• No results found

Veiligheidsmonitor Rijk 2007: landelijke rapportage

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Veiligheidsmonitor Rijk 2007: landelijke rapportage"

Copied!
167
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Veiligheidsmonitor Rijk 2007

Tabellenrapport

(2)

Verklaring der tekens

. = gegevens ontbreken

* = voorlopig cijfer

x = geheim

− = nihil

− = (indien voorkomend tussen twee getallen) tot en met 0 (0,0) = het getal is minder dan de helft van de gekozen eenheid niets (blank) = een cijfer kan op logische gronden niet voorkomen 2003 − 2004 = 2003 tot en met 2004

2003/2004 = het gemiddelde over de jaren 2003 tot en met 2004

2003/’04 = oogstjaar, boekjaar, schooljaar enz., beginnend in 2003 en eindigend in 2004 2001/’02 − 2003/’04 = oogstjaar, boekjaar enz., 2001/’02 tot en met 2003/’04

In geval van afronding kan het voorkomen dat de totalen niet geheel overeenkomen met de som der opgetelde getallen.

Verbeterde cijfers in staten en tabellen zijn niet als zodanig gekenmerkt.

Colofon

Uitgever

Centraal Bureau voor de Statistiek Prinses Beatrixlaan 428

2273 XZ Voorburg

Druk

Centraal Bureau voor de Statistiek - Facilitair beheer

Omslag-ontwerp WAT Ontwerpers, Utrecht

Inlichtingen

Tel. 0900 0227 (€ 0,50 per minuut) Fax: (070) 337 59 94

Via contactformulier: www.cbs.nl/infoservice

Bestellingen

E-mail: verkoop@cbs.nl Fax: (045) 570 62 68

Internet www.cbs.nl

ISSN: 1874-673X

© Centraal Bureau voor de Statistiek, Voorburg/Heerlen, 2007.

(3)

Onderzoekspartners

In deze tabellenrapportage zijn de belangrijkste landelijke en regionale resultaten opgenomen van de meting van de Veiligheidsmonitor Rijk (VMR) die mede in opdracht van de ministeries van Bin- nenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) en Justitie en door het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) in de eerste maanden van 2007 is verricht. Hoewel de VMR in veel opzichten aansluit bij de Politiemonitor Bevolking (PMB) en de module Recht van het Permanent Onderzoek Leefsituatie (POLS), zijn de resultaten niet zonder meer vergelijkbaar. In de VMR-publicatie over 2006 is hierover uitvoerig gerapporteerd. In deze publicatie zijn alleen nog de resultaten van de VMR’s voor de periode 2005 t/m 2007 opgenomen.

De uitkomsten in deze tabellenrapportage dienen tevens als grondslag voor de afzonderlijke regio- nale publicaties, die eveneens door het CBS worden uitgevoerd in opdracht van de Directie Politie van het ministerie van BZK.

Het onderzoek werd naast de vertegenwoordigers van de opdrachtgevers, prof. dr. F.L. Leeuw (Justitie), drs. W. van Nunspeet (CBS), mw. drs. M.K. Groenberg (BZK; tot 12 maart 2007) en mw.

mr. drs. N.C. Stolk (BZK; vanaf 12 maart 2007), begeleid door de projectgroep Stroomlijning Veilig-

heidsmonitors onder leiding van projectleider drs. M.C.M. Schermer Voest (BZK).

(4)
(5)

Inhoudsopgave

1. Inleiding 7

1.1 Achtergronden 7

1.2 Betrouwbaarheid van de resultaten 8

1.3 Presentatie van de resultaten 8

1.4 Aanpassingen ten opzichte van eerdere rapportages 9

1.5 Leeswijzer 9

TABELLEN

2. Buurtproblemen 11

3. Onveiligheidsgevoelens 31

4. Slachtofferschap 43

5. Melding en aangifte van misdrijven 75

6. Contacten tussen politie en burgers 99

7. Politie in de woonbuurt· 123

8. Preventie· 143

BIJLAGEN

1 Indeling Nederland in politieregio’s en clusters 157

2 Standaardclassificatie misdrijven CBS 159

3 Schaalscores 163

(6)
(7)

1. Inleiding

1.1 Achtergronden

De Veiligheidsmonitor Rijk (VMR) is een nieuw onderzoek, ontstaan uit een integratie van (onderdelen uit) drie eerdere afzonderlijke reguliere onderzoeken op het terrein van veiligheid en politiecontacten. Het gaat om de Politiemonitor Bevolking (PMB), de slacht- offerenquêtes van het CBS - met name de betreffende modules in het Permanent On- derzoek Leefsituatie (POLS) - en om rijksrelevante delen uit de Enquête Leefbaarheid en Veiligheid. Door deze integratie en de tegelijkertijd doorgevoerde verbeterde opzet van het onderzoek zijn de uitkomsten van de VMR niet direct vergelijkbaar met die uit de eerdere onderzoeken.

Reden voor de integratie van de genoemde onderzoeken is de wens van de ministeries van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) en Justitie en het CBS om vanaf 2006 te komen tot één gezamenlijke monitor, wat niet alleen leidt tot eenduidige relevan- te cijfers, maar ook tot efficiencywinst en meer mogelijkheden tot nadere analyses (bij- voorbeeld door de verrijking van de VMR met gegevens uit het ‘Sociaal Statistisch Be- stand’ van het CBS). Daartoe hebben de betrokken partijen een overeenkomst gesloten waarin de samenwerking rond de VMR is vastgelegd.

In 2006 is de VMR voor het eerst op landelijke schaal uitgevoerd. In 2007 vond de twee- de editie van dit onderzoek plaats. In de periode 2 januari t/m 16 maart zijn daartoe gemiddeld per politieregio 765 personen telefonisch (78 procent) of persoonlijk (22 procent) ondervraagd

1

. Voor alle 25 politieregio’s samen heeft dit geleid tot 19 128 respondenten.

De ontstaansgeschiedenis van de slachtofferenquêtes in Nederland voert terug naar de jaren zeventig. Het besef dat cijfers over de officieel geregistreerde criminaliteit geen adequaat beeld geven van de onveiligheidsproblematiek is steeds verder gegroeid. Het deel van de criminaliteit waarvan slachtoffers geen aangifte doen, vooral de minder ernstige vormen, blijft daarbij namelijk onzichtbaar (“dark number”). De eerste slachtof- ferenquête in Nederland werd in 1973 gehouden. Sindsdien hebben het WODC en/of het CBS periodiek gestandaardiseerde landelijke slachtofferenquêtes uitgevoerd. Daarnaast werden door tal van gemeenten en politiekorpsen op eigen initiatief bevolkingsonderzoe- ken verricht. De onderling niet vergelijkbare vraagstellingen en onderzoeksmethoden, het ontbreken van inzicht in de lokale behoefte aan veiligheidszorg en de onvolledigheid van de gegevens op basis van registraties vormden de aanleiding voor een gestandaar- diseerd bevolkingsonderzoek op kleinere dan landelijke schaal. Hiertoe werd eind jaren tachtig besloten door de ministeries van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en van Justitie. In het najaar van 1990 werd deze standaard, onder de naam Politiemonitor Bevolking, uitgevoerd in 25 gemeenten van uiteenlopende grootte. Sindsdien is de Poli- tiemonitor Bevolking in veel afzonderlijke politieregio's toegepast. De eerste landelijke uitvoering vond plaats in 1993 en werd herhaald in 1995, 1997, 1999, 2001 en 2003. In 2002 is bovendien een tussenmeting uitgevoerd. In 2003 hebben de ministeries besloten het onderzoek jaarlijks af te nemen. De CBS-enquête, primair gericht op landelijke cij- fers, is daarnaast tot en met 2004 uitgevoerd. In het najaar van 2004 hebben de beide ministeries en het CBS een overeenkomst gesloten waarin de samenwerking rond de VMR is vastgelegd.

De VMR, evenals de voorgangers, wordt om 4 redenen uitgevoerd.

In de eerste plaats levert de VMR gegevens die op een andere manier niet of onvol- doende betrouwbaar kunnen worden verkregen. Dat geldt bijvoorbeeld voor het niveau van feitelijk slachtofferschap: omdat niet alle gevallen van slachtofferschap bij de politie worden aangegeven blijft een deel van het feitelijke slachtofferschap buiten beeld. Ge- zien de omvang van de steekproef valt aan de hand van de VMR een relatief betrouwba- re schatting te maken van het daadwerkelijke niveau van slachtofferschap en de daarbij ondervonden delicten.

In de tweede plaats levert de VMR informatie op waarmee vergelijkingen, zowel in de tijd

als tussen verschillende gebieden, mogelijk zijn. Het onderzoek is immers gestandaardi-

(8)

In de vierde plaats levert de VMR gegevens die gebruikt worden om ontwikkelingen te

‘monitoren’ aan de hand van specifieke indicatoren, zoals in het kader van de prestatie- afspraken die de ministeries van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) en Justitie hebben gemaakt met de regionale politiekorpsen.

1.2 Betrouwbaarheid van de resultaten

Zoals gezegd zijn de in dit rapport gepresenteerde gegevens gebaseerd op onderzoek onder de bevolking. Hiertoe is een steekproef getrokken die een representatief beeld moet opleveren van de feitelijke situatie voor de gehele bevolking en voor de afzonderlij- ke politieregio’s. Het steekproefkarakter van het onderzoek brengt met zich mee dat voor de uitkomsten een bepaalde mate van betrouwbaarheid geldt. Zeker bij kleine steek- proeven kan het gebeuren dat door toevalsfactoren het aangetroffen beeld niet volledig overeenstemt met de werkelijkheid.

Daar het landelijke onderzoek in 2007 is gebaseerd op de antwoorden van 19 128 on- dervraagde personen zijn de landelijke uitkomsten voldoende betrouwbaar. Voor de afzonderlijke politieregio’s zijn de marges rondom de uitkomsten iets groter vanwege het kleinere aantal respondenten. Het aantal ondervraagde personen per regio varieerde in de VMR 2007 van 750 (Utrecht) tot 786 (Friesland).

De betrouwbaarheid van de uitkomsten is van belang voor het maken van vergelijkingen, bijvoorbeeld tussen landelijke en regionale uitkomsten, tussen regio's onderling, of voor vergelijkingen in de tijd. Bij elke gevonden waarde (bijvoorbeeld een percentage) behoort een bepaalde betrouwbaarheidsmarge. Deze marge is afhankelijk van de spreiding in de antwoorden, van het aantal ondervraagde personen en van het gekozen steekproefont- werp. In de tabellen is voor alle VMR-jaren telkens de bij de gevonden waarden beho- rende marge opgenomen. Dit betekent dat de werkelijke waarde met een waarschijnljik- heid van 95% tussen de waarde minus de marge en de waarde plus die marge zal lig- gen. De gepresenteerde waarden zijn gebaseerd op gewogen data. De marges zijn gebaseerd op ongewogen data, waarbij rekening is gehouden met het steekproefont- werp.

1.3 Presentatie van de resultaten

In dit tabellenrapport worden de landelijke en regionale cijfers van de VMR 2007 gepre- senteerd. Daarbij is – anders dan in het tabellenrapport 2006 - de clustering van politie- regio’s gehanteerd zoals gebruikt in de publicatie ‘Kerngegevens Nederlandse Politie’.

Daarnaast zijn alleen de overeenkomstige uitkomsten van de VMR 2005 en 2006 opge- nomen. Van het onderzoek VMR 2005, dat is uitgevoerd om trendbreukanalyses te kun- nen uitvoeren, zijn alleen de landelijke uitkomsten en uitkomsten van geclusterde politie- regio’s vermeld. De uitkomsten op het niveau van de afzonderlijke politieregio’s zijn vanwege de geringe aantallen respondenten niet voldoende betrouwbaar.

Ieder hoofdstuk begint met een landelijke overzichtstabel van de indicatoren. In deze tabellen is in de laatste kolom onder de kop “afwijking 2007 t.o.v. 2006” telkens aange- geven of de uitkomst van de VMR 2007 op 95-procent betrouwbaarheidsniveau signifi- cant hoger (+) of lager (-) is ten opzichte van de uitkomst van de VMR 2006. Indien geen symbool is opgenomen betekent dit dat het percentage of de schaalscore niet significant hoger of lager is dan het gemiddelde in het voorgaande jaar. In sommige hoofdstukken zijn meerdere van deze overzichtstabellen opgenomen. Ook in deze tabellen is met + of - aangegeven of de uitkomst van de VMR 2007 op 95-procent betrouwbaarheidsniveau significant hoger (+) of lager (-) is ten opzichte van de uitkomst van de VMR 2006.

