bedenkelijker, nu hel parlement over de Indische zaken mee ging spreken. Met een beperkten kring van geestverwanten ") uil de ambtelijke en parti·

culiere wereld heeft hij te 's·Gravenhage in den avond (een avond, die een nacht werd) van 26 Mei 1854 het Tndisch Genootschap op-- gericht. Een halye eeuw later heeft de eenig overgebleven oprichter, de krasse heer van Soest, cr nog V,I11 kunnen vertellen: "Het genoot- schap werd gesticht in een zomcrschen nacht. Tc acht uur 's avonds vingen wij onze S.'I.Tl1enkOTl1st aan en eerst hij het krieken van den dag keerden wij huiswaarts. Reeds de volgende vergadering konden wij niet onderdak komen. omdat de geest tegen ons zich openbaarde:

slechts op het Singel, temidden van minder aantrekkelijke persoonlijk- heden, kon het gelukken huisvesting te vinden. Ofschoon het doel van den aanvang was het genootschap niet cen bepaalde richting te doen vertegenwoordigen, niet dadelijk gelukte dit. Eerst later, toen men ons leerde kennen, is dit verbeterd ... .".

Wat het Genootschap dan wilde? In het kort de kennis eu welvaart

"an Indië bevorderen in verband met het moederland. Er was daM-

100, stelde jhr. Cornets dc Groot in zijn openingsrede vast, "behoefte aan een goed geordend vereenigingspunt". "Verzameling ter gemak- kelijke ra..."Idpleging van geschriften" en "openlxtanllaking van mee- ningen daarover" wilden de middelen zijn. Tegenover de regeering sl'elde men zich niet, althans niet bij voorba.at. Opmerkelijk is deze passus uit de openingsrede: "Het standpunt, dllt het instituut zich kiest, kan edel 7.ijn, gegrond op het besef van elks onafhankelijkheid;

de regeering bijsta.1l\(le waar het n.a..."Ir haar o\'erluiging geschieden

.) Het waren: D. van Aalst, suikll'rfabrikanl op Java, J. van Bosslrac:ten, idem. J. T. Canter Visschc:r, oud-Indisch hoofdambtenaar. J. A. de Fremery, oud-lid der Tweede: Kamer, M. H. Halc:wijn. oud-Indisch ambtenaar. Q. C.

baron Holmberg do! Bt'Ckfll'lt, oud-resident, F. A. Korlz, majoor der genie.

mr. G. M. van der Linden, oud-lid der Twe.e.de Ka1l1tr, H. H. J, Lioll. oud-

!uikerrabrikant (de latere remeteur van het Bat. Handelsblad), H. Hope l.ouOOn, theefabrikant. D. \'al1 Haren Noman. wC:lhouder. P. Oo5lholll. kolonel,

oud-r~idc:nt \'an Banka, J. J. G. Ollenhoff, olld-suiktrfabrikalil, D. C. Steyn Pnrvé, ,·oor",::.I;g 1':011lm;,.&:I.r;& voor Timor, J. Pt'IIII;ng N;t'uwlanrl. gt'nt'r:l.:ll~

nm;oor, C. Roodenburg. oud-assÎstent-resident. P. C. ROK. voormalig secretaris der Indische rc:gc:ering c:n Ollvcrhoofd in Japan, J. F. de Ruytc:r dc: \Vildt, landhuurder. H. van Rytkevorsel, koopman en rceder, dr. J. Se11iger, .. oor- rn.'\lil( sladsgt'neesheer te Bala\·ia. G. de Serière, oud-gouverneur der .. Mohrk- k06", Hub. van Soest, directeur \'3.11 hel dagblad L'Echo Uni .. enel te 's-Gra-

\'enhage, P. \'3.n Swieten, kolonel en voormalig s«relaris-g~eraal bij het ministerie van koloniën,

r .

J. Velh, hoogleeraar, J. Vitalis, oud-inspecleur ..an cultures (lP Java.

5

(6)

VOORBERICIIT EN IIEROENKINC.

moet; haar met waardigheid, krachtig en met bondige redenen be~

~Iri;dénde, waar de instelling mc.."<:llt· dal zij dwaalt" ....

"Onderzoek leidt tol waarheid" koos men zich lot zinspreuk.

Het was een ferm begin. De aanvankelijke voortzetting zou minder ferm zijn. De achterdocht, die de organisatie wekte in een tijd van nieuwlichterij, mag verklaren waarom het frisschc initiatief niet on~

middellijk door cven frisschc actie werd gevolgd. Deze mannen van onbesproken reputatie wenschten niet in opspraak IC komen. Het waren, op slechts enkelen na, gl..'en politieke figuren, en zoo kon men het tien ~beliren dat tij tÎCh zelfs niet meenden te kunnen veroor~

loven met hun naam uit te komen voor de door hen in de genool~

schapsvergaderingen verkondigde meeningen. Wel heeft het Indisch Genootschap ook in deze eerste jaren van zijn bestaan belangrijke Ot.'Conomische vraagstukken Uchandcld en ook heeit het uitnemend werk verricht met het publiceeren van biografieen van Indische pcr~

soontijkhedcn; maar zijn geschriften, hoe belangwekkend ook en hoc conscientieus ook samengesteld, hamerden niet aan het na.tionale ge- weten; zij voedden wcl, ma..1.r hehecrschten niet het parletilentaire debat. Zij waren daartoe te weinig strijdbaar, te academisch, en lang niet altijd actueel.

Het Indisch Genootschap lOl1 tot zelfherziening komen. Tn 1859 al openbaarde zich in den boezem der organisatie verzet tegen het be- leid van onthouding;toen het bekende manifest aan het Nederlandsche

"olk in het orgaan van een der oprichters, den felien Indischen jour- nalist Lion, beantwoord werd met het reactiOllnaire geschrift "lUl oud- resident van Henverden, die later wecler beantwoording door niemand minder dan van Hoévell heeft gevonden. De hartstochtelijke publieke strijd rond deze geschriften had zijn re(]exen in den Genootschaps- kring. De bezadigde ('n lx.'tIachlzallle Cornets de Groot wist nog uiterlijke verzoening te bereiken. Maar ( ... ee jaar later ZOII dat niet meer mogelijk blijken.

Het Tndisch Genootschap was in die twee jaren aan den rand van den dood geweest. Er waren voorstellen lot inbrenging van het Genootschap in het Kon. Tnstituut voor de taal-, land~ en volken- kunde van N.-T. ter tafel gebracht, die a.,1.lIvankelijk in beginsel werden aanvaard, maar dank zij de draling in Tnstituulskring ten slotte toch zijn afgewezen. Nu was het Genootschap ook nIeteen rijp voor her- vorming. Tusschen '59 en '61 lag de verschijning van den Max Havelaar, lag ook de woelige parlementaire periode, waarin de

6

(7)

VoOR8ERICHT ~:N IIERDENKISC.

koloniale kwestie in het brandpunt stond van de politiek. Ongeëven·

aard snel volgden de ministers van koloniën elkander op. Cornets dè Groot zelf heeft uit handen "an oud·gouverneur-generanl Rochussen de portefeuille aanvaard, ma.ar 'na drie ma."mden weer overgegeven aan mr. Loudon. Koloniaal behoud en koloniale vooruitstrevendheid hadden vlot wisselende kansen. Wat belde ontbrak, was de steun van

('CII ingelichte openbare l11eelling. In Novemher '61 bereikte het Genootschap een voorstel tot slatut.enwij:r.iging \'an de :r.ijde van een vrijzinnig drien'l..'\nschap: prof. P.

J.

Vetb, dr. W" Bosch en H. C.

Hekking. Zij wezen op .... : "het zonderlinge verschijnsel dat een genootschap, 't welk verklaarde de belangen der Nederlandsche koloniën en beûttingen, in verband tot die van het Illoederland, te willen bevorderen, l11eestal zich bepaalde tot beschouwingen en ver·

loogen, VI"l.'CIII(J aan hetgeen meer onmiddellijk in de pers, iu 's-Iands vertegenwoordiging en in de publieke opinie aan de orde van den dag was". Vandaar, - betoogden zij - "dat dit genootschap temidden van Jen wannen strijd, die over de belangen: welke het mOtt be- vorderen, gevoerd werd, gewoonlijk een slil en werkeloos aan- schouwer blt'ef, die geen partij koos".

