• No results found

Vraag nr.100 van 2 december 1999 van de heer LEO PEETERS

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Vraag nr.100 van 2 december 1999 van de heer LEO PEETERS"

Copied!
1
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Vraag nr. 100

van 2 december 1999

van de heer LEO PEETERS Mobiliteit – Gehandicapten

De laatste maanden is er in de media veel aandacht besteed aan de mobiliteit. Verscheidene positieve maatregelen werden getroffen om mensen via fi-nancieel interessante maatregelen een betere en uitgebreidere toegankelijkheid te verschaffen tot het openbaar vervoer. Hierbij heeft men zich voor-namelijk laten inspireren door specifieke doelgroe-pen in onze samenleving, zoals kinderen, o u d e r e n en ambtenaren.

Een heel belangrijke groep, met name de gehandi-c a p t e n , werd hierbij togehandi-ch wel minder betrokken. Het is juist deze doelgroep die vaak nood heeft aan betere collectieve en individuele voorzieningen om het gebrek aan mobiliteit te compenseren.

Op middellange termijn zal men als het ware een uitgebreid net van aangepast vervoer voor deze mensen moeten uitbouwen om aan hun onmiddel-lijke noden te voldoen.

1. Kan de minister vice-president toelichten welke projecten worden uitgewerkt om voormelde problematiek aan te pakken ?

2. Op welke manier wordt overleg georganiseerd met deze doelgroepen of de vertegenwoordigers ervan ?

Antwoord

1. In een mededeling aan de Vlaamse regering van 10 maart 1998 engageerden de Vlaamse minis-ters Eddy Baldewijns, bevoegd voor Openbare We r k e n , Vervoer en Ruimtelijke Ordening, L u c M a r t e n s, bevoegd voor Cultuur, Gezin en We l-z i j n , en Brigitte Grouwels, bevoegd voor Brus-selse Aangelegenheden en Gelijkekansenbeleid, zich om een oplossing op korte termijn en een structurele oplossing op lange termijn te zoeken inzake de problematiek van het aangepast ver-voer voor personen met beperkte mobiliteit ( P B M ) . Tevens gelastte de Vlaamse regering de Vlaamse minister bevoegd voor Vervoer met de coördinatie van dit dossier.

Aan de voorgestelde oplossing op korte termijn wordt intussen uitvoering gegeven. Deze oplos-sing houdt enerzijds het toekennen in van tien werkervaringsplaatsen (WEP+) aan vier

be-staande diensten voor aangepast vervoer en an-derzijds het ter beschikking stellen van over-bruggingskredieten voor het begrotingsjaar 1998 aan voornoemde diensten voor de finan-ciering van de eigen bijdrage in de loonkosten van voormelde werkervaringsplaatsen.

De oplossing op lange termijn bestond erin om in samenwerking met de Vlaamse Ve r v o e r m a a t-schappij (VVM) De Lijn en de provinci, g e-meente- en stadsbesturen proefprojecten voor het vervoer van personen met beperkte mobili-teit op te zetten in alle provincies van V l a a n d e-r e n . Gezien de gee-ringe belangstelling van pe-ro- pro-v i n c i e - , gemeente- en stadsbesturen werden deze proefprojecten niet opgestart in 1999 en werden er opnieuw overbruggingskredieten ter beschikking gesteld van de vier bestaande dien-sten voor aangepast vervoer.

Bij de invoering van de projecten "basismobili-teit" vanaf 2000 wordt aan de VVM De Lijn op-dracht gegeven om bij het opstarten van belbus-projecten contact op te nemen met het V l a a m s Fonds voor Sociale Integratie van Personen met een Handicap (VFSIPH), om over de adressen-lijst te beschikken van de personen met een handicap die in het belbusgebied wonen.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Een centrale website zal als portaalsite dienen om al deze sites te verenigen, met inbegrip van de gemeentelijke sites die onafhankelijk van de Vlaamse overheid totstandkwamen,

Bestaat er een overzicht voor de provincie Vlaams Brabant van het gebruik dat thans wordt gemaakt van de bestaande verbindingen en van de frequentie van de verbindingen

De keuze voor deze scholen en de beperking die daarmee aan het project wordt opgelegd, v o l g e n uit de ervaringen in het ondersteuningsproject van de Koning Boudewijnstichting en

Dit impliceert dat deze steun enkel mogelijk is voor producties van speelfilms, d o c u m e n t a i r e s en tekenfilms die worden opgezet door externe producenten en waaraan ten

Een gecoördineerd antwoord zal worden verstrekt door mevrouw Mieke Vo g e l s, Vlaams minister van Welzijn, Gezondheid en

Werkte de dienst met afzonderlijk beheer in het kader van artikel 15 van het besluit van de Vlaamse regering van 1 juni 1995 betreffende het financieel en materieel beheer

Deze personen worden aangeworven via het Vlaams Fonds voor Sociale Integratie van Per- sonen met een Handicap (VFSIPH) in overleg met het Vast Wervingssecretariaat (VWS) en

In een brief van 11 januari 2000 aan de gouverneur stelt het college van burgemeester en schepenen van We z e m b e e k-Oppem dat het drukken van de aanslagbiljetten en het