Bij de regionale gegevens (politieregio’s en clusters) zijn in de drie laatste kolommen de al bekende + of - tekens opgenomen. Hier geven deze tekens aan of de uitkomst van de VMR 2007 voor de betreffende politieregio of cluster significant hoger (+) of lager (-) scoort dan de uitkomst voor de cluster waartoe de regio behoort (1

e

kolom), hoger of lager dan het gemiddelde voor geheel Nederland (2

e

kolom), en of de uitkomst van de politieregio hoger of lager is dan in het voorgaande jaar 2006 (3

e

kolom).

De gebruikte symbolen geven geen waardeoordeel. Het gebruik van een ‘+’ of een ‘-‘

(9)

In de tabellen zijn ook de 95-procent betrouwbaarheidsmarges opgenomen, waarbij rekening is gehouden met het steekproefontwerp.

Gegevens op basis van minder dan 50 waarnemingen zijn in de tabellen niet vermeld.

Dit is in de tabellen aangegeven met een punt (.). Ook vanwege andere oorzaken ont- brekende cijfers zijn in de tabellen aangegeven met een punt (zie ook de verklaring der tekens).

1.4 Aanpassingen ten opzichte van eerdere rapportages

In de tabellen zijn enkele wijzigingen aangebracht ten opzichte van de voorgaande rap- portages. De belangrijkste wijziging is dat alleen de resultaten van de VMR zijn opgeno- men. De reden hiervoor is dat de resultaten van de VMR om methodologische redenen niet zonder meer kunnen worden vergeleken met die van de PMB en het POLS. De uitkomsten van de eerdere metingen van de PMB en POLS zijn daarom niet meer opge- nomen. Om deze reden is ook de bijlage met een schema met verwijzingen naar over- eenkomstige of vergelijkbare resultaten uit eerdere PMB-rapportages vervallen (respec- tievelijk bijlage 1 in het landelijke tabellenrapport en bijlage 5 in het algemene deel van de regionale tabellenrapportage van 2006). Ook de methodologische toelichting op de verschillen met eerdere onderzoeken (bijlage 3 in het algemene deel van de regionale rapportage in 2006) is om die reden vervallen.

Een andere wijziging betreft de weergave van de regionale indeling in politieregio’s. In deze rapportage is – zoals reeds vermeld – gebruik gemaakt van de clustering van poli- tieregio’s zoals in de publicatie ‘Kerngegevens Nederlandse Politie’. Ook dit vloeit voort uit de integratie van het (algemene) tabellenrapport en de tabellen uit het algemene deel van de regionale rapportage.

Daarnaast zijn bij enkele tabellen kleinere aanpassingen en verbeteringen doorgevoerd.

Tabel 3.10 (niet reizen met openbaar vervoer vanwege onveiligheid) is in overeenstem- ming gebracht met de voorgaande overeenkomstige tabellen. In hoofdstuk 6 zijn drie – in de vorige rapportage ontbrekende – tabellen opgenomen over het aandeel contacten met de politie in verband met (de overkoepelende categorieën) handhaving, aangif- te/melding en andere contacten. De overzichtstabellen zijn, waar nodig, op deze punten aangepast; de nieuwe tabellen zijn aangeduid met een opsomming van de tabelnum- mers van de betreffende onderliggende tabellen, zodat de nummering als geheel ten opzichte van de vorige editie kon worden gehandhaafd.

Door het samenvoegen van de landelijke en regionale tabellenrapportage en het verval- len van de PMB- en POLS-gegevens is – zoals reeds vermeld - ook de aard en de nummering van de bijlagen van deze gecombineerde tabellenrapportage aangepast.

Ten slotte zijn - met het oog op de consistentie van het rapport als geheel - enkele on- dergeschikte tekstuele verbeteringen in tabeltitels en in (de volgorde van) onderwerp- aanduidingen doorgevoerd. Voor de gegevens zelf heeft dit geen consequenties.

1.5 Leeswijzer

Dit tabellenrapport omvat een cijfermatige uitdieping van de landelijke gegevens naar het niveau van de 25 afzonderlijke politieregio’s, gegroepeerd naar de vijf onderscheiden clusters zoals gebruikt in de Kerngegevens Nederlandse Politie

2

.

Het tabellenrapport bestaat uit drie onderdelen: de inleiding (deel 1), gevolgd door het

tabellengedeelte in de hoofdstukken 2 tot en met 8 (deel 2). Drie hoofdstukken daarvan

hebben betrekking op onveiligheidsgevoelens en feitelijk slachtofferschap: hoofdstuk 2

gaat in op buurtproblemen; in hoofdstuk 3 staan onveiligheidsgevoelens centraal en in

hoofdstuk 4 wordt aandacht besteed aan slachtofferschap en ondervonden delicten. Het

thema politie en burgers staat in de drie daaropvolgende hoofdstukken centraal. In

hoofdstuk 5 komt de meldings- en aangiftebereidheid aan de orde; in hoofdstuk 6 gaat

het over contacten tussen burgers en politie in het algemeen, terwijl in hoofdstuk 7 aan-

dacht wordt besteed aan de rol van de politie in de woonbuurt. Het laatste thema, pre-

(10)

5 clusters. In bijlage 2 is de Standaardclassificatie misdrijven CBS opgenomen. Bijlage 3

geeft inzicht in de samenstelling van de schaalscores.

(11)

2. Buurtproblemen

Tabel 2.1

Buurtproblemen - landelijk overzicht

---

2005 marge 2006 marge 2007 marge afwijking

2007 t.o.v.

2006 ---

% 'komt vaak voor' sign. (+/-)

Verkeersoverlast --- ---

Agressief verkeersgedrag 11,2 0,9 10,9 0,5 10,6 0,5

Geluidsoverlast door verkeer 11,7 0,9 12,1 0,5 12,7 0,5

Te hard rijden 30,1 1,2 29,2 0,7 29,1 0,7

Aanrijdingen 5,0 0,6 4,1 0,3 3,9 0,3

schaalscore

---

Verkeersoverlast 3,7 0,1 3,6 0,0 3,6 0,0

% 'komt vaak voor'

Overige overlast ---

Dronken mensen op straat 5,1 0,6 5,2 0,3 5,4 0,3

Mensen worden op straat lastiggevallen 1,6 0,3 1,2 0,2 1,1 0,2

Tasjesroof 1,7 0,3 1,1 0,2 0,9 0,2

Drugsoverlast 5,4 0,6 5,2 0,3 4,9 0,3

Overlast door omwonenden 4,5 0,6 4,2 0,3 4,3 0,3

Overlast door groepen jongeren 10,3 0,8 9,4 0,4 10,1 0,5

schaalscore

---

Ernstige overlast 1,8 0,0 1,8 0,0 1,8 0,0

% 'komt vaak voor'

Fysieke verloedering ---

Bekladding van muren, gebouwen 6,0 0,6 5,8 0,3 6,7 0,4 +

Rommel op straat 19,3 1,1 20,0 0,6 20,2 0,6

Hondenpoep op straat 38,3 1,3 36,5 0,7 34,2 0,7 -

Vernieling van straatmeubilair 15,1 1,0 14,7 0,5 16,0 0,6 +

schaalscore

---

Verloedering van de fysieke woonomgeving 3,0 0,0 2,9 0,0 2,9 0,0

% '(helemaal) eens'

Sociale cohesie ---

Ik heb veel contact met mijn directe buren 62,1 1,3 64,3 0,7 64,7 0,7

Ik heb veel contact met andere buurtbewoners 44,6 1,3 47,1 0,7 47,5 0,8

In deze buurt gaat men op een prettige manier met elkaar om 83,1 1,0 84,4 0,5 85,2 0,5

(12)

Tabel 2.2

Verkeersoverlast: agressief verkeersgedrag

---

2005 marge 2006 marge 2007 marge afwijking in 2007

---

regio regio/ 2007

t.o.v. cluster t.o.v.

cluster t.o.v. 2006

NL

---

% 'komt vaak voor' sign. (+/-)

--- ---

Cluster 1 14,1 1,7 14,1 1,0 12,3 1,0 +

Amsterdam-Amstelland . . 15,6 2,4 14,1 2,4 +

Rotterdam-Rijnmond . . 17,3 2,5 15,4 2,5 +

Haaglanden . . 12,5 2,2 10,5 2,1

Utrecht . . 11,5 2,1 9,7 2,2

Midden- en West-Brabant . . 13,6 2,2 11,5 2,2

Cluster 2 12,0 2,0 10,5 0,9 11,7 1,0

Hollands Midden . . 8,9 1,9 8,4 1,9 -

Kennemerland . . 9,6 2,0 12,3 2,3

Brabant-Zuid-Oost . . 10,5 2,0 10,2 2,1

Groningen . . 8,0 1,9 9,3 2,0

Limburg-Zuid . . 15,3 2,4 18,9 2,8 + +

Cluster 3 7,7 1,6 8,6 0,8 8,4 0,9 -

Gelderland-Midden . . 9,0 1,9 8,3 1,9

Zuid-Holland-Zuid . . 10,6 2,0 10,3 2,1

Twente . . 7,7 1,8 8,2 1,9

Noord- en Oost-Gelderland . . 8,3 1,8 7,7 1,9 -

Noord-Holland Noord . . 8,1 1,8 8,1 1,9 -

Cluster 4 9,5 1,9 8,5 0,8 8,9 0,9 -

Brabant-Noord . . 9,8 1,9 11,5 2,2

Gelderland-Zuid . . 8,9 1,9 8,0 2,0 -

Fryslân . . 7,9 1,8 8,5 1,9

IJsselland . . 6,6 1,7 7,6 1,9 -

Zaanstreek-Waterland . . 9,2 2,0 8,2 2,0

Cluster 5 9,7 2,3 9,2 0,9 9,8 0,9

Gooi en Vechtstreek . . 9,9 2,0 11,3 2,2

Limburg-Noord . . 10,4 2,1 10,7 2,2

Flevoland . . 9,5 2,0 10,1 2,1

Drenthe . . 7,7 1,8 7,4 1,9 -

Zeeland . . 8,5 1,9 10,4 2,2

Nederland 11,2 0,9 10,9 0,5 10,6 0,5

---

(13)

Tabel 2.3

Verkeersoverlast: geluidsoverlast door verkeer

---

2005 marge 2006 marge 2007 marge afwijking in 2007

---

regio regio/ 2007

t.o.v. cluster t.o.v.

cluster t.o.v. 2006

NL

---

% 'komt vaak voor' sign. (+/-)

--- ---

Cluster 1 13,5 1,7 14,6 1,1 15,1 1,1 +

Amsterdam-Amstelland . . 18,1 2,6 18,2 2,8 +

Rotterdam-Rijnmond . . 15,0 2,4 17,4 2,7 +

Haaglanden . . 14,5 2,3 13,1 2,3

Utrecht . . 13,9 2,3 13,9 2,4

Midden- en West-Brabant . . 11,8 2,2 12,9 2,4

Cluster 2 12,9 2,1 13,6 1,0 13,5 1,1

Hollands Midden . . 14,5 2,3 10,2 2,1 -

Kennemerland . . 12,3 2,3 13,7 2,4

Brabant-Zuid-Oost . . 13,7 2,2 14,8 2,5

Groningen . . 10,0 2,1 8,9 2,0 - -

Limburg-Zuid . . 16,7 2,5 20,1 2,9 + +

Cluster 3 11,2 1,9 9,6 0,9 10,2 1,0 -

Gelderland-Midden . . 11,0 2,1 12,3 2,3

Zuid-Holland-Zuid . . 12,1 2,2 9,5 2,1 -

Twente . . 7,1 1,7 10,3 2,1

Noord- en Oost-Gelderland . . 9,0 1,9 10,0 2,1 -

Noord-Holland Noord . . 9,4 2,0 9,0 2,0 -

Cluster 4 9,2 1,9 9,9 0,9 10,5 1,0 -

Brabant-Noord . . 9,8 2,1 11,4 2,3

Gelderland-Zuid . . 12,1 2,2 10,1 2,1

Fryslân . . 6,4 1,7 10,1 2,1

IJsselland . . 9,2 2,0 9,0 2,0 -

Zaanstreek-Waterland . . 14,1 2,4 12,9 2,4

Cluster 5 8,6 2,1 9,6 0,9 11,3 1,0

Gooi en Vechtstreek . . 11,3 2,1 15,6 2,6 +

Limburg-Noord . . 11,7 2,2 13,6 2,4

Flevoland . . 7,9 1,8 9,4 2,0 -

Drenthe . . 7,8 1,8 7,4 1,9 - -

Zeeland . . 9,2 2,0 12,2 2,4

Nederland 11,7 0,9 12,1 0,5 12,7 0,5

(14)