Zij waren op het juiste moment gekomen. Hel voorstel werd aan- genomen en een kantiger gdormuk'Crde doelstelling gaf den impuls tut-krachtiger deelneming aan de politiek van den dag. Nu in uitge- sproken liherale richting. De stichter lrad ah! voorziner af en het Tweede Kamerlid mr. vall der Linden (de vader van onzen minister van staat prof.. mr. Cart van der Linden) nam den presidentshamer over. Naast hem lette ûch een Fransen van de Pulle"

Het Genootschap vond eersterangsfiguren op koloniaal gebied be- reid om de problemen van den tijd in Ie leiden: cultuurstelsel. vrije industrie en vrije arbeid. landrente, opleiding van bestuursambtenaren, opiumpacht, Inlandseh onderwijs, sl)OQrwegaanleg. agrarische zaken.

vrijheid van persoon en goed voor den Inlander en zoo voorts. Er werden moties aangenomen, rekesten lut de Kalller gericht. Het Genootschap verwierf, en ten rechte. den naam van een Indisch voorparlemellt, tegelijk een oefenschool der jonge koloniaal-liberalen.

Na de verwerping van de Cultuurwet in '66 heeft het koloniale vra..igstuk opgehollden de koloniale politiek te beheerschen en da..'lr- mede heeft ook het milital1lf' optreden van het Genootschap voorgoed (..'e" eind genomen" Maar niet. fieeft een eind genomen dê activiteit, waarmede het de koloniale problemen is blijven behandelen. Ook heeft het Genootschat) niet. ingeboet aan gezag. want het mocht stl.'Cds de meest belangstellenden en gezaghebbenden op koloniaal gebied tot

'7

(8)

VOORBERICHT J;N HERDENKING.

zIJn leden rekenen en het vond altijd vooraanstaande persoonlijk·

heden bereid om vraagstukken van OC<."Onomischen, socialen en poli.

tieken aard in te leiden.

In bte.r j:l.ren heeft het Genootseha.p er van a.fgezien om als zoo·

danig stelling te nemen ten aanzien van kolorua.le problemen. Het vereenigde daartoe te zeer uiteenloopende richtingen. Meer waarde dan een bij stemming verkregen uitspraak, vond men, had een zoo uitvot!rig mogelijke publicatie van inleiding en debat. Elke mecning komt hierdoor tot ha..1.r recht en niemand behoeft zich te laten weer·

houden om als lid toe te treden uit vrees steeds "overstemd" te worden. Bladert men de lange reeks van verslagen door, dan vindt men de beste namen en de belangrijkste onderwerpen uit driekwart eeuw koloniale gescbit..,<tcnis - een tijdperk van rijken en sehoonen

bloei.

• •

Het Genootschap heeft nog etn andere taak vervuld. Het heeft den grondslag gelegd tot de ecr!lte en de beste koloniale boekerij. Den stichter heeft van meet af de gedachte voor den geest gestaan om de her en der verspreide kennis van lndie vast te leggen in een biblio- theek. Men moet niet gering denken over den ontketenden schrijflust met betrekking tot Indische zaken omtrent het midden der vorige eeuw. Jhr. Cornets de Groot heeft er van getnigd: .... "de behan·

<lelde onderwerpen zijn zoo verscheiden, dat een temgvinden ter raadpleging schier onmogelijk is. Als voorbeelden noem ik een nantal tijdschrihen, waaronder vroegtr de Oosterling, de Hermes, de In·

dische By, de Utrechtsche bijdragen tot vermeerdering \'an de kennis van de Nederlandsche en vreemde koloniën, het Indisch l\'lagazijn, de J\'loniteur des lndes: en tegenwoordig de verhandelingen en het tijdschrift van het Dataviasche genootschap van kunsten en weten·

schappen, het Natuurkundig Tijdschrift te Batavia, het lndisch RCbt1, de Militaire Spectator, de verhandelingen en berigten betrekkelijk het

Z~wezen e.n de Zeevaartkunde, de Gids, de Boekzaal, onze Tijd, het Tijdschrift voor Wetenschap en fra."1ije Letteren, de Vaderlandsche Lcttcroefcningen, de werken van het historisch genoot'IChap te Utrecht, het Tijdschrift voor Staathuishoudkunde en Statistiek van den heer Sloet tot Oldhuis, de Kronyk - Geschiedenis van den Dag, de maandberigten der Nederlandsche Bijbel· en ZendeJinggen®t·

schappen, het Tijdschrift voor Nederiandsch·Indië van den heer van Hoëvell, de lndiana van den heer Brumond, hel Tijdschrift van het te Delft gevestigd Koninklijk Instituut voor de taal·, l$lnd· en volken·

8

(9)

VooRBERICIIT EN lIERDENKING.

kunde van Nederlandsch·Jndië. Voeg daarbij hel dagelijks toene·

mende getal werken en brochures over Indiê, waarvan de lijst een gansch boekdeel zou uitmaken; de officeele Javasche Courant, de Java·Booc, het Indisch Schuululad, OlldcrllCheidelle dagbladen hier te lande, welke dikwerf 7.eer merkwaardige bijdragen over Indië be- hellen" .... , en grootmoedig ging hij voort:

" ... de jaarlijksche verslagen van den minister van koloniën over den staat en het beheer der overzcesche bezittingen, het Bijblad van de Staatscourant, vemleldencle al hetgeen in de beide Kamers.der St.ten·Generaal over die bezittingen verhandeld wordt .... "

Het Genootschap is dadelijk begonnen met het aanleggen van een verzarneling. In eigen kring werd veel bijeengebracht. Reeds enkele jaren na de oprichting kon het Genootschap in het bezit komen van een voor dien tijd belangrijke verzameling Tndische geschriften, te koop bij de bekende Amsterdamsche firma Fred. Muller en afkomstig uil de coIlecties-Nederburgh en van Kal. Uil de archiefstukken blijkt dal onder de leden zonder vcel moeite da..rtoe een Iccning van vier duizend gulden geplaatst kon worden. Weldra was de bibliotheek reeds tot achthonderd deelen aangegroeid.

Toch - het woord bibliotheek lijkt te weidsch, Het was een vrijwel ongeordende verzameling schri huren, opgeborgen waar er maar plaats was in de al te bescheiden lokaliteiten waarmede het Genootschap het in de eerste tientallen jaren van zijn bestaan heeft moeten doen. Wij vinden in '68 het Genootschap gedomiciUeerd in enkele vertrekken van het bovenhuis van den boekhandel Couvée in de Lange Poten 41 te 's-Gravenhage tezamen met het drie jaren tevoren uit Delft naar de residentie verhuisde J nstituut. AI het voordee1 van de samen- huizing was tocn nog aan het Instituut, want dit bezat geen noemens·

wa.ardige eigen boekerij doordat het te Delft de bibliotheek der Academie had kunnen gebruiken. Maar dit zou spoedig veranderen.

Toen in '78 het Instituut in het bezit kwam van het perceel Heeren- gracht 21, waren het de leden van het Indisch Genootschap, die van de vereeniging der beide bibliotheken, welke tevoren, zij het onder t>ên dak ondergebracht, toch nog gescheiden waren gehouden, het dankbaarst konden profiteeren. Helaas waren de middelen er nog niet om "De" Koloniale Bibliotheek, zooals ze voortaan onveranderd 7.0U heeten, nanr behooren te schi hen en te catalogiseeren. Zelfs het fenomenaal geheugen van dcon beambte, die er voor zorgde, leek als eenige klapper op de boekerij op den duur toch een te ongewisse factor. Hel heert tot 1908 geduurd, voordat de voor de indologie 1.00 belangrijke arbeid der samenstelling van den grooten gedrukten

9

(10)

VOORH&flICHT EN IIEflDI!:N)UNG.

catalogus door G. P. Rouffaer en W. C Muller was voltooid; deze vormt met de in 'J 5 en '27 door den heer Muiter alleen samengestelde supplementen thans een bibliografisch werk, dat de verdienste der onmishaarheid heeft verwOrven.

