Bepalingenclusters CVRM
Bepalingenclusters zijn in verschillende HIS’en ingebouwd en zijn opgebouwd uit bepalingen uit de HIS-tabel diagnostische bepalingen. Omdat de clusters regel- matig wijzigen en ook in de HIS’en waarin ze zijn ingebouwd zijn te bekijken, zijn ze in deze herdruk niet meer afgedrukt. Beschikt u niet over de bepalingen- clusters of wilt u om een andere reden de (originele) clusters bekijken, dan kunt u ze inzien via de labcodeviewer: http://aut.nhg.org/labcodeviewer (tabblad clusters). De labcodeviewer werkt met ICPC-codes. Als u de CVRM-clusters wilt zien kiest u K49 Andere preventieve verrichting of K49.01 CVRM. Voor patiënten bij wie hart- en vaatziekten zijn gediagnosticeerd zijn er specifi eke clusters voor de indicatoren en voor het risicoprofi el. U vindt deze onder de ICPC van de specifi eke aandoening (K74, K75, K76, K89, K90.03, K92.01 of K99.01). Om de clusters voor roken te zien kiest u P17. U kunt ook een pdf met alle clusters inzien en downloaden; ga naar https://referentiemodel.nhg.org en kies het tab- blad NHG-Tabellen. U vindt de clusters in NHG-Tabel 48.
Hieronder staat een korte toelichting bij de verschillende clusters.
Toelichting bij de clusters
1. CVRM inkaarten: anamnese en onderzoek CVRM inkaarten: evaluatie en plan
Met deze clusters kunnen de gegevens worden vastgelegd die tijdens de risi- coprofi lering en eventuele diagnostiek worden verzameld. Verschil met het cluster CVRM-risicoprofi el hart- en vaatziekten is dat daarmee alleen de gegevens van het risicoprofi el zelf kunnen worden vastgelegd.
2. Hypertensie-diagnostiek
Als vervolgmetingen van de bloeddruk en eventueel aanvullend onderzoek moeten worden gedaan kunnen die worden vastgelegd met dit cluster.
3. CVRM-controle: anamnese CVRM-controle: onderzoek
CVRM-controle: evaluatie en plan
Met deze clusters kunnen de gegevens van controles worden vastgelegd, zowel in de intensieve als in de stabiele fase.
4. CVRM-indicatoren: gegevens voor indicatoren CVRM
Met dit cluster kunnen de gegevens worden vastgelegd die nodig zijn om de indicatoren voor CVRM te kunnen produceren bij patiënten zonder hart- en vaatziekten.
5. CVRM-risicoprofi el hart- en vaatziekten
Cluster waarmee alleen de gegevens van het risicoprofi el zelf kunnen worden vastgelegd.
6. CVRM-lipidenspectrum CVRM-nierfunctie en kalium
Clusters waarmee ‘losse’ laboratoriumonderzoeken kunnen worden vastge- legd.
7. CVRM-risicoprofi el hart-/vaatziekten bij HVZ-patiënten
Het risicoprofiel voor hart- en vaatziekten-patiënten verschilt van het
Bijlage bij Protocollair CVRM, editie 2016. © Nederlands Huisartsen Genootschap.
‘gewone’ CVRM-risicoprofi el doordat voor patiënten die al hart- en vaatziek- ten hebben (doorgemaakt) de familie-anamnese niet meer relevant is en het risico niet hoeft te worden berekend.
8. CVRM-indicatoren: gegevens voor indicatoren CVRM bij HVZ-patiënten Met dit cluster kunnen de gegevens worden vastgelegd die nodig zijn om de indicatoren voor CVRM te kunnen produceren bij patiënten met hart- en vaatziekten.
9. Roken: rookgedrag en rookverleden Roken: stopmotivatie
Met deze clusters kan het huidige rookgedrag, het rookverleden en de moti- vatie om te stoppen worden vastgelegd.
10. Stoppen met roken voorbereiden: stopmotivatie Stoppen met roken: plan
Stoppen met roken: stopafspraak Stoppen met roken follow-up: anamnese
Met deze clusters kan de begeleiding rond stoppen met roken worden vast- gelegd.
Bijlage bij Protocollair CVRM, editie 2016. © Nederlands Huisartsen Genootschap.
B E P A L I N G E N C L U S T E R S C V R M