Tabel 2.4

Verkeersoverlast: te hard rijden

---

2005 marge 2006 marge 2007 marge afwijking in 2007

---

regio regio/ 2007

t.o.v. cluster t.o.v.

cluster t.o.v. 2006

NL

---

% 'komt vaak voor' sign. (+/-)

--- ---

Cluster 1 33,3 2,3 29,8 1,4 29,1 1,4

Amsterdam-Amstelland . . 25,9 3,0 25,8 3,2

Rotterdam-Rijnmond . . 32,9 3,2 32,0 3,3

Haaglanden . . 31,0 3,1 28,2 3,2

Utrecht . . 27,0 3,0 26,3 3,2

Midden- en West-Brabant . . 31,6 3,1 32,7 3,3

Cluster 2 32,3 2,9 30,8 1,4 30,1 1,5

Hollands Midden . . 27,8 3,0 25,7 3,1

Kennemerland . . 24,7 3,0 29,5 3,2

Brabant-Zuid-Oost . . 30,6 3,0 28,4 3,2

Groningen . . 30,1 3,1 28,4 3,2

Limburg-Zuid . . 39,9 3,3 38,9 3,5 + +

Cluster 3 27,5 2,7 28,4 1,4 29,0 1,4

Gelderland-Midden . . 29,2 3,1 27,1 3,1

Zuid-Holland-Zuid . . 28,1 3,0 33,6 3,3 +

Twente . . 25,0 3,0 24,4 3,0 - -

Noord- en Oost-Gelderland . . 32,1 3,1 31,1 3,3

Noord-Holland Noord . . 26,5 3,0 29,5 3,3

Cluster 4 25,5 2,9 27,4 1,4 27,7 1,4

Brabant-Noord . . 28,4 3,1 30,1 3,3

Gelderland-Zuid . . 28,1 3,1 27,9 3,2

Fryslân . . 25,0 2,9 27,3 3,1

IJsselland . . 27,1 3,1 24,8 3,1 -

Zaanstreek-Waterland . . 30,0 3,2 28,2 3,2

Cluster 5 27,5 3,4 28,1 1,4 29,6 1,4

Gooi en Vechtstreek . . 25,2 2,9 27,2 3,2

Limburg-Noord . . 31,2 3,2 28,9 3,2

Flevoland . . 26,7 3,0 25,8 3,1

Drenthe . . 28,0 3,1 32,4 3,3

Zeeland . . 27,3 3,1 32,2 3,4

Nederland 30,1 1,2 29,2 0,7 29,1 0,7

---

(15)

Tabel 2.5

Verkeersoverlast: aanrijdingen

---

2005 marge 2006 marge 2007 marge afwijking in 2007

---

regio regio/ 2007

t.o.v. cluster t.o.v.

cluster t.o.v. 2006

NL

---

% 'komt vaak voor' sign. (+/-)

--- ---

Cluster 1 6,7 1,2 5,7 0,7 5,2 0,7 +

Amsterdam-Amstelland . . 6,3 1,7 5,9 1,6 +

Rotterdam-Rijnmond . . 5,9 1,5 4,7 1,4

Haaglanden . . 7,3 1,7 5,4 1,5

Utrecht . . 4,6 1,3 4,3 1,4

Midden- en West-Brabant . . 4,5 1,4 5,7 1,6

Cluster 2 5,3 1,4 3,7 0,6 3,7 0,6

Hollands Midden . . 2,5 1,1 3,3 1,2

Kennemerland . . 3,4 1,2 3,9 1,4

Brabant-Zuid-Oost . . 4,6 1,3 3,6 1,3

Groningen . . 3,0 1,1 4,1 1,4

Limburg-Zuid . . 4,7 1,4 3,6 1,3

Cluster 3 3,6 1,1 3,7 0,6 3,0 0,5 -

Gelderland-Midden . . 3,2 1,1 2,3 1,1 -

Zuid-Holland-Zuid . . 4,5 1,4 3,4 1,3

Twente . . 2,9 1,2 2,7 1,1

Noord- en Oost-Gelderland . . 4,3 1,3 3,7 1,3

Noord-Holland Noord . . 3,6 1,2 3,0 1,3

Cluster 4 3,5 1,2 2,9 0,5 3,1 0,6

Brabant-Noord . . 2,0 0,9 4,1 1,4

Gelderland-Zuid . . 3,6 1,3 3,9 1,3

Fryslân . . 2,5 1,1 1,8 1,0 -

IJsselland . . 2,7 1,1 1,9 1,0 -

Zaanstreek-Waterland . . 4,5 1,3 4,1 1,5

Cluster 5 4,0 1,5 3,1 0,5 3,0 0,6 -

Gooi en Vechtstreek . . 4,2 1,3 3,8 1,3

Limburg-Noord . . 2,1 1,0 2,6 1,1

Flevoland . . 3,6 1,3 3,5 1,3

Drenthe . . 3,5 1,2 2,3 1,1 -

Zeeland . . 2,5 1,0 3,6 1,3

Nederland 5,0 0,6 4,1 0,3 3,9 0,3

---

(16)

Tabel 2.6

Verkeersoverlast - schaalscore

---

2005 marge 2006 marge 2007 marge afwijking in 2007

---

regio regio/ 2007

t.o.v. cluster t.o.v.

cluster t.o.v. 2006

NL

---

schaalscore sign. (+/-)

--- ---

Cluster 1 3,9 0,1 3,8 0,1 3,8 0,1 +

Amsterdam-Amstelland . . 4,0 0,2 4,0 0,2 +

Rotterdam-Rijnmond . . 4,0 0,2 4,0 0,2 +

Haaglanden . . 3,8 0,2 3,7 0,2

Utrecht . . 3,7 0,1 3,6 0,2

Midden- en West-Brabant . . 3,6 0,1 3,8 0,2

Cluster 2 3,7 0,1 3,6 0,1 3,6 0,1

Hollands Midden . . 3,5 0,1 3,4 0,1 - -

Kennemerland . . 3,4 0,1 3,7 0,1

Brabant-Zuid-Oost . . 3,6 0,1 3,5 0,2

Groningen . . 3,5 0,1 3,4 0,1 - -

Limburg-Zuid . . 4,0 0,2 4,2 0,2 + +

Cluster 3 3,5 0,1 3,4 0,1 3,4 0,1 -

Gelderland-Midden . . 3,5 0,1 3,4 0,1 -

Zuid-Holland-Zuid . . 3,6 0,1 3,6 0,1

Twente . . 3,2 0,1 3,3 0,1 -

Noord- en Oost-Gelderland . . 3,4 0,1 3,4 0,1

Noord-Holland Noord . . 3,4 0,1 3,4 0,1 -

Cluster 4 3,4 0,1 3,4 0,1 3,4 0,1 -

Brabant-Noord . . 3,4 0,1 3,6 0,2

Gelderland-Zuid . . 3,4 0,1 3,5 0,1

Fryslân . . 3,2 0,1 3,3 0,1 -

IJsselland . . 3,4 0,1 3,3 0,1 -

Zaanstreek-Waterland . . 3,6 0,1 3,5 0,2

Cluster 5 3,4 0,2 3,4 0,1 3,5 0,1 -

Gooi en Vechtstreek . . 3,6 0,1 3,7 0,2

Limburg-Noord . . 3,6 0,1 3,5 0,2

Flevoland . . 3,3 0,1 3,3 0,1 -

Drenthe . . 3,3 0,1 3,4 0,1 -

Zeeland . . 3,4 0,1 3,6 0,2

Nederland 3,7 0,1 3,6 0,0 3,6 0,0

---

(17)

Tabel 2.7

Overige overlast: dronken mensen op straat

---

2005 marge 2006 marge 2007 marge afwijking in 2007

---

regio regio/ 2007

t.o.v. cluster t.o.v.

cluster t.o.v. 2006

NL

---

% 'komt vaak voor' sign. (+/-)

--- ---

Cluster 1 5,8 1,1 6,6 0,7 6,1 0,7

Amsterdam-Amstelland . . 9,2 1,9 8,4 1,9 +

Rotterdam-Rijnmond . . 6,3 1,5 7,2 1,8

Haaglanden . . 7,6 1,6 6,9 1,7

Utrecht . . 5,5 1,4 4,7 1,5

Midden- en West-Brabant . . 5,0 1,4 3,5 1,3 - -

Cluster 2 5,3 1,4 5,2 0,6 6,2 0,7

Hollands Midden . . 5,8 1,5 5,9 1,6

Kennemerland . . 5,1 1,5 6,6 1,7

Brabant-Zuid-Oost . . 4,2 1,3 5,0 1,5

Groningen . . 5,6 1,5 9,3 2,0 + + +

Limburg-Zuid . . 5,4 1,5 4,5 1,4

Cluster 3 5,2 1,3 4,3 0,6 4,5 0,7

Gelderland-Midden . . 3,6 1,2 5,1 1,5

Zuid-Holland-Zuid . . 4,7 1,4 3,7 1,4

Twente . . 3,6 1,2 5,2 1,5

Noord- en Oost-Gelderland . . 3,8 1,2 3,6 1,3 -

Noord-Holland Noord . . 6,3 1,6 5,1 1,6

Cluster 4 4,5 1,4 4,3 0,6 4,7 0,7

Brabant-Noord . . 4,3 1,3 5,2 1,5

Gelderland-Zuid . . 4,9 1,5 4,2 1,4

Fryslân . . 3,6 1,2 4,7 1,5

IJsselland . . 4,7 1,4 4,5 1,4

Zaanstreek-Waterland . . 4,2 1,4 4,7 1,5

Cluster 5 3,3 1,4 3,8 0,6 4,3 0,6 -

Gooi en Vechtstreek . . 3,6 1,2 3,1 1,2 -

Limburg-Noord . . 4,3 1,3 4,9 1,5

Flevoland . . 3,2 1,2 4,2 1,4

Drenthe . . 3,6 1,2 4,5 1,4

Zeeland . . 3,9 1,3 4,4 1,4

Nederland 5,1 0,6 5,2 0,3 5,4 0,3

---

(18)

Tabel 2.8

Overige overlast: mensen worden op straat lastiggevallen

---

2005 marge 2006 marge 2007 marge afwijking in 2007

---

regio regio/ 2007

t.o.v. cluster t.o.v.

cluster t.o.v. 2006

NL

---

% 'komt vaak voor' sign. (+/-)

--- ---

Cluster 1 3,0 0,8 2,4 0,4 1,8 0,4 +

Amsterdam-Amstelland . . 3,5 1,2 2,6 1,1 +

Rotterdam-Rijnmond . . 2,9 1,0 2,9 1,1 +

Haaglanden . . 2,0 0,8 1,3 0,8

Utrecht . . 1,9 0,9 1,4 0,8

Midden- en West-Brabant . . 1,9 0,8 0,9 0,6

Cluster 2 1,3 0,7 0,8 0,3 0,9 0,3

Hollands Midden . . 0,8 0,6 0,8 0,6

Kennemerland . . 0,6 0,5 0,7 0,6

Brabant-Zuid-Oost . . 0,6 0,5 0,8 0,6

Groningen . . 1,0 0,6 1,0 0,7

Limburg-Zuid . . 0,9 0,7 1,1 0,7

Cluster 3 0,9 0,6 0,7 0,2 0,6 0,2 -

Gelderland-Midden . . 0,1 0,2 0,4 0,4 -

Zuid-Holland-Zuid . . 0,8 0,6 1,1 0,7

Twente . . 0,9 0,6 1,2 0,7

Noord- en Oost-Gelderland . . 0,5 0,4 0,1 0,3 - -

Noord-Holland Noord . . 1,1 0,7 0,7 0,5

Cluster 4 0,9 0,6 0,4 0,2 0,7 0,3

Brabant-Noord . . 0,8 0,5 1,1 0,7

Gelderland-Zuid . . 0,2 0,3 0,6 0,5

Fryslân . . 0,7 0,6 0,7 0,6

IJsselland . . 0,2 0,2 0,7 0,6

Zaanstreek-Waterland . . 0,2 0,4 0,2 0,4 -

Cluster 5 0,1 0,3 0,6 0,2 0,8 0,3

Gooi en Vechtstreek . . 0,9 0,6 0,8 0,6

Limburg-Noord . . 0,6 0,6 0,7 0,6

Flevoland . . 0,4 0,4 1,3 0,8

Drenthe . . 0,7 0,5 0,4 0,4 -

Zeeland . . 0,5 0,5 1,2 0,7

Nederland 1,6 0,3 1,2 0,2 1,1 0,2

---

(19)