• • •

Inmiddels was dan ook een geschikter verhlijfplallts \'uur Instituut en r.cn{)ol~chap geyonden in het tegenwoordige yereeniging~gehnllw

Van Galcnstraat 14, wa:trvan in 1903 het lnstÎtuut den eigendom heeft \"erworven. Dit gebouw was vroeger een Nutsbew::larschonl cn de ruime 10kaliteÎten lieten zich gemakkelijk inrichten tot bilJliotheck-, kes-, !>cstl1urs-, archi('f- en secrclariskamers. Het Indisch Genoot- schap, uiteraan.1 over J::eringer middelen beschikkend dan het Insti- tuut, heeft in 1921 zijn aandeel nigestlllm in de boekerij. onder voor- waarde van duurzaam medegebruik van de Koloniale Bibliotheek voor zijne leden. ln de aangenaamste verstandhouding woont het thans in bij het Instituut.

Het is een stille stadsbuurt geworden, de vergeten Zeehcldenwijk.

eertijds L'en zOO veelbelovende uitleg van groeiend ·s-Gravcnhage.

De vrienden van lndië weten echter nog allijd goed den weg te vinden naar de ouderwetsche lok:.tliteit, waar in de achterzaal eens per maand des winters de bekende Genootschaps-samenkolllsten wor- den gehouden. Tal van Indische ambtenaren en particulieren, ook tal van wetenschnppelijke heoefenaren der indologische wetenschappen ontmoeten daar elkander in een sittr, waarvan de olld-vaderlandsche gemoedelijkheid zich het best laat kenschetsen door het kopje thee, dat vanwege het Genootschap in de pauze wordt geschonkcn. Er

heer~ht een tOOIl van welwillendheid cn crnst, en onder prof. v:.tn Vollenhoven's hoffelijk-vaste leiding blijft het scherpst debat binnen perken van zakelijkheid. Voor en na de debatten ziet men tegen- gestelde figuren in préttige conversatie. Men heeft hier het gevoel, I!ich op een beschutten \'Iuchtheuvel te bevinden buiten het politieke tumult; lIlen kan er dat tumult geheel overzien zonder vrees voor aanrijding of botsing.

Uit de geschiedenis van het Genootschap hebhen wij de voor- naamste ·momentrn hierboven aangestipt. De samensmelting in 192·1 met de vereeniging "Moederland en Koloniën", die meer in den tr:.tl1t van het Genootschap onder Van der Linden's leiding werkte in de richting van rechtstreeksche bemoeiing met de parlementaire zaak, moet volledigheidshalve nog worden vermeld. Eveneens de oprichting,

(11)

VooRBERICIlT EN IIERDENKING,

In 1928, van een West-Indische Groep, welke een ,'erblijdend bewijs levert van toegenomen acticve l>clangstelling voor onze \Vest.

In dc rij der \'oorzitters treffen namen als mr, G. Pijnacker Hordijk, N. G. Pi~rson en dr. E. B. Kiclstra. Van de secretarissen - de Amsterdanlsche hoogleeraar mr. Kleintjes hedt cr toc Lchoord - heeft er één het een volle halve eeuw uitgehouden; het was

J.

Boud<!wijnsc, die bij het neerleggen van deze \'olhardende pellvocring in 1911 er prijs op stelde te verzekeren dat het hem gecnsûns ontbrak aan de physieke kracht om den arbeid voort te zettcn, maar dat hij langzamerhand den tijd gekomen vond, 0111 het w<!rk aall jongeren over te geven. Met van Soest heeft hij als 'I warc de Genootschaps·

traditie in zijn persoon belichaamd.

• • •

Het Indisch Genootschap heeft, zooals gezegd, gen1eend 7.Îch van uiicrIijk fecstbetoon hij deze als bij vorige herdenkingen te moeten onthouden. Ook hierin wil het zichzelf blijven. Onverzwakt, bezieling vindend in den urang om Nederland en Indië beide llaar vermogen te dienen, gat,t deze vijf·ell-zeventigjarige zijn nieuwen tijdkring in.

Zijn werk zal niet gedaan zijn zoolallg er levenwekkende geestelijke strijd ,"oor Nederlands taakyervulling buitelI eigen enge grcnzcn valt te voeren.

11

A.

J.

LlEVEGOED, Secrctaris·rcdaclcur.

(12)

TOELICHTING.

De Inhoudsopgave is geheel chronologisr.h ingericht.

Enkele titels zijn, waar dit noodig bleek, eenigszins aangevuld. De cijfers vóór de titels in de Inhoudsopga\'c, correspondeeren met die in het Alphabetisch Register.

Bij de namen der Inleiders is, in het register, in 'I kort het onder·

werp hunner \'oordrachten aangegeven.

Verwijzingen zijn in het register. op enkele uitzonderingen na, vermeden.

12

(13)

lNUOUDSOPCAVE.

Nr. Blz.

34. Beraadslaging O\'er art. 55, in verband tot art. 56 (cul- tuurstelsel) van het reglement op het beleid der regering

v:m Nerlcrl:intl~h-Tndie 8. gO

35. I . .e\'ensschets van i\'lr. A. R. Falck . 36. Idem vall Jhr. D. Fr. van Alphen 37. Idem van i\'lr. D. Fr. W. Pielerm:l.'lt

3B. Idem van Ch. F. E. Praetorius 39. Idem van F. G. Valck . . . . 40. Idem van

J.

B. BO de Sali!! . . 41. Idem van Mr. H. W. )'1ulltinghe 42. Idem van P. V· .... van der Hoop .

43. Idem van ~Ir.

J.

H. Graaf van den Uosch 44. Idem van Th. Lucassen

45. Idem van F.

J.

Sorg

35 41 45 51 73 79 127 166 169 174 179

46. Idem \'an

J.

van Heijningen 187

47. Idem \'al1 Pakoe N:lta Ningrat, Sultau van Suni:map 189

48. Grief Ier herinnering aan de officieren der Ncderl:mdsche marine: A. Ue:tenler, W. A. Gcesteranus, \V. E. E.

't Hooft, H. W. E. Vcldhuiscn en G. Rensing. 202 49. Beraadslaging over de slavernij in de Nederlalldsche

West-Indische bezittingen . . . 204

50. Levensschets van Mr.

eh . J.

Scholten van Oud-Haarlem 221

5t.

Idem vau Ho BisclwlT . . . 239 52.

53.

54.

55.

Idem van A.

M .

Th. HO' de Salis 252, 405

Idem \'an A. Th. RaaIT .

.

255

Idem vau Oir. van Angclbeek 257

Idem van

H. N.

Sicburgh 267

!i6. IdclII van Pallgcr..In Kcsocma Adi Nalt::t.. Regent van

Soemadallg . . . 283

57. Beraadslaging over de vraag: "kan het aanm~igen van den particulieren landbouw op Java. ook door uitgifte van woeste gronden, (.'en middel r.ijn om spoediger hel doel te bereiken. dat cle regering zich voorstelt. namelijk de eindelijke opheffing van het bestaande Gouvernemeuts kultuurstelsel" , . . . 289 58, Levensschets van Mr.

J.

C. M. Radern13cher 337

15

(14)

J:<mOUDSOI'GAVE.

N,.

59. l..c:vensschets van Jhr. J. W. Janssens 60. Idem van A. A. Buyskes .

61. Idem van H. ]o,.r.

n ··

de Koek

62. Idem van

J.

B. Spanoghe

Bb:.

365 369 381 393

63. Idem van F. H. Ampt 400

64. Aanwijzing vall bestaande levensschel5en van: P. Plan- cius,

J.

H. \"all Linschoten, W. Bllrentz, C. Houtman, F. Houtman,

J.

Mahu, S. de Cordc.s, S. de Weerdt, Q.

van Noordt,

J.

van Spilbergen,

J.

Ie Maire, W. C.

Schouten,

J.

I'Hermite, G. H. van Schapenham, A.

J.

Tasm3n, M. G. de Vries, Johan Maur;ts, Graaf van Nassau-Sicccn . . . 403

JAARGANG 1856.

65. Naamlijst der leden.

66. Verslag van het verh.1ndelde in de bijeenkomst van 29 Fe- bruarij 1856, over de vraag: "van waar het verschijnsel,

"dat, betrekkelijk, zoo weinig Nederlanders naar Oost-

"en West-Indië gaan?" I

67. Levensschets van D. van Hogendorp . 33 68. Verslag vau het Bestuur in de bijeenkomst van 24 Mei

1856 . . . . . 127 Kleine wijzib>ingcn van het reglement . . . .

69. Bijdrage "all een der leden: "Mr. G. K. Graaf van Hogendorp en zijne geschriftcn over dc beginselen \'an bestuur in Nederlandsch-Indië" . , '

70. Levensschets van C. G, C. I~einwardt , , 71. Idem van H.

J.

