ICT & Media Design Focusdocument

(1)

1 Fontys Hogeschool ICT

ICT & Media Design

Focusdocument

Auteur(s): J. Graaumans Datum: 12 juni 2017

Versie: 0.4

(2)

Datum Versie Belangrijkste wijzigingen Auteur Bekeken

17-06-2014 0.1 Initële versie Frens

Vonken WAC

27-4-2015 0.2 Inhoudelijke update nav nieuwe inhoudelijke richting en opstellen manifest IMD

Joris

Graaumans IMD Kernteam 23-05-2016 0.3 Update competentiematrix Joris

Graaumans

WAC 12-6-2017 0.4 Update competentiematrix,

professionele ontwikkeling Joris

Graaumans WAC

(3)

1. Inleiding

Dit focusdocument van het profiel ICT & Media Design geeft een beschrijving van het beroepsbeeld (beroepscontext en functies) waarvoor wordt opgeleid. In een bijlage worden de prestatieindicatoren voor het profiel gepresenteerd. De beschrijving van het

beroepsbeeld én de prestatieindicatoren geven de inhoudelijke focus van het profiel ICT &

Media Design weer. Een afgestudeerde van de Fontys Hogeshool ICT heeft naast het profiel waarin hij of zij is opgeleid altijd ook nog een kwart van de studietijd besteed aan verbreding of verdieping buiten het profiel: in het startsemester in de propedeusefase, in de innovatiegebieden in de kernfase en in de minor in de eindfase. De inhoud daarvan is niet in dit document beschreven.

Bij de inrichting van het curriculum van het profiel ICT & Media Design is het werkveld op verschillende manieren betrokken. Ten eerste is er de werkveldadviescommissie waarmee tenminste één keer per jaar overleg gevoerd wordt en waar advies gevraagd wordt over de onderwijsdoelen en de inrichting van het curriculum. Wat ICT & Media Designers moeten kunnen en kennen en op welke manier ze dat het best kunnen leren, bepaalt de agenda van dit overleg, dat op deze manier de grote lijn van het curriculum beïnvloedt. De beroepenveldcommissie is dan ook betrokken geweest bij het opstellen van dit focusdocument.

Daarnaast zijn er de “partners in education” die een rol spelen bij de ontwikkeling en uitvoering van het curriculum. Enerzijds is er hierdoor invloed vanuit het beroepenveld op details van de onderwijsinhoud. Anderzijds wordt hierdoor de beroepspraktijk in het onderwijs gebracht.

De eindtermen van het curriculum en de uitwerking van deze eindtermen in

curriculumonderdelen zijn in nauw overleg met het docententeam opgesteld en in het kernteam van blokeigenaren vastgesteld. In de concrete uitwerking van het onderwijs heeft steeds een klein ontwikkelteam van docenten binnen de gestelde kaders keuzes voor vorm en inhoud gemaakt.

2. Beroepenveld

Type organisaties

Het profiel ICT & Media Design leidt studenten op tot generalisten die zelfstandig en in korte tijd specialisten kunnen worden. IMD-ers:

- werken interdisciplinair en houden van interactie met anderen. Het zijn bruggenbouwers. Ze staan open voor anderen en maken gemakkelijk contact.

- creëren mediaproducten. Zij kunnen een volledig ontwikkelproces doorlopen van conceptontwikkeling tot en met productrealisatie.

- beschouwen het van a tot z ontwikkelen van mediaproducten als hun ambacht. Ze kunnen nieuwe media scheppen door het slim combineren van bestaande middelen.

- zijn nieuwsgierig en zijn continu aan het leren. Zowel tijdens als na hun studie. Ze proberen graag dingen uit, maken fouten en leren hiervan.

- zijn praktijkdenkers. Ze denken door te doen en creëren al werkende hun eigen expertise. Ze brengen hun ideeën over via audiovisuele middelen en prototypes.

- zijn adaptief. Ze leven zich snel in in een nieuwe context. Deze context kan zowel een nieuw toepassingsgebied zijn (denk aan gezondheidszorg, logistiek, journalistiek, horeca, high tech productieomgevingen) als een nieuwe technologische ontwikkeling.

ICT & Media Designers vinden hun werk in uiteenlopende organisaties. Prototypisch zijn functies bij grotere en kleinere (full service) internetbureaus, waar werknemers aan de ontwikkeling van digitale mediaproducten voor klanten werken. Die digitale

mediaproducten hebben een plaats in een communicatie en mediastrategie voor het bereiken van bedrijfsdoelstellingen van een klant. Klanten kunnen daarbij de meest uiteenlopende profit en non-profit organisaties zijn. Ook beginnen ICT & Media Designers vaak voor zichzelf, veelal samen met andere alumni.

