• No results found

SKB PHBO BOUWFYSICA. Geluid 2. Hoofdstuk 4: Bijlage 1

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "SKB PHBO BOUWFYSICA. Geluid 2. Hoofdstuk 4: Bijlage 1"

Copied!
8
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

SKB PHBO

BOUWFYSICA

Geluid 2

Hoofdstuk 4: Bijlage 1

Wet Geluidhinder

Rekenmethode geluidbelasting

Karakteristieke geluidwering van de uitwendige scheidingsconstructie conform Bouwbesluit 2012.

Datum: januari 2017 Docent: Ir. A.G.J. Vervoort

Hoofdstuk 4: Bijlage 1 1

(2)

1. Inleiding

De karakteristieke geluidwering van de uitwendige scheidingsconstructie (GA;k) is gedefinieerd in de NEN 5077:

De GA;k is een grootheid die het verschil tussen het niveau van het invallend geluid aan de buitenzijde van een uitwendige scheidingsconstructie en het geluidniveau in een ruimte achter deze scheidingsconstructie, herleid naar gestandaardiseerde afmetingen van de ontvangruimte, in één getal weergeeft.

Dit houdt in dat bij een ontvangruimte met gestandaardiseerde afmetingen de geluidbelasting verminderd met de karakteristieke geluidwering van de uitwendige scheidingsconstructie het geluidniveau in deze ruimte aangeeft.

De gestandaardiseerde afmetingen zijn (onafhankelijk van hoogte en breedte gevel):

• een diepte van 4,8 m voor verblijfsruimten voor het geven van onderwijs,

• een diepte van 3 m voor overige ruimten.

Bij een ruimte met afmetingen die afwijken van de standaard afmetingen is de geluidbelasting verminderd met de karakteristieke geluidwering van de uitwendige scheidingsconstructie niet gelijk aan het ontvangniveau in de ruimte. Bij kleinere vertrekken is het ontvangniveau hoger en bij grotere vertrekken lager.

Om het ontvangniveau in een willekeurige ruimte te bepalen dient te worden uitgegaan van de geluidwering van de uitwendige scheidingsconstructie (GA). De geluidbelasting verminderd met de GA geeft het ontvangniveau in de ruimte aan.

(3)

2. Eisen

Er worden eisen gesteld aan de geluidwering om bewoners te beschermen tegen geluiden van buitenaf. Hoe hoger de geluiden van buitenaf, de geluidbelasting, des te hoger dient de geluidwering te bedragen. De eisen waaraan de karakteristieke geluidwering van de uitwendige scheidingsconstructie dient te voldoen worden gegeven in het Bouwbesluit 2012, hoofdstuk 3, afdeling 3.1.

Zo dient bijvoorbeeld de GA;k voor verblijfsgebieden van woningen (met uitzondering van de situatie dat de geluidbelasting wordt veroorzaakt door vliegverkeer) minimaal te voldoen aan:

Geluidbelasting bepaald volgens de Wet geluidhinder (Lden) verminderd met 33 dB, met een minimum van 20 dB.

De binnengeluidniveaus voor de overige relevante functies worden gegeven in de sheets.

Voor verblijfsruimten die onderdeel uitmaken van een verblijfsgebied geldt een 2 dB minder strenge eis. Dit is een vangneteis om een te grote afwijking te voorkomen voor een enkele ruimte.

Uitgangspunt voor de toetsing van de karakteristieke geluidwering van de uitwendige scheidingsconstructie is derhalve de geluidbelasting bepaald door de Wet geluidhinder, Tracéwet of ingeval van vliegtuiglawaai, bepaald volgens de Wet luchtvaart op de uitwendige scheidingsconstructie.

Hoofdstuk 4: Bijlage 1 3

(4)

3. Geluidbelasting

In principe wordt alleen aandacht aan de karakteristieke geluidwering van de uitwendige scheidingsconstructie besteedt indien het betreffende gebouw binnen de geluidzone van een (spoor-)weg, een industrieterrein of een vliegveld ligt. De geluidzone kan gedefinieerd worden als een aandachtsgebied voor geluid rond of langs een geluidbron.