Domis

72. Verslag van het verhandelde in de hijeenkomst van den 29 September 1856, betreffende de vragen: "kunnen de kapitalen, in Nederlandsch-Indic. gevormd wordende, daar plaatsing vinden? Wat is bekend van het verplaatsen derwaarts van kapitalen? Welke omstandigheden zijn op die vorming en die verplaatsing van invloed?

73. Levensschets van .Mr. C. Th. Elout , ' . . .

136

139 185 226

237 265

(15)

JNIIOl.'DSOPGAVJ::.

Nr.

74. Levensschets van J, 1. van Sevenho\'en 280

75. Idem van L. Launy . 301

76. Verslag van het verha.ndelde in de Lijeenkolllst van c.len 27 December 1856, betreffende de vra.ag: "wat leert (Ic ondervinding omtrent de arbeidszaamheid en de v:ub."lar·

heid van ontwikkeling van den Javaan; ook in betrekking tot de hem toegedachte ontheffing \'an verpligte arbeid ?, 317

77. Levensschets van P. J. ElolLl 339

78. Idem van K.

J.

Riesz 345

79. Idem van C. L. Harlmann 351

80. Idem van E. U. van den Bosch 355

81. Idem van

J.

C. Koopman

82. Idem van

J.

Rambaldo .

83. Idem van

J.

te Bron (Ie Vexela

84. Idem van A. van der Han

JAARGANG 1857.

85. Naamlijst der ledell.

86. Verslag van het verhandelde in de algemecne vergadering

V3n 26 Fehruarij 1857. betreffende: "Kolollis:nic van Nederlamlsch.Indië in het alb'Cmc.:cn'· . . . . 87. Bijdrage van een lid van het Gt:nootschap. over de

357 366 376 385

arbeid7.aamhcid cn vatbaarheid van den Javaan 75 88. Levensschets van \V.

J.

Keer

89. Idem van A. D. G. de la Fonlaille 90. Idem van

J.

B. Theunissen

9t. Idem van L. du Perron

89 92 96 97

92. BC!!tuuni.vcrslag over het derde werkjaar lOl

93. Uijdrage van den Heer Callter Visscher, betreffende de

Olincczcn in Nctlcrlalldsch·Jrrdiè 118

94. Adres van F. H. van Vlissingen c.s. a.."ln den Koning.

be!reffende kolonisatie in Neder!. Indie 162

95. Koninklijk besluit dientengevolge 189

96. Levensschets van P. R. Cnntzlaar 191 17

(16)

INHOUOSOW':AVE.

Nr. Blz.

97. Levensschets van C. S. W. Graaf van Hogendorp 194 98. Verslag van het verhandelde in de algemeene: ve:rgade:·

riugen van 16 September en van 5 October 1857, betref·

fende de vraag: ,.Hoedanig wordt geoordeeld over de voor· en nadeelen van het Chineesche dement iu Neder·

99.

100.

landsch·lndie ?" 209.222

230 260

101. 278

102. 285

103. Idem van

J.

Kam 294

104. Idem van

J. J.

Perié 299 105. Idem van 1\1. G. C. W" van Cochoorn van HOllwerda 301 106. Bespreking van de dissert3tie van ~lr. H. D. Levyssohn

Norman : "De Uritsche heerschappij uver Java en onder·

hoorighedeu (1811- 1816)" 305

107. Verslag van het verhandelde in de alg. vergadering van 28 Dec. 1857. betrelTctlue hel stelscl van deportatie "aTl Illisdadigers naar de Oost·lndische hezittingen

108. Levensschets van

J.

H. Bage!aar .

JAARGANG 1858.

109. Naamlijst der Icdcn.

110. Verslag van het verhamlcltle in de algclllccne vcrgadering van 15 Maart 1858. !x:treflende: ,.de kolonisatie van Suriname"

I I I. Nota van J.

J.

l-IasscJlllan O1ulrent de opiumpacht op Java cn l\'ladura . .

112. uvensschets van F. n. 8"· von Gagem 113. Idem van E. A. schill . .

t 14. Idem van

J.

A. Hazaart .

115. Idem van

J.

C. van Hasselt en H. Kuhl 116. Idem van H. Boic

1 t 7. Idem van G. van Raallen 118. Idem van G. Th. Blom

300 389

9 37 44 47 66 81 88 92

(17)

ISIIOUDSOl'GA\'E.

Nr. Blz.

161. Voord ragt door H.

J.

Bool. bttreffende hel verslag (Icr Staatskommissie omtrcnt de vermoedelijke gevolgen der (\oorgr':l\'Îng ,'an dc landengte van Sue~, in betrekking lOt de koloniale Ix:langen, mei bespreking . . . 5, 32 162. Levellsschets van Jhr.

J.

G. O. S. \'011 Schmidt auf

Altcnsladt

163. Idem van Mr. R. G. vall Polanen 164. Idem van G.

J.

Pcitsch

165. Idem van A. vall Hoboken 166. Ido", .. n H .

.1 .

A. Sack 167. Idelll van Th. roland 168, Idem van K, Rietveld

169. Idem ,'an

J.

Alcwijn

170. Idem van W. C. H. t~ Water 171. Idem van R. de Bruijn 172. Idem van Ph. Wcdding 173. Idem van P. van Oort 174. Idem v:1I1 S. H. de Lange

57 62 65 72 76

77 85 86 87

lOl

103 106 108

175. Idem van F. U.

J.

van der Pam Ii1

176, De landhuishoudkundige Congressen tc Winschoten en te Amersfoort, lil betrekking tot den kolonialcn land- houw

177. Eurojx:schc kolonisatie in Suriname 178. Het leger in Nederlandsch-Indiè 179. LevensschetS van

J.

P. van Braam

120. 244 152

174

183

180. Korte inhoud der HalldcliugclI cn Geschriften \'al1 het

Indisch Genootschap, 1854--1860 233

181. Levensschets van Or. E. A. Frit1.e . 182. Idem van Mr. G. G. Clirrord

t83. Idem van Mr.

r .

vall Dam 184. Idem van P. de Haan 185. Idem "311 I. Titsil1gh

186. Idem van Jhr. H. Cornets de Groot 187, Idem van J. E. Jellesma

188. Idem van ·H.-C. Focke t89. Idem van Van der Weidc

21

295 299 300 301 303 304

305 312 314

(18)

INIIOUDSOI'GAVB.

Nr. Blz.

190. Levensschets van Pangeran Sjarif Hamid al Kadri 316 191. Idem \'an Jhr. H. A. Ruijsch . . . . 319 192. Idem van Pangcran Rongo Aria Prawiro di Ningrat 340

JAARGANG 1861.

193. Bespreking, in dc alg. vergadering van 8 Nov. 1861, van eenc voorgestelde wijziging van het Reglement . 194. Beraadslaging, in de alg. \'ergadering van 11 Dee. 1861, ovcr den aanleg van Spoorwegen op Java. en benocming cener Commissie om het Genootschap omtrent dit onder- werp voor te lichten . . . .

195. Verslag der Kommissie lIit het Ind. Genootschap voor ecn onderzoek n3nr de wijze, waarop spoorwegen op Java kunnen worden aangelegd . . . 1I

JAARGANG 1862.

196. Voortzetting der beraadslaging. in de alg. vergadering van 24 Maart 1862, over den aanleg van spoorwegen op Java, in verhand mei hel verslag der Commissie omtrent deze aangelegenheid . . . 37 197. Verslag van het Bestuur over de werkzaamheden van

hel Genootschap gedurende 1861- 1862 . . . 49 198. Verzoek. in de alg. vcrt,'''adcrillg van 26 Mei 1862. om

door het Genootschap stappcn IC doen bij de regeering in het belang- vall den aanleg der Spoorwegen . " . . 54

JAARGANG 1862- 1863.

199. Bespreking, in de alg. "vergadering van 28 Nov. 18'62, vau: "de stand der landbouw-onderneming op Javà" , .. I

22

(19)

ISIIOUDSOrcAVE.