Tabel 2.9

Overige overlast: tasjesroof

---

2005 marge 2006 marge 2007 marge afwijking in 2007

---

regio regio/ 2007

t.o.v. cluster t.o.v.

cluster t.o.v. 2006

NL

---

% 'komt vaak voor' sign. (+/-)

--- ---

Cluster 1 3,2 0,9 2,1 0,4 1,8 0,4 +

Amsterdam-Amstelland . . 3,1 1,3 3,1 1,3 +

Rotterdam-Rijnmond . . 2,4 1,0 2,2 1,0 +

Haaglanden . . 2,4 0,9 1,6 0,9

Utrecht . . 1,3 0,7 1,6 0,9

Midden- en West-Brabant . . 1,5 0,7 0,7 0,6 -

Cluster 2 1,2 0,7 0,7 0,2 0,6 0,2

Hollands Midden . . 1,0 0,6 0,7 0,6

Kennemerland . . 0,5 0,5 0,7 0,6

Brabant-Zuid-Oost . . 0,5 0,5 0,3 0,4

Groningen . . 0,6 0,5 0,6 0,4

Limburg-Zuid . . 0,5 0,5 0,9 0,6

Cluster 3 1,0 0,6 0,7 0,2 0,3 0,2 -

Gelderland-Midden . . 0,3 0,3 0,3 0,4 -

Zuid-Holland-Zuid . . 0,7 0,6 0,2 0,4 -

Twente . . 0,6 0,5 0,4 0,4

Noord- en Oost-Gelderland . . 0,5 0,5 0,4 0,4

Noord-Holland Noord . . 1,3 0,7 0,3 0,4

Cluster 4 1,0 0,6 0,6 0,2 0,3 0,2 -

Brabant-Noord . . 0,1 0,2 0,3 0,4 -

Gelderland-Zuid . . 0,1 0,2 0,3 0,4 -

Fryslân . . 0,9 0,6 0,4 0,4

IJsselland . . 1,3 0,7 0,3 0,4 -

Zaanstreek-Waterland . . 0,6 0,6 0,5 0,5

Cluster 5 0,5 0,5 0,5 0,2 0,4 0,2 -

Gooi en Vechtstreek . . 0,9 0,6 0,9 0,7

Limburg-Noord . . 0,7 0,6 0,3 0,4 -

Flevoland . . 0,6 0,5 0,4 0,4

Drenthe . . 0,1 0,2 - .

Zeeland . . 0,3 0,4 0,8 0,6

Nederland 1,7 0,3 1,1 0,2 0,9 0,2

---

(20)

Tabel 2.10

Overige overlast: drugsoverlast

---

2005 marge 2006 marge 2007 marge afwijking in 2007

---

regio regio/ 2007

t.o.v. cluster t.o.v.

cluster t.o.v. 2006

NL

---

% 'komt vaak voor' sign. (+/-)

--- ---

Cluster 1 7,0 1,2 7,1 0,7 5,9 0,7

Amsterdam-Amstelland . . 7,7 1,8 6,7 1,7

Rotterdam-Rijnmond . . 8,1 1,7 8,3 1,9 +

Haaglanden . . 8,0 1,7 5,5 1,5

Utrecht . . 4,6 1,4 3,4 1,3 -

Midden- en West-Brabant . . 7,0 1,6 5,4 1,6

Cluster 2 6,6 1,5 4,9 0,6 4,7 0,7

Hollands Midden . . 3,9 1,2 3,2 1,2 -

Kennemerland . . 3,4 1,2 3,9 1,3

Brabant-Zuid-Oost . . 3,7 1,2 3,3 1,3

Groningen . . 4,2 1,2 5,3 1,5

Limburg-Zuid . . 9,1 1,9 8,2 2,0 + +

Cluster 3 4,0 1,2 4,2 0,6 3,7 0,6 -

Gelderland-Midden . . 3,0 1,1 3,3 1,3 -

Zuid-Holland-Zuid . . 5,2 1,5 3,2 1,3 -

Twente . . 3,2 1,2 3,0 1,2 -

Noord- en Oost-Gelderland . . 3,5 1,1 3,9 1,4

Noord-Holland Noord . . 6,5 1,5 5,0 1,5

Cluster 4 4,2 1,3 4,0 0,6 4,3 0,6

Brabant-Noord . . 4,2 1,3 4,5 1,4

Gelderland-Zuid . . 5,7 1,5 4,7 1,5

Fryslân . . 3,7 1,2 3,5 1,3

IJsselland . . 2,5 1,1 3,4 1,2

Zaanstreek-Waterland . . 3,4 1,2 5,8 1,6

Cluster 5 2,8 1,3 3,9 0,6 4,8 0,7

Gooi en Vechtstreek . . 3,6 1,2 3,5 1,3

Limburg-Noord . . 5,1 1,5 5,4 1,6

Flevoland . . 4,4 1,3 7,3 1,8 + +

Drenthe . . 3,0 1,1 3,0 1,1 - -

Zeeland . . 3,2 1,1 4,9 1,5

Nederland 5,4 0,6 5,2 0,3 4,9 0,3

---

(21)

Tabel 2.11

Overige overlast: overlast door omwonenden

---

2005 marge 2006 marge 2007 marge afwijking in 2007

---

regio regio/ 2007

t.o.v. cluster t.o.v.

cluster t.o.v. 2006

NL

---

% 'komt vaak voor' sign. (+/-)

--- ---

Cluster 1 6,2 1,2 5,2 0,6 5,1 0,7

Amsterdam-Amstelland . . 7,0 1,7 8,1 1,8 + +

Rotterdam-Rijnmond . . 4,0 1,2 5,0 1,5

Haaglanden . . 7,8 1,7 6,9 1,7 +

Utrecht . . 3,6 1,2 3,8 1,3

Midden- en West-Brabant . . 4,4 1,3 2,4 1,0 - -

Cluster 2 4,6 1,3 4,4 0,6 4,3 0,6

Hollands Midden . . 4,1 1,2 5,3 1,5

Kennemerland . . 3,5 1,2 4,2 1,4

Brabant-Zuid-Oost . . 3,3 1,1 3,4 1,2

Groningen . . 5,7 1,4 4,6 1,5

Limburg-Zuid . . 5,7 1,5 3,8 1,4

Cluster 3 3,7 1,1 3,4 0,5 4,0 0,6

Gelderland-Midden . . 5,0 1,4 4,1 1,3

Zuid-Holland-Zuid . . 3,7 1,2 4,5 1,5

Twente . . 3,4 1,2 3,6 1,3

Noord- en Oost-Gelderland . . 2,9 1,1 4,0 1,3

Noord-Holland Noord . . 2,1 0,9 3,9 1,3

Cluster 4 3,3 1,2 3,2 0,5 3,9 0,6

Brabant-Noord . . 4,1 1,3 3,2 1,2

Gelderland-Zuid . . 3,1 1,1 2,9 1,2

Fryslân . . 2,3 1,0 4,7 1,5

IJsselland . . 2,4 1,0 3,4 1,2

Zaanstreek-Waterland . . 4,8 1,4 5,8 1,6

Cluster 5 2,7 1,2 3,8 0,6 3,2 0,6 -

Gooi en Vechtstreek . . 4,8 1,3 3,9 1,3

Limburg-Noord . . 3,2 1,2 3,0 1,2

Flevoland . . 6,2 1,5 4,7 1,5

Drenthe . . 2,5 1,0 2,3 1,1 -

Zeeland . . 3,3 1,2 3,0 1,1

(22)

Tabel 2.12

Overige overlast: overlast door groepen jongeren

---

2005 marge 2006 marge 2007 marge afwijking in 2007

---

regio regio/ 2007

t.o.v. cluster t.o.v.

cluster t.o.v. 2006

NL

---

% 'komt vaak voor' sign. (+/-)

--- ---

Cluster 1 13,9 1,7 12,5 1,0 13,8 1,1 +

Amsterdam-Amstelland . . 11,9 2,2 16,0 2,6 +

Rotterdam-Rijnmond . . 13,6 2,3 19,6 2,8 + + +

Haaglanden . . 15,4 2,3 12,1 2,3

Utrecht . . 12,7 2,2 12,1 2,3

Midden- en West-Brabant . . 8,8 1,9 8,3 1,9 -

Cluster 2 9,1 1,8 8,5 0,8 10,3 0,9 +

Hollands Midden . . 9,5 1,9 11,3 2,2

Kennemerland . . 7,6 1,8 11,7 2,3 +

Brabant-Zuid-Oost . . 7,6 1,7 8,9 2,0

Groningen . . 6,6 1,7 7,6 1,8 -

Limburg-Zuid . . 10,7 2,1 12,0 2,3

Cluster 3 8,4 1,7 7,8 0,8 8,0 0,9 -

Gelderland-Midden . . 7,6 1,7 7,2 1,8 -

Zuid-Holland-Zuid . . 11,5 2,1 9,8 2,1

Twente . . 4,5 1,4 6,2 1,7 -

Noord- en Oost-Gelderland . . 7,4 1,7 7,3 1,8 -

Noord-Holland Noord . . 9,0 1,9 10,1 2,1

Cluster 4 7,8 1,8 7,0 0,8 7,1 0,8 -

Brabant-Noord . . 6,8 1,7 6,7 1,8 -

Gelderland-Zuid . . 7,6 1,8 9,3 2,0

Fryslân . . 5,4 1,5 5,5 1,6 -

IJsselland . . 5,6 1,6 4,9 1,5 -

Zaanstreek-Waterland . . 11,3 2,1 11,3 2,3 +

Cluster 5 8,6 2,1 8,4 0,8 6,7 0,8 - -

Gooi en Vechtstreek . . 8,5 1,8 7,9 1,9

Limburg-Noord . . 9,8 2,0 7,4 1,8 -

Flevoland . . 11,7 2,1 9,1 2,0

Drenthe . . 7,0 1,7 4,9 1,5 -

Zeeland . . 5,2 1,5 5,3 1,6 -

Nederland 10,3 0,8 9,4 0,4 10,1 0,5

---

(23)

Tabel 2.13

Ernstige overlast - schaalscore

---

2005 marge 2006 marge 2007 marge afwijking in 2007

---

regio regio/ 2007

t.o.v. cluster t.o.v.

cluster t.o.v. 2006

NL

---

schaalscore sign. (+/-)

--- ---

Cluster 1 2,0 0,1 2,0 0,0 2,0 0,0 +

Amsterdam-Amstelland . . 2,2 0,1 2,1 0,1 + +

Rotterdam-Rijnmond . . 2,1 0,1 2,2 0,1 + +

Haaglanden . . 2,0 0,1 1,9 0,1 +

Utrecht . . 1,9 0,1 1,8 0,1 -

Midden- en West-Brabant . . 1,8 0,1 1,7 0,1 -

Cluster 2 1,8 0,1 1,7 0,0 1,8 0,0 +

Hollands Midden . . 1,8 0,1 1,8 0,1

Kennemerland . . 1,6 0,1 1,8 0,1 +

Brabant-Zuid-Oost . . 1,7 0,1 1,7 0,1

Groningen . . 1,7 0,1 1,8 0,1

Limburg-Zuid . . 1,9 0,1 1,9 0,1 + +

Cluster 3 1,8 0,1 1,7 0,0 1,7 0,0 -

Gelderland-Midden . . 1,6 0,1 1,6 0,1 -

Zuid-Holland-Zuid . . 1,8 0,1 1,7 0,1 -

Twente . . 1,6 0,1 1,6 0,1 -

Noord- en Oost-Gelderland . . 1,6 0,1 1,6 0,1 -

Noord-Holland Noord . . 1,8 0,1 1,8 0,1 +

Cluster 4 1,7 0,1 1,7 0,0 1,7 0,0 -

Brabant-Noord . . 1,6 0,1 1,7 0,1 -

Gelderland-Zuid . . 1,7 0,1 1,7 0,1

Fryslân . . 1,6 0,1 1,6 0,1 -

IJsselland . . 1,6 0,1 1,6 0,1 -

Zaanstreek-Waterland . . 1,7 0,1 1,8 0,1 +

Cluster 5 1,6 0,1 1,7 0,0 1,6 0,0 -

Gooi en Vechtstreek . . 1,7 0,1 1,6 0,1 -

Limburg-Noord . . 1,8 0,1 1,7 0,1

Flevoland . . 1,7 0,1 1,7 0,1

Drenthe . . 1,6 0,1 1,6 0,1 -

Zeeland . . 1,6 0,1 1,6 0,1 -

(24)