Binnen de zone moet gestreefd worden naar een akoestisch optimale situatie.

Wegverkeerlawaai, railverkeerlawaai, industrielawaai en vliegverkeerlawaai veroorzaakt door buitenlandse vliegvelden worden geregeld in de Wet geluidhinder, Tracéwet en de Wet luchtvaart.

3.1. Wegverkeerslawaai

Het wegverkeer veroorzaakt lawaai als gevolg van het motorblok, de uitlaat en het band- weg contact. De hoeveelheid lawaai is afhankelijk van de soort en het aantal voertuigen alsmede van de rijsnelheid en het wegdek.

In de Wet geluidhinder zijn ter bestrijding van verkeerslawaai, zones langs wegen aangegeven die beschouwd worden als aandachtsgebieden voor geluidhinder. De wettelijke zonebreedtes zijn zodanig dat er buiten de zone in het algemeen geen geluidniveaus voorkomen van meer dan de voorkeursgrenswaarde (48 dB).

De breedte van de zone is afhankelijk van de capaciteit van de weg (aantal rijstroken) en de aard van de omgeving (stedelijk of buitenstedelijk). De zone breedtes bedragen:

Gebied Breedte zones (m)

Buitenstedelijk 2 rijstroken 3 of 4 rijstroken 5 of meer rijstroken

250 400 600 Stedelijk

2 rijstroken

3 of meer rijstroken

200 350

(5)

Gebieden binnen de bebouwde kom, voor zover niet liggend binnen de zone langs een autoweg of autosnelweg, worden als stedelijk gebied aangemerkt. Als buitenstedelijk gebied worden aangemerkt gebieden buiten de bebouwde kom alsmede gebieden binnen de bebouwde kom voor zover liggend binnen de zone langs een autoweg of autosne- weg.

Een aantal wegen zijn echter vrijgesteld van een zone (en hebben derhalve een aan- dachtsgebied), te weten:

− wegen die gelegen zijn binnen een woonerf;

− wegen waarvoor een maximumsnelheid geldt van 30 km/uur;

Opgemerkt wordt dat de geluidbelasting ten gevolge van het wegverkeer op wegen met een maximum snelheid van 30 km/uur nabij de weg aanzienlijk hoger kan zijn dan 48 dB.

Dit komt steeds vaker voor, daar veel gemeenten overgaan op het invoeren van 30 km/uur gebieden, inclusief de ontsluitingswegen. Derhalve wordt door de gemeente vaak gesteld dat ook voor een 30 km/uur weg het binnengeluidniveau dient te voldoen aan de in het Bouwbesluit gestelde eis.

De geluidbelasting ten gevolge van het wegverkeer dient te worden bepaald conform bijlage III van het Reken – en meetvoorschrift geluidhinder 2012. Hierin staan een drietal methoden beschreven voor het bepalen van de geluidbelasting. Een eenvoudige rekenmethode, standaard rekenmethode I (SRM I), een meer uitgebreide rekenmethode, standaard rekenmethode II (SRM II) en een meetmethode, de standaard meetmethode.

Standaard rekenmethode I voor wegverkeer wordt in Geluid 2 behandeld.

De geluidbelasting Lden, veroorzaakt door weg- en railverkeer wordt uitgedrukt in de (Europese) dosismaat Lden (day, evening, night). De geluidbelasting Lden wordt bepaald door het gemiddelde te nemen van de dag- (7.00-19.00h), de avond- (19.00-23.00h) en de nachtperiode (23.00-7.00h), gecorrigeerd voor de duur van de betreffende periode, volgens de formule:

Lden = 10*log (12/24 * 10Ldag/10 + 4/24 * 10(Lavond+5)/10 + 8/24 * 10(Lnacht+10)/10)

Voor de toetsing van de karakteristieke geluidwering van de uitwendige scheidingscon- structie wordt rekening gehouden met het feit dat de verkeersintensiteiten in de toekomst zullen toenemen. Bij de berekening van de geluidbelasting wordt normaliter dan ook uitgegaan van de verkeersintensiteiten over 10 jaar (aan te leveren door wegbeheerder of anders rekening houdende met een groei van 1,5 tot 2 % per jaar).