200. Btraadslaging. in dt alg. vergadering van 24 i\laart 18G3.

o\·tr de wenschelijkheid tot Uitbreiding of inkrimping dtr BI:.

indigokultuur op Java" . 17

201. Behandeling van dt vraag: "Wat kan van staatswege worden gedaan om hier te lande cle kenuis omtrent on1.e o"erzeesche be1.ittingen te ,termeerderen". 49 202. Wij1.iging, in de alg. vergadering van 20 April 1863.

van art. 20 van het Reglement \':lil het Genootschap 55 203. Adres aan den Minister vau Koloniën omtrent de kwestie

der uitbreiding of inkrimping van de indigo-kultuur op

Java 56

204, Ueraadslagillg over het voorstel van den heer Sc.:hill 0111-

trent den spoorweg van Semarang naar de Vorsten-

landen . 70

205. Orief van den heer W. Bosch omtrent den toeslanll \'all

hel onderwijs voor Inlanders 87. 93

206. V",I'g de, "";gt;ng.n v,n he' Genoo'",,",1' 1862-

18G3, in de algelllt..'Cne vergaderillg vall 30 Mei 1863 80 207. Brief \';\1\ den heer Mr. Th. van Stolk omtrent den n:mlcg

van spoorwegen op Java 95

208. Nota van den heer J. ~lilIard over de regeling "au de gouvernements-suikcrcultuur

209. Bespreking. in de alg. "crgaderillg \'an 21 Oet" 1863,

V'.J.n de behotfte eener regeling van de kultuuraallgelcgen- 98

heden, in 't bijzonder de GoU\'t" suikercultuur 123 210. Voortzetting der beraadslaging, in de alg. ,<ef(,radcring

van 20 Nov. 18G3, over de regeling der gou\'crnelllcnts-

suikercultuur 145

211. nlededeeling van den heer G. de Seriêre over cle thee-

cultuur op Ja,'a 165

212. Beraadslaging, in de alg. vergaderillK van 18 Dec. 1863.

over eene n6ta van den heer Schi\l over: de noorlZlkeJijk- heid eeller afscheiding in de koloniale begrootiug ,'010 de souvereioe en handels-uitgaven en inkomsten 170

213, Mededeeling van den heer G. H. van Soest, over "eene regeling der arbeidsloonen in Indië naar de wet van vraag en aanbod" .

23

191

(20)

INHOUDSOPGAVE.

N,.

214. Beraadslaging. in de alg. vergadering- van 18 Dtt. 1863, naar aanleidin~ van de beschouwingen van den heer Munnich over de vraag: "wal kan er gedaan worden tot venneerdering der kennis hier te lande omtrent onze overzeesche Ix:ziningen"

JAARGANG 1864--1865.

215. Bespreking, in de alg. vergadering van 25 jallllarij 1864, van het individueel grondbezit op Java

216. l3espreking. in de alg. vergadering \'all 26 Fehr. 1864,

Bb.

196

van (Ie heere-dienstpligtigheid . . " . . . . 25 217. Mededecling der Commissie, belast met het nndermck

der Sp(KlrWeg-aanvrage van den heer Banck c.s. 52, 115 218, Adres aan den Minister van Koloniën omtrcnt dc heere-

diensten . . . . . . . 56 219. Bespreking, in de alg. vergadering van 6 Mei 1864, van

eene regeling van de arbeidsloonen naar de wet van vraag

en aanlxxl 62

220. Bespreking, În dc alg. vergadering van 30 Mei 1864, van de wijziging der suikerregelillg . . . . 69 22

t.

V oongezette bespreking, in de alg vergadering \'al1

15 JUItij 1864, van de jongste wijziging dcr gOU\'t"

suikerregclillg . . . 87 222. Voordracht van Or. P. Bleeker, in de alg. vergadering van

28 OctaLer 1864, over: .,afstand \all woeste gronden in Illdie" , met debat

223, Desprekiug, in de alg. vergadering \'an 23 Nov. 1864, van de vraag; "lIloct aan de javanen, bij het \'crlccnen van individueel cigelldomsregt op den grond, vrijhcid van

117

vervreemding worden gelaten" . 143

224. Bespreking, in de alg. vergadering van 6 Jan. 1865, \'au de vraag: "over het beschenncl1d STelsel van in- en uit- gaande regien met betrekking tot Ned.-Indië" . . . 167 225. Bespreking,' in de alg. \'ergadering \"3n .27 Jan. -1865,

van ~ "de uitbreiding van het -N«!erlandsche geiag bp de Oost-Indische OuitenbezittingcII" . . , . 193

24

(21)

INIIOUOSOPGAVE.

Nr. Blz.

226. Besprcking, in de alg. vergadering van 3 Maart 1865, over: .. de toestand van het lager ondenvijs voor inlanders in Nederl.-Indie", met brie! Ier zake vall

Dr. P. Blet:ker 222, 224

227. Verslag vall het Bc.'itunr ovcr cle werkzaamlu .. -den cn den staat van het ~nootsc.hap in het :lfgeloopcn werkjaar

1864 . . . . . . . . 250 228. IJcspreking, in de alg. vergaderingen van 13 Qcl··, 3, 17

Nov. en 14 Dcc, 1865, van: "het GoU\'crnclllclllskul- tuurSleisel op java" . . . 257, 293, 333, 375 229. l\rec:ledeelillg vall H. M. F. van Cleer. in de alg. ver-

gadering van 14 Dec. 1865, omtrent de oprichting van

(,'Cl1e sleephelling op Java . . .

JAARGANG 1866.

230. Voortzetting der bera:l<lslaging, in de alg. vergadering van 19 J:muarij 1866. over: "hel Gouvernementskul- tuurstelsel op Java, en over de aanhangige ontwerp-

408

kultuurwet" . . . 2 231. Gedachten o\'er Batavia als vrijhaven, door D. Bodde 31 232, Verdere beschouwingen van H. 1\1. F. van Cleer. in de

alg. \'crg-ddcring van 27 Febr. 1866, over de oprichting van cene slet:phelling op Java, met hespreking . . 39, 76 233. Voordracht van A. P. Godon, in de alg. vergadering van

27 Febr. 1866, over: ,.de tegenwoordige toesland CII Ollt- wikkeling der BlIilenbezÎltingen", met deb.at . 47 234. Voortzetting der bespreking, in de nlg. vergadering V:lI1 27

l\'!aart 1866, van hovenhedoelde voordracht, in het bij- zonder voor zoovecl Sumatra belreft . . . . 79 235, Als boven, in de vergadering van 13 April 18G6. "oor

zoovet:1 Uorneo betrefl. . . 109 236. Aanteekeningen nopens de bevolking, enz. val1 Nederl.-

lndie ter gelegenheid van de bespreking der Buitenbe- ziuingen . . . 150 237. Vuslag van' het bestuur over de werkzaamheden en den

staat van het Genootschap in 1865-1866 . . . . 153

2S

(22)

INUOUDSOPGAVE.

Nr. Blz.

237. Bespreking. in de alg. vergadering van 2 Nov. 1866.

van: "de diensten der bevolking ten behoeve van de inlandsche hoofden in Neder!. lndic"

238. Levensschets van I-I. C. Dekking, oud-resident \'an Rem~

rong, door D. .

239. Bespreking, in de alge111ccne vergadering van 18 Dccem~

ber 1866, van: "de afkoopbaarstelling van hceredicnstell 163 181

op Java" . . . . . . . . . 187

JAARGANG 1867.

240_ Adres aan den l\linister van Finantiën omtrent het zegelrecht op koloniale drukwerken. met antwoord

daarop 1, 67

241. Voordracht van den heer J. van Swieten. in de alg.

vergadering van 29 Januari 1867, over: "het beschikken over woeste gronden op Java cloor het Gouvernement",

met debat 4

242. Voortzetting der bespreking, in {Ic all(. vergadering van 5 ?o.'faart 1867, van bovenstaand onderwerp 38 243. Bespreking, ;n de alg. vergadering V:1I1 16 April 1867,

van: "het aanleggen van spoorwegen op Java" 68 244. Verslag van de werkz.aamheden en den slaat van hel

Genootschap in 1866-1867 83

245. Bespreking, in de alg. vergadering van 12 Nov. 1867, van: "het landrentestelsel op Java" 89 246. Voortgezette bespreking. 111 de alg. vergadering van

17 Dec. 1867, van bovenstaand onderwerp 129 247. Landrente op Java, door

J.

Millard 161

JAARGANG 1868.

248. Voortgezette bespreking, in de alg. vergadering van 4 Febr. 1868, van: "het landrentestelsel op Java"

(23)

INHOUI)SOPCAVy'.

