• No results found

GEMEENTE ICHTEGEM RUP AKKERBEEK

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "GEMEENTE ICHTEGEM RUP AKKERBEEK"

Copied!
48
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

WVIwww.wvi.be BARON RUZETTELAAN 35

8310 BRUGGE T +32 50 36 71 71

E info@wvi.be

startnota

plan.id. RUP_35006_214_00008_00001

FEBRUARI 2021

GEMEENTE ICHTEGEM RUP AKKERBEEK

08300

(2)

datum aanpassing | fase

januari 2020 heropstart dossier - opmaak proces- en startnota september 2020 aanvullen startnota

februari 2021 publieke raadpleging algemeen directeur

Geert Sanders

coördinator

ruimtelijke planning en mobiliteit David Vandecasteele

ruimtelijk(e) planner(s) Ann Soulliaert

(3)

het college van burgemeester en schepenen verklaart dat het RUP voor eenieder ter inzage heeft gelegen van ... tot ...

de algemeen directeur, de burgemeester

zegel der gemeente

het RUP is gezien en definitief vastgesteld door de gemeenteraad in vergadering van ...

...

de algemeen directeur, de burgemeester of de voorzitter,

zegel der gemeente

het ontwerp RUP is gezien en voorlopig vastgesteld door de gemeenteraad in vergadering van ...

de algemeen directeur, de burgemeester of de voorzitter,

zegel der gemeente

(4)
(5)

INHOUD

(6)

s t a r t n o t a 1

I N L E I D I N G 3

1 beslissing tot opmaak ... 3

2 doelstelling ... 3

2.1 reden tot opmaak / doelstelling ... 3

3 in uitvoering van GRS ... 3

A F B A K E N I N G E N S I T U E R I N G P L A N G E B I E D 3 1 situering ... 3

2 afbakening... 3

F E I T E L I J K E R U I M T E L I J K E C O N T E X T 5 1 historiek... 5

2 bestaande ruimtelijke structuur ... 5

2.1 bebouwde ruimte ... 5

2.2 open ruimte ... 5

2.3 ontsluiting... 5

J U R I D I S C H K A D E R 6 2.1 gewestplan ... 7

2.2 herbevestigde agrarische gebieden ... 7

2.3 BPA’s ... 8

2.4 onroerenderfgoeddecreet ... 9

2.5 atlas der buurtwegen ...13

2.6 VHA, Vlaams hydrografische atlas ...13

2.7 vergunningen ...14

P L A N N I N G S K A D E R 14 1 op vlaams niveau...14

1.1 RSV ...14

(7)

1.2 herziening RSV ...14

1.3 visie op landbouw en natuur/afbakeningen ...15

1.4 woningbouw- en woonvernieuwingsgebied... 16

2 op provinciaal niveau ... 16

2.1 PRS... 16

2.2 herziening PRS ...17

3 op gemeentelijk niveau ...17

3.1 GRS ...17

4 Overige gerelateerde projecten en/of lopende - geplande projecten. ... 20

4.1 sociaal objectief ... 20

P L A N N I N G S O P T I E S 21 1 Alternatievenonderzoek ... 21

1.1 Resterend woongebied tussen August Vermeylenstraat en Akkerbeekstraat ... 21

1.2 restgebied tussen de Ferdinand Depuydtlaan en de Stationsstraat. ... 23

1.3 Kasteel + kasteelpark ‘t Hooghuis ... 23

1.4 bebouwing langs de Spoorwegstraat ... 24

E F F E C T E N O N D E R Z O E K 2 5 1 RVR-toets ... 25

2 Milieu-effecten ... 25

M O G E L I J K E I N S T R U M E N T E N E N F L A N K E R E N D E M A AT R E G E L E N 3 9 1 Inrichtingsplan ... 39

(8)
(9)

TOELICHTINGSNOTA STARTNOTA

(10)
(11)

INLEIDING INLEIDING

1 beslissing tot opmaak

Het CBS besliste op 10/01/2013 om WVI aan te stel- len als ontwerper voor de opmaak van het ruimtelijk uitvoeringsplan (RUP) Akkerbeek .

2 doelstelling

2.1 reden tot opmaak / doelstelling

De aanleiding tot de opmaak van RUP Akkerbeek is de gedeeltelijke herziening van het bestaande BPA Akkerbeek (ggk 10/07/1991) en latere gedeeltelijke herzieningen van 24/05/2002, 01/07/2007 (deelplan B) en 17/08/2005 (deelplan A) in kader van hedendaagse inzichten en opvattingen. Hierbij dient gestreefd te worden naar compactere bebouwingstypologieën en meer groenaanleg. De gemeente wenst o.a. een be- ter afstemming van de voorschriften te realiseren op de mogelijkheid tot meer meergezinswoningen, meer bepaald voor de strook langs de Stationstraat en de Spoorwegstraat.

3 in uitvoering van GRS

Om tegemoet te komen aan de hedendaagse behoef- ten wordt in het GRS aangegeven te streven naar alternatieve woningtypologieën en compact ruimte- gebruik. In de kernen moet dan ook gezocht worden naar mogelijkheden voor inbreiding binnen het be- staande bebouwingsweefsel (horizontale verdichting, selectief toegelaten verticale verdichting, invullen van

onbebouwde percelen en binnengebieden, streven naar hogere bebouwingsdichtheden, ...), renovatie en vernieuwbouw. Bij het vervangen van bestaande wo- ningen of gebouwen door meergezinswoningen dient de nodige aandacht besteed te worden aan de (ruim- telijke) draagkracht van de omgeving (RD p. 23).

.

Voor de kern Eernegem is binnen het luik van de ge- wenste ruimtelijke ontwikkeling aangegeven dat de verdichtingsmogelijkheden binnen de diverse woon- wijken, onderzocht moeten worden.

Vervangingsbouw en renovatie kunnen de woning- kwaliteit verhogen in de oudere buurten en langs de invalswegen. Extra aandacht moet uitgaan naar een betere verbinding van de woonwijken met het centrum en de kwaliteit van de openbare ruimte. De bestaande recreatieve speelpleinen moeten behouden blijven en plaatselijk verbeterd worden.

AFBAKENING EN SITUERING AFBAKENING EN SITUERING PLANGEBIED

PLANGEBIED

1 situering

Het plangebied betreft het westelijk deel van het BPA

‘Akkerbeek’, tussen de Kerkhofstraat - W. Elsschots- traat en de Stationsstraat - de Spoorwegstraat.

Het betreft een nog deels onbebouwd gebied voor sociale huisvesting, een parkgebied (gewestplanbe- stemming) met kasteel ‘t Hooghuis en de linten van gesloten bebouwing van de Stationsstraat en Spoor- wegstraat met achterliggende verkavelingen.

Het plangebied beslaat een oppervlakte van ca: 29ha 12a 72ca.

2 afbakening

Het gebied wordt begrensd door:

in het noorden: landbouwgebied - August Vermeylenstraat - W. Elsschotstraat en de woon- gebied volgens BPA ten noorden.

in het oosten: de Kerkhofstraat en het centrum van Eernegem

in het zuiden: Stationstraat en achterliggend woongebied. In de zuidwestelijke hoek, paalt het bedrijfsterrein Fabrieksweg aan de Stationstraat.

in het westen: Spoorwegstraat met parking, Groene 62 en de Stationsput

(12)
(13)

FEITELIJKE RUIMTELIJKE CONTEXT FEITELIJKE RUIMTELIJKE CONTEXT

1 historiek

Het plangebied is grotendeels bestemd d.m.v. het BPA Akkerbeek. Het BPA werd in 2002 gedeeltelijk herzien i.f.v. een invulling voor private en sociale woningbouw- projecten en de voorschriften werden aangepast aan de toenmalige opvattingen. De gedeeltelijke herzienin- gen uit 2004 en 2005 betreffen kleinschalige wijzigin- gen.

2 bestaande ruimtelijke structuur

2.1 bebouwde ruimte

De Stationstraat wordt gekenmerkt door een gesloten bebouwing meteen mix aan functies waaronder naast woonfunctie ook handel en diensten. In hoofdzaak be- staat deze bebouwing uit 2 bouwlagen en een hellend dak.

De hoek met de Spoorwegstraat zijn recentelijk nieuw- bouw serviceflats met ondersteunende diensten.

De Spoorwegstraat zelf wordt eveneens gekenmerkt door een oudere bebouwing van 2 bouwlagen en een hellen dak. De functie hier is in hoofdzaak wonen.

Tussen de Akkerbeekstraat en de Kerkhofstraat bevin- den zich recentere verkavelingen met, in hoofdzaak, open of gekoppelde bebouwing. Op vandaag zijn ze begrenst door de G. Debreuckstraat voor de verkave- lingen achter de Stationstraat en de W. Elsschotstraat - August Vermeylenstraat voor de verkavelingen langs de noordelijke zijde van het plangebied.