(4)

Type functies

Afgestudeerden starten vaak als webdeveloper of webdesigner (al dan niet als

zelfstandige), en groeien daarna door in meer technische, ontwerpgerichte of strategische rollen. Voorbeelden van functies zijn: software engineer, front-end developer, interaction designer, user experience designer, mediastrateeg. Daarnaast is ook een groeipad richting management, zoals projectleider of teamleider mogelijk. Onze gemeenschappelijke waarden zijn: open, nieuwsgierig, onderzoekend, gedreven en vernieuwend. In bijlage 1 worden deze beroepsrollen verder getypeerd aan de hand van enkele praktijk voorbeelden van onze huidige alumni.

Producten

De wereld verandert continue. Media en technologie spelen hierin een belangrijke rol. In een snel veranderende wereld is het belangrijk om flexibel te zijn. Studenten ICT & Media Design werken daarom via een iteratief creatieproces om tot mediaproducten te komen.

Dit proces bevat:

• Strategie en concept

• User Experience en user centered design

• Design en development

• Onderzoek en onderbouwing

Onderzoek vormt de basis van alle bovenstaande onderdelen. Het creatieproces wordt in korte opeenvolgende cycli doorlopen, waarbij elke cyclus wordt afgesloten met een aantal concrete producten. Onze alumni geven richting aan de veranderde wereld door het creëren van originele, vernieuwende en zinvolle mediaproducten.

Vakmanschap

De ICT & Media Designer moet in staat zijn het ontwikkelproces van een digitaal mediaproduct te overzien en stappen kennen en kunnen uitvoeren die daarin gezet worden. Daarvoor moet deze bekend zijn met de (tussen) producten of deelresultaten die daarin voorkomen en de kwaliteit daarvan kunnen beoordelen. Daarnaast is uiteraard de vaardigheid vereist met tools en technieken om deze (tussen) producten en deelresultaten te maken of verwerken.

Omdat de ontwikkelde digitale mediaproducten altijd een plaats innemen in een ICT infrastructuur in de vorm van client en server hard- en software, moet de ICT & Media Designer daarin voldoende inzicht hebben om er praktisch op te kunnen aansluiten.

Daarnaast moet de ICT & Media Designer het eigen werk in teamverband kunnen plannen en organiseren. Daarvoor is vaardigheid vereist in algemene en vooral agile

projectmanagementmethoden en technieken. Voor het opleveren van kwalitatief goede resultaten moet de ICT & Media Designer in staat zijn de kwaliteit hiervan de meten en beschrijven.

De ICT & Media Designer beschikt over (toegepaste) onderzoeksvaardigheden die ingezet worden in een beroepsomgeving of multidisciplinaire en of internationale

onderzoeksomgeving.

Met deze onderzoeksvaardigheden draagt de ICT & Media Designer bij aan de innovatiekracht van het beroepenveld.

Ten slotte vereist het vakmanschap van de ICT & Media Designer een flink aantal

persoonlijke vaardigheden. De breedte van de werkomgeving en de aard van de producten eisen onder meer klanten gebruikersgerichtheid, flexibiliteit en creativiteit. De omgang met technische systemen stelt daarnaast eisen aan abstractievermogen, analytisch vermogen en zorgvuldigheid.

(5)

3 Competenties (prestatieindicatoren op eindniveau)

3.1 Positionering van het profiel op de competentiematrix van het landelijke profiel.

Binnen het profiel worden prestatieindicatoren gehanteerd. De prestatieindicatoren worden gevorm door de beroepstaken uit het landelijke opleidingsprofiel (Bachelor of ICT-

domeinbeschrijving, HBO-i, 2014, zie http://www.hbo-i.nl/domeinbeschrijving-bachelor-of- ict/ ). De beschrijving van het profiel is tot stand gekomen door intensieve samenwerking met vooraanstaande Nederlandse ICT-bedrijven vertegenwoordigd in de HBO-I council en de HBO-I Raad van Advies. De leden van het HBO-I hebben de domeinbeschrijving van de Bachelor of ICT geaccordeerd in 2013. Een brede vertegenwoordiging van het ICT-

bedrijfsleven heeft de beschrijving daarna gevalideerd en het SAC HTNO heeft het

vastgesteld en opgenomen in de openbare Informatiebank Opleidingscompetenties van de Vereniging Hogescholen.