JAARGANG 1872.

269. Voordracht van den heer J. P. de Bordes. 111 (Ie alge- meene vergadering vall 9 Jalluari 1872, over; ,.aanleg van spooNcgen lil Nederiandsch-ln,lië", met debat 270. Voordracht van den heer

J.

van Swietcn, UI de alge-

meene vcrgadcriug' van 27 Fehrnari 1872, over: ..is militaire bescherming van gOllvernementswcge onmisbaar voor particuliere ondernemingen op de Uuitellbezit-

BIL

tingen ?", met debat 27

271. Voordracht van den heer C. Casten~. in de alg. verga- dering van 26 Maart 1872, over: "de opiumpacht op

Java.", met debat 49

272. Verslag van den staat en de werkzaamheden van het

Genootschap in 1871- 1872 . 113

273. l\'lededccling van den heer Corn. ue Groot. in de alg.

\'ergadering van 5 Nov: 1872. over eene brochure van den heer Lans, getiteld: .. Rozengain" 120 274. Voordracht van den heer T. C. L. Wijnmalen. in boven-

genoemde vergadering en in die van 17 Dec. 1872, over:

"uitvoering vall de agrarische wct", met debat 131. 155 275. Inleiding tot het onderwerp: "Emigratie uit Nederland

/laar Neder!. Oost-Indië. met hel oog Ol) ue mogelijk- heid eeller kolonisatie" door den heer Corn', de Groot. (Bijl: notulen alg. vergadering van 17 Dec. 1872) 183

JAARGANG 187l.

276. Be<aad,\aging. in de alg. "'gad"in~cn "an 4 Fek en van 25 Ma.'1rt 1873. over het onderwerp: .,Emigratie uit Nederland naar Nederl. Oost-lndie. met het oog op de mogelijkheid eeller kolonisatie", uoor den heer Corn"

dc Groot. I. 35

277. Voorodracht van den heer

J.

M. van Vleutc.n, in de alg, vergadering van 29 April 1875. over: "onderwijs voor de inlanusche Ix:\'olking", met debat 71 278. Verslag omtrent den staat en de werkzaamhede.n van het

Genootschap over 1872- 1878 109

29

(24)

INIlOUDSOrGAVE.

Nr. Bb.

279. Voordracht van den heer

J.

M. van Vlcuten, in de alg.

vergadering van 15 October 1873. over: "de voorgestelde reorganisatie van het dislrÎctshestuur op Java", met

debat 113

280. Nota van den heer

J.

1\'1. van Vleuten over: "Afschaf- fing van de persoonlijke diensten op Java" 151 281. Bespreking van bovenstaande nota, in de algemecllc ver-

gadering van 9 December 1873 187

JAARGANG 1874.

282. Nota van den heer A. C. )oosten, vver het onderwerp:

"de koffiekultuur. naar aanleiding van de jongste oHi- ciêele bescheiden", Met 5 staten

283. Voordracht van den heer Senn vall Dasel, in de alg.

vergadering van 20 Januari 1874, over: "het hela!'ting- stelsel ter Westkust vall Borneo", Met debat 39 284. Voordracht Vlln den heer Or. T. C. L. Wijnmalen, in

bovengenoemde vergadering, over de vraag: "heeft Nederland in zijnc overzec!'ichc bezitlingen gelegenheid

tOL toepa$="ing der straf van deportatie en is toepassing daar wen!>Chelijk?" Met debat 51 285. Hespreking l11et inleiding van den heer \V. K. van Deûem,

in de algclIlt.'Cne vergaderingcn van 24 Febr. en van 23 Maart 1874, van "de kofTiekultuur naar aanleiding van de jongste officiëele bescheiden", naar aanleiding van de nota van den heer A. C. J oosten over dit onderwerp

69, 101. 103 286, Nota betreffende de koffiekultuur op Java, in verband

met het verhandelde in de vergadering van het Indisch Genootschap van 23 Maart 1874, door C. Castens 135 287. Bespreking, in de alg. vergadering van 18 April 1874,

van bovenstaande nota 161

288. Verslag omtrent den staat en de werkzaamheden van het

Genootschap in 1873- 1874 . 195

289. De verhouding van de zoogenaamde koffieplantsoenen tot de schatkist. Antwoord van den heer 'V. K. van Dedem op de nota van den heer C. Castens 201

(25)

l~HOUDSOPCAVE.

Nr, Bh:.

290. Voordracht van den heer Senn van Base!, in de algemeene vergadering \':ln 10 November en 15 December 1874, o\'er: .,de rijstkuhuur in Nederlandsch-Indië". Met

debat . 231, 269

291. Nota over deportatie. naar aallleidin;.:- van het besprokene in de vercadering "an 20 Januari 1874. door Mr. P. J.

Uachiene . 299

292. Nota over de rijstkultuur, door W. K. ,'an Dcdem 305

JAARGANG 1875.

293. Voortgezette bespreking. in de alg. "ergadering van 19 Januari 1875, van "de rijstkultuur in Ncdcrlalldsch-

111die"

294. Deportatie naar Oost- of \Vest-Indië. nog een vraag- stnk? Kadert tuclichting van het \'crhandeldc in de "cr-

!,<adcrinS' van het Indisch Genootschap van 20 Januari 1874. met aanteekeningen, door Dr. T. C. L. Wijn-

lIIaleli 31, 93

295. Voorlgezeue lJespreking. in de alJ;.'eIll. vergadering van 9 i\laan 1875. van de vraag: ,.heeft Nederland in zijne O\·cr:.:cc!>Chc bezittingelI gelegenheid tot toepassing der stra

r

\'3n cleportatie en is die toepassing (laar wellscheJijk ?" 1 07 296. \'erslag umtrellt den slaat cn de werkzaamheden ,'au het

genootschap in 1874-1875 . 135

297. Voordracht \'all den heer P. J. 13.

eh .

Hobidé van der Aa, in de alg. vergadering van 2 Novemher 1875. o\"er:

"het beheer der Buitenhezittingen in verhand mei de voortdurende uitbreiding van het Nederlandsch gezag in den Indischen Archipel"'. Met deb.-lt 142 298. Voordracht van den heer L<ïurillard. in de algemeene

\'crgadering van 28 December 1875. over: .. de tabak5 cultuur in Tndie en de lab,.ïk!';hnndel met het oog op de voorgestelde belasting in Nederland". Met debat 169

31

(26)

INIIOUDSOPGAVE.

JAARGANG 1876.

299. Voordracht van den heer

J,

A. T. Cohen Stuart, in de algemeene vergadering van 25 Jan. 1876, over: "de kolonie Suriname", met debat. (Hierin in 't bijzonder over de werking van het Regeeringsreglement voor

Suriname) . . . , . . . . . .

300. Voordracht van den heer Mr. ]. van Gennep, in de algemeene vergadering van 22 FeLr, 1876, over de vraag: "behoort de finalltieelc verhouding van Indië tot Nederland cene wijziging Ic onderga:l.Il? Zoo ja, hoe.

Blz ..

moet zij worden geregeld ?,'. Met debat . . . 33 301. Voordrachl van den heer t\lr,

J.

P. van Bosse, over:

"de Indische mulllkwestic". Met debat . 69 302. Verslag omtrent den staat en de werkzaamheden van

het Genootschap in 1875 -1876 99

303. De opium-kwestie. Nota van den heer Mr, W. K.

van Dedem. . . 103 304. Bespreking, in de alg. vergadering van 3 November 1876,

van bovenst:l.'mde Nota, met naschrift van Mr. \V, K.

B·· van Dedem ' . . . 185, 218

305. Voordracht van den heer H. C. Htumne, in de alg, vergadering van 24 Nov. 1876. over: "communaal en individueel grondbezit in Indiè". l\'!el ucbat 223

JAARGANG 1877.

306. Voordracht van den heer Or. T. C. L. Wijnmalen, in de alg. vergadering van 23 Januari 1877, over: "de invoering van gemeente-instellingen in Neder!. Tndiè", Met debat , . . . .

307. Voordracht van den heer Mr.

J.

p, van Bosse, in de algem: vergadering van 6 Maart 1817, over het onder- werp: "beschouwingen over Indische finantièn", j\'let debat en bijlage: "Overzicht der geldmiddelen. enz,".

door Mr. P.

J.