Tabel 2.14

Fysieke verloedering: bekladding van muren, gebouwen

---

2005 marge 2006 marge 2007 marge afwijking in 2007

---

regio regio/ 2007

t.o.v. cluster t.o.v.

cluster t.o.v. 2006

NL

---

% 'komt vaak voor' sign. (+/-)

--- ---

Cluster 1 9,1 1,4 8,6 0,8 10,3 1,0 +

Amsterdam-Amstelland . . 12,7 2,4 17,4 2,7 + +

Rotterdam-Rijnmond . . 9,4 2,0 12,1 2,3 +

Haaglanden . . 10,1 1,9 10,2 2,1 +

Utrecht . . 6,6 1,6 6,7 1,8 -

Midden- en West-Brabant . . 4,9 1,4 6,0 1,7 -

Cluster 2 5,3 1,4 4,7 0,6 6,2 0,7 +

Hollands Midden . . 3,9 1,3 5,1 1,5

Kennemerland . . 5,5 1,6 7,1 1,8

Brabant-Zuid-Oost . . 3,1 1,2 5,6 1,6

Groningen . . 5,5 1,4 4,3 1,4 -

Limburg-Zuid . . 5,9 1,6 9,1 2,0 +

Cluster 3 4,3 1,2 4,2 0,6 4,5 0,6 -

Gelderland-Midden . . 5,8 1,6 5,0 1,5

Zuid-Holland-Zuid . . 4,4 1,4 6,5 1,7

Twente . . 3,8 1,3 2,1 1,0 - -

Noord- en Oost-Gelderland . . 3,5 1,2 4,2 1,4 -

Noord-Holland Noord . . 3,7 1,3 5,2 1,5

Cluster 4 4,3 1,3 4,4 0,6 4,5 0,7 -

Brabant-Noord . . 4,8 1,5 5,3 1,6

Gelderland-Zuid . . 5,3 1,5 5,1 1,6

Fryslân . . 2,2 1,0 2,2 1,0 - -

IJsselland . . 3,3 1,2 3,9 1,3 -

Zaanstreek-Waterland . . 8,1 1,9 7,7 1,9 +

Cluster 5 3,7 1,4 4,5 0,6 4,2 0,6 -

Gooi en Vechtstreek . . 5,2 1,4 4,7 1,5 -

Limburg-Noord . . 3,6 1,3 2,1 1,0 - -

Flevoland . . 8,2 1,8 8,0 1,9 +

Drenthe . . 3,5 1,2 3,9 1,4 -

Zeeland . . 3,5 1,3 3,4 1,3 -

Nederland 6,0 0,6 5,8 0,3 6,7 0,4 +

---

(25)

Tabel 2.15

Fysiek verloedering: rommel op straat

---

2005 marge 2006 marge 2007 marge afwijking in 2007

---

regio regio/ 2007

t.o.v. cluster t.o.v.

cluster t.o.v. 2006

NL

---

% 'komt vaak voor' sign. (+/-)

--- ---

Cluster 1 26,3 2,1 26,6 1,3 26,4 1,4 +

Amsterdam-Amstelland . . 34,5 3,2 31,0 3,3 +

Rotterdam-Rijnmond . . 29,7 3,0 30,3 3,2 +

Haaglanden . . 28,5 3,0 28,7 3,2 +

Utrecht . . 21,8 2,7 22,3 3,0

Midden- en West-Brabant . . 19,6 2,6 19,8 2,8 -

Cluster 2 18,8 2,4 18,8 1,2 18,9 1,2

Hollands Midden . . 18,6 2,6 20,0 2,7

Kennemerland . . 22,8 2,9 24,7 3,0 + +

Brabant-Zuid-Oost . . 16,9 2,4 15,9 2,5 -

Groningen . . 16,1 2,5 14,5 2,4 - -

Limburg-Zuid . . 20,3 2,7 20,7 2,9

Cluster 3 15,2 2,2 16,0 1,1 15,9 1,1 -

Gelderland-Midden . . 17,1 2,4 13,3 2,3 -

Zuid-Holland-Zuid . . 20,9 2,7 16,6 2,6 -

Twente . . 13,9 2,4 12,9 2,3 -

Noord- en Oost-Gelderland . . 13,8 2,3 17,4 2,7

Noord-Holland Noord . . 15,7 2,4 18,9 2,8

Cluster 4 13,8 2,3 15,1 1,1 16,9 1,2 -

Brabant-Noord . . 14,6 2,4 17,2 2,7

Gelderland-Zuid . . 17,9 2,6 17,5 2,7

Fryslân . . 11,7 2,1 12,0 2,3 - -

IJsselland . . 12,4 2,3 16,4 2,6 -

Zaanstreek-Waterland . . 22,3 2,9 26,2 3,1 + +

Cluster 5 14,3 2,7 16,9 1,1 16,7 1,2 -

Gooi en Vechtstreek . . 17,0 2,5 17,6 2,7

Limburg-Noord . . 18,1 2,6 14,8 2,5 -

Flevoland . . 24,9 2,9 25,4 3,1 + +

Drenthe . . 13,8 2,3 15,0 2,5 -

Zeeland . . 11,8 2,2 12,6 2,4 - -

Nederland 19,3 1,1 20,0 0,6 20,2 0,6

---

(26)

Tabel 2.16

Fysieke verloedering: hondenpoep op straat

---

2005 marge 2006 marge 2007 marge afwijking in 2007

---

regio regio/ 2007

t.o.v. cluster t.o.v.

cluster t.o.v. 2006

NL

---

% 'komt vaak voor' sign. (+/-)

--- ---

Cluster 1 43,7 2,4 40,8 1,5 38,1 1,5 +

Amsterdam-Amstelland . . 38,8 3,3 36,2 3,4

Rotterdam-Rijnmond . . 46,0 3,4 39,1 3,5 + -

Haaglanden . . 47,5 3,4 44,5 3,5 + +

Utrecht . . 35,9 3,2 33,2 3,4 -

Midden- en West-Brabant . . 35,5 3,2 37,9 3,4

Cluster 2 38,7 3,0 38,2 1,5 35,3 1,5

Hollands Midden . . 38,4 3,2 36,3 3,4

Kennemerland . . 35,6 3,3 32,8 3,3

Brabant-Zuid-Oost . . 37,0 3,2 31,7 3,2

Groningen . . 33,6 3,2 31,6 3,2

Limburg-Zuid . . 45,6 3,4 43,6 3,5 + +

Cluster 3 36,4 2,9 32,8 1,4 30,1 1,5 -

Gelderland-Midden . . 37,2 3,3 32,0 3,3

Zuid-Holland-Zuid . . 38,7 3,3 35,4 3,4 +

Twente . . 30,1 3,2 25,1 3,0 - -

Noord- en Oost-Gelderland . . 27,9 3,0 28,6 3,2 -

Noord-Holland Noord . . 32,7 3,2 31,0 3,3

Cluster 4 33,0 3,1 31,0 1,4 30,5 1,5 -

Brabant-Noord . . 27,9 3,1 28,9 3,2 -

Gelderland-Zuid . . 33,4 3,2 33,3 3,4

Fryslân . . 31,7 3,1 30,1 3,2 -

IJsselland . . 26,9 3,1 25,7 3,1 - -

Zaanstreek-Waterland . . 37,6 3,4 37,4 3,4 +

Cluster 5 33,2 3,6 35,3 1,5 33,1 1,5

Gooi en Vechtstreek . . 45,0 3,3 40,2 3,5 + +

Limburg-Noord . . 36,0 3,3 33,4 3,3

Flevoland . . 35,1 3,2 32,0 3,3

Drenthe . . 29,6 3,1 26,0 3,1 - -

Zeeland . . 35,3 3,3 38,1 3,5 +

Nederland 38,3 1,3 36,5 0,7 34,2 0,7 -

---

(27)

Tabel 2.17

Fysieke verloedering: vernieling van straatmeubilair

---

2005 marge 2006 marge 2007 marge afwijking in 2007

---

regio regio/ 2007

t.o.v. cluster t.o.v.

cluster t.o.v. 2006

NL

---

% 'komt vaak voor' sign. (+/-)

--- ---

Cluster 1 18,1 1,9 17,1 1,1 18,8 1,2 +

Amsterdam-Amstelland . . 13,9 2,3 13,1 2,4 -

Rotterdam-Rijnmond . . 23,3 2,9 22,3 3,0 +

Haaglanden . . 15,5 2,4 16,7 2,7

Utrecht . . 20,1 2,7 26,6 3,2 + + +

Midden- en West-Brabant . . 11,1 2,1 13,0 2,4 - -

Cluster 2 14,2 2,1 14,5 1,1 15,0 1,1

Hollands Midden . . 18,3 2,6 18,4 2,7

Kennemerland . . 13,1 2,3 17,7 2,7

Brabant-Zuid-Oost . . 9,0 1,8 9,2 2,0 - -

Groningen . . 15,7 2,5 18,1 2,7

Limburg-Zuid . . 16,0 2,5 12,8 2,4 -

Cluster 3 14,3 2,1 13,8 1,1 15,6 1,2

Gelderland-Midden . . 14,6 2,4 15,4 2,5

Zuid-Holland-Zuid . . 22,0 2,8 24,5 3,1 + +

Twente . . 7,4 1,8 6,6 1,7 - -

Noord- en Oost-Gelderland . . 10,2 2,0 10,7 2,2 - -

Noord-Holland Noord . . 17,7 2,6 24,2 3,0 + + +

Cluster 4 12,0 2,2 12,7 1,0 14,1 1,1 -

Brabant-Noord . . 11,6 2,2 14,4 2,5

Gelderland-Zuid . . 16,1 2,4 13,3 2,4

Fryslân . . 9,6 2,0 12,0 2,3 -

IJsselland . . 9,0 2,0 10,8 2,2 -

Zaanstreek-Waterland . . 21,6 2,9 24,4 3,1 + +

Cluster 5 13,4 2,6 12,7 1,0 13,4 1,1 -

Gooi en Vechtstreek . . 15,8 2,4 16,2 2,6

Limburg-Noord . . 8,5 1,9 10,1 2,1 - -

Flevoland . . 24,7 2,9 23,8 3,0 + +

Drenthe . . 11,5 2,1 12,9 2,3 -

Zeeland . . 6,8 1,7 6,9 1,8 - -

(28)

Tabel 2.18

Fysieke verloedering - schaalscore

---

2005 marge 2006 marge 2007 marge afwijking in 2007

---

regio regio/ 2007

t.o.v. cluster t.o.v.

cluster t.o.v. 2006

NL

---

schaalscore sign. (+/-)

--- ---

Cluster 1 3,3 0,1 3,2 0,0 3,2 0,0 +

Amsterdam-Amstelland . . 3,4 0,1 3,4 0,1 +

Rotterdam-Rijnmond . . 3,5 0,1 3,4 0,1 + +

Haaglanden . . 3,3 0,1 3,4 0,1 +

Utrecht . . 3,1 0,1 3,2 0,1 +

Midden- en West-Brabant . . 2,8 0,1 2,9 0,1 -

Cluster 2 2,9 0,1 2,9 0,0 2,9 0,0

Hollands Midden . . 3,1 0,1 3,0 0,1 +

Kennemerland . . 2,9 0,1 3,0 0,1

Brabant-Zuid-Oost . . 2,7 0,1 2,6 0,1 - -

Groningen . . 2,9 0,1 2,8 0,1 -

Limburg-Zuid . . 3,0 0,1 3,0 0,1

Cluster 3 2,9 0,1 2,7 0,0 2,7 0,0 -

Gelderland-Midden . . 2,9 0,1 2,7 0,1 -

Zuid-Holland-Zuid . . 3,1 0,1 3,0 0,1 +

Twente . . 2,5 0,1 2,4 0,1 - -

Noord- en Oost-Gelderland . . 2,5 0,1 2,6 0,1 - -

Noord-Holland Noord . . 2,8 0,1 2,9 0,1 +

Cluster 4 2,7 0,1 2,7 0,0 2,7 0,0 -

Brabant-Noord . . 2,6 0,1 2,7 0,1 -

Gelderland-Zuid . . 2,9 0,1 2,8 0,1

Fryslân . . 2,6 0,1 2,5 0,1 - -

IJsselland . . 2,5 0,1 2,6 0,1 -

Zaanstreek-Waterland . . 3,2 0,1 3,3 0,1 + +

Cluster 5 2,7 0,1 2,8 0,0 2,7 0,0 -

Gooi en Vechtstreek . . 3,0 0,1 3,0 0,1 +

Limburg-Noord . . 2,7 0,1 2,6 0,1 - -

Flevoland . . 3,1 0,1 3,1 0,1 + +

Drenthe . . 2,6 0,1 2,6 0,1 -

Zeeland . . 2,6 0,1 2,6 0,1 -

Nederland 3,0 0,0 2,9 0,0 2,9 0,0

---

(29)