Er bestaan in principe twee verschillende geluidbelastingen veroorzaakt door het wegverkeer:

− de werkelijke geluidbelasting

− de geluidbelasting in de zin van de Wet geluidhinder.

Hoofdstuk 4: Bijlage 1 5

(6)

De werkelijke geluidbelasting wordt gehanteerd voor de toetsing van de karakteristieke geluidwering van de uitwendige scheidingsconstructie conform Bouwbesluit, en bestaat uit de geluidbelasting ten gevolge van al het wegverkeer op alle relevante wegen, inclusief de in de rekenmethode aangeven toeslagen (optrekcorrectie).

De geluidbelasting in de zin van de Wet geluidhinder wordt gehanteerd om te bepalen of er bij een bestemmingsplanwijziging (voor geluidgevoelige bestemmingen) een hogere grenswaarde dient te worden aangevraagd (bij overschrijding van de voorkeursgrenswaarde) dan wel of vanwege de geluidbelasting de bestemming niet kan worden gewijzigd in een geluidgevoelige bestemming (als de maximale ontheffingswaarde wordt overschreden).

Deze geluidbelasting bestaat uit de geluidbelasting ten gevolge van het wegverkeer op één weg inclusief een aftrek volgens artikel 110g van de Wet geluidhinder. Dit laatste artikel gaat er vanuit dat het wegverkeer in de toekomst stiller zal worden. De aftrek bedraagt voor wegen met een toelaatbare snelheid van minder dan 70 km/uur 5 dB en voor wegen met een toelaatbare rijsnelheid van 70 km/uur of meer 2 dB. Het verschil in aftrek wordt veroorzaakt doordat het lawaai veroorzaakt door auto’s bij lage snelheden voornamelijk wordt bepaald door het motorgeluid, welke technisch gezien nog aanzienlijk is te reduceren, en bij hogere snelheden voornamelijk door de banden, welk moeilijker is te reduceren.

Aangezien deze aftrek voor de toetsing van de geluidwering van de gevel (Bouwbesluit) niet meegerekend mag worden en voor het Bouwbesluit de geluidbelasting van verschillende wegen opgeteld moet worden kan een woning welke voldoet aan de voorkeursgrenswaarde voor wegverkeer van 48 dB (voor verschillende wegen) een werkelijke geluidbelasting hebben welke boven de 53 dB ligt.

Opmerking:

De geluidbelasting volgens de Wet geluidhinder op de gevels van niet geluidgevoelige bestemmingen, zoals kantoren, hoeft niet getoetst te worden aan de geluidgrenswaarde.

In principe geldt dus dat de geluidbelasting op deze gebouwen onbeperkt hoog kan zijn.

Omdat Bouwbesluit 2012 in tegenstelling tot Bouwbesluit 2012 geen eisen stelt aan de GA,k voor een kantoorfunctie heeft dit tot gevolg dat de binnengeluidniveaus in een kantoor erg hoog kunnen zijn, hetgeen overlast in het gebruik kan betekenen. De wetgever gaat uit van een eigen verantwoordelijkheid van de gebruiker om dit goed te regelen.

(7)

3.2. Railverkeerslawaai

Spoorweglawaai ontstaat voornamelijk door het contact tussen de wielen en de rails en in mindere mate door de motor en het contact tegen de bovenbouw (uitgezonderd HSL). De voorkeursgrenswaarde voor spoorweglawaai bedraagt 55 dB, de maximale ontheffingswaarde voor nieuw te bouwen geluidgevoelige bestemmingen bedraagt in principe 68 dB.