Bachiene . . . 39, 65 32

(27)

INII()UUSOPGAVE.

Nr. Bil,

308, Voordracht van den heer

J.

A. T. Cohen Stuart, in de alg. vergadering van 8 April 1877, over: "West·Indische comptabiliteitswetten", Met debat. (Hierin ook eene I,)e...

spreking van de oprichting van centrale suikcrr~brickcn). 69, 86 309. Verslag ollltrcnt dcn sta:lt en de werkzaamheden van

het Genootschap in 1876--1877 . . , . , 89 310. Voordracht van den heer

J .

A. T. Cohen SLUart, in de

alg. vergadering van 13 November 1877, over: •. koloniale Iccllingen, door den Neder!: wetgever bekrachtigd, ()e.

hoorcn tot dc Nt.'tlc:rl. sla.'ltsschllld·'. i\ICl debat 92 311. Voordraclll van den heer Mr.

J.

P. van Bosse. in de

alg. vergadering van 12 Dcc. 1877. over: •. de wets.- ontwerpen tot aanleg van spoorwegen op Java", Met debat. . . . . . . . . 117

JAARGANG 1878.

312. Voordracht van den heer Dr. T. C. L. Wijlllllalell, in de alg. vergadering van 29 Januari 1878, over: ,.de jongste plaullen tot het invoeren van belastingen voor Europeanen in Indië". :Met debat . . . . . . . . . 313. Voordracht van den heer

J.

C. Neurdenberg. in de alg.

vergadering van 5 Maart 1878. over: "de islam in Nederlandsch·lndië". Met debat . . . 38 314. Verslag omtrent den staat en de werkzaamheden van hel

Genootschap in 1877- 1878 . . . 63 Vercelliging van de Bibliotheken van het Ind. Genoot·

schap en Instituut v. d. T.· L., en V. v. Ned. Indië . 65 315. Voordracht van den heer G. F. C. Rose. in de alg. vcr·

!,'adcring van 19 November 1878. over: .. de vrije su:kcr.

cultuur op gemeentegronden in Indië." Met deb •• t . . 67

JAARGANG 1879.

316. Voordracht van den 1leer Or, T, C. L. Wijnl1lalen. in de alg. vergadering van 24 Januari 1879. over: "de tot.·

kOlllslige finantieele \'erhouding van Indië tot Neder- land". i\[et debat ~ . . . .

Ij ]

(28)

INHOliDSOPGAVB.

Nr. Hlz.

317. Voordracht van den heer C. Bosscher, in de alg. ver- gadering van 18 Februari 1879, over: "de conversie van het communaal grondbezit". r.,·let debat . . . . 23 318. Voordracht van den heer). C. Ncunlenhurg, in de alg.

vergadering van 11 Maart 1879, over: "de eischen van het inlandseh onderwijs in Nederlandseh-Indië". Met

debat . . . 51

319. Verslag van den staat en de werkzaamheden van het Genootschap in 1878-1879 . . . 83 320. Voordracht van den heer Com' de Groot, in de alg.

vergadering van 23 December 1879, over: ,.enkele punten betreffende mijnwetgeving". Met debat . . . 88

JAARGANG 1880.

321. Voordracht van den heer Jhr. M. E. F. Elout, in de algem. vergadering van 20 Januari 1880. Over: "de oprichting eener nieuwe Oost-Indische Compagnie (of coöperatieve maatschappij tot ontwikkeling in hel bij- zonder der Buitenbezittingcll)". Met dehat . . . . . 322. Voordracht van den heer Dr. T. C. L. Wijtullalen, in de alg. vergadering van 16 Maart 1880, over hel onder- werp: "is grondwetsherziening nOO(lig ook met het oog op de samenstelling en a.nnvulling van ons koloniaal leger". Met debat . . . . . 33 323. Verslag omtrent den sta."\t en de werkzaamheden van het

Genootschap in 1879-1880 . . . 63 324. Voordracht van den heer H. C. HUJ1l1ne, in de alg. ver-

gadering vim 2 November 1880. over: "de conversie in den vorm van het landbezit onder de inheemsche be- volking op Java". Met dehat .

JAARGANG 1881.

325. Voordracht van den heer P.

J.

B. C. Robidé v. d. Aa, in de alg. vergadering van 29 Maart 1 ~81, over: "de om- vang van Neerlands rechlen in den Indischen Archipel,

34

67

(29)

N,.

326.

lNHQUDSI)PGAV".

in verband met de Londcnsche traclaten van 1814 en 1824 cn met de nederzettingen (Ier Engelschen in Noord-Borneo", hlet deb." . . . .

Verslag van den staat en de Geno01schap in 1880-1881 .

werk"aamheden \'an het

327. V Dordracht van dell heer M r. \V. B. Bcrgsm:l, in de alg. vergadering van 27 September 1881, over: .,de con-

versie van communaal in erfelijk individueel Utzil up Blz.

29

l\Iicldcu-Java" . . Met debat.. . . . 37 328. Voordracht vall den heer Ur. T. C. L. Wijllrllalcn, in de

alg: vergadering van 25 October 1881, over: "de VCf-

houding van Indië tot Nederland", t\let deb.'u . . . . 71 329. Voordracht van den heef A. W" SJoel tot Oldruitcnburgh,

in de alg. vergadering van 22 No\'cmber 1881, over: ,.de spoon\cgtaricvclI op Java", ~Iet 10 bijlagen, Met debat 111 330. Voordracht van den heer Lameris, in de algemeene "er-

gadering van 27 December 1881, over: "veeartsenij- kundig staatstoe:t.icht en veeartsenijkundige politie in

Nederlandsch-Tndië en bestrijding van rle veepest 111

\Vest-Java", tIet debat, , . . . . 151

JAARGANG 1882.

331. 1I1ededeelingen van Or,

J,

Alken omtrent de doctor djawa-school. naar aanleiding van ho!! verhandelde in de algclllccne vergadering van 27 Dec. 1881 . . . , 332. Voordracht van den heer C. llosscher, in de alg: verga-

dering van 28 Februari 1882, over: .,de openbare veilig- heid op Java en de handhaving d\!r politie op Java",

Met <leh., . . . . . . . 4 333. Verslag omtrent den staat en de werkzaamheden van het

Genootschap in 1881-1882, , , , , . . . 41 334. Vooruracht van deu heer Mr.

J,

de Louter. in de alg,

vergadering van 26 September 1882. over: .,de opleiding der Oost-Indische anlbtenaren". Met deb..t , ' . ' 45

(Hierin over de kwestie van benoembaarheid van Euro- peesche vreemdelingen tot Indische hetrekkingen) 84

35

(30)

INHOUDSOPGAVEL

335. Voordracht van den heer C. E. van Kesteren, in de alg. vergadering van 7 November 1882, m'er: "etn reis-

Blz.

indruk van Java meegebracht". Met debat . . . 97 336. Voordracht van den heet Corn' de Groot, in de alg.

vergadering van 19 December 1882, ove~: "d~ Billiton- concessie", Met naschrift en debat . . 169, 211

JAARGANG 1883.

337. Voortzetting der bespreking. in de alg. vergadering van 23

J

anllari en 27 Maart 1883, van de, in (Ie alg. veT- gadering van 26 Septelllber 1882 gehouden voordracht ,'all Mr.

J.

de Louter, over: "de opleiding der Oost-

Indische ambtenaren" I, 71

338. Voordracht van den heer de Clercq, in de alg. vergadé- ring van 12 Februari 1883, over: •. tegenwoordige toc- stand van het inlandsch onderwijs". Met dehat 39 339, Verslag omtrent den staat en de werkzaamheden van het

Genootschap in 1882- 1883. . . 111 340. Voordracht van den heer

meelle vergadering van 7 Atjeh-kwestic". Mct debat

E. B. Kielstra, in de alge·

NOVCl1lbcl' 1883, ovcr: .,de

JAARGANG 1884.

341. Voordracht van den heer D. Maarschalk, in de alg. vcr- gadering van 29 Januari 1884, over: "spoorwegaanleg en exploitatie op Java". Met deb.,t . . . . 342, Voordracht van den heer

J.

L. Cluysenaer, in de alg.

vcrgadcring van 12 Febmari 1884, over: "ontginning der Ombilicllkolcllveldcn en spoorwegaanleg op Sumatra's

117

Westkust". Met debat . . , . . 37 343. Schematisch overzicht van den geldelijken toestand eener

Ombilien-Spoorweg- en Mijn-Maatschappij. (Bijlage behoorende bij bovenstaande voordracht en ingezoudcn door den heer

J.