Tabel 2.19

Sociale cohesie, 2007

--- Ik heb veel Ik heb veel In deze buurt Ik woon in De mensen Ik voel mij Als het maar Ik ben tevre-

contact contact gaat men op een gezellige kennen thuis bij de enigszins mo- den met de

met mijn met andere een prettige buurt met elkaar in mensen die gelijk is ga ik bevolkingssa-

directe buurt- manier met veel saam- deze buurt in deze buurt uit deze buurt menstelling

buren bewoners elkaar om horigheid nauwelijks wonen verhuizen in deze buurt

--- --- --- --- --- --- --- ---

marge marge marge marge marge marge marge marge

---

% '(helemaal) eens'

Cluster 1 61,5 1,5 41,1 1,6 81,0 1,2 53,8 1,6 26,4 1,4 74,4 1,4 13,8 1,1 80,6 1,2

Amsterdam-Amstelland 60,0 3,5 36,4 3,5 78,5 2,9 51,7 3,6 31,2 3,3 71,6 3,2 17,2 2,5 75,6 3,0

Rotterdam-Rijnmond 61,9 3,4 40,2 3,5 78,7 2,8 49,5 3,5 28,4 3,1 71,5 3,2 14,6 2,4 77,0 2,9

Haaglanden 60,7 3,4 36,5 3,5 80,6 2,7 52,6 3,6 29,3 3,2 73,1 3,1 17,2 2,6 82,4 2,6

Utrecht 62,5 3,4 43,1 3,6 82,5 2,7 52,2 3,6 24,7 3,0 74,6 3,0 10,9 2,1 81,4 2,7

Midden- en West-Brabant 62,1 3,4 48,5 3,5 84,9 2,5 63,4 3,4 18,7 2,7 81,4 2,7 9,6 2,0 86,8 2,4

Cluster 2 63,3 1,5 48,7 1,6 84,9 1,1 56,8 1,6 19,4 1,2 77,9 1,3 11,3 1,0 85,6 1,1

Hollands Midden 63,0 3,4 46,8 3,5 87,8 2,3 57,1 3,5 17,6 2,6 79,0 2,8 12,3 2,3 85,8 2,4

Kennemerland 66,5 3,3 46,7 3,5 84,9 2,5 52,9 3,5 20,1 2,8 76,8 3,0 11,2 2,2 84,6 2,5

Brabant-Zuid-Oost 63,9 3,3 50,2 3,5 85,6 2,4 60,2 3,4 19,5 2,7 79,0 2,8 9,0 1,9 86,7 2,4

Groningen 61,9 3,4 48,7 3,5 83,5 2,6 57,2 3,5 19,9 2,7 75,4 3,0 11,3 2,2 87,4 2,4

Limburg-Zuid 61,7 3,5 50,6 3,6 82,2 2,7 55,5 3,5 20,4 2,8 78,4 2,9 12,8 2,3 83,1 2,7

Cluster 3 68,7 1,5 51,7 1,6 89,1 1,0 62,1 1,5 15,7 1,1 80,8 1,2 10,8 1,0 88,6 1,0

Gelderland-Midden 66,9 3,3 47,3 3,5 86,8 2,3 59,3 3,4 19,0 2,7 78,7 2,8 10,4 2,1 88,3 2,2

Zuid-Holland-Zuid 68,4 3,3 50,7 3,5 87,5 2,3 58,4 3,5 17,0 2,6 80,2 2,8 11,6 2,2 86,7 2,4

Twente 69,8 3,2 54,0 3,5 88,6 2,2 66,0 3,3 16,4 2,5 80,8 2,7 10,1 2,1 89,3 2,1

Noord- en Oost-Gelderland 70,2 3,2 52,6 3,5 90,5 2,0 63,9 3,4 13,9 2,4 82,3 2,6 10,2 2,1 89,4 2,2

Noord-Holland Noord 67,6 3,3 53,7 3,6 91,0 2,0 61,5 3,5 13,1 2,3 81,5 2,7 12,2 2,2 88,8 2,1

Cluster 4 67,0 1,5 52,0 1,6 87,7 1,0 60,9 1,5 17,3 1,2 79,7 1,3 11,2 1,0 88,0 1,0

Brabant-Noord 66,2 3,4 51,3 3,6 88,6 2,2 64,1 3,4 19,2 2,8 82,8 2,7 9,8 2,1 88,3 2,3

Gelderland-Zuid 64,0 3,4 50,0 3,6 83,8 2,6 55,3 3,6 17,8 2,6 77,3 3,0 11,7 2,3 85,3 2,5

Fryslân 67,9 3,2 55,6 3,5 89,6 2,1 63,4 3,4 15,1 2,5 81,9 2,7 10,8 2,1 89,6 2,1

IJsselland 67,9 3,3 51,6 3,5 89,2 2,1 62,2 3,4 16,3 2,6 78,4 2,8 11,8 2,2 89,4 2,2

Zaanstreek-Waterland 70,0 3,2 50,2 3,6 86,3 2,5 57,1 3,5 18,5 2,7 75,4 3,0 12,8 2,3 86,8 2,4

Cluster 5 66,5 1,5 50,5 1,6 87,4 1,0 60,4 1,6 17,0 1,2 80,7 1,2 10,3 1,0 87,1 1,0

Gooi en Vechtstreek 64,8 3,3 46,3 3,5 85,9 2,3 52,3 3,5 23,2 2,9 76,1 2,9 13,4 2,3 87,1 2,3

Limburg-Noord 66,5 3,3 51,8 3,5 88,4 2,2 65,6 3,3 14,4 2,4 85,1 2,5 7,8 1,8 87,3 2,3

Flevoland 61,7 3,4 44,9 3,5 82,7 2,7 53,5 3,5 26,8 3,0 72,6 3,1 14,7 2,4 85,9 2,4

Drenthe 70,6 3,2 54,4 3,5 89,8 2,1 65,6 3,4 12,6 2,3 82,1 2,6 9,3 2,0 86,7 2,3

Zeeland 66,7 3,3 51,6 3,6 88,5 2,2 58,6 3,5 13,2 2,3 83,5 2,6 8,8 2,0 88,6 2,3

Nederland 64,7 0,7 47,5 0,8 85,2 0,5 57,9 0,7 20,4 0,6 77,9 0,6 11,9 0,5 85,1 0,5

(30)
(31)

3. Onveiligheidsgevoelens

Tabel 3.1

Onveiligheidsgevoelens - landelijk overzicht

---

2005 marge 2006 marge 2007 marge afwijking

2007 t.o.v.

2006 ---

% sign. (+/-)

--- ---

Voelt zich wel eens onveilig 27,0 1,2 23,7 0,6 21,8 0,6 -

Voelt zich vaak onveilig 4,8 0,6 3,8 0,3 2,9 0,3 -

% 'komt vaak voor'

---

Mijdt bepaalde plekken in woonplaats vanwege onveiligheid 9,0 0,8 8,0 0,4 7,0 0,4 -

Doet 's avonds en 's nachts niet open vanwege onveiligheid 14,6 1,0 15,3 0,5 14,1 0,5 -

Laat waardevolle spullen thuis om beroving/diefstal te voorkomen 12,6 0,9 10,3 0,4 9,2 0,4 -

Rijdt of loopt om om onveilige plekken te mijden 7,9 0,7 6,6 0,4 5,9 0,4

Staat kinderen niet toe ergens naar toe te gaan vanwege onveiligheid1) 20,3 2,5 20,1 1,3 18,7 1,3

Maakt geen gebruik van openbaar vervoer vanwege onveiligheid2) 3,2 0,6 2,5 0,3 1,9 0,3

schaalscore

---

Beleving van onveiligheid 2,8 0,1 2,6 0,0 2,5 0,0 -

---

1) Alleen personen met kinderen tot 15 jaar.

2) Exclusief personen die geen gebruik maken van het openbaar vervoer.

(32)

Tabel 3.2

Onveiligheidsgevoelens: voelt zich wel eens onveilig

---

2005 marge 2006 marge 2007 marge afwijking in 2007

---

regio regio/ 2007

t.o.v. cluster t.o.v.

cluster t.o.v. 2006

NL

---

% sign. (+/-)

--- ---

Cluster 1 31,0 2,2 28,2 1,3 26,0 1,4 +

Amsterdam-Amstelland . . 26,2 3,0 25,6 3,1 +

Rotterdam-Rijnmond . . 31,0 3,0 28,9 3,2 +

Haaglanden . . 31,8 3,1 27,2 3,1 +

Utrecht . . 26,5 2,9 25,6 3,1 +

Midden- en West-Brabant . . 25,2 2,9 22,4 2,9

Cluster 2 26,3 2,7 24,5 1,3 22,0 1,3

Hollands Midden . . 24,3 2,8 19,8 2,8

Kennemerland . . 25,7 3,0 19,5 2,8 -

Brabant-Zuid-Oost . . 25,0 2,8 22,0 2,9

Groningen . . 19,7 2,7 20,4 2,8

Limburg-Zuid . . 27,4 3,0 28,1 3,2 + +

Cluster 3 25,0 2,6 20,4 1,2 17,5 1,2 - -

Gelderland-Midden . . 22,9 2,8 19,0 2,7

Zuid-Holland-Zuid . . 21,6 2,8 19,0 2,8

Twente . . 16,3 2,6 14,1 2,4 -

Noord- en Oost-Gelderland . . 18,7 2,6 17,1 2,6 -

Noord-Holland Noord . . 23,2 2,8 18,7 2,8

Cluster 4 25,0 2,9 20,4 1,2 20,0 1,3

Brabant-Noord . . 22,5 2,9 22,4 3,0

Gelderland-Zuid . . 23,4 2,8 23,4 3,0

Fryslân . . 18,7 2,7 16,8 2,6 -

IJsselland . . 18,6 2,7 18,0 2,7 -

Zaanstreek-Waterland . . 17,7 2,7 19,5 2,8

Cluster 5 23,3 3,2 19,6 1,2 19,2 1,2 -

Gooi en Vechtstreek . . 23,1 2,7 20,5 2,9

Limburg-Noord . . 23,1 2,9 23,9 3,0 +

Flevoland . . 22,4 2,8 22,9 3,0

Drenthe . . 15,5 2,5 13,0 2,4 - -

Zeeland . . 15,1 2,4 16,6 2,6 -

Nederland 27,0 1,2 23,7 0,6 21,8 0,6 -

---

(33)

Tabel 3.3

Onveiligheidsgevoelens: voelt zich vaak onveilig

---

2005 marge 2006 marge 2007 marge afwijking in 2007

---

regio regio/ 2007

t.o.v. cluster t.o.v.

cluster t.o.v. 2006

NL

---

% sign. (+/-)

--- ---

Cluster 1 6,4 1,1 5,3 0,6 3,9 0,6 + -

Amsterdam-Amstelland . . 4,7 1,4 3,3 1,3

Rotterdam-Rijnmond . . 6,9 1,6 4,1 1,4

Haaglanden . . 4,9 1,4 5,4 1,5 +

Utrecht . . 4,3 1,3 3,6 1,3

Midden- en West-Brabant . . 5,3 1,4 2,9 1,2

Cluster 2 5,5 1,3 3,8 0,5 2,9 0,5

Hollands Midden . . 2,9 1,1 2,5 1,1

Kennemerland . . 4,3 1,4 1,5 0,8 - - -

Brabant-Zuid-Oost . . 4,3 1,2 2,7 1,2

Groningen . . 2,5 1,0 2,0 1,0

Limburg-Zuid . . 5,2 1,4 5,5 1,6 + +

Cluster 3 3,8 1,1 3,0 0,5 1,7 0,4 - -

Gelderland-Midden . . 3,2 1,1 1,9 0,9

Zuid-Holland-Zuid . . 3,2 1,2 2,2 1,0

Twente . . 2,0 1,0 0,8 0,6 -

Noord- en Oost-Gelderland . . 2,5 0,9 1,6 0,8 -

Noord-Holland Noord . . 4,1 1,2 2,0 1,0

Cluster 4 3,3 1,1 2,4 0,5 2,6 0,5

Brabant-Noord . . 2,4 1,0 3,1 1,2

Gelderland-Zuid . . 2,2 1,0 2,9 1,2

Fryslân . . 2,0 0,9 2,1 1,0

IJsselland . . 3,1 1,2 2,5 1,1

Zaanstreek-Waterland . . 2,2 1,0 2,2 1,0

Cluster 5 2,7 1,2 2,6 0,5 2,4 0,5

Gooi en Vechtstreek . . 3,0 1,1 2,6 1,1

Limburg-Noord . . 3,6 1,3 3,5 1,3

Flevoland . . 3,1 1,1 2,7 1,1

Drenthe . . 1,9 0,8 1,6 0,8 -

Zeeland . . 1,7 0,9 1,6 0,8 -

Nederland 4,8 0,6 3,8 0,3 2,9 0,3 -

---

(34)

