Vraag nr. 40 van 8 januari 1999
van de heer LUK VAN NIEUWENHUYSEN VRT Voor de dag – Objectiviteit
In het programma "Voor de dag" van 4 januari 1999 op Radio 1 werd er een uitvoerig gesprek ge- voerd met een dame die werd aangekondigd als ie- mand die – onder de indruk gekomen van de be- richten over straatkinderen in Roemenië – tijdens de kerst- en nieuwjaarsperiode naar ginder was ge- trokken om zich ter plaatse van de toestand te ver- gewissen.
Het gesprek ging inderdaad deels over dat onder- werp, maar het viel op dat de geïnterviewde het niet kon nalaten te benadrukken hoeveel beter het in Roemenië allemaal was ten tijde van het regime van Ceausescu. Dit mag natuurlijk niet verwonde- ren, want wat de openbare omroep had nagelaten te vermelden, was dat betrokkene provinciaal voorzitster is van de Partij van de Arbeid in Bra- bant.
Waarom werd deze informatie, die een aantal uit- spraken toch wel doet nuanceren en die derhalve toch wel essentieel is, achtergehouden ?
Meent de minister dat dit geoorloofd is met het oog op de plicht tot objectieve berichtgeving waar- aan de VRT is gehouden ?
Is het de minister al opgevallen dat de openbare omroep voor dergelijke vraaggesprekken geregeld een beroep doet op gasten die men in hetzelfde midden kan situeren ?
Hoe gebeurt de keuze van gasten en de selectie van onderwerpen voor dergelijke programma's, met andere woorden : welke criteria worden daar- voor gehanteerd ?
Heeft de minister de openbare omroep reeds ge- sommeerd om meer omzichtig te zijn en alleszins om de achtergrond van praatgasten beter in de verf te zetten ?
Antwoord
In antwoord op de gestelde vraag heeft de VRT het volgende meegedeeld.
Het interview was opgevat als een persoonlijk oog- getuigenverslag door één van de zeldzame landge- noten die tegenwoordig Roemenië bezoeken.
Betrokkene heeft de eindejaarsdagen doorge- bracht in de Roemeense hoofdstad Boekarest en
daar met eigen ogen kunnen vaststellen dat er heel wat straatkinderen in de grootste armoede leven.
Zij heeft deze reis – samen met haar man – op eigen initiatief en privé ondernomen. Haar functie bij de Partij van de Arbeid was hierbij irrelevant en daarom is er ook geen melding van gemaakt.
Tijdens het interview heeft zij erop gewezen dat heel wat Roemenen heimwee hebben naar het Ceaucescu-tijdperk. Ook andere bronnen (corres- pondenten bv.) hebben al meer dan eens melding gemaakt van dit soort sentimenten bij de Roem- eense bevolking. In het interview is op geen enkel moment gebleken dat de geïnterviewde deze me- ning deelt. Gelijkaardige reacties waarbij de huidi- ge crisis negatief wordt vergeleken met vroegere si- tuaties worden ook gesignaleerd vanuit andere Oost-Europese landen en uit voormalige kolonies, in Afrika bijvoorbeeld.
De selectie van praatgasten en gesprekspartners gebeurt op zorgvuldige wijze en rekening houden- de met de relevantie en de nieuwswaarde van de informatie die zij te bieden hebben.