3.3.Industrielawaai

Globaal kan worden gesteld dat rond industrieterreinen geluidzones zijn vastgelegd. De grootte van deze zone is (wordt) door de gemeente dan wel provincie vastgelegd. Buiten deze zone mag de geluidbelasting ten gevolge van de activiteiten op het industrieterrein niet hoger zijn dan 50 dB(A) etmaalwaarde. Voor nieuw te bouwen woningen binnen de zone kan ontheffing worden verstrekt tot een geluidbelasting van 55 dB(A).

Industrielawaai wordt in de opleiding bouwakoestiek niet verder beschouwd.

3.4. Vliegtuiglawaai

Hetzelfde als voor industrieterreinen geldt dat rond luchtvaartterreinen zones zijn vastgelegd. In principe mag binnen deze zones geen nieuwbouw van geluidgevoelige bestemmingen meer komen.

Vliegtuiglawaai wordt in de opleiding bouwakoestiek niet verder beschouwd.

Hoofdstuk 4: Bijlage 1 7

(8)

4. Bepaling (karakteristieke) geluidwering van de uitwendige scheidingsconstructie

Er bestaat geen wettelijk vastgelegde rekenmethode voor de berekening van de (karakteristieke) geluidwering van de uitwendige scheidingsconstructie.

Bouwbesluit 2012 verwijst naar de NEN 5077 voor de bepaling van de (karakteristieke) geluidwering van de uitwendige scheidingsconstructie, dit is een meetnorm waarmee de GA,k bepaald kan worden na realisatie.

Om toch te kunnen beoordelen hoe de gevel dient te worden opgebouwd zodat voldaan wordt aan de in het Bouwbesluit gestelde eisen kan de rekenmethode opgesteld in de NPR 5272 gebruikt worden.

Aangezien in de praktijk slechts via een omweg de GA;k bepaald kan worden, namelijk via de meting van de GA, wordt ook de berekening van de GA;k via deze omweg berekend.

Allereerst wordt het te verwachten binnenniveau berekend, en daarmee de GA, waarna vervolgens deze GA weer wordt omgerekend naar de GA;k (ofwel het te verwachten binnengeluidniveau in een vertrek met gestandaardiseerde afmetingen).

In de presentatie wordt een rekenmethode gegeven om op een simpele manier rechtstreeks de karakteristieke geluidwering van de uitwendige scheidingsconstructie te berekenen.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Analyse van de wijze waarop het gebouw / gebouwdeel, waarop deze checklist betrekking heeft veilig kan worden onderhouden conform art.6.52 en 6.53 van Bouwbesluit 2012

’s Zomers wordt het koude grondwater uit de koude bron opgepompt en gebruikt voor koeling van een gebouw of een proces. Het grondwater neemt de warmte uit het koelcircuit in het

waardenbesluit is de volgens NEN 5077 bepaalde karakteristieke geluidwering van een uitwendige scheidingsconstructie van een verblijfsgebied niet kleiner dan het verschil tussen de

Als verkoper en koper het eens zijn over de belangrijkste zaken zoals de prijs, de opleveringsdatum en de ontbindende voorwaarden, legt de verkopende makelaar de afspraken

Volgens Afdeling 3.1 van het Bouwbesluit ‘Bescherming tegen geluid van buiten, nieuwbouw’ moet de in NEN 5077 bedoelde karakteristieke geluidwering van een

De checklist kan worden gebruikt om te beoordelen of een bestaande vakantiewoning voldoet aan het Bouwbesluitniveau bestaande bouw dat geldt voor een

Uit de berekeningen blijkt dat een equivalente warmteweerstand van 4,5 m 2 K/W ruimschoots wordt behaald indien de wanden en vloeren van de woningen naar het trappenhuis

De afvoervoorzieningen voor huishoudelijk afvalwater als bedoeld in het eerste lid hebben een capaciteit, een luchten waterdichtheid en een uitmonding en capaciteit van