Achterliggend aan de Stationstraat - Spoorwegstraat staat in het parkgebied het kasteel ‘t Hooghuis. Dit is opgenomen op de inventaris bouwkundig erfgoed sa- men met nog enkele woningen langs de Stationstraat.

2.2 open ruimte

Achterliggend aan de Spoorwegstraat - Stationstraat ligt het kasteelpark van Kasteel ‘t Hooghuis.

Het gebied is gevrijwaard en juridisch verankerd in het geldende BPA.

Langs de oostelijke rand van het parkgebied loopt de Akkerbeek.

Ten noorden van de G. Debreuckstraat, tussen de Ak- kerbeek en de W. Elsschotstraat is nog een deel niet bebouwd en in gebruik als landbouwgrond.

2.3 ontsluiting

Het gebied wordt in hoofdzaak ontsloten door de Stati- onstraat. De Stationstraat ontsluit de Spoorwegstraat, de Akkerbeekstraat en de Kerkhofstraat.

Andere straten binnen het plangebied sluiten intern aan op de Kerkhofstraat of Akkerbeekstraat.

(14)

JURIDISCH

JURIDISCH KADER KADER

De verschillende juridische plannen worden hieronder weergegeven. Indien het plangebied in de nabijheid van of in het vermelde plan gelegen is, wordt dit aangeduid () in de tweede kolom, een verduidelijking kan vermeld worden in de derde kolom.

type plan referentie

gewestplan 

herbevestigde agrarische gebieden 

RUP niet van toepassing

BPA 

RAMSAR niet van toepassing

natura 2000 niet van toepassing

vogelrichtlijngebied habitatrichtlijngebied

VEN- gebied, IVON-gebied niet van toepassing

historisch permanente graslanden niet van toepassing

duinendecreetgebied niet van toepassing

onroerenderfgoeddecreet

vastgestelde inventarissen 

beschermingen niet van toepassing

onroerenderfgoedrichtplannen en erfgoedlandschappen niet van toepassing

archeologie 

waterwingebied niet van toepassing

atlas der buurtwegen 

rooilijnplan niet van toepassing

VHA, Vlaams hydrografische atlas 

voorkooprecht niet van toepassing

signaalgebieden niet van toepassing

(15)

2.1 gewestplan

Volgende delen van het gewestplan “Diksmuide - Tor- hout” (goedgekeurd bij K.B. van 05/02/1979 en latere wijzigingen) liggen binnen de afbakeningslijn van dit gemeentelijk RUP:

woongebied

parkgebied

agrarisch gebied

2.2 herbevestigde agrarische gebieden

In het operationeel uitvoeringsprogramma bij de ruim- telijke visie inzake landbouw, natuur en bos voor Regio Veldgebied Brugge - Meetjesland, meer bepaald het Samenhangend landbouwgebied Westelijk Houtland (Ichtegem-Eernegem-Koekelare-Kortemark-Torhout), ggk. door de Vlaamse Regering op 20 juli 2006; werd cf. het B.Vl.R. d.d. 3-06-2005 beslist tot ‘herbevesti- ging van agrarisch gebied’ van (delen) agrarisch ge- bied binnen het plangebied, doch ook van delen met andere gewestplanbestemmingen.

Gezien het plangebied binnen een geldend BPA valt en bovendien een gewestplanbestemming heeft als woongebied en parkgebied, is het uitgesloten uit het HAG.

(16)

2.3 BPA’s

Binnen het plangebied gelden op vandaag

BPA Akkerbeek (ggk 10/07/1991) en latere gedeel- telijke herzieningen van dit BPA die van toepassing zijn voor onderhavig studiegebied :24/05/2002 en 17/08/2005 (deelplan A en C)

vereenvoudigde legende

BPA Akkerbeek, ggk 10/07/1991

gedeeltelijke herziening BPA Akkerbeek, ggk 24/05/2002

WESTKERKESTRAAT

SINT - SEBASTIAANSTRAAT

EMIEL COOLSLAAN

STATIONSTRAAT Stijn Streuvelstraat Ernest Claesstraat August Vermeylenstraat

Ernest Claesstraat August Verm

eylenstraat

Louis Paul Boonstraat Louis Paul Boonstraat

Louis Paul Boonstraat Ernest Claesstraat

Tulpenlaan Rozenlaan

Julien Boedtslaan

Hoogweg

Spoorwegstraat

Kerkhofstraat

Boudewijn Depuydtlaan

Kerkhofstraat Louis Paul Boonstraat Louis Paul Boonstraat

Willem Elsschotstraat Willem Elsschotstraat

August Verm eylenstraat

Akkerbeek

August Vermeylenstraat

Ganzestraat

WESTKERKESTRAAT

SINT - SEBASTIAANSTRAAT

EMIEL COOLSLAAN

STATIONSTRAAT Vandervannetstraat

Depuydtlaan PROVINCIE WEST-VLAANDEREN

BPA nr 5: AKKERBEEK (deelgemeente EERNEGEM) GEMEENTE ICHTEGEM

DE ONTWERPER

voor ruimtelijke ordening technisch advies en bijstand intercommunale voor westvlaamse

fax. : 050 / 35 68 49 tel. : 050 / 36 71 71 8310 Assebroek Baron Ruzettelaan 35

DE DIRECTEUR

ALGEMEEN AFDELINGSHOOFD DE URBANIST

J. Dhoest M. Geldof J. Michielssens

WIJZIGINGEN DATUM

SCHAAL : 1/1000 J. Vrielynck Getekend : Datum :

zegel der gemeente

De Secretaris, De Burgemeester, op bevel, van ...

gezien en definitief aangenomen door de gemeenteraad in vergadering

zegel der gemeente De Secretaris, De Burgemeester, op bevel, van ...

gezien en voorlopig aangenomen door de gemeenteraad in vergadering

zegel der gemeente

LIGGINGSPLAN Vigerend BPA N

het college van burgemeester en schepenen verklaart dat onderhavig B.P.A. voor eenieder ter inzage heeft gelegen van ... tot ...

namens het college op bevel,

De Secretaris, De Burgemeester,

GEDEELTELIJKE HERZIENING

Gewijzigd deel Schaal : 1/10.000 Machtiging tot herziening verleend bij MB 25-03-97

Wijziging van het KB van 21-12-73 en 10 - 07 - 91 Dirk VAN MECHELEN De Vlaamse minister van Economie, Ruimtelijke Ordening en Media Brussel, 24-05-2002 Nr. D3076/11b Mij bekend om gevoegd te worden bij het besluit van heden EN MONUMENTEN EN LANDSCHAPPEN (AROHM) ADMINISTRATIE VOOR RUIMTELIJKE ORDENING, HUISVESTING

rooilijn zonegrens uiterste grens hoofdgebouw uiterste bouwlijn op rooilijn

Blad 2 : Bestemmingsplan

grens van het vigerend BPA

perceelgrens bebouwing met privaat karakter bebouwing met openbare bestemming LEGENDE

december 97

STEDEBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN zone 1 centrumgebied zone 2 residentieel woongebied zone 3 zone voor garages zone 4 zone voor gemeenschapsvoorzieningen zone 5 bouwvrije zone zone 6 openbaar groen zone 7 wegenis type hoofdweg zone 8 wegenis met lokaal karakter zone 9 zone voor open waterloop zone 10 bufferzone

zone 1 zone 3

zone 5 zone 8 zone 8 zone 8

zone 2

zone 2

zone 2 zone 2

zone 2

zone 2

zone 2 zone 2

zone 2

zone 2 zone 2

zone 2

zone 2 zone 2

zone 8

zone 8 zone 7

zone 7

zone 5 zone 6

zone 5

zone 10

zone 4 zone 6

zone 2 zone 6

zone 2 zone 2 grens van het gewijzigd deel

Ingevolge bespreking CBS 12-03-98 30-03-98

zone 5zone 5 zone 5zone 3

zone 6

zone 9 zone 6

zone 6

zone 6

zone 1

zone 1 van aanduiding)

( wegenis bij wijze van aanduiding) ( groen bij wijze

zone 2 ONTWERP

sept 98

van aanduiding) (plein bij wijze

Inleidende vergadering d.d. 18 mei 1998 Regionale commissie van advies (R.C.A.) d.d. 6-11-98: Gunstig advies nov. 98 Aangepast ingevolge openbaar onderzoek van 06-01-1999 tot 05-02-1999 april 2000 Regionale commissie van advies (R.C.A.) d.d. 5-05-2000. Gunstig advies voorontwerpplan mei 2000

wonen

wonen

wonen wonen+berging gemeenschapsvoorz.

school cult. centrum ambacht

land- en tuinbouw

tuin koer openbaar groen wegenis

begraafplaats parkeerplaats verkeersdrempel dienstweg

(17)

gedeeltelijke herziening deelplan A, ggk 17/08/2005

gedeeltelijke herziening deelplan C: ggk 17/08/2005

2.4 onroerenderfgoeddecreet

De gemeente Ichtegem is niet erkend als onroerend erfgoedgemeente.