In de domeinbeschrijving presenteert het HBO-I een model waarbinnen ICT-opleidingen zich kunnen positioneren. Het model kent een vijftal activiteiten (Analyseren, Adviseren, Ontwerpen, Realiseren, Beheren), die tezamen de (sequentiële) ontwikkelingsfasen van informatiesystemen vormen. Om verschillende opleidingen ten opzichte van elkaar te kunnen positioneren worden vijf architectuurlagen (Gebruikersinteractie,

Bedrijfsprocessen, Infrastructuur, Software, Hardware-interfacing) onderscheiden. Het landelijke profiel beschrijft voor iedere competentie op iedere architectuurlaag welke eisen aan afgestudeerden dienen te worden gesteld. Hierbij worden 3 niveaus onderscheiden:

1. In staat kennis en vaardigheden toe te passen op eenvoudige problemen.

2. Zelfstandig binnen gespecificeerde acties.

3. Gebruikt innovatieve methoden en toont initiatief.

Onderstaande figuur geeft de positionering van het profiel ICT & Media Design op de landelijke competentiematrix.

Beheren Analyseren Adviseren Ontwerpen Realiseren Gebruikers-

interactie

3 3 3 3 3

Bedrijfs-

processen 1 1 1

Software 1 1 2 2 1

Infrastructuur Hardware

interfacing 1 1 1 1 1

NB. De prestatieindicatoren zijn opgenomen in bijlage 2 van dit focusdocument.

(6)

Professionele ontwikkeling

FHICT leidt studenten op voor een vakgebied met veel en blijvende vernieuwing. Een ICT professional zal zich tijdens zijn werkzame leven actief blijven ontwikkelen.

De ICT professional heeft meerwaarde voor de maatschappij, staat open voor zijn omgeving en handelt pro-actief.

Met Professionele Ontwikkeling (PO) bereiden we studenten hierop voor, door aandacht voor leervermogen, oordeelsvorming en communicatie..

Professionele Ontwikkeling bij FHICT heeft drie belangrijke pijlers:

1. PO is geïntegreerd in al het onderwijs.

Analoog aan het werken in het werkveld ontwikkelen we professioneel gedrag ín de betekenisvolle context. Prestaties worden professioneel uitgevoerd. In al ons onderwijs wordt de student beoordeeld op wat én op hoe. In elk geval op drie momenten wordt de student integraal op zijn professionele ontwikkeling beoordeeld, in een live performance assessment aan het einde van elke fase van de opleiding.

2. PO is vraaggestuurd

De ontwikkelactiviteiten van een student voor PO zijn vraaggestuurd en worden lopende het semester ingevuld en uitgevoerd. Het is belangrijk dat de student de

ontwikkelingsgerichte feedback actief verwerkt. De inspanning voor het verbeteren van ontwikkelpunten is van cruciaal belang. Het totaalbeeld van de student, van de het docententeam, is leidend voor het behalen van de onderwijseenheid.

3. De studieloopbaanbegeleider heeft een belangrijke rol in PO

De studieloopbaanbegeleider¹ is gedurende het semester betrokken in het onderwijs van de student, bijvoorbeeld in de rol van tutor van de proftaak. De studieloopbaanbegeleider ziet de student functioneren. Net als alle andere betrokken docenten, geeft de

studieloopbaanbegeleider de student ontwikkelingsgerichte feedback en is hij betrokken bij de beoordeling.

Studenten die extra begeleiding willen, of die behoefte hebben aan een langere band met een begeleider, kunnen een beroep doen op student+.

FHICT leidt op voor leven lang leren. Het je snel kunnen eigen maken van kennis en vaardigheden is daarvoor een belangrijke voorwaarde. Bijna belangrijker dan de kennis en vaardigheden zelf.

Bij leven lang leren hoort ook zelfkennis: je talenten en verbeterpunten kennen en ontwikkelen. De opleiding faciliteert de student in zijn groeiende eigenaarschap hierin.

1 NB hiermee wordt bedoeld de studieloopbaanbegeleider nieuwe stijl! In sommige pilots wordt ervaring opgedaan met zo’n soort rol onder de term ‘semestercoach’.

(7)

Bijlage 1 Typering van beroepsrollen

Jochen Vonken – zelfstandig webdeveloper

“Momenteel ben ik bezig met mijn afstudeerstage bij Philips en kijk ik terug naar een leuke en leerzame tijd bij Fontys ICT & Media Design. Een tijd waarin ik veel geleerd heb op verschillende gebieden. Een opleiding waarin je binnen het vak ICT & Media Design heel breed opgeleid wordt, wat een van de grote pluspunten is van de studie.

