Politieke Barometer Onderwijs
Rapportage
Politieke Barometer Onderwijs
directeuren en leerkrachten basisonderwijs
Utrecht, 25 juni 2015
DUO Onderwijsonderzoek drs. Vincent van Grinsven Henk Westerik
Postbus 681 3500 AR Utrecht
telefoon: 030 263 1080
e-mail: info@duo-onderwijsonderzoek.nl website: www.duo-onderwijsonderzoek.nl
Politieke Barometer Onderwijs – directeuren en leerkrachten basisonderwijs – DUO Onderwijsonderzoek 2
Politieke Barometer Onderwijs
INHOUDSOPGAVE
1 ACHTERGROND ... 3
2 RESULTATEN ... 4
2.1 Vertrouwen in het kabinet Rutte II ... 4
2.2 Vertrouwen in minister Jet Bussemaker ... 6
2.3 Vertrouwen in staatssecretaris Sander Dekker ... 8
2.4 Politieke voorkeur ... 10
Bijlage - Onderzoeksverantwoording
Politieke Barometer Onderwijs – directeuren en leerkrachten basisonderwijs – DUO Onderwijsonderzoek 3
Politieke Barometer Onderwijs
1 ACHTERGROND
Van 10 tot en met 19 juni 2015 hebben we onder directeuren en leerkrachten uit het basisonderwijs onderzoek verricht naar (onder meer) het vertrouwen in het kabinet Rutte II, de minister Jet Bussemaker en de staatssecretaris Sander Dekker.
We hebben een representatieve respons gerealiseerd van 242 directeuren en 371 leerkrachten. De onderzoeksverantwoording is opgenomen in de bijlagen.
We hebben gedurende de kabinetsperiode Rutte II twee keer eerder onderzoek verricht naar het vertrouwen van directeuren en leerkrachten in het basisonderwijs:
- November 2012 (direct na de start van het kabinet): 246 directeuren en 486 leerkrachten namen deel aan dit onderzoek.
- September 2013: 289 directeuren en 314 leerkrachten namen deel aan dit onderzoek.
In deze rapportage beschrijven we de resultaten van de huidige meting. Daar waar mogelijk vergelijken we de onderzoeksresultaten met de resultaten van de metingen in november 2012 en september 2013.
Politieke Barometer Onderwijs – directeuren en leerkrachten basisonderwijs – DUO Onderwijsonderzoek 4
Politieke Barometer Onderwijs
2 RESULTATEN
2.1 Vertrouwen in het kabinet Rutte II
Het vertrouwen in het kabinet Rutte II is beperkt: 6% van de directeuren en leerkrachten in het basisonderwijs heeft veel vertrouwen, 55% geeft het kabinet het voordeel van de twijfel. Bijna één op de vijf directeuren en leerkrachten heeft (helemaal) geen vertrouwen in het kabinet.
Ten opzichte van de laatste meting (september 2013) is het vertrouwen licht hersteld, maar het vertrouwen blijft achter bij het vertrouwen dat directeuren en leerkrachten direct na de installatie van het kabinet (november 2012) hadden.
1%
1%
11%
3%
6%
61%
49%
55%
12%
17%
19%
14%
22%
14%
2%
8%
5%
0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100%
November 2012 September 2013 Juni 2015
Hoeveel vertrouwen heeft u in het kabinet Rutte II?
Zeer veel vertrouwen Veel vertrouwen
Neutraal, ik geef het kabinet wel het voordeel van de twijfel Neutraal, ik geef het kabinet niet het voordeel van de twijfel
Geen vertrouwen Helemaal geen vertrouwen
Politieke Barometer Onderwijs – directeuren en leerkrachten basisonderwijs – DUO Onderwijsonderzoek 5
Politieke Barometer Onderwijs
We hebben de directeuren en leerkrachten vervolgens gevraagd of zij vinden dat het kabinet Rutte II goed is voor het primair onderwijs.
De groep die van mening is dat dit kabinet goed is voor het primair onderwijs (4%) is veel kleiner dan de groep die vindt dat het kabinet niet goed is voor het primair onderwijs (62%). De groep die vindt dat dit kabinet niet goed is voor het primair onderwijs is sinds de installatie in november 2012 gegroeid: van 38% in (november) 2012 naar 58% in (september) 2013 naar 62% in (juni) 2015.