De gemeente Ichtegem behoort tot de erkende inter- gemeentelijke onroerenderfgoeddienst (IOED) Polder- rand.

2.4.1 vastgestelde inventarissen

J de inventaris van het bouwkundig erfgoed Volgende gebouwen binnen het plangebied werden opgenomen binnen de inventaris van het bouwkundig erfgoed: (gegevens en foto’s www.inventaris.onroe- renderfgoed.be, tenzij anders vermeld)

Kasteel ‘t Hooghuis (ID: 211155)

In 1100 als een afhankelijkheid van de abdij van Oudenburg opgericht op een hoogte, vandaar de naam hooghuis. Het gebouw werd in 1634 heropgebouwd. In de 18de eeuw werd het huis als boerderij verkocht aan Filippus Cornillie. Volgens het kadaster werd het huis andermaal herbouwd circa 1935.

Het heropgebouwde volume wordt gedateerd door middel van jaarankers 1643. Breedhuis met enkelhuisopstand van vijf traveeën en twee bouwlagen onder een pannen zadeldak.

Verankerde baksteenbouw opengewerkt met rechthoekige muuropeningen gevat in een korfboognis met afgeschuinde dagkanten.

bron foto: provincie West-Vlaanderen, archief

1 2

3

Statieb eekstraat

Spoorw

egstraat Stationsstraat

N ieuws traa

t

Fe r.D

epu ydtlaan

OudeSpoorwegbedding "Groen

e 62"

Stationsstraat OudeSpoorw

egbedding "G roene62"

Provincie West-Vlaanderen GEMEENTE ICHTEGEM Deelgemeente Eernegem

De ontwerper

Algemeen directeur Afdelingshoofd Ruimtelijk planner

Tekenaar Wijzigingen

Schaal:1/1000 Aantal:1

Caroline Verhaeghe Opgemaakt op 22/10/2004

Geert Sanders Mark Geldof Erwin Mares

Blad 2: Bestemmingsplan VOORONTWERP

gezien en definitief aangenomen door de gemeenteraad in vergadering van...

op bevel,

zegel der gemeente

De Secretaris, De Burgemeester

1:10.000

N

BPA nr. 5 "AKKERBEEK"

Gedeeltelijke herziening - DEELPLAN A

Legende

privaat karakter openbaar karakter overkapping ondergrondse constructie Zone 1 : Centrumgebied Zone 2 : Residentieel woongebied Zone 3 : Private toegangsweg rooilijn BPA grens verplichte bouwgrens uiterste bouwgrens

gezien en voorlopig aangenomen door de gemeenteraad in vergadering van...

op bevel,

zegel der gemeente

De Secretaris, De Burgemeester

het college van burgemeester en schepenen verklaart dat onderhavig BPA voor eenieder ter inzage heeft gelegen van ...tot...

namens het college, op bevel,

zegel der gemeente

De Secretaris, De Burgemeester

West-Vlaamse Intercommunale - dienstverlenende vereniging Baron Ruzettelaan 35 8310 Assebroek tel. (050) 36 71 71 fax (050) 35 68 49

Liggingsplannen

1. Ligging op topgrafische kaart (bron: NGI)

2. Ligging volgens gewestplan (rasterversie 2002 - bron: OC GIS-Vlaanderen) 1:25.000

Goedgekeurd bij M.B. 10/07/1991 & M.B. 24/05/2002 Besluit Gemeenteraad tot gedeeltelijke herziening - fase 2 dd. 01/07/2004 Deelplan A : Hoek Stationsstraat - Spoorwegstraat

Gewijzigd ahv bemerkingen adviesvraag en 'plenaire' (dd.18/02/2005)maart 2005 ADMINISTRATIE RUIMTELIJKE ORDENING, HUISVESTING EN MONUMENTEN EN LANDSCHAPPEN (AROHM) NR. RP990/35006/011.2 Brussel, 17 augustus 2005

De Vlaamse minister van Financiën en Begroting en Ruimtelijke Ordening Dirk VAN MECHELEN

Voor eensluidend afschrift Karolien Steppe medewerker

onroerend erfgoed

(18)

Spitsboogvormige deur met afgeschuinde dagkanten. De zijpuntgevel is voorzien van rechthoekige vensteropeningen met afgeschuinde dagkanten, op de verhoogde begane grond gevat in een korfboognis, op de eerste verdieping gekoppelde rondboogjes en in de top een rechthoekig venster in korfboognis (beschrijving gemaakt op basis van de bouwplannen).

onderstaande is de toegangsweg met poort.

Dorpswoningen, Stationstraat 166 (ID: 211166)

Samenstel bestaande uit twee lage woningen gebouwd volgens spiegelbeeldschema. Gelegen langs de toegangsdreef tot het kasteel zoge- naamd “’t Hooghuis” (zie Stationsstraat nr. 164).

Volgens het kadaster gebouwd in 1910-1911.

Verankerde gele bakstenen lijstgevels in combina- tie met rode baksteen voor de strekken. De gevel is opengewerkt met getoogde muuropeningen voorzien van nieuw schrijnwerk.

Electisch hoekhuis, Stationstraat 162 (ID:

33185)

Hoekpand bij een private dreef doorlopend naar het zogenaamd “Hooghuis” (zie Stationsstraat nr.

164). Eclectisch pand gedateerd door middel van een jaarsteen “1900”.

Beschilderde baksteenbouw in combinatie met arduin voor onder meer de plint. Typerende geveltop, dakvenster, dakkapel en erkeruitbouw op de hoek. De gevel wordt horizontaal belijnd door de donkere plint, de onderling verbonden onderdorpels, tussendorpels en bovendorpels en de kroonlijst op klossen. Verticale gevelbelijning door middel van risalietwerking. De gevels zijn op

de begane grond voorzien van rondboogvormige muuropeningen, op de verdieping rechthoekige muuropeningen onder getoogde strek.

Beschilderd boogveld. Vernieuwd schrijnwerk naar oud model.

Burgerhuis, Stationstraat 150 (ID: 72532)

Breedhuis van vijf/zes traveeën en twee bouwla- gen onder een pannen zadeldak. Volgens het kadaster gebouwd in 1875 in opdracht van Karel Robert – Goetinck, herbergier uit Eernegem.

Bepleisterde en beschilderde baksteenbouw boven een zwarte plint. De gevel wordt horizon- taal belijnd door middel van de donkere plint, de doorgetrokken onderdorpels op de begane grond, de imitatievoegen, en op de verdieping de onderling verbonden onderdorpels. Op de begane grond opengewerkt met rechthoekige aangepaste vensteropeningen en segmentboogvormige deur- en vensteropeningen in een geprofileerde omlijsting voorzien van een diamantkop.

Segmentboogvormige bovenvensters in geprofi- leerde omlijsting met uitgewerkte sluitsteen.

(19)

Burgerhuis, Stationstraat 144 (ID: 211150)

Breedhuis met dubbelhuisopstand van drie/vijf traveeën en twee bouwlagen onder een pannen zadeldak. Volgens het kadaster gebouwd in 1883.

Gele verankerde bakstenen lijstgevel. Gepekte plint. Bepleisterde en beschilderde fries onder de goot. De gevel is opengewerkt met rechthoekige muuropeningen met behouden schrijnwerk. Deels verbouwde begane grond.

Stadswoning, Stationstraat 142 (ID: 211149)

Breedhuis met dubbelhuisoptand van vier traveeën en twee bouwlagen onder een pannen zadeldak. Volgens het kadaster gebouwd in 1876.

Verankerde witbeschilderde lijstgevel boven een zwarte plint. Behouden kroonlijst op klossen.

Opengewerkt met rechthoekige muuropeningen, oorspronkelijk voorzien van luiken, zie de aanwe- zige duimen. Op de verdieping doorgetrokken onderdorpels.

Groepsbebouwing, Stationstraat 110-114 (ID:

211145)

Eenheidsbebouwing bestaande uit vier woningen gebouwd volgens een spiegelbeeldschema.

Ingeplant op een hoekperceel bij Ferdinand Depuydtlaan. Volgens het kadaster gebouwd in 1897.

Verankerde rode baksteenbouw in combinatie met gele baksteen voor de strekken. Bij nr. 110 behouden schrijnwerk op de verdieping. Nr. 114, oorspronkelijk voorzien van een poort links.

