Vraag nr. 519
van 1 september 1998
van de heer DIDIER RAMOUDT
Luchthaven Oostende – Veiligheid luchtverkeer Uit gesprekken die plaatsvonden met piloten en instructeurs en de informatie daaruit die mij bereikte, kan worden opgemaakt dat een en ander schort aan de veiligheid van het luchtverkeer op de luchthaven van Oostende. Zo werd mij gemeld dat de instructeurs gewag maken van gemiddeld één near-miss (een bijna botsing) per week en zelfs van een instructeur die er twee op éénzelfde dag had. Niet de verkeersleiding wordt met de vinger gewe-zen, maar wel het gebrekkige materiaal waarover zij beschikt. Een recente panne met de verouderde radar en het toenemend luchtverkeer naar en over Oostende zou dus deze toestand nog in de hand hebben gewerkt. Volgens de betrokken piloten en instructeurs zou de installatie van een nieuwe secundaire radar deze onveilige toestand kunnen verhelpen.
1. Is de minister op de hoogte van een dergelijk hoog aantal bijna-botsingen op de luchthaven van Oostende ?
Zo ja, beschikt hij over exacte cijfers hierom-trent ?
Zo neen, welke maatregelen neemt de minister om te controleren of er zich een dergelijk hoog aantal near-misses op de luchthaven van Oos-tende voordoet ?
2. In welke staat bevindt zich de huidige radarin-stallatie en welke maatregelen werden getroffen om het functioneren hiervan te optimaliseren ? 3. Wat is de stand van zaken betreffende het
installeren van een nieuw (bijkomend) ILS-sys-teem (Instrument Landing System) ?
4. Welke timing stelt de minister voorop om de diverse radarsystemen, bestaande zowel als nieuwe, op de luchthaven van Oostende veilig te laten functioneren ?
Antwoord
1. Tot op heden is er geen enkele melding gemaakt van een bijna-botsing bij de luchtha-vendirectie. Het is in de eerste plaats de piloot die bij een incident van die