6%
5%
4%
47%
35%
30%
38%
58%
62%
9%
2%
4%
0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100%
November 2012 September 2013 Juni 2015
Dit kabinet is goed voor het primair onderwijs
Mee eens Neutraal (noch mee eens, noch mee oneens) Mee oneens Geen oordeel
Politieke Barometer Onderwijs – directeuren en leerkrachten basisonderwijs – DUO Onderwijsonderzoek 6
Politieke Barometer Onderwijs
2.2 Minister Jet Bussemaker – vertrouwen en beeldvorming
Het vertrouwen in de minister is (nog) lager dan het vertrouwen in het kabinet: geen enkele directeur of leerkracht heeft zeer veel vertrouwen, 4% van de directeuren en leerkrachten in het basisonderwijs heeft veel vertrouwen, 50% geeft de minister het voordeel van de twijfel. Eén op de vier directeuren en leerkrachten heeft (helemaal) geen vertrouwen in de minister.
Ten opzichte van de laatste meting (september 2013) is het vertrouwen in de minister nagenoeg gelijk, maar het blijft achter bij het vertrouwen dat directeuren en leerkrachten direct na de installatie van de minister (november 2012) hadden.
8%
4%
4%
71%
52%
50%
12%
20%
20%
8%
20%
20%
1%
3%
5%
0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100%
November 2012 September 2013 Juni 2015
Hoeveel vertrouwen heeft u in Jet Bussemaker, de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Zeer veel vertrouwen Veel vertrouwen
Neutraal, ik geef haar wel het voordeel van de twijfel Neutraal, ik geef haar niet het voordeel van de twijfel
Geen vertrouwen Helemaal geen vertrouwen
Politieke Barometer Onderwijs – directeuren en leerkrachten basisonderwijs – DUO Onderwijsonderzoek 7
Politieke Barometer Onderwijs
We hebben de directeuren en leerkrachten kenmerken/eigenschappen voorgelegd en gevraagd of zij vinden dat deze passen bij de minister. Zij konden antwoorden met:
- past wel;
- pas niet;
- weet niet/geen oordeel.
In de onderstaande grafiek geven we de percentages ‘past wel’ en ‘past niet’ weer.
Een relatief grote groep directeuren en leerkrachten vindt de minister wel daadkrachtig/
resultaatgericht (40%); 26% vindt de minister niet daadkrachtig/resultaatgericht.
De meerderheid van de directeuren en leerkrachten vindt de minister niet inspirerend en dat zij geen oog heeft voor het werkveld (respectievelijk 55% en 64%). Het percentage van de directeuren en leerkrachten dat de minister wel inspirerend vindt en vindt dat zij wel oog heeft voor het werkveld is relatief laag (respectievelijk 8% en 10%).
Bijna de helft van de directeuren en leerkrachten (45%) vindt dat de minister geen goede visie heeft.
Over of de minister hart heeft voor het onderwijs zijn de meningen verdeeld: ruim een derde vindt dat de minister geen hart heeft voor het onderwijs (37%), bijna een derde vindt dat wel (31%).
8%
10%
15%
31%
40%
55%
64%
45%
37%
26%
-100% -50% 0% 50% 100%
Inspirerend Heeft oog voor het werkveld Heeft een goede visie Heeft hart voor het onderwijs Daadkrachtig/resultaatgericht
Vindt u de volgende kenmerken/
eigenschappen wel of niet passen bij minister Jet Bussemaker?
Past niet Past wel
Politieke Barometer Onderwijs – directeuren en leerkrachten basisonderwijs – DUO Onderwijsonderzoek 8
Politieke Barometer Onderwijs
2.3 Staatssecretaris Sander Dekker – vertrouwen en beeldvorming
Ook het vertrouwen in de staatssecretaris is (nog) lager dan het vertrouwen in het kabinet: 5% van de directeuren en leerkrachten in het basisonderwijs heeft (veel) vertrouwen, 40% geeft de
staatssecretaris het voordeel van de twijfel. Eén op de drie directeuren en leerkrachten (34%) heeft (helemaal) geen vertrouwen in de staatssecretaris.