Maalderij, Stationstraat 82 (ID: 211144)

afbeelding streetview

Dubbelhuis met bijhorende maalderij. Breedhuis van vijf traveeën en twee bouwlagen onder een pannen zadeldak. De site is reeds bebouwd bij de aanvang van het kadaster. In 1931 wordt het woonhuis vernieuwd samen met de bouw van het naastgelegen poortgebouw en de achterliggende maalderij.

Roodbakstenen gevelparement in combinatie met arduin voor de plint. De gevel is opengewerkt met rechthoekige muuropeningen voorzien van witbeschilderde betonnen lateien.

Links deel van de voormalige maalderijgebouwen.

Breedhuis van twee/drie traveeën en twee bouwlagen onder een zadeldak bedekt met golfplaten. Gecementeerde lijstgevel met schijn- voegen. Opengewerkt met rechthoekige muurope- ningen, op de begane grond voorzien van schuifpoorten. Bovenvensters met behouden schrijnwerk.

(20)

Interbellumwoning, Stationstraat 72 (ID: 211160)

Interbellumwoning van twee traveeën en twee bouwlagen + poorttravee. Typerend materiaalge- bruik en deels behouden schrijnwerk. Oranje bakstenen gevelparement en voegwerk. De gevel wordt horizontaal belijnd door een lage arduinen plint en betonnen witbeschilderde bovendorpels.

Smalle inkomtravee, bovenaan afgewerkt met een kroonlijst op typerende modillons. Deur met afgeronde dagkanten bezet met tegels.

Achthoekig bovenlicht voorzien van glas-in-lood met geometrische motieven. Brede, hoger opgetrokken linkertravee met smeedijzeren bekroning, op de verdieping met massieve driezijdige erkeruitbouw met benadrukte penan- ten. Poorttravee van één bouwlaag bovenaan afgewerkt met een kroonlijst op modillons.

Dokterswoning, Stationstraat 44 (ID: 211157) Dokterswoning ingeplant op een hoekperceel bij de Kerkhofstraat. Volume op onregelmatige plattegrond van twee bouwlagen. De voortuin is afgesloten met een geometrisch hekwerk op een laag bakstenen muurtje. Vermoedelijk daterend uit

de jaren 1930-1940 naar ontwerp van architect Alfons Vangheluwe (Eernegem).

Oranjerode baksteenbouw in combinatie met groene geglazuurde baksteen voor de plint. De gevel wordt horizontaal belijnd door witbeschil- derde betonnen boven- en onderdorpels en penanten. Massieve erkeruitbouw op de verdie- ping. Links een hogere linkertravee, bovenaan voorzien van een terras afgesloten met een smeedijzeren hekwerk. De gevel is opengewerkt met rechthoekige muuropeningen. Behouden schrijnwerk. Sierlijke deur. Deels beglaasd en deels voorzien van sierlijk smeedwerk.

J Landschapsatlas

Binnen het plangebied zijn geen elementen opgeno- men in de landschapsatlas maar onderhavig gebied grenst ten zuiden wel aan de Groene 62 (voormalige spoorwegbedding). De Groene 62 is aangegeven als lijnrelict.

2.4.2 archeologie

De Centrale Archeologische Inventaris (CAI) is een databank die archeologische vindplaatsen in het Vlaams Gewest in kaart brengt en de beschikbare in- formatie bundelt. Deze inventaris is op vandaag nog niet vastgesteld.

Volgende vindplaatsen - gelegen in het plangebied - werden opgenomen in de Centrale Archeologische Inventaris:

Locatie 224516 (paarse omranding)

Er is een sleuvenonderzoek gebeurd waarbij enkele grachten zijn teruggevonden met enkele losse vondsten.

Geen verder archeologie te verwachten

G. Debreuckstraat: CAI Locatie 224317 sporen van vroegere percelering

bron: geoportaal onroerend erfgoed

(21)

2.5 atlas der buurtwegen

Het decreet gemeentewegen heeft de wet van 1841 gewijzigd waarbij de bevoegdheid over de buurtwegen bij de gemeente is gelegd.

Ichtegem heeft op vandaag nog geen beleidsplan ge- meentewegen. Op vandaag wordt uitgegaan van be- houd van de op vandaag nog bestaande verbindingen.

De Stationstraat is op de atlas van de buurtwegen reeds aangeduid als chemin nr. 3. Het traject is nog volledig herkenbaar.

Doorheen het plangebied liep een voetweg van west naar oost : sentier 21 en 27: vanaf de Statiebeek tot en met de G. Debreuckstraat en samen met de toegangs- weg tot het kasteelpark.

Tussen de Statiebeek(straat) en de G. Debreuckstraat + de toegangsweg tot het kasteelpark is de voetweg gewijzigd.

Op 28/08/1925 is de voetweg tussen de Statiebeek en de toegang tot het kasteel + de toegangsweg van het kasteel ‘t Hooghuis afgeschaft. De verbinding toegang kasteel - Akkerbeek is afgeschaft met behoud van ver- binding.

In hetzelfde besluit is ook een nieuwe weg goedge- keurd ter vervanging van de afgeschafte verbindingen.

De nieuwe weg loopt via de Akkerbeek en vormt de Akkerbeekstraat.

2.6 VHA, Vlaams hydrografische atlas

De Vlaamse Hydrografische Atlas bevat de beheerder en de categorie van de waterlopen.

Volgens artikel 17 van de wet op de ‘Onbevaarbare Waterlopen’, daterend van 28-12-1967, gewijzigd bij decreet d.d. 28-04-2014, zijn de aangelanden, gebrui- kers en eigenaars van kunstwerken, verplicht door- gang te verlenen, de nodige materialen, gereedschap en werktuigen voor de uitvoering van werken te laten plaatsen, en ook producten die voortkomen van de ruimingswerken binnen een 5-meterstrook vanaf de oever te aanvaarden.

beschermd waterwingbied

atlas der buurt- wegen

VHA, Vlaams h y d r o g r a f i s c h e

(22)

De Akkerbeek loopt doorheen het plangebied. De Ak- kerbeek is binnen het plangebied een niet geklasseer- de onbevaarbare waterloop tussen de Stationstraat en de G. Debreuckstraat. Ten noorden van de G. De- breuckstraat is de Akkerbeek een onbevaarbare wa- terloop van tweede categorie.

2.7 vergunningen

Binnen het plangebied zijn diverse verkavelingen van kracht: (zie ook plan bestaande toestand)

V/064/1 dd. 03/02/1967

V/065/1 dd. 06/07/1963

V/065/2 dd. 06/12/1965

V/066/1 dd. 18/05/1989

V/067/1 dd. 28/06/2005

V/099/1 dd. 23/02/1999

V/422/1 dd. 16/10/1995, deel vervallen dd.

17/10/2000 (reden verval: 5 jaar na vergunning géén lastenbepalingsbeslissing voor fase 2)

V/422/2 dd. 16/04/1996

V/422/3 dd. 20/06/2000, deels vervallen dd.

17/10/2000 (reden verval: 5 jaar na vergunning géén lastenbepalingsbeslissing voor fase 2)

V/422/4 dd. 26/08/2003, schorsing dd.

12/09/2003, intrekking dd. 23/09/2003

V/423/1 dd. 10/02/2004, schorsing dd. 18/02/2004

V/423/3 dd. 18/10/2007

OMV_2018042386 dd. 03/07/2018

OMV_2018033977 dd. 17/07/2018

OMV_2018058105 dd. 25/09/2018

OMV_2020025369 (V/504/1), in vergunningsprocedure.

PLANNINGSKADER PLANNINGSKADER

In de ruimtelijke structuurplannen op de verschillende beleidsniveaus (Vlaams, provinciaal en gemeentelijk) worden uitspraken gedaan die een richtinggevend of bindend kader vormen voor onderhavig ruimtelijk uit- voeringsplan. In dit hoofdstuk wordt hierop ingegaan.

1 op vlaams niveau

1.1 RSV

Het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen vormt een kader voor de provinciale en gemeentelijke structuur- plannen. Elementen uit het richtinggevend gedeelte en bindende bepalingen werken door op het provinci- ale en gemeentelijke niveau.

Ichtegem is in het RSV integraal gerekend tot het bui- tengebied.

Het buitengebied wordt gezien als één van de vier structuurbepalende elementen voor de gewenste ruimtelijke structuur van Vlaanderen.

Het RSV formuleert de volgende doelstellingen voor het buitengebiedbeleid:

het buitengebied vrijwaren voor essentiële functies;

tegengaan van versnippering;

bundelen van wonen en werken in de kernen;

inbedden van landbouw, natuur en bos in goed gestructureerde gehelen;

bereiken van een gebiedsgerichte ruimtelijke kwaliteit;

afstemmen van het ruimtelijk beleid en het milieu- beleid op basis van het fysisch systeem;

bufferen van de natuurfunctie in het buitengebied.