Tabel 3.4

Onveiligheidsgevoelens in verschillende situaties, 2007

---

Openbaar Uitgaans- Eigen huis Eigen buurt Rondhangende Winkelcentrum

vervoer gelegenheden jongeren

--- --- --- --- --- ---

marge marge marge marge marge marge

---

% 'voelt zich wel eens onveilig'

Cluster 1 7,1 0,8 11,6 1,0 3,1 0,5 11,5 1,0 19,3 1,2 5,9 0,7

Amsterdam-Amstelland 8,3 1,9 9,8 2,0 3,2 1,2 12,9 2,3 18,1 2,7 4,8 1,5

Rotterdam-Rijnmond 8,9 2,0 12,8 2,3 3,7 1,3 13,3 2,3 22,1 2,9 6,5 1,7

Haaglanden 10,0 2,1 12,2 2,3 3,4 1,2 12,6 2,3 20,1 2,8 5,8 1,6

Utrecht 4,9 1,5 11,4 2,3 3,2 1,2 9,6 2,1 19,1 2,8 6,4 1,7

Midden- en West-Brabant 3,8 1,3 11,4 2,2 2,1 1,0 9,1 2,0 16,9 2,6 5,9 1,6

Cluster 2 4,1 0,6 10,7 1,0 3,4 0,6 7,9 0,8 16,2 1,2 4,4 0,6

Hollands Midden 3,4 1,3 10,1 2,1 3,1 1,2 5,5 1,6 15,5 2,6 4,2 1,4

Kennemerland 5,5 1,6 9,9 2,1 3,2 1,2 6,1 1,7 15,4 2,6 3,9 1,4

Brabant-Zuid-Oost 4,2 1,4 11,2 2,1 3,0 1,2 8,9 2,0 16,3 2,5 4,3 1,4

Groningen 3,1 1,2 11,0 2,1 2,8 1,2 6,3 1,7 14,3 2,4 3,8 1,3

Limburg-Zuid 4,7 1,5 11,3 2,2 4,9 1,5 12,4 2,3 19,3 2,8 5,5 1,6

Cluster 3 3,6 0,6 8,5 0,9 2,8 0,5 5,6 0,7 12,3 1,0 4,4 0,6

Gelderland-Midden 5,5 1,6 9,7 2,1 4,9 1,4 7,6 1,8 13,9 2,4 4,7 1,5

Zuid-Holland-Zuid 3,3 1,3 8,1 2,0 2,1 1,0 7,2 1,8 13,7 2,5 4,6 1,5

Twente 2,3 1,0 6,3 1,7 2,1 0,9 4,9 1,5 9,6 2,0 3,1 1,2

Noord- en Oost-Gelderland 2,9 1,2 8,1 1,9 2,7 1,1 4,4 1,4 11,8 2,3 4,5 1,4

Noord-Holland Noord 4,0 1,3 10,0 2,1 1,8 0,9 4,7 1,5 12,9 2,4 5,3 1,6

Cluster 4 3,5 0,6 9,6 0,9 2,7 0,5 6,4 0,8 14,0 1,1 4,9 0,7

Brabant-Noord 4,6 1,5 9,8 2,1 3,2 1,2 6,9 1,8 16,3 2,6 5,9 1,6

Gelderland-Zuid 3,7 1,4 9,5 2,1 2,6 1,2 7,2 1,8 15,5 2,6 5,4 1,6

Fryslân 2,1 1,0 9,0 2,0 2,8 1,2 5,4 1,5 11,0 2,2 4,0 1,3

IJsselland 3,1 1,2 9,6 2,1 1,9 1,0 6,2 1,7 12,9 2,4 3,7 1,4

Zaanstreek-Waterland 4,6 1,6 10,1 2,2 2,9 1,2 6,5 1,8 15,0 2,6 5,6 1,6

Cluster 5 4,0 0,6 9,7 0,9 2,6 0,5 6,5 0,8 14,0 1,1 5,3 0,7

Gooi en Vechtstreek 5,3 1,6 9,7 2,1 2,6 1,1 7,7 1,8 15,0 2,5 4,0 1,4

Limburg-Noord 4,9 1,5 13,1 2,4 3,6 1,3 7,1 1,8 17,2 2,7 5,5 1,6

Flevoland 6,7 1,8 10,9 2,2 3,0 1,2 9,7 2,1 18,3 2,7 10,8 2,2

Drenthe 1,9 0,9 6,6 1,7 1,9 0,8 4,0 1,4 8,7 2,0 3,8 1,3

Zeeland 2,2 1,1 7,9 1,9 1,7 0,9 5,2 1,6 11,8 2,3 2,7 1,1

Nederland 4,9 0,3 10,3 0,5 3,0 0,3 8,2 0,4 15,9 0,6 5,1 0,3

---

(35)

Tabel 3.5

Mijdt bepaalde plekken in woonplaats vanwege onveiligheid

---

2005 marge 2006 marge 2007 marge afwijking in 2007

---

regio regio/ 2007

t.o.v. cluster t.o.v.

cluster t.o.v. 2006

NL

---

% 'komt vaak voor' sign. (+/-)

--- ---

Cluster 1 12,8 1,6 10,4 0,9 9,0 0,9 +

Amsterdam-Amstelland . . 12,8 2,2 9,2 2,0

Rotterdam-Rijnmond . . 13,0 2,2 11,4 2,2 +

Haaglanden . . 11,2 2,1 10,4 2,1 +

Utrecht . . 7,4 1,7 8,1 1,9

Midden- en West-Brabant . . 7,8 1,8 5,5 1,6 -

Cluster 2 9,3 1,8 8,3 0,8 7,2 0,8

Hollands Midden . . 9,7 1,9 6,2 1,7

Kennemerland . . 7,1 1,7 5,3 1,5

Brabant-Zuid-Oost . . 8,6 1,8 7,0 1,7

Groningen . . 7,5 1,8 7,4 1,8

Limburg-Zuid . . 7,8 1,8 9,9 2,1 +

Cluster 3 6,7 1,5 6,7 0,7 5,1 0,7 - -

Gelderland-Midden . . 7,9 1,8 5,1 1,5

Zuid-Holland-Zuid . . 6,9 1,7 6,3 1,7

Twente . . 4,8 1,5 4,0 1,3 -

Noord- en Oost-Gelderland . . 6,0 1,5 5,6 1,6

Noord-Holland Noord . . 8,0 1,8 4,9 1,5 -

Cluster 4 6,1 1,6 5,5 0,7 5,9 0,7

Brabant-Noord . . 5,5 1,5 7,0 1,8

Gelderland-Zuid . . 3,5 1,3 6,5 1,8

Fryslân . . 5,2 1,5 4,8 1,5 -

IJsselland . . 7,3 1,8 5,4 1,6

Zaanstreek-Waterland . . 6,6 1,7 5,9 1,7

Cluster 5 5,6 1,7 5,9 0,7 5,9 0,7 -

Gooi en Vechtstreek . . 5,5 1,5 5,5 1,6

Limburg-Noord . . 6,5 1,7 6,4 1,7

Flevoland . . 10,5 2,0 7,9 1,9

Drenthe . . 4,0 1,3 4,4 1,4 -

Zeeland . . 3,8 1,2 5,5 1,5

Nederland 9,0 0,8 8,0 0,4 7,0 0,4 -

---

(36)

Tabel 3.6

Doet 's avonds en 's nachts niet open vanwege onveiligheid

---

2005 marge 2006 marge 2007 marge afwijking in 2007

---

regio regio/ 2007

t.o.v. cluster t.o.v.

cluster t.o.v. 2006

NL

---

% 'komt vaak voor' sign. (+/-)

--- ---

Cluster 1 18,2 1,9 18,4 1,1 16,8 1,2 +

Amsterdam-Amstelland . . 23,0 2,7 18,5 2,7 +

Rotterdam-Rijnmond . . 23,2 2,8 19,2 2,7 +

Haaglanden . . 18,9 2,6 19,0 2,7 +

Utrecht . . 12,0 2,1 12,1 2,3 -

Midden- en West-Brabant . . 15,2 2,3 15,7 2,5

Cluster 2 14,8 2,2 15,2 1,1 15,2 1,1

Hollands Midden . . 12,3 2,1 14,4 2,4

Kennemerland . . 15,1 2,4 11,6 2,2 -

Brabant-Zuid-Oost . . 16,2 2,4 15,4 2,5

Groningen . . 11,9 2,2 11,8 2,2 -

Limburg-Zuid . . 20,7 2,7 22,0 3,0 + +

Cluster 3 12,3 2,0 13,1 1,0 10,3 0,9 - -

Gelderland-Midden . . 14,2 2,2 10,4 2,1 -

Zuid-Holland-Zuid . . 13,8 2,3 11,9 2,3

Twente . . 12,3 2,2 7,8 1,8 - -

Noord- en Oost-Gelderland . . 11,7 2,1 9,8 2,1 -

Noord-Holland Noord . . 14,1 2,3 12,1 2,3

Cluster 4 10,2 2,0 12,6 1,0 12,2 1,0 -

Brabant-Noord . . 16,7 2,5 14,1 2,4

Gelderland-Zuid . . 10,9 2,0 13,0 2,3

Fryslân . . 12,7 2,2 10,6 2,1 -

IJsselland . . 10,0 2,1 10,7 2,2 -

Zaanstreek-Waterland . . 11,1 2,2 12,9 2,4

Cluster 5 13,7 2,6 13,9 1,0 12,9 1,1

Gooi en Vechtstreek . . 13,3 2,2 14,9 2,5

Limburg-Noord . . 18,9 2,7 16,4 2,6

Flevoland . . 14,8 2,3 12,3 2,3

Drenthe . . 10,4 2,0 8,0 1,9 - -

Zeeland . . 11,2 2,1 13,8 2,4

Nederland 14,6 1,0 15,3 0,5 14,1 0,5 -

---

(37)

Tabel 3.7

Laat waardevolle spullen thuis om beroving/diefstal te voorkomen

---

2005 marge 2006 marge 2007 marge afwijking in 2007

---

regio regio/ 2007

t.o.v. cluster t.o.v.

cluster t.o.v. 2006

NL

---

% 'komt vaak voor' sign. (+/-)

--- ---

Cluster 1 15,6 1,8 12,5 1,0 11,4 1,0 +

Amsterdam-Amstelland . . 14,3 2,4 10,7 2,3

Rotterdam-Rijnmond . . 14,0 2,3 12,1 2,3 +

Haaglanden . . 13,6 2,3 15,4 2,5 + +

Utrecht . . 10,4 2,0 9,8 2,1

Midden- en West-Brabant . . 10,6 2,0 9,2 2,1

Cluster 2 12,8 2,1 10,2 0,9 8,9 0,9

Hollands Midden . . 10,1 1,9 8,6 2,0

Kennemerland . . 8,8 2,0 10,1 2,1

Brabant-Zuid-Oost . . 10,7 2,0 7,7 1,8

Groningen . . 8,4 1,8 6,4 1,6 -

Limburg-Zuid . . 12,6 2,2 11,8 2,3

Cluster 3 10,7 1,9 8,8 0,8 7,9 0,8 -

Gelderland-Midden . . 11,6 2,1 7,9 1,9

Zuid-Holland-Zuid . . 8,9 1,9 8,3 1,9

Twente . . 5,5 1,5 6,2 1,7 -

Noord- en Oost-Gelderland . . 8,4 1,8 8,4 1,9

Noord-Holland Noord . . 9,7 2,0 8,7 2,0

Cluster 4 9,4 1,9 8,4 0,8 7,5 0,8 -

Brabant-Noord . . 9,2 1,9 8,8 2,0

Gelderland-Zuid . . 8,6 1,9 7,4 1,8

Fryslân . . 8,3 1,8 5,8 1,6 -

IJsselland . . 7,2 1,8 7,6 1,9

Zaanstreek-Waterland . . 8,8 1,9 8,3 2,0

Cluster 5 10,8 2,4 8,7 0,8 8,3 0,9

Gooi en Vechtstreek . . 9,5 1,9 9,6 2,0

Limburg-Noord . . 11,4 2,1 7,9 1,9

Flevoland . . 8,8 1,9 8,4 2,0

Drenthe . . 7,3 1,7 7,3 1,9

Zeeland . . 6,2 1,7 9,0 1,9

Nederland 12,6 0,9 10,3 0,4 9,2 0,4 -

---

(38)