Ten opzichte van de laatste meting (september 2013) is het vertrouwen in de staatsecretaris is gedaald en blijft sterk achter bij het vertrouwen dat directeuren en leerkrachten direct na de installatie van de staatssecretaris (november 2012) in hem hadden.
1%
1%
4%
6%
4%
77%
48%
40%
12%
20%
21%
6%
19%
20%
1%
6%
14%
0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100%
November 2012 September 2013 Juni 2015
Hoeveel vertrouwen heeft u in Sander Dekker, de staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Zeer veel vertrouwen Veel vertrouwen
Neutraal, ik geef hem wel het voordeel van de twijfel Neutraal, ik geef hem niet het voordeel van de twijfel
Geen vertrouwen Helemaal geen vertrouwen
Politieke Barometer Onderwijs – directeuren en leerkrachten basisonderwijs – DUO Onderwijsonderzoek 9
Politieke Barometer Onderwijs
We hebben de directeuren en leerkrachten kenmerken/eigenschappen voorgelegd en gevraagd of zij vinden dat deze passen bij de staatsecretaris. Zij konden antwoorden met:
- past wel;
- pas niet;
- weet niet/geen oordeel.
In de onderstaande grafiek geven we de percentages ‘past wel’ en ‘past niet’ weer.
De groep directeuren en leerkrachten die de staatssecretaris daadkrachtig/resultaatgericht vindt is groter (44%) dan de groep die de staatssecretaris niet daadkrachtig/resultaatgericht vindt (24%).
We zien dat de meerderheid van de directeuren en leerkrachten de staatssecretaris niet inspirerend vindt en dat hij geen oog heeft voor het werkveld (respectievelijk 53% en 62%). Het percentage van de directeuren en leerkrachten dat de staatssecretaris wel inspirerend vindt en vindt dat hij wel oog heeft voor het werkveld is relatief laag (respectievelijk 11% en 8%).
De helft van de directeuren/leerkrachten (50%) vindt dat de staatssecretaris geen goede visie heeft.
De groep directeuren en leerkrachten die vindt dat de staatssecretaris geen hart heeft voor het onderwijs is groter (41%) dan de groep die vindt dat hij wel hart heeft voor het onderwijs (28%).
8%
11%
16%
28%
44%
62%
53%
50%
41%
24%
-100% -50% 0% 50% 100%
Heeft oog voor het werkveld Inspirerend Heeft een goede visie Heeft hart voor het onderwijs Daadkrachtig/resultaatgericht
Vindt u de volgende kenmerken/
eigenschappen wel of niet passen bij staatssecretaris Sander Dekker?
Past niet Past wel
Politieke Barometer Onderwijs – directeuren en leerkrachten basisonderwijs – DUO Onderwijsonderzoek 10
Politieke Barometer Onderwijs
2.4 Politieke voorkeur
Direct na de installatie van het kabinet Rutte II (november 2012) hebben we directeuren en leerkrachten gevraagd wat zij (bij de daaraan voorafgaande verkiezingen voor de Tweede Kamer) hadden gestemd. We hebben directeuren en leerkrachten in (september) 2013 en (juni) 2015 gevraagd wat zij ‘nu zouden stemmen’.
D66 heeft bij een relatief grote groep directeuren en leerkrachten ook in (juni) 2015 de voorkeur, en is nog iets gestegen (uitgedrukt in zetels: van 43 naar 46) in vergelijking met de laatste meting
(september 2013).
Onder de directeuren en leerkrachten scoort verder de SP relatief goed. De regeringspartijen VVD en PvdA kunnen op weinig sympathie van de directeuren en leerkrachten rekenen en zakken –
uitgedrukt in zetels in de Tweede Kamer – ver terug. Met name het verlies aan steun voor de PvdA bij directeuren en leerkrachten is opvallend (uitgedrukt in zetels: van 38 naar 9).