Als een specifiek ontwikkelingsperspectief voor de ne- derzettingsstructuren in het buitengebied stelt het RSV dat wonen en werken in de kernen van het buitenge- bied dienen geconcentreerd te worden. Kernen in het buitengebied zijn de plaatsen waar wonen, werken en verzorgende activiteiten zullen worden gebundeld.

Het ruimtelijk aanbodbeleid zoals vooropgesteld in het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen gaat ervan uit dat elk bijkomend gezin recht heeft op een bijkomende woongelegenheid.

Inzake de ruimtelijke verdeling van die geraamde be- hoefte aan bijkomende woongelegenheden stelt het RSV dat slechts een maximum aantal woongelegen- heden in de kernen van gemeenten die volledig tot het buitengebied behoren, mogen worden gerealiseerd, waarbij per provincie een procentuele verdeling wordt aangehouden.

Het is de taak van de provincie in het provinciaal ruim- telijk structuurplan in bindende bepalingen de hoofd- dorpen en de woonkernen te selecteren.

1.2 herziening RSV

Op 17 december 2010 is een addendum bij het RSV definitief vastgesteld bij besluit van de Vlaamse Re- gering.

Het principe van gedeconcentreerde bundeling wordt aangehouden bij de herziening van het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen. Dit principe is vertaald in de trendbreuk-doelstelling, m.n. dat ten minste de be- staande verhouding in de woningvoorraad tussen de stedelijke gebieden en het buitengebied voor de bijko- mende woongelegenheden wordt behouden.

(23)

1.3 visie op landbouw en natuur/afbakeningen Het RSV wenst het buitengebied te vrijwaren voor de essentiële functies landbouw, natuur en bos.

In uitvoering van het Ruimtelijk Structuurplan Vlaan- deren heeft de Vlaamse administratie, in overleg met gemeenten, provincies en belangengroepen, een ruimtelijke visie opgesteld voor de regio Veldgebied Brugge-Meetjesland. Hierin geeft de overheid aan hoe zij de open ruimte in deze regio de komende jaren ruimtelijk wil zien ontwikkelen en welke acties onder- nomen kunnen worden om dit te realiseren. Op 20 juli 2006 werd het afbakeningsvoorstel voor het Veldge- bied Brugge-Meetjesland goedgekeurd.

Eernegem behoort binnen het Veldgebied Brugge- Meetjesland tot het landbouwgebied Ichtegem zuid - Aartrijke zuid, een samenhangend landbouwgebied met grondgebonden landbouw als drager van de open ruimte In de omgeving van het plangebied van onder- havig RUP is de gewenste ruimtelijke structuur de vol- gende:

de hoofdfunctie van deze gebieden is landbouw;

in deze aaneengesloten landbouwgebieden wordt grondgebonden landbouw als ruimtelijke drager erkend en gevrijwaard;

een verdere aantasting en versnippering van deze gebieden door verspreide bebouwing en lintbe- bouwing wordt vermeden;

niet-grondgebonden landbouwactiviteiten, zoals glastuinbouw en intensieve veeteelt enkel op daartoe geschikte locaties;

behoud en versterken van het netwerk van kleine bos- en landschapselementen.

Het gebied valt binnen Herbevestigd agrarisch gebied.

Echter door de gewestplanbestemming en het BPA kan onderhavig plan uitgesloten worden van HAG.

(24)

1.4 woningbouw- en woonvernieuwingsgebied Het plangebied is deels gelegen in woningbouwge- bied, meer bepaald een strook van ca. 100 a 150m langs de Stationstraat en de Kerkhofstraat.

Het gedeelte langs de Stationstraat ligt ook in woon- vernieuwingsgebied. Beide gebieden overlappen el- kaar.

Binnen bepaalde woningbouwgebieden en woon- vernieuwingsgebieden worden bijzondere gebieden erkend waarbinnen het recht op voorkoop geldt. Het recht van voorkoop heeft tot doel de begunstigden er- van in staat te stellen bepaalde woningen en percelen, bestemd voor woningbouw te verwerven om die ver- volgens aan te wenden om sociale huur- of koopwo- ningen of sociale kavels te realiseren.

2 op provinciaal niveau

2.1 PRS

Het Provinciaal Ruimtelijk Structuurplan (PRS) West- Vlaanderen is goedgekeurd bij Ministerieel Besluit van 6-03-2002. Naast het RSV vormt het PRS een refe- rentiekader voor het ruimtelijk beleid in de gemeente.

De visie van de provincie gaat uit van de ruimtelijke verscheidenheid van de verschillende regio’s van West-Vlaanderen die reeds van oudsher een sterke eigenheid hebben. De provincie kiest om deze ruim- telijke verscheidenheid te behouden en te versterken.

Daarom worden voor structuurbepalende componen- ten op provinciaal niveau ontwikkelingsperspectieven toegekend die verschillend zijn naargelang het gebied waarin de elementen gelegen zijn. De volgende selec- ties zijn van toepassing op het plangebied:

Eernegem behoort naar gewenste ruimtelijke nederzettingsstructuur tot het ‘bundelingsge- bied van kernen gelegen op een lijnpatroon’. De toepassing van een strikte gedeconcentreerde bundeling moet dit gebied ruimtelijk structureren en de verdere ontwikkeling van wonen, werken en voorzieningen bundelen naar een gelijkmatig ver- spreid aantal kernen gelegen tussen de stedelijke gebieden.

Eernegem is geselecteerd als structuuronder- steunend hoofddorp. Structuurondersteunende hoofddorpen zijn structuurondersteunend voor wonen en werken in het buitengebied en heb- ben een bovenlokale verzorgende rol. Ze kunnen voorzien in bijkomende woongelegenheden en in verwevenheid met het wonen hebben ze de mogelijkheid voor een lokaal bedrijventerrein van

5 ha met de mogelijkheid tot uitbreiding tijdens de planperiode.

In de omgeving van Eernegem is de verlaten spoor- wegbedding Oostende-Torhout (Groene 62) gese- lecteerd als droge ecologische infrastructuur, de Moerdijkvaart-Moerdijkbeek en de Bourgognevaart als natte ecologische infrastructuur.

Wat betreft de gewenste ruimtelijke structuur ver- keer en vervoer, selecteert de provincie de se- cundaire wegen om door middel van deze cate- gorisering tot een optimalisatie te komen van het wegennet in West-Vlaanderen. Er wordt gekozen voor een verdere subcategorisering van de secun- daire wegen in drie types (I, II en III). De provin- cie selecteert de N33 (vanaf A18 oprit 5 te Gistel tot de R34 in Torhout) als secundaire weg type I.

Dit betekent dat deze weg in de eerste plaats een verbindingsfunctie vervult op (boven)lokaal ni- veau met een aanvullende functie van verzamelen en toegang geven. De N368 (vanaf het kruispunt Nieuwstraat te Oudenburg tot aan de E403) en de N368c (van de N33 tot aan de N368 in Eernegem) worden geselecteerd als secundaire wegen type II.

De hoofdfunctie van deze wegen is verzamelen op bovenlokaal en lokaal niveau.

De kern Eergenem is gelegen binnen het traditio- nele landschap ‘Houtland’.

Eernegem is gesitueerd in de ‘Veldruimte’ van West-Vlaanderen. Op het Vlaamse niveau vormt de ‘Veldruimte’ een open ruimteverbinding tussen twee grote aaneengesloten gebieden van het buitengebied (RSV). De rol van deze ruimte is in sterke mate bepaald door het vrij gave cultuurhis- torisch landschap van ‘veldgebieden’ met bossen en dreven in een fijnmazig ‘dambordpatroon’.

kaarten woningbouw- en woonvernieuwingsgebied

in dit geval ook vermelden onder ‘juridisch kader>recht van voorkoop

(25)

De gemeente behoort tot De ‘Brugse streek’ die in het PRS W.-Vl. geselecteerd is als landelijk toeristisch-recreatief netwerk.

De oude spoorwegbedding is geselecteerd als toeristisch-recreatief lijnelement.

2.2 herziening PRS

Op 11 februari 2014 heeft de minister het addendum van het provinciaal ruimtelijk structuurplan goedge- keurd, mits uitsluiting van de verplichting om sociale woningen te voorzien.

Voor onderhavig RUP zijn volgende wijzigingen van belang:

De kernen Eernegem en Ichtegem zijn op hetzelf- de hiërarchische niveau gebracht, nl. ‘hoofddorp’.

Dit geeft voor de twee kernen dezelfde moge- lijkheden als voor de vroegere beleidscategorie

‘structuurondersteunend hoofddorp’.

Met het bijkomend te bestemmen aantal woonge- legenheden kan de gemeente de locatie bepalen binnen de geselecteerde kernen met respect voor de hiërarchie.