Tabel 3.8

Rijdt of loopt om om onveilige plekken te mijden

---

2005 marge 2006 marge 2007 marge afwijking in 2007

---

regio regio/ 2007

t.o.v. cluster t.o.v.

cluster t.o.v. 2006

NL

---

% 'komt vaak voor' sign. (+/-)

--- ---

Cluster 1 10,5 1,5 8,3 0,8 7,4 0,8 +

Amsterdam-Amstelland . . 10,4 2,0 9,1 1,9 +

Rotterdam-Rijnmond . . 9,4 1,9 7,8 1,8

Haaglanden . . 9,4 1,9 8,6 1,9 +

Utrecht . . 5,0 1,5 6,1 1,7

Midden- en West-Brabant . . 7,8 1,7 5,7 1,6

Cluster 2 9,7 1,8 7,6 0,8 5,7 0,7 -

Hollands Midden . . 8,6 1,8 5,7 1,6

Kennemerland . . 7,2 1,7 4,6 1,5

Brabant-Zuid-Oost . . 7,5 1,6 5,4 1,5

Groningen . . 7,1 1,8 5,1 1,5

Limburg-Zuid . . 7,2 1,7 7,2 1,8

Cluster 3 5,6 1,4 4,8 0,6 4,7 0,7 -

Gelderland-Midden . . 5,4 1,5 4,8 1,5

Zuid-Holland-Zuid . . 4,6 1,4 4,8 1,5

Twente . . 4,0 1,4 3,7 1,3 -

Noord- en Oost-Gelderland . . 4,4 1,4 4,7 1,5

Noord-Holland Noord . . 5,5 1,5 5,7 1,6

Cluster 4 5,6 1,5 4,9 0,6 5,2 0,7

Brabant-Noord . . 4,9 1,4 6,5 1,7

Gelderland-Zuid . . 3,7 1,3 5,0 1,5

Fryslân . . 5,1 1,5 4,1 1,4 -

IJsselland . . 6,1 1,6 4,7 1,5

Zaanstreek-Waterland . . 4,4 1,4 6,0 1,8

Cluster 5 4,6 1,6 5,0 0,6 5,2 0,7

Gooi en Vechtstreek . . 4,9 1,4 4,7 1,5

Limburg-Noord . . 6,6 1,7 5,5 1,6

Flevoland . . 7,1 1,7 8,1 2,0 +

Drenthe . . 3,1 1,1 3,7 1,3 -

Zeeland . . 3,5 1,2 4,4 1,4

Nederland 7,9 0,7 6,6 0,4 5,9 0,4

---

(39)

Tabel 3.9

Staat kinderen niet toe ergens naar toe te gaan vanwege onveiligheid

1)

---

2005 marge 2006 marge 2007 marge afwijking in 2007

---

regio regio/ 2007

t.o.v. cluster t.o.v.

cluster t.o.v. 2006

NL

---

% 'komt vaak voor' sign. (+/-)

--- ---

Cluster 1 21,2 4,5 23,9 2,9 22,5 2,9

Amsterdam-Amstelland . . 17,5 6,9 22,7 7,0

Rotterdam-Rijnmond . . 26,8 6,5 24,8 7,0

Haaglanden . . 26,2 6,6 27,2 6,6 +

Utrecht . . 24,3 6,2 17,9 6,0

Midden- en West-Brabant . . 22,7 6,1 20,4 6,4

Cluster 2 21,7 5,9 22,7 2,9 18,3 2,8

Hollands Midden . . 21,7 6,0 17,1 5,5

Kennemerland . . 21,8 6,5 11,4 4,9 -

Brabant-Zuid-Oost . . 23,0 6,5 20,2 6,5

Groningen . . 25,3 6,7 17,7 6,8

Limburg-Zuid . . 22,3 7,0 24,4 7,4

Cluster 3 18,0 5,1 17,9 2,5 14,8 2,4 -

Gelderland-Midden . . 21,8 6,1 12,6 5,1

Zuid-Holland-Zuid . . 15,2 5,3 14,7 5,2

Twente . . 14,9 5,4 11,9 5,1 -

Noord- en Oost-Gelderland . . 20,6 5,9 17,2 6,2

Noord-Holland Noord . . 16,5 5,5 17,4 5,8

Cluster 4 15,9 5,3 15,2 2,5 16,9 2,6

Brabant-Noord . . 16,6 5,4 17,1 6,2

Gelderland-Zuid . . 13,3 5,7 22,0 6,5

Fryslân . . 16,8 5,4 15,9 5,5

IJsselland . . 11,3 5,0 8,1 4,1 - -

Zaanstreek-Waterland . . 17,5 6,0 23,4 6,1

Cluster 5 26,1 7,7 16,6 2,4 18,2 2,6

Gooi en Vechtstreek . . 16,2 5,6 18,5 6,4

Limburg-Noord . . 22,1 6,3 20,3 6,6

Flevoland . . 18,3 5,1 20,5 5,7

Drenthe . . 12,9 4,8 17,1 5,6

Zeeland . . 12,4 4,9 13,5 5,1

Nederland 20,3 2,5 20,1 1,3 18,7 1,3

---

1) Alleen personen met kinderen tot 15 jaar.

(40)

Tabel 3.10

Maakt geen gebruik van openbaar vervoer vanwege onveiligheid

1)

---

2005 marge 2006 marge 2007 marge afwijking in 2007

---

regio regio/ 2007

t.o.v. cluster t.o.v.

cluster t.o.v. 2006

NL

---

% 'komt vaak voor' sign. (+/-)

--- ---

Cluster 1 5,4 1,2 3,8 0,7 2,6 0,6

Amsterdam-Amstelland . . 3,8 1,4 2,5 1,2

Rotterdam-Rijnmond . . 5,7 1,9 3,8 1,5 +

Haaglanden . . 4,8 1,8 3,4 1,4

Utrecht . . 1,6 1,0 1,9 1,1

Midden- en West-Brabant . . 2,8 1,4 1,1 0,9 -

Cluster 2 2,7 1,2 1,9 0,5 1,9 0,5

Hollands Midden . . 3,1 1,4 2,2 1,2

Kennemerland . . 2,8 1,3 2,8 1,4

Brabant-Zuid-Oost . . 1,7 1,1 1,2 1,0

Groningen . . 0,7 0,8 1,3 0,9

Limburg-Zuid . . 1,1 0,9 1,9 1,1

Cluster 3 2,1 1,2 1,7 0,5 1,5 0,5

Gelderland-Midden . . 1,9 1,1 1,7 1,0

Zuid-Holland-Zuid . . 2,7 1,5 2,0 1,4

Twente . . 1,1 1,0 0,7 0,7 -

Noord- en Oost-Gelderland . . 1,6 1,0 1,1 0,9

Noord-Holland Noord . . 1,6 1,0 2,2 1,3

Cluster 4 0,5 0,7 1,4 0,4 1,3 0,4

Brabant-Noord . . 2,4 1,2 2,4 1,4

Gelderland-Zuid . . 1,1 0,9 0,7 0,7 -

Fryslân . . 0,7 0,8 1,1 1,0

IJsselland . . 1,4 1,0 0,3 0,6 -

Zaanstreek-Waterland . . 1,7 1,0 1,9 1,2

Cluster 5 2,4 1,6 1,5 0,5 1,5 0,5

Gooi en Vechtstreek . . 2,3 1,1 2,0 1,2

Limburg-Noord . . 1,2 0,9 1,0 0,9

Flevoland . . 2,7 1,3 2,3 1,3

Drenthe . . 0,6 0,7 1,3 1,0

Zeeland . . 1,3 1,1 1,2 1,0 .

Nederland 3,2 0,6 2,5 0,3 1,9 0,3

---

1) Exclusief personen die geen gebruik maken van het openbaar vervoer.

(41)

Tabel 3.11

Beleving van onveiligheid - schaalscore

---

2005 marge 2006 marge 2007 marge afwijking in 2007

---

regio regio/ 2007

t.o.v. cluster t.o.v.

cluster t.o.v. 2006

NL

---

schaalscore sign. (+/-)

--- ---

Cluster 1 3,2 0,1 3,0 0,1 2,8 0,1 + -

Amsterdam-Amstelland . . 3,2 0,2 2,9 0,1 +

Rotterdam-Rijnmond . . 3,3 0,2 2,9 0,1 + -

Haaglanden . . 3,1 0,2 3,0 0,2 +

Utrecht . . 2,7 0,1 2,6 0,1

Midden- en West-Brabant . . 2,7 0,1 2,5 0,1 -

Cluster 2 2,8 0,1 2,6 0,1 2,5 0,1 -

Hollands Midden . . 2,6 0,1 2,4 0,1

Kennemerland . . 2,6 0,1 2,3 0,1 - -

Brabant-Zuid-Oost . . 2,7 0,1 2,5 0,1

Groningen . . 2,4 0,1 2,3 0,1 - -

Limburg-Zuid . . 2,9 0,1 2,9 0,2 + +

Cluster 3 2,6 0,1 2,4 0,1 2,2 0,1 - -

Gelderland-Midden . . 2,5 0,1 2,2 0,1 - -

Zuid-Holland-Zuid . . 2,5 0,1 2,4 0,1

Twente . . 2,2 0,1 2,1 0,1 -

Noord- en Oost-Gelderland . . 2,3 0,1 2,2 0,1 -

Noord-Holland Noord . . 2,6 0,1 2,3 0,1 - -

Cluster 4 2,5 0,1 2,4 0,1 2,3 0,1 -

Brabant-Noord . . 2,5 0,1 2,5 0,1 +

Gelderland-Zuid . . 2,3 0,1 2,4 0,1

Fryslân . . 2,3 0,1 2,1 0,1 - - -

IJsselland . . 2,3 0,1 2,3 0,1 -

Zaanstreek-Waterland . . 2,3 0,1 2,4 0,1

Cluster 5 2,5 0,2 2,4 0,1 2,3 0,1 -

Gooi en Vechtstreek . . 2,5 0,1 2,4 0,1

Limburg-Noord . . 2,7 0,1 2,5 0,1

Flevoland . . 2,6 0,1 2,6 0,1 +

Drenthe . . 2,1 0,1 2,0 0,1 - -

Zeeland . . 2,0 0,1 2,2 0,1 -

Nederland 2,8 0,1 2,6 0,0 2,5 0,0 -

---

(42)

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

In zijn brief van 20 december 2007 aan de Tweede Kamer 2 heeft de minister van Financiën een voorstel gedaan voor het wijzigen van de tolerantiegrenzen die worden gehanteerd om

Voor geen van deze stellingen wijkt het aandeel inwoners in 2007 dat het hiermee (helemaal) eens is af van het aandeel in het jaar daarvoor. Wel ligt het aandeel dat het eens is met

- Overlast door groepen jongeren, dronken mensen op straat, drugsoverlast en men- sen die op straat worden lastiggevallen werden in 2006 niet meer of minder als een veel

In het laatste geval (geen jonge kinderen of niet van toepassing) worden de waarden van de vraag of men zich wel eens onveilig voelt en de eerste vier vragen over

In deze rapportage treft u de belangrijkste landelijke en regionale resultaten aan van de eerste meting van de Integrale Veiligheidsmonitor (IVM), die in het najaar van 2008

leefbaarheid en veiligheid in uw buurt. Deze uitkomsten zijn niet zonder meer vergelijkbaar met die van de VMR. Voor ontwikkelingen in de periode 2005-2008 kan alleen de VMR

Voor geen enkele regio ligt het aandeel dat zich wel eens onveilig voelt in 2008 wezenlijk lager of hoger dan het voorgaande jaar... Centraal Bureau voor de Statistiek

- Het rapportcijfer voor de woonomgeving, de leefbaarheid en de veiligheid in de buurt is in de regio’s Fryslân, Drenthe, IJsselland, Noord en Oost-Gelderland, Noord-Holland-Noord