34 38
1
17 12
18 14
8 6
2 0
14 10
7
20 18
43
21
6
3 3 5
12 9
4 22
15 46
18
11 7
3 3
0 5 10 15 20 25 30 35 40 45 50
VVD PvdA PVV SP CDA D66 CU GL SGP Partij voor
de Dieren 50PLUS
Zetels
Politieke voorkeur directeuren en leerkrachten basisonderwijs - uitgedrukt in zetels in de Tweede Kamer -
Gestemd Tweede Kamerverkiezingen 2012 Voorkeur in september 2013
Voorkeur in juni 2015
Politieke Barometer Onderwijs – directeuren en leerkrachten basisonderwijs – DUO Onderwijsonderzoek 11
Politieke Barometer Onderwijs
Bijlage – Onderzoeksverantwoording
Het onderzoek is uitgevoerd met onze eigen onderwijspanels: het Online Panel Leerkrachten Basisonderwijs en het Online Panel Directeuren Basisonderwijs. Van deze twee (representatieve) panels maken leerkrachten en directeuren deel uit die wij – DUO Onderwijsonderzoek – periodiek benaderen voor het invullen van een online vragenlijst over ‘onderwijsrelevante onderwerpen’.
Onderzoeksgroep Netto-respons
(% respons)
Leerkrachten basisonderwijs 486 (37%)
Directeuren basisonderwijs 246 (30%)
Totale netto-repons 2.561 (21%)
Om een reëel beeld te krijgen van ‘het basisonderwijs’ als totaal hebben we de resultaten gewogen.
De resultaten zijn zodanig gewogen dat de verhouding tussen leerkrachten en directeuren binnen het basisonderwijs overeenkomt met de verhouding in de populatie. Tevens werd de samenstelling van de netto-respons vergeleken met de populatiekenmerken:
- denominatie (openbaar, rooms-katholiek, protestants-christelijk, overig);
- schoolgrootte (aantal leerlingen);
- regionaal gebied (naar Nielsen-gebieden).
De gerealiseerde netto-respons week – op deze drie kenmerken – in (zeer) beperkte mate af van de populatie. De afwijkingen van de steekproef met de populatie hebben we door middel van een herweging gecorrigeerd. Daarmee zijn de resultaten representatief en betrouwbaar voor de totale populatie leraren en directeuren in het basisonderwijs.
De resultaten in dit rapport zijn afgerond op hele getallen. Daardoor kan het voorkomen dat de verschillende antwoordcategorieën niet altijd optellen tot 100 procent.
Politieke Barometer Onderwijs – directeuren en leerkrachten basisonderwijs – DUO Onderwijsonderzoek 12
Politieke Barometer Onderwijs
Omdat als gevolg van non-respons (treedt altijd op) niet de gehele populatie aan het onderzoek heeft deelgenomen, moet bij de interpretatie van de resultaten rekening worden gehouden met
nauwkeurigheidsmarges. Hieronder is een tabel opgenomen waarin bij de netto-respons de bijbehorende nauwkeurigheidsmarges zijn vermeld. Hierbij is uitgegaan van een betrouwbaarheid van de resultaten van 95% (betrouwbaarheid = de mate waarin bij herhaalde meting, dezelfde resultaten worden verkregen).
Netto-respons
Uitkomst 50%-50%
Uitkomst 75%-25%
Uitkomst 90%-10%
n = 300 5,7% 4,9% 3,4%
n = 400 4,9% 4,2% 2,9%
n = 500 4,4% 3,8% 2,6%
n = 600 4,0% 3,5% 2,4%
n = 700 3,7% 3,2% 2,2%
n = 800 3,5% 3,0% 2,1%
Toelichting op de tabel
Bij een netto-respons van bijvoorbeeld 600 leerkrachten en directeuren dient bij een resultaat ‘75%
van de leerkrachten en directeuren heeft wel vertrouwen in het kabinet’ en ‘25% heeft geen
vertrouwen in het kabinet’, rekening te worden gehouden met het feit dat de werkelijke percentages zullen liggen tussen respectievelijk:
− Wel vertrouwen: 71,5% (75% -/- 3,5%) en 78,5% (75% + 3,5%) en
− Geen vertrouwen: 21,5% (25% -/- 3,5%) en 28,5% (25% + 3,5%).