© Malmberg, ’s-Hertogenbosch blz. 1 van 3
Leeslink | Werkbladen Sinterklaas | groep 4 | Mijn Malmberg
Werkbladen Sinterklaas
Dit ga je doen
Bekijk eerst de teksten.
Maak vraag 1 tot en met 3.
Lees dan de teksten helemaal.
Maak vraag 4 tot en met 7.
1 Bekijk tekst 1.
a Wat is de titel?
Kruis aan.
Hoor de wind waait door de bomen Ja, hij rijdt door donkere nachten
Ja, dan kwam hij zeker wel
b Kun je aan de titel zien wat het onderwerp is? Streep het foute antwoord door.
ja / nee
2 Bekijk het plaatje bij tekst 1.
a Wat doen de kinderen op het plaatje?
Schrijf op.
b Wat is tekst 1 voor soort tekst, denk je?
Kruis aan.
een gedicht een lied
een mop een verhaal
3 Bekijk tekst 2.
Lees de titel en bekijk het plaatje.
a Streep de foute antwoorden door.
Aan de titel kun je wel / niet zien wat voor soort tekst het is.
Aan de titel kun je wel / niet zien waar de tekst over gaat.
Aan het plaatje kun je wel / niet zien waar de tekst over gaat.
b Wat is tekst 2 voor soort tekst, denk je?
Kruis aan.
een gedicht een lied
een mop een verhaal Dit moet je weten
Denk na voordat je een tekst kiest.
Wil je een spannend verhaal lezen?
Of liever een liedje of een versje?
Of heb je zin om te lachen?
Kies een tekst die past bij wat jij leuk vindt.
Elke tekst heeft een onderwerp.
Het onderwerp, dat is waar de tekst over gaat.
Hoe kun je het onderwerp vinden?
Lees de titel en kijk naar het plaatje.
De titel is een woord of een zin boven de tekst.
© Malmberg, ’s-Hertogenbosch blz. 2 van 3
Leeslink | Werkbladen Sinterklaas | groep 4 | Mijn Malmberg
Tekst 1
1 Hoor de wind waait door de bomen 2 Hoor de wind waait door de bomen, 3 hier in huis zelfs waait de wind.
4 Zou de goede Sint wel komen, 5 als hij het weer zo lelijk vindt?
6 Als hij het weer zo lelijk vindt.
7
8 Ja, hij rijdt door donkere nachten, 9 op zijn paardje o zo snel.
10 Als hij wist dat we op hem wachtten, 11 ja, dan kwam hij zeker wel.
12 Ja, dan kwam hij zeker wel.
Tekst 2
1 Hihi, haha!
2 Sint en Piet zijn op het dak.
3 Piet glijdt uit en valt bijna.
4 ‘Wie is daar?’ roept een meisje.
5 Piet zegt: ‘Miauw.’
6 Het meisje denkt: o, het is een kat.
7 Ze gaat weer lekker slapen.
8 Dan glijdt het paard ook uit.
9 Het meisje wordt weer wakker.
10 Ze roept weer: ‘Wie is daar?’
11 ‘Nog een kat!’ roept Sinterklaas.
© Malmberg, ’s-Hertogenbosch blz. 3 van 3
Leeslink | Werkbladen Sinterklaas | groep 4 | Mijn Malmberg
4 Lees tekst 1 helemaal.
Kijk naar je antwoord op vraag 2b.
Wil je nog steeds dat antwoord geven?
Kruis aan en vul in.
Ja, want ik weet nu zeker dat het een
is.
Nee, want ik denk nu dat het een
is.
5 Lees de titel van tekst 1 nog een keer.
Aan de titel kun je niet goed zien wat het onderwerp is.
a Wat vind jij een goede titel?
Kruis aan.
Donkere nachten
Een snel paardje
Zingen voor Sinterklaas
Zou Sinterklaas wel komen?
b Bedenk zelf een nog betere titel.
Schrijf op.
6 Lees tekst 2 helemaal.
a Kende jij deze mop al?
Streep het foute antwoord door.
ja / nee
b Ga je de mop aan iemand anders vertellen?
Streep door en vul in.
Ja / Nee, omdat
7 Bekijk tekst 1 en tekst 2 nog een keer.
a In welke soorten teksten staan vaak rijmwoorden?
Kruis twee hokjes aan.
in gedichten in liedjes
in moppen in verhalen b Zoek de rijmwoorden in tekst 1.
Vul in.
bomen
wind nachten snel