L. Cluijsenaar) . . . 81

36

(31)

lNHOCOSOPGAVIi:.

Bh:.

364. Dijlage behoorende bij vorenstaande voordracht, getiteld:

"Zur Gesundung der Zuckerindustrie. Von "Ein aus·

ländischer Zuckerfabrikant" . . . . . 180

JAARGANG 1887.

365, Voordracht van den heer E. Il Kielstra. in de algemeene vergadering van I Fchruari 1887, over: .. Artikel 183 (aanvulling van het Ind. leger met Ned. dienstplichtigen') van het ontwerp der gewijzigde Grondwet". Met deh..'\t. 2 366. Voordracht van den heer R. \~fijnen. in de alg. verga·

c.lering "an 8 Maart 1887. over: ,.de toestand in de Vorsten landen". ~fet dehat . . . 43 367. Voor(lracht "an den heer E. P. C. Sol. in de alg. ver·

gadering van 29 Maart 1887. over: "dc belangen van landbouw en nijverheid in Nederlandsch-Indic". Met

(Iebat . . . 75

368. Verslag van den staat cn de werkzaamheden van het Genootschap over 1886--1887 . . . . . 109 369. Voordracht van Or. TL

J.

A. M. Schaepm:l1l, in de alg.

vergadering van 22 November 1887, over: .,een stand· beeld voor Jan Pietersz. Cocn Ie Hoorn" . 113 370. Voordracht van Dr. C. van der Burg. in de alg. verga·

<lering van 13 DcccmlX:f 1887, over: "kolonisatie van Nederlanders in Nederlandsch Oost·!mlië·'. t-.let debat. 129

JAARGANG 1888.

371. Voordracht van den heer P. F. Laging Tobias, in de alg. vergadering van 3 Januari 1888. over: "beschOt!·

wingen naar aanleiding van eenige Atjch-ad\'iezen."

Met <lebat . . . .

(Hierin over het herstel "an het Sultanaat in Atjeh).

372. Voordracht van den heer D. F. van Alphen, in de alg.

vergadering van 31 Januari 1888, over: "de koffiecultuur in Oost·lndië··. Met debat . . . . 45

.39

(32)

INIIOUDSOPGAVE,

N,.

373. Voordmcht van tien heer p,

J.

van Houten, in de alg.

vergadt:ring van 14 Februari lBB8, over: "de' te sluiten overeenkomst voor de bediening van de paketvaart in den Nedcrlantlsch-Indischen Archipel". Met debat . . . . 374. Verslag van den staat en de werkzaamheden van het

Genootschap in 18B7- 1888 . . . .

375. Voordracht van Prof.t~fr.

J ' .

de'f1outer, in de alg. ver- gadering van 25 September 1888, over: "decentralisatie in

N~det"I~lldsch-Tndi e",

!lofet debat . " . . . . 376. V,qordracht val} den heer Mr. P.A. van der Lith, iu de alg. vergOJ,dering van 27 November 1888, over: "de ver- houding van de wetgevende macht in het ).{Ot:derland

tQt het. Centraal bestuur il1 Nederlandsch-I ndie". lofet

Bli,

75 1i1

'.

117

bijlagen . . . ~ . 151, 186 e.\'.

(Hierin o.a. over de vaststelling van de begr.ooting bij de wet)

JAARGANG 1889.

377. Voordr~cht van den hef!r R. Wijnen, in de alg. verga.- .•.

dering van 12 Februari 1889, OVCJ:, ,.Noord-Bofll';O en het tractaat van 1824". ~"ct debat . . . . 378. Bespreking, in de alg. vergadering v:m 26 Februari 1889, van de, voordracht van den heer Mr. P. A. van der Lith, over.: "de verhouding van de wett,l'Cvende macht in het :Mocderland tot het centraal hestuur in Nederlandsch- Indië", gehouden in de l!lg. vergadering van 27 Novem-

~ I~ . . . M

(Hierin O.a. over .dt; sall~enstcUil1g van een Kolonialen

R",d). ' .

379. Voordracht ~van den heer N. GraaflantI, in de alg. ver- ~­ gadering van 19 Maak 1889, over de! "wenschelijkhe'id van eene'radicale reorganisatie van het lnlandsch onder- wijs", Met debat , . . . , ~ ', 71 380_ Voordracht van den heer Jhr, D. F. van A1pfleri, in de

aJg. vergade-ring van 16 April 1889. over: "de landrente "

in verband tot den economischen toèstaod op Java". Met debat , . . , . . . , , 103

(33)

INIIOUDSOf'CAVE.

Blz.

381. Verslag van den staat en de werkzaamheden over 1888 - 1889 . . . . . 135 382. Voordracht van den heer Jhr. Mr. W. Elout van Soeter·

woude. in de :alg. vergadering \'an 8 October 1889, over:

"de opiumpacht in Nederlandsch-Jndie". Met debat . 139 383. Voordracht \'an den hetr Mr. M. C. Piepers, in de alg.

vergadering van 5 November 1889, over: "de opium- pacht in Ncderlalldsch·lmliè". Met dehat 171

(H ierin een brief van den heer ~I r. W. K. U·' van Dedem over dit onderwerp) . . . 189 384. Nota val1 Dr. L. W. G. de Roo over de opiumkwestie 227 385. Voordracht vall den heer R. Wijnen, in de alg. vergade·

ring \'an 26 November 1889, over: "de Chineczcn Ol) java, in verband beschouwd met den achteruitgang in welvaart van den javaan". Met dehat . . . 241

JAARGANG 1890.

386. Voordracht vall dell heer Dr. L. W. G. de Roo, ;n (Ie alg. \'erbradering van 18 Febr. 1890. over: .. de opium·

Il..lcht in Ncderiandsch·Indie". jI,'let debat . . . . . 4 387. Voordracht van den heer jhr. D. F. \'an Alphen. in de

alg. vert,raderillg van 4 ~1aart 1890, over: "de landrente in verband met den economischeIl toestand van java".

Met debat en Naschrift. . . . . . 65, 100 (11 ierin over de middelen tot \'ermeerdering der padi·

productie).

388. Voordracht van den heer )Ir. N. P. vun dell Berg. in de alg. vergadering vall 26 April 1890, over: "Ollze

spoorwegen. hun vcrleden cn hunne toekomst". à'let deb.lt. 103 389. Verslag van den staat en de werkzaamheden over 1889

- 1890 . . . . . . . . . . . . 142 390. Voordracht vall den heer G. H. van Soest. in de alg.

vergadering van 30 September 1890. over de Gou\·er·

ncments-koffiekultuur in verband met de ontwikkeling der paniculiere industrie". ~Iet debat . . . 151

41

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Bij de eerste zitting van het gerechtshof in het Vrystaatse Senekal, waar de twee moor- denaars tegen zichzelf beschermd werden door hen van de boeren, die van heinde en ver naar

• coaching on the job: tijdens het werken met kinderen vervullen de meewerkende coach een voorbeeldrol en latenzelf zien welk pedagogisch didactisch handelen gewenst is

Beschrijf in je pedagogisch plan hoe je de IKK-uren verdeelt over alle locaties van je organisatie. Beschrijf in je pedagogisch plan per VE-locatie hoeveel uur daaraan wordt

De pedagogisch beleidsmedewerker ve is een mooi en een jong vak in ontwikkeling, laten we er met zijn allen voor zorgen dat het een groot succes wordt. • de pbm’er heeft verstand

Met de eisen van Robeco als uitgangspunt doe ik de volgende aanbevelingen voor het proces proxy voting: door het inrichten van een communicatienetwerk kunnen de partijen elkaar op

Het wordt verder hiermede a~n genoemde Commissie van Destuur uit.drukke1ijk opgedragen om de·voorwaerden der verbintcnissen met de vrijwilligcrs aangegaan en

Naast deze algemene verzekeringen zijn de Werkloosheidsver- zekering, de Ziekteverzekering (d.w.z. verzekering tegen loon- derving als gevolg van ongeschiktheid om te

Geleidelijke socialisatie van den grond door behoud van drooggelegde gronden (Zuiderzee) in staatseigendom en door onteigening van gronden, die als regel worden verpacht en