Ieder geselecteerde kern kan een aandeel op- nemen overeenkomstig hun aandeel in het totaal aantal gezinshuishoudens. Er kan verder gebun- deld worden.

Het aandeel van de overige kernen in buitenge- bied kan verschoven worden naar de woonkernen en/of hoofddorpen (maar niet omgekeerd).

Het aandeel van woonkernen kan onderling gebundeld worden, of verschoven worden naar hoofddorpen (maar niet omgekeerd).

Het aandeel van hoofddorpen kan onderling ge- bundeld worden.

De herziening van het PRS West-Vlaanderen be- staande uit een informatief, richtinggevend, bindend deel en een kaartenbundel in addendum werd goed- gekeurd op 11-02-2014 met uitsluiting van de bepa- lingen inzake de normen voor sociale woningen op vergunningenniveau en op planniveau bij de gewenste ruimtelijke nederzettingsstructuur (blz 101).

Deze herziening heeft geen invloed op het plangebied.

3 op gemeentelijk niveau

3.1 GRS

Het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan van Ichte- gem werd bij besluit van de deputatie van de provincie West-Vlaanderen op 4 augustus 2011 goedgekeurd.

De gewenste ruimtelijke ontwikkelingen in de gemeen- te worden in belangrijke mate bepaald door haar lig- ging in het buitengebied. Hierdoor komt het accent niet alleen te liggen op wonen en werken, maar dient ook grote aandacht besteed aan de andere structuurbepa- lende functies, zoals natuur, landbouw, bos, toerisme en recreatie.

De rol van de gemeente wordt in belangrijke mate be- paald door het open en landelijk karakter van de ge- meente, waarin nog duidelijk herkenbare landschaps- types en -relicten aanwezig zijn.

Met Eernegem en Ichtegem beschikt de gemeente over twee relatief evenwaardige leefgemeenschap- pen, elk met hun eigen identiteit. Inzake wonen wordt er voor zowel Eernegem als Ichtegem gestreefd naar

een versterking van het woningpatrimonium en een optimalisatie van de leefbaarheid.

Voorts opteert de gemeente om het voorzieningen- en dienstenniveau af te stemmen op het niveau van de hoofddorpen. De bovenlokale of gemeentelijke voor- zieningen worden zoveel mogelijk complementair op- gevangen en gespreid over beide hoofddorpen.

J Basisdoelstellingen

Volgende basisdoelstellingen worden voorop gesteld:

Het garanderen van de leefbaarheid van hoofd- dorpen en woonconcentraties

Het behoud en versterken van de landschappe- lijke diversiteit en natuur

Het vrijwaren van de landbouwactiviteit

Het creëren van voldoende ruimte voor bedrijvigheid

Het benutten van de toeristisch-recreatieve potenties

Het verhogen van de verkeersveiligheid en -leefbaarheid

Het toepassen van de principes van integraal waterbeheer

Het vrijwaren van de eigenheid en dynamiek van deelruimten

Ichtegem is opgedeeld in 7 hoofdruimtes. Het plan- gebied valt binnen het hoofddorp Eernegem. Binnen deze ruimte streeft men ernaar het dorp verder te pro- fileren inzake wonen, bedrijvigheid en voorzieningen, rekening houdende met de eigenheid en het profiel van het hoofddorp. Dit hoofddorp zal instaan voor de opvang bovenlokale (gemeentelijke) verzorgende functies.

Binnen de gewenste landschappelijke structuur is de beekvallei van de Akkerbeek geselecteerd als een

(26)

lokale lineaire structurerende element. De Akkerbeek loopt doorheen het plangebied. Het beleid voor derge- lijke landschapselementen is gericht op het vrijwaren van de openheid en karakteristieken van deze lineaire elementen en bij uitbreiding de valleien. Voor de beek- valleien dient de aandacht zich toe te spitsen op het behoud en het versterken van de kleine landschaps- elementen.

Het plangebied is ook gesitueerd naast de Stations- put. De Stationsput is geselecteerd als lokaal land- schapselement en dient hierbij ontwikkeld te worden als een (landschaps)parkzone, om zo een meer- waarde te creëren op lokaal en bovenlokaal niveau.

Er moet aandacht worden besteed aan het recrea- tieve aspect (fietsrustpunt met horeca en info, park met stille/zachte recreatie, speelvoorzieningen voor jongeren,…), de opwaardering van de aanwezige na- tuur- en landschapselementen (beek, kikkerpoelen, bomenrijen,…), de uitbouw van educatieve projecten of thema’s (oorlogsverleden, milieu en natuur, spoor- lijn), onderzoek naar een beperkte residentiële invul- ling en het versterken van de beleving van de groene omgeving vanop de Stationsstraat.

Het kasteel ‘t Hooghuis is geselecteerd als een lokaal puntrelict. Het uitgangspunt is het in stand houden van dergelijke landschapselementen omwille van de archi- tecturale en/of historische waarde van dit beeldbepa- lend element. Bij de opmaak van RUP’s dient uitge- gaan te worden van de erfgoedwaarde van gebouwen.

Binnen de gewenste nederzettingsstructuur wordt o.a. gestreefd naar een behoud en versterken van het bestaande woonpatrimonium en het streven naar een differentiatie in het woningaanbod. Er wordt hierbij gestreefd naar een sociale mix, betaalbaar wonen en

een aangepaste woontypologieën en dit alles bij een compacte ontwikkeling.

Eernegem staat naar wonen toe als structuuronder- steunend hoofddorp (ondertussen in herziening PRS als hoofddorp geselecteerd) in voor de eigen groei en de aangroei van huishoudens uit de gemeente die niet kerngebonden zijn. Ichtegem kan als herlokalisatie- hoofddorp enkel de eigen groei opvangen. Eernegem en Ichtegem beschikken naar nieuwe woonontwikke- lingen toe over de nodige ruimtelijke draagkracht door hun goed uitgebouwde voorzieningen- en handelsap- paraat en de goede verkeers- en openbaar vervoers- voorzieningen.

De publieke ruimte in Eernegem en Ichtegem is geori- enteerd op een verblijfs- en erffunctie met bijzondere aandacht voor verkeersveiligheid en verkeersleefbaar- heid. In de woonkernen en -wijken wordt voldoende ruimte gecreëerd voor groen, sport en spel, rekening houdende met de beschikbare ruimte en mogelijkhe- den en in functie van de lokale behoeften.

Voor verspreide bebouwing is een beleidskader for- muleert een algemeen beleid ten aanzien van de zonevreemde woningen. De aanpak is algemeen en situeert zich niet op perceelsniveau. Er wordt een een- vormig afwegingsmodel aangeboden met betrekking tot de voorschriften voor zonevreemde woningen. De concrete uitwerking dient in ruimtelijke uitvoerings- plannen vorm te krijgen.

Woningen die voorkomen binnen landschappelijk waardevolle gebieden (bovenlokale en lokale gave landschappen) krijgen kwantitatief de ontwikkelings- perspectieven die beschreven zijn binnen de codex. Er worden wel enkele randvoorwaarden opgelegd met de bedoeling de landschappelijke waarde te beschermen en versterken. Bij de beoordeling van de bouwaanvra-

gen moet er bijzondere aandacht geschonken worden aan de beeldwaarde en aan de landschappelijke inte- gratie van de gebouwen. Hierbij wordt gekeken naar de inrichting van de volledige kavel. Er kunnen bijko- mende beperkingen opgelegd worden inzake typolo- gie en volumeverhoudingen (lengte-breedte-hoogte).

Er wordt gesuggereerd naar de hogere overheid om binnen “kastelen” (degene die geselecteerd zijn als

‘puntrelicten) een woonfunctie (met ook meerdere woongelegenheden binnen een kasteel) mogelijk te maken. Beperkte louter functionele uitbreidingen en functionele verbouwingen moeten hierbij mogelijk zijn.

Bijgebouwen die vroeger een woonfunctie hadden, kunnen terug deze functie krijgen. Ook binnen deze bijgebouwen zijn beperkte functionele uitbreidingen en functionele verbouwingen mogelijk. Het authentiek ka- rakter en de architecturale waarde van de bebouwing mag in geen geval verloren gaan.

Het Kasteel ‘t Hooghuis is binnen de gewenste na- tuurlijke structuur geselecteerd op lokaal niveau als lokaal natuurelement - kasteeldomein. De Stationsput is geselecteerd als klein natuurelement.

Voor de kasteeldomeinen wordt er gestreefd om het behoud van het parkkarakter. Voor de Stationsput is een ontwikkeling voorzien als landschapspark met zachte recreatie, onderzoek naar een beperkte resi- dentiële invulling en met aandacht voor de aanwezige natuurelementen.