Daarnaast is het prettig om elk blok

groepsopdrachten te doen voor grote bedrijven in de mediawereld. Het samenwerken in een groep zorgt ervoor dat je leert van elkaar en elkaar kan ondersteunen waar nodig. Dit gebeurt niet alleen door studenten maar ook door de docenten waarmee je in contact staat. Ze denken mee, sturen aan waar nodig en laten je in het algemeen vrij om je eigen creativiteit te ontwikkelen en toe te passen. Op deze manier lijken de docenten meer ‘ervaren collega’s’ dan docenten. Iets wat ik duidelijk terug zie in mijn

afstudeerstage. De begeleiding vanuit school, waar ik altijd met vragen terecht kan, denkt mee met de opdracht om zo uiteindelijk een goed resultaat te kunnen leveren.

De diversiteit van de opleiding zorgt ervoor dat ik de opleiding heb kunnen volgen op een manier die het beste bij mij past en daardoor mijn kwaliteiten heb kunnen

ontwikkelen en laten zien in de praktijk. Dit heeft er ook voor gezorgd dat ik al tijdens de studie mijn eigen bedrijfje ben begonnen waarin ik al een aantal vaste grote opdrachtgevers heb. In de toekomst hoop ik dit bedrijf verder te ontwikkelen of misschien te combineren met een parttime baan.”

Mandy Brinkman – design manager

“Als ik terugkijk op mijn studie ICT & Media Design (wat nog niet zo lang geleden is) herinner ik me vooral dat ik het ontzettend naar mijn zin heb gehad. Vooral de innovatieroutes waren ontzetten leerzaam.

De onderlinge relatie tussen docent en student is anders dan bij andere studies. Bij Fontys heb ik altijd het gevoel gehad dat je goed met de docent kon communiceren en dat de docent meer een teamgenoot was dan docent. Je stond gelijk en dat voelde heel fijn.

De vakken die gegeven werden, waren heel verschillend. Ook de verdeling van de vakken was soms jammer. Het was vaak een hele periode heel technisch en daarna weer een periode heel theoretisch. Ik had graag gehad dat dat wat meer gemengd was geweest. Als ik nu ook terugkijk, had ik graag gewild dat ik meer opgeleid was op een bepaald vakgebied dan zo ruim als bij Media Design. Ik merk nu tijdens het werk dat ik ontzettend veel weet van alles, maar niet echt ergens gespecialiseerd in ben en dat heb ik wel nodig in mijn vakgebied.

(8)

Wat ik momenteel doe: na mijn afstuderen bij Philips Design heb ik een baan aangeboden gekregen bij CMNTY Corporation als Design Manager.

‘At CMNTY Corporation we develop software and best practices for community research and community engagement.’

Binnen Cmnty geef ik leiding aan het Design Team dat werkt aan de ontwikkeling van nieuwe en bestaande producten.

"Ik ben verantwoordelijk voor de planning en het coördineren van alle noodzakelijke design taken. Ik zorg ervoor dat de designs een hoog niveau van kwaliteit handhaven en dat alles binnen het Design Team op rolletjes loopt. Naast het managen van het team ben ik zelf ook nog bezig met design taken die vooral te maken hebben UX en XD.”

Nicky Lenaers – junior developer / master student

“ICT & Media Design is wat mij betreft een opleiding die voor veel ICT- en Medialiefhebbers een

geschikte ondergrond kan bieden voor het

bedrijfsleven. Na 4 jaar (netto) studeren ben ik in gaan zien hoe snel deze sector verandert en vooral blijft veranderen. Op veel gebieden heb ik Fontys mee zien veranderen en dat is goed. Niet alleen innovatieve vooruitgang, maar ook de juiste begeleiding en inhoudelijke stof zorgt ervoor dat je als afgestudeerde ook daadwerkelijke klaargestoomd bent voor het bedrijfsleven.

Het mag niet onbenoemd blijven dat je als student ook zeker aan de bak moet. Naast theorie wordt er vaak vanuit gegaan dat je veel praktische zaken (programmeren, ontwerpen, schrijven) zelf onder de knie krijgt. Het is dus gewoon hard werken! Dat zijn dingen die je het beste leert door ze veel te doen en Fontys geeft je daar ook de ruimte voor. Faciliteiten zijn er genoeg, zoals geschikte hardware en software, opnameapparatuur, een soundbooth, motion capture green-screens en zelfs een 3D virtual reality kubus. Hierdoor kun je jezelf compleet onderdompelen in moderne media, waardoor je je altijd in de juiste studiesfeer bevindt. Ik kijk daarom terug op een zeer leerzame en uitdagende periode.