Op provinciaal niveau is de Groen 62 geselecteerd als lijnvormig toeristisch-recreatief element. Op lokaal niveau zijn binnen de gewenste toeristisch-recrea- tieve structuur o.a. volgende toeristisch-recreatieve knooppunten in de gemeente te onderscheiden en zorgen ze voor een ondersteuning van het toeristisch- recreatief netwerk:

(27)

De kasteelparken (o.a. kasteel ‘t Hooghuis) vor- men potentiële toekomstige toeristisch-recreatieve knooppunten. Het is de wens van de gemeente om dit cultureel erfgoed op termijn geheel of ge- deeltelijk te kunnen open stellen voor een groter publiek.

Het uitgangspunt hierbij is het behoud van dit historisch en zeer waardevol patrimonium te verzekeren. Op gemeentelijk niveau kunnen een aantal laagdynamische ontwikkelingen worden voorgesteld. Uiteindelijk zullen de voorstellen inzake functie-uitbreidingen voor kastelen afge- stemd moeten worden met de resultaten van de lopende studie vanwege de provincie, die als doel heeft een herziening van het PRS-WV te voeren.

Bepaalde zaken (bvb. woonfunctie in kastelen) worden dan ook als suggestie voorgesteld aan de hogere overheid, o.a. ontwikkelingsperspectieven voor de kasteelparken :

Er wordt gesuggereerd om een woonfunctie (met ook meerdere woongelegenheden bin- nen een kasteel) mogelijk te maken. Beperkte louter functionele uitbreidingen en functionele verbouwingen moeten hierbij mogelijk zijn.

Bijgebouwen die vroeger een woonfunctie hadden, kunnen terug deze functie krijgen. Ook binnen deze bijgebouwen zijn beperkte functi- onele uitbreidingen en functionele verbouwin- gen mogelijk. Het authentiek karakter en de architecturale waarde van de bebouwing mag in geen geval verloren gaan.

Gezien hun cultuurhistorische en sociaal-eco- nomische waarde kunnen de kastelen aanzien worden als merkwaardige gebouwen. In de landelijke toeristisch-recreatieve netwerken (waaronder het netwerk van de Brugse streek) worden in het beleidskader voor kleinschalige

toeristisch-recreatieve plattelandsactiviteiten (PRS-W.-Vl. RD, blz. 257) binnen merkwaar- dige gebouwen een aantal activiteiten toege- laten: kamers met toeristische dienstverlening, jeugdlogies, huurvakantiewoningen en een laagdynamisch toeristisch attractiepunt. Hierbij worden telkens functionele verbouwingen, be- schreven binnen het beleidskader, toegelaten.

Tevens moet het kasteelpark afgestemd zijn op het toeristischrecreatief routenetwerk.

Kastelen of kasteelcomplexen die opgenomen zijn in de inventaris van het bouwkundig erf- goed kunnen een geheel of gedeeltelijk nieuwe functie krijgen, conform de mogelijkheden voorzien binnen artikel 10 van het besluit van de Vlaamse regering van 28/11/2003, gewijzigd op 23/06/2006, 29/06/2007 en 29/05/2009 tot vaststelling van de lijst van toelaatbare zone- vreemde functiewijzingen, en de eventuele late- re wijzigingen ervan. Vooraleer er een nieuwe functie wordt toegelaten zullen er echter een aantal randvoorwaarden moeten worden bekeken zoals behoud van het architecturaal karakter van het gebouw, kwaliteitsvolle inrich- ting van het gehele ‘domein’, de ontsluitings- en parkeerproblematiek, mogelijke aantasting van de natuurlijke en landschappelijke waarde van het domein, enz…

De ‘Stationsput’: specifiek te ontwikkelen als

‘groene ruimte’ met mogelijkheden voor zachte re- creatie. De site dient geherstructureerd te worden aan de hand van een langetermijnvisie. De site dient ontwikkeld te worden als een (landschaps) parkzone, om zo een meerwaarde te creëren op lokaal en bovenlokaal niveau. Er moet aandacht worden besteed aan het recreatieve aspect (fiets- rustpunt met horeca en info, park met stille/zachte

recreatie, speelvoorzieningen voor jongeren, …), de opwaardering van de aanwezige natuur- en landschapselementen (beek, kikkerpoelen, bo- menrijen,…), de uitbouw van educatieve projecten of thema’s (oorlogsverleden, milieu en natuur, spoorlijn), onderzoek naar een beperkte residenti- ele invulling en het versterken van de beleving van de groene omgeving vanop de Stationsstraat

Binnen de gewenste verkeerstructuur is de Stationstraat geselecteerd als lokale weg cat. II.

Alle overige wegen zijn lokale wegen cat. III.

Binnen de deelruimte hoofddorp Eernegem hebben volgende bepalingen invloed binnen het plangebied:

De grotere inbreidingsprojecten ‘Kapelhoek’,

‘Akkerbeek-noord’ en ‘Akkerbeek-zuid’, allen vervat binnen BPA’s, worden verder ingevuld.

Specifiek voor de zone Akkerbeek wordt gestreefd naar de verhoging van de woondichtheid voor sociale woningen en meer openbaar groen.

Wegens het karakter van de bestaande bebouwing wordt er binnen de omgeving van het Stationsplein verticale verdichting toegelaten tot maximaal 3 bouwlagen en een bewoonbare dakverdieping in de directe omgeving van het stationsplein en tot maximaal 2 bouwlagen en een bewoonbare dak- verdieping langs de Stationsstraat. Uiteraard gel- den hiervoor ook strikte randvoorwaarden, zoals opgesomd in de gewenste nederzettingsstructuur.

De Stationsput is geselecteerd als ‘lokaal toeris- tisch-recreatief knooppunt’. Deze dient ontwikkeld te worden als een ‘groene ruimte’ met mogelijkhe- den voor zachte recreatie (zie gewenste natuurlijke en toeristisch-recreatieve structuur). De ontwik- kelingsprincipes, uitgewerkt binnen het document

(28)

‘Een ruimtelijke visie op strategische sites - gren- zend aan het landschap in de regio Brugge- Oostende – ontwerpend onderzoek Stationsput’, opgemaakt in het kader van de Regio-enveloppe Brugge-Oostende, zullen als leidraad dienen bij de opmaak van een ruimtelijk uitvoeringsplan voor deze site. Het hoofddoel is om deze site te herstructureren en te herinrichten als recreatieve (landschaps)parkzone. Volgende ruimtelijke frag- menten worden binnen het ontwerpend onderzoek aangegeven:

Dries: Herinrichting van de openbare ruimte ten noordoosten van de site als een open ‘dries’.

Kopbebouwing: Teneinde de parkzone meer te linken aan de Stationsstraat wordt voorgesteld om een deel van de lintbebouwing, gelegen in woongebied tussen de Spoorwegstraat en de Statiebeekstraat, weg te nemen, waardoor het achterliggend bosmassief als park tot tegen de weg kan doorgetrokken worden.

Behouden en versterken van groenelementen binnen en aan de rand van het hoofddorp. Als be- langrijkste vlakvormige elementen is het parkge- bied met het kasteel Hooghuis in het noordwesten belangrijk alsook de Akkerbeek en de Groene 62 als belangrijkste lijnvormig groenelementen.

4 Overige gerelateerde projecten en/of lopende - geplande projecten.

4.1 sociaal objectief

Ichtegem heeft het sociaal objectief nog niet behaald.

Op vandaag (cijfers eind 2019) zijn er nog 84 bijko- mende sociale huurwoningen te realiseren tegen 2025. Momenteel staan er 32 woningen op de plan- ning voor realisatie:

8 Boomplein (Vivendo)

15 Engelstraat (De Mandel)

Voor het SVK is een jaarlijkse groei van 3 rea- listisch (met inbegrip van afvloei van minder ge- schikte woningen): tegen 2025 mogen we rekenen op een positief saldo van 9 bijkomende woningen

Er is bijgevolg nog een te kort van 52 sociale huur- woningen, daarna is het afsluiten van een convenant noodzakelijk.

Indien meer sociale (huur)woningen gerealiseerd wor- den zal een bijkomend woonconvenant moeten afge- sloten worden.

(29)

PLANNINGSOPTIES PLANNINGSOPTIES

1 Alternatievenonderzoek

Op vandaag is het merendeel van onderhavig studie- gebied reeds gerealiseerd. Er zijn nog enkele restruim- tes die op vandaag niet ingevuld zijn of zoneringen waar een eventuele standpuntinname noodzakelijk is:

resterend woongebied tussen August Vermeylenstraat en Akkerbeekstraat

restgebied tussen de bebouwing van de

Ferdinand Depuydtlaan en de bebouwing van de Stationsstraat.

kasteel + kasteelpark ‘t Hooghuis

bebouwing langs de Spoorwegstraat

1.1 Resterend woongebied tussen August Vermeylenstraat en Akkerbeekstraat

Het deel dat nog kan ontwikkeld worden binnen het woongebied, is in eigendom van de sociale huisves- tingsmaatschappijen en zal gebruikt worden om een deel van het te behalen sociaal objectief in te vullen.