Ik ben nu bezig met een premaster voor de master Game & Media Technology aan de Universiteit Utrecht. Ik vind het allemaal reuze interessant maar het is pittig als Indische curry! Flinke hoeveelheden wiskunde, maar ik vecht me er doorheen!”

Joyce Pisters - onderzoeksassistent

“ICT & Media Design was de vierde HBO studie die ik startte. Ik ben niet het type student van de lange hoorcolleges, leren uit dikke boeken en mijn kennis overdragen via tentamens. Bij Media Design kreeg ik eindelijk de kans om te leren door te doen.

Daarbij kreeg ik ook de vrijheid om opdrachten zelf richting te geven, om zoveel mogelijk te kunnen leren en mijn creativiteit kwijt te kunnen. Het was

(9)

moeilijker om aan het einde van de dag het schoolwerk neer te leggen dan om er 's ochtend mee te beginnen.

Eerdere studies waren gericht op onderwijs en zorg en deze richtingen kon ik binnen ICT verder verdiepen. Momenteel werk ik als onderzoeksassistent binnen het lectoraat Mens & Technologie van Fontys Toegepaste Psychologie. Net zoals tijdens mijn studie kan ik nu afwisselen tussen onderzoeken, ontwerpen (grafisch en software) en realiseren.

Mijn ambitie is om uiteindelijk ook zelf als docente aan de slag te kunnen. Welke richtingen ik me verder nog in ga verdiepen zal de tijd leren, maar voor nu zijn er nog teveel dingen te leuk om er eentje te kiezen."

Maarten Witteveen - Technical Lead

“Het is nu twee jaar geleden dat ik afgestudeerd ben bij IMD met de specialisatie Lifestyle - Art &

Technology. Een periode waar ik nog steeds met veel plezier aan terugdenk. Voornamelijk de vrijheid die we kregen om onze eigen studie in te mogen kleuren. Ieder idee dat je bij een docent bracht werd altijd goed overwogen. Met enkele aanpassingen om het goed aan te laten sluiten binnen het bestaande curriculum was het altijd mogelijk om te kunnen doen waar je eigen interesse het meest naar uit ging. Ik ben van mening dat het motiveren van deze

autodidactische activiteiten gekoppeld aan betrokken en inspirerende docenten de kracht is van deze opleiding. Ik geloof in de maakbaarheid van het leven en dit gedachtegoed komt hier mooi tot leven. Hoe meer tijd, energie, creativiteit en gedrevenheid je in je eigen studie investeert des te meer docenten je in staat stellen om je eigen grenzen op te zoeken. Dit betekende niet direct een hogere waardering uitgedrukt in cijfers maar voornamelijk ervaringen en connecties waar ik nu nog steeds veel aan heb.

Na anderhalf jaar voor Accenture gewerkt te hebben, ben ik nu met vrienden bezig om een hardware startup van de grond te krijgen. We zitten momenteel in het startupbootcamp HighTechXL op de High Tech Campus die ons de mogelijkheid geeft om met de ondersteuning van beroepsexperts en mentoren ons product naar de markt te kunnen brengen. Het is enorm spannend, eng en enerverend om zo in project verband met vele verschillende disciplines een prototype voor het eerst helemaal door te zien tot een afgerond consumenten product. Ik wil daarvoor

voornamelijk Peter Verbeek, Eric Slaats, Lennart de Graaf en alle andere docenten die ik gedurende mijn studie heb leren kennen bedanken om mij voor te bereiden op het kunnen uitvoeren van dit prachtige project.”

Meer info: http://manusmachina.com/

(10)

Bijlage 2. Prestatieindicatoren

²

Gebruikersinteractie

Beheren Analyseren Adviseren Ontwerpen Realiseren

Niveau 3 - Vanaf de start van product- of dienstontwikkeling rekening houden met

productverantwoording, productcontext, continuïteit en overdracht naar de opdrachtgever en/of gebruikersomgeving.

- Het in kaart brengen van trends in communicatie en

designrepertoire van ict- en/of digitale mediaproducten.

- Het opstellen van een analyserapportage (doelgroep, doelstelling, context, informatie- en communicatiebehoefte, visualisatie, bruikbaarheid en gebruik), en dit relateren aan trends in ict- en/of digitale mediaproducten.

- Maatschappelijke en

branchetrends verwerken In een advies voor de concrete inzet van media en middelen bij de ontwikkeling van ict- en of digitale mediaproducten, rekening houdend met planning en budget.

- Ontwerpen van ict- en/of digitale mediaproducten vanuit een zelf ontworpen (vernieuwende) functionaliteit, interactievorm, stijl en/of dienst, met inbegrip van user experience, usability-testen en innovatieve technologie.

- Realiseren en testen van dynamische ict- en/of digitale mediaproducten met

toepassing van innovatieve technologieën.

Niveau 2 - Het toepassen van versiebeheer en het inrichten en configureren van een samenwerkingsomgeving bij de realisatie van ict- en/of digitale mediaproducten, rekening houdend met onderhoudbaarheid en daarvoor beschikbare

middelen.

- Het analyseren van ict- en/of digitale mediaproducten, doelgroepen en doelstellingen vanuit een overzicht van actuele

‘cultuur’ en trends t.b.v. de inventarisatie van klant- of gebruikersbehoeften.

- Een interface-, gebruiks- en communicatieanalyse maken, inclusief usability en user- experience.

- Adviseren over de concrete inzet van media en middelen, rekening houdend met (communicatie)doelstellingen, doelgroepen, planning en budget.

- Ontwerpen van

samenhangende, dynamische ict- en/of digitale mediaproducten met toepassing van gedeeltelijk zelf geselecteerde technieken zoals scripts, storyboards,

navigatiestructuur en passende usability-testen.

- Het realiseren en testen van dynamische ict- en/of digitale mediaproducten met toepassing van relevante grafische elementen, geluid, beeld, en animaties.

Niveau 1 - Het inrichten en onderhouden van de eigen werkomgeving voor analyse, ontwerp en realisatie van ict- en/of digitale mediaproducten m.b.v. een gangbare tool.

- Het overdragen van een gedefinieerde versie van het eindproduct, inclusief

productverantwoording, aan een opdrachtgever.

- Het designrepertoire (vormen, kleuren, stijlkenmerken) inventariseren en de merk- of productidentiteit beschrijven voor een actueel ict- en/of digitaal mediaproduct.

- Doelgroepen en doelstellingen onderscheiden en deze koppelen aan gebruikersgedrag en interactie.

- Adviseren over toe te passen interactie-, communicatie- en beeldende middelen voor inzet in communicatie en interface- ontwikkeling.

- Op basis van een gegeven usability-analyse aanbevelingen doen voor het ontwerp van een ict- en/of digitaal mediaproduct.

- Ontwerpen van statische en beperkt dynamische ict- en/of digitale mediaproducten met toepassing van gegeven technieken, zoals scenario’s, storyboards en wire frames en passende usability-testen.

- Het realiseren en testen van statische ict- en/of digitale mediaproducten met inzet van gangbare tools, keuze voor geschikte (media-)formaten en beperkt toepassen van stijlmiddelen.

2 Met de kleur van de achtergrond van een cel in de tabel wordt aangegeven in welk studiefase beroepstaken vooral aan de orde komen. Geel:

propedeusefase, blauw: kernfase (lichtblauw geeft aan dat slechts een deel van de beroepstaken in een cel aan de orde komt), groen: examenfase..

(11)

Bedrijfsprocessen

Niveau 3 - Het inrichten en actualiseren van principes, business rules en modellen van procesarchitectuur, mede op basis van kwantitatieve en kwalitatieve analyse.

- Het proactief signaleren van behoefte aan verandering en bijbehorende processen in gang zetten.

- Het in kaart brengen van de consequenties van een

(strategische) koerswijziging voor bedrijfsprocessen en hun informatievoorziening.

- Een kwantitatieve en/of

kwalitatieve analyse maken van de huidige en toekomstige situatie op het gebied van bijvoorbeeld beleid, strategie, alignment en architectuur, met gebruikmaking van gangbare methoden.

- Adviseren over de in- en externe afstemming tussen business en ict (alignment en governance) op basis van de (netwerk- )organisatiestrategie en doelstellingen

- Het (her)ontwerpen van de architectuur van bedrijfsprocessen en besturingsmodellen, inclusief bijbehorende beheersing, informatievoorziening en veranderproces.

- Het realiseren van invoering en acceptatie realiseren van

gewijzigde

bedrijfsvoering op basis van een

veranderproces.

Niveau 2 - Het inrichten, onderhouden en actualiseren van functioneel beheer.

- De behoefte aan

procesveranderingen signaleren en inventariseren, mede op basis van gegevens uit kwantitatieve en kwalitatieve analyse.

- Het analyseren van

bedrijfsprocessen, organisatie, gegevensstromen, databehoeften en procesbesturing (op

tactisch/operationeel niveau) en het beschrijven van knelpunten en oorzaak-gevolgrelaties vanuit de invalshoek van de

informatievoorziening.

- Adviseren over knelpunten op het terrein van

organisatiestructuur (en rollen), (bedrijfs)processtructuur en samenhang, en

informatievoorziening.