Het terrein is ca. 4ha groot.

In kader van de realisatie is reeds een voorstudie uit- gevoerd waarbij men tot een gemeenschappelijk voor- stel is gekomen, gedragen door de gemeente.

Op vandaag wordt dit voorstel vertaald in het RUP en op deze wijze ook voor publieke raadpleging openge- steld.

1.1.1 eerste aanzet van invulling.

Op 25 oktober 2018 hebben zowel Woonwel als Vi- vendo een toelichting gegeven aan de gemeente over

hoe zij de invulling van de projectzone ‘Akkerbeek’

zien.

Beide maatschappijen hebben als eerste aanzet elk een eigen projectvoorstel uitgewerkt voor het gebied.

Op vandaag is er in de eigendomsstructuur van de projectzone en verhouding van ca. 1/3 Vivendo en 2/3 Woonwel. Deze verhouding is voor beide huisves- tingsmaatschappijen het uitgangspunt geweest voor hun eerste projectvoorstel.

J project Woonwel

Bij het ontwerp van Woonwel werd een centrale (door- waadbare) parkzone voorzien tussen beide projecten.

Op deze manier werden beide projecten los van elkaar ontsloten.

Er werd gestreefd naar een woondichtheid van ca. 33 wooneenheden/ha (totaal ca. 126 woongelegenhe- den) rond een centrale parkeerruimte.

Er werden diverse woontypologiën voorzien (éénge- zins-, meergezinswoningen, met en zonder tuin, diver- siteit in bouwlagen,...) en met mogelijkheid tot verdere verdichtingsmogelijkheden.

eerste voorstel Woonwel

© Ampe Trybou Architecten

J project Vivendo

In het project Vivendo wordt uitgegaan van een uit- breiding en verbreding van de bestaande groenzone (langsheen de Golbert Debreukckstraat).

De ontsluiting voorzien via de August Vermeylenstraat.

Inzake woontypologiën wordt er gewerkt met een ge- leidelijke overgang richting hogere dichtheden.

Het parkeren wordt op verschillende wijze voorzien, van inpandig tot verschillende centrale parkeerhaven- tjes.

eerste voorstel Vivendo

© Context

J standpunt van de gemeente

Beide voorstellen streven naar hogere dichtheden in combinatie met voldoende aandacht voor de open ruimte. De gemeente heeft vanaf het begin gestreefd naar een optimaler gebruik van de ruimte door o.a. de woondichtheid op te trekken onder de voorwaarde van een hoger ruimtelijk rendement met o.a. minder be-

(30)

bouwbare/verharde oppervlakte, (verticale) verdich- ting, meer kwalitatieve open ruimte,..

Vanuit de gemeente wordt gestreefd naar een pak- ket van ca. 120 sociale woongelegenheden. Dit komt neer op een dichtheid van 30 à 35 woningen/ha. De projectzone is ca. 4ha groot.

Er dienen hierbij diverse woontypologiën voorzien te worden en binnen een verhouding van ca. 20%-80%

tussen sociale koop- en huurwoningen.

Daarbij dient ook overwogen te worden het aantal bouwlagen op te trekken t.o.v. wat nu in het BPA , re- sidentiële bebouwing is voorzien (2 bouwlagen + dak) Hier en daar moeten 3 bouwlagen en eventueel een vierde teruggetrokken bouwlaag mogelijk zijn mits er voldoende afstand wordt behouden t.o.v. de omlig- gende wijken, er wordt gewerkt met platte daken en de technische ruimtes mee worden geïntegreerd.

Er dient ook voldoende ruimte te worden voorzien voor het parkeren van auto’s voor bewoners en be- zoekers maar inpandige garages zijn niet langer wen- selijk. De gemeente is ook geen voorstander van 1 grote centrale parkeerplaats (tenzij ondergronds) of individuele parkeerplatsen op eigen terrein maar eer- der van kleiner verspreide parkeerhaventjes die op- passende wijze worden geïntegreerd in het project.

Betreffende de ontsluiting is de gemeente voorstan- der van een gespreide ontsluiting. Dit om te vermij- den dat alle verkeer via de August Vermeylenstraat richting Westkerkestraat wordt gestuurd. Dit betekent niet dat beide projecten noodzakelijkerwijs moeten afgescheiden worden van elkaar inzake ontsluiting, er moet evenwel een knip voorzien zijn dat er geen sluipverkeer kan ontstaan.

In beide voorstellen werd veel aandacht besteed aan open ruimte en groen. De voorkeur van de gemeen- te gaat uit naar het opwaarderen van de bestaande groenzone tot een volwaardig parkelement dat ten goede komt van de volledige buurt.

Samengevat:

Voor de invulling van project Akkerbeek geeft de ge- meente volgende richtlijnen:

woondichtheid tussen 30 à 35 wooneenheden/ha, rekening houdend met de beginselen van ruimte- lijk rendement

hier en daar 3 bouwlagen met een accent tot een (teruggetrokken) vierde bouwlaag, gesitueerd richting open ruimte

voorkeur voor ondergronds parkeren of bundelen van auto’s op parkeerhavens geïntegreerd in het project.

min. 2 ontsluitingen met een knip ertussen

bijkomende groenzone voorzien gekoppeld aan de bestaande zodat een parkstructuur kan ontstaan.

1.1.2 tweede voorstel van invulling

Op basis van de feedback die de gemeente heeft gegeven naar aanleiding van de voorstelling van de eerste aanzetten tot invulling, hebben de sociale huis- vestingsmaatschappijen, Vivendo en Woonwel, de handen in elkaar geslagen en een nieuw gezamelijk voorstel uitgewerkt.

Het terrein, dat net geen 4ha groot is, is opgevat als een Eco-wijk.

Er worden 4 clusters van ca. 36 woningen/cluster in- geplant in een extensief landschappelijk park. (ca.140 wooneenheden)

De landschappelijk park zorgt dat de open ruimte van de omgeving in de woonwijk getrokken wordt.

Per cluster wordt centraal ook een gemeenschappe- lijke (intensieve) groenzone voorzien als een publieke tuin.

De clusters worden in gevuld met een mix van één- gezins- en meergezinswoningen, al dan niet grond- gebonden. Onder de meergezinswoningen worden ondergrondse parkeergarages voorzien, max. 1/

wooneenheid.

De clusters worden voor gemotoriseerd verkeer ont- sloten via 3 aantakkingspunten:

de noordoostelijke cluster via de August Vermeylenstraat

de zuidoostelijke cluster via de Willem Elsschotstraat en zo ook naar de August Vermeylenstraat

de 2 westelijke clusters via de Akkerbeekstraat De clusters zijn onderling wel verbonden voor niet- gemotoriseerd verkeer doorheen het landschappelijk park. Voet- en fietswegen die ook voor calamiteiten- vervoer en onderhoud van de groenzone kunnen ge- bruikt worden.

Door de clusters is het project faseerbaar in te vullen naargelang de behoefte.

Er wordt een mix van woontypologieën voorzien van grondgebonden ééngezinswoningen tot kleinere wooneenheden in meergezinswoningen.

Gezien het grote aantal woningen zal ook een mix aangeboden worden van sociale huur- en koopwo- ningen.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

De AIVD staat voor de nationale veiligheid door tijdig dreigingen, internationale politieke ontwikkelingen en risico´s te onderken- nen die niet direct zichtbaar zijn en doet

Van iemand die de leeftijd van achttien jaar bereikt heeft, mag worden verwacht dat hij in staat is zich een mening te vormen over maatschappelijke onder- werpen,

De keuze van deze vijf projecten resulteert in een mooi scala aan voorbeeldprojecten voor het opnieuw activeren van onderbenutte terreinen vanuit het perspectief van de

Binnen klimaat gerelateerd onderzoek en beleid wordt er op het moment van schrijven veel aandacht besteed aan de relaties tussen beide strategieën en de mogelijkheid voor het

Bij de aanpak van grondwaterproblemen beschikt de gemeente slechts over beperkte middelen om het grondwaterbeleid kracht bij te zetten. Zo kan de gemeente de burger wijzen op

Selectiecriteria te lezen is, zijn er voor de criteria over duurzaam bouwen voor architecten en adviseurs maximaal 74 punten te behalen en voor de uitvoerende partijen 66 punten..

Opvallend is dat binnen deze categorie het overgrote deel (78%) van de middelgrote gemeenten niet een of twee maar drie of meer van de keuzemogelijkheden heeft aangekruist, terwijl

The authorisation is given by the CNCCFP (National Commission for Campaign Accounts and Political Funding – NO/GV). The following rules apply: a) donations by legal persons