- Adviseren over nieuwe

mogelijkheden voor de organisatie op basis van ontwikkelingen in ict.

- Het (her)ontwerpen van

samenhangende bedrijfsprocessen, een gegevensstructuur (model), het procesmanagement van

bedrijfsprocessen, de functionele organisatiestructuur en/of de informatievoorziening, met inachtneming van mogelijkheden van ict en de borging van integriteit van de gegevens.

- Het realiseren van de invoering en acceptatie van procedures in samenhang met nieuwe of gewijzigde informatievoorziening en besturing.

Niveau 1 - Het onderhouden en actualiseren van procesdocumentatie.

- Het beschrijven van de veranderingsbehoefte bij een proces op basis van gegevens uit kwantitatieve en kwalitatieve analyse.

- Het inventariseren van de gegevensstromen en

informatievoorziening binnen een bedrijfsproces.

- Het analyseren van knelpunten van een bedrijfsproces en het beschrijven van oorzaak- gevolgrelaties.

- Op basis van geanalyseerde knelpunten binnen een (bedrijfs)proces verbeteringen formuleren voor

organisatie(structuur), (bedrijfs)processtructuur en/of informatieverzorging, met inachtneming van mogelijkheden van ict.

- Adviseren over de toepasbaarheid van een ict- ontwikkeling voor een organisatie.

Het (her)ontwerpen en/of

digitaliseren van een bedrijfsproces, enkele gegevensstromen, een organisatieonderdeel en/of een deel van de informatievoorziening.

- Het beschrijven en opstellen van

werkinstructies, functie- en rolbeschrijvingen, en procedures voor een (aangepast) proces.

(12)

Hardware interfacing

Niveau 3 Hi.Be.3.1 Een ontwikkelen testplatform ten behoeve van hardware/software co-design inrichten, inclusief tools (bijvoorbeeld voor virtualisatie).

Hi.Be.3.2 Een

beheertestomgeving voor een computersysteem inrichten.

Hi.An.3.1 Een gedistribueerd computersysteem specificeren, inclusief timing, resourcegebruik en performance.

Hi.An.3.2 Security-aspecten beschrijven van

computersystemen die aan of via (openbare) netwerken gekoppeld zijn.

Hi.An.3.3 Acceptatietestplan en integratietestplan opstellen.

Hi.Ad.3.1 Een technisch advies uitbrengen over een te realiseren

(gedistribueerd)

computersysteem, inclusief hardware- en softwarecomponenten en koppelingen.

Hi.On.3.1 Een gedistribueerd computersysteem ontwerpen, inclusief bepaling van actuatoren, sensoren, timing, resourcegebruik en performance.

Hi.Re.3.1 Een compleet computersysteem verwezenlijken, inclusief netwerk, hardware en systeemsoftware.

Hi.Re.3.2 Een

acceptatieprocedure opstellen en uitvoeren, bijv. in een virtuele omgeving, inclusief aspecten als timing, resourcegebruik en performance.

Niveau 2 Hi.Be.2.1 Een (crossplatform) ontwikkelomgeving inrichten, zowel software- als hardware- gerelateerd, inclusief tools.

Hi.Be.2.2 Een gegeven ontwikkelomgeving beoordelen op kwaliteit en prestaties.

Hi.An.2.1 Signalerings- en regelingsaspecten van de omgeving van een computersysteem in kaart brengen.

Hi.An.2.2 Een computersysteem methodisch specificeren.

Hi.An.2.3 Een protocolanalyse uitvoeren.

Hi.An.2.4 Een acceptatietest voor een computersysteem opstellen.

Hi.Ad.2.1 Een technisch advies uitbrengen voor de architectuur van een computersysteem en de hardware- en softwarecomponenten.

Hi.Ad.2.2 Advies uitbrengen over het koppelen van systemen.

Hi.On.2.1 Een computersysteem methodisch ontwerpen op basis van zelfgekozen

hardwarecomponenten.

Hi.On.2.2 Een driverontwerp opstellen.

Hi.On.2.3 Een protocol ontwerpen.

Hi.Re.2.1 Een eenvoudig computersysteem inrichten en de koppelingen met

hardwarecomponenten realiseren via software.

Hi.Re.2.2 Driversoftware schrijven en testen.

Hi.Re.2.3 Een protocol implementeren en testen.

Niveau 1 Hi.Be.1.1 Inrichten en gebruikmaken van een beheeromgeving ter ondersteuning van de ontwikkeling van een computersysteem, bijv. een embedded of IA-systeem, in teamverband.

Hi.An.1.1 Architectuur van een computersysteem beschrijven.

Hi.An.1.2 Werking van actuatoren en sensoren beschrijven en metingen verrichten.

Hi.An.1.3 Functionele en niet- functionele eisen voor een computersysteem, bijv. een embedded of IA-systeem, en acceptatiecriteria opstellen.

Hi.Ad.1.1 Een gegeven technisch advies verifiëren en onderbouwen.

Hi.Ad.1.2 Een initiële architectuur en de functionaliteit van een gegeven

systeemconfiguratie (microprocessor, geheugen of andere bouwstenen) verifiëren en beschrijven.

Hi.On.1.1 Een eenvoudig computersysteem, bijv. een embedded of IA-systeem, ontwerpen op basis van gegeven hardware.

Hi.Re.1.1 Software schrijven voor een eenvoudig, gegeven computersysteem, voorzien van actuatoren en sensoren.

(13)

Software

Niveau 3 - Uitvoeren van

configuratie-, change- en releasemanagement.

- Een requirementanalyse uitvoeren voor een softwaresysteem met verschillende belanghebbenden in een context van bestaande systemen.

- Integratie en migratieproblematiek in kaart brengen.

- Acceptatiecriteria definiëren aan de hand van

kwaliteitseigenschappen en een uitgevoerde risicoanalyse.

- Adviseren met betrekking tot de keuze voor

softwarearchitectuur of software frameworks, waarbij

kostenaspecten en kwaliteitskenmerken zoals beschikbaarheid, performance, security en schaalbaarheid een rol spelen.

- Adviseren over de inrichting van een

softwareontwikkelproces, waaronder het testproces.

- Een

softwarearchitectuur opstellen voor een softwaresysteem, bestaande uit reeds bestaande en nieuwe systemen, rekening houdend met

kwaliteitskenmerken en belanghebbenden.

- Opstellen van teststrategie voor systeemtesten.

- Bouwen en beschikbaar stellen van een

softwaresysteem dat aansluit bij bestaande systemen, volgens de ontworpen architectuur met gebruik van bestaande frameworks.

- Gebruikmaken van testautomatisering bij het uitvoeren van testen

Niveau 2 - Inrichten, beheren en gebruikmaken van een ontwikkelstraat ter ondersteuning van softwareontwikkeling in teams.

- Principes toepassen om een

softwareontwikkelproces te managen en te bewaken.

- Een requirementanalyse uitvoeren voor een softwaresysteem met verschillende belanghebbenden, rekeninghoudend met de kwaliteitseigenschappen.

- Een analyse uitvoeren om functionaliteit, ontwerp, interfaces e.d. van een bestaand systeem of bestaande component te formuleren en te valideren.

- Een acceptatietest opstellen aan de hand van

kwaliteitseigenschappen.

- Adviseren over eventuele aanschaf en vervolgens selectie van bestaande software of componenten bij het ontwikkelen van softwaresysteem, waarbij het kostenaspect een rol speelt.

- Adviseren over een onderdeel van een architectuur of een beperkt softwaresysteem.

- Adviseren over het gebruik van prototypes bij het valideren van de eisen.

- Opstellen van een ontwerp voor een softwaresysteem, rekening houdend met het gebruik van bestaande componenten en libraries;

gebruik maken van ontwerp- kwaliteitscriteria.

- Vaststellen van de kwaliteit van het ontwerp, bijvoorbeeld door toetsing of prototyping, rekening houdend met de geformuleerde kwaliteitseigenschappen.

- Testontwerpen opstellen volgens een gegeven teststrategie.

- Bouwen en beschikbaar stellen van een

softwaresysteem dat bestaat uit meerdere subsystemen, hierbij gebruik makend van bestaande componenten.

- Integreren van

softwarecomponenten in een bestaand systeem, waarbij o.a. de integriteit en systeemprestaties bewaakt worden.

Uitvoeren van regressietesten.

- Uitvoeren van en rapporteren over unit-, integratie- en systeemtesten.

Niveau 1 - Inrichten en gebruikmaken van beheersysteem ter ondersteuning van softwareontwikkeling in teamverband.

- Verzamelen en valideren van functionele eisen voor een softwaresysteem met één belanghebbende en volgens een standaardmethode.

- Acceptatiecriteria definiëren voor bovengenoemde functionele eisen.

- Aanbevelingen doen over specifieke requirements van een softwaresysteem op grond van onderzoek naar bestaande, vergelijkbare systemen.

- Een ontwerp maken voor een softwaresysteem met

modelleertechnieken volgens een standaardmethode.

- Een eenvoudig

softwaresysteem bouwen, testen en beschikbaar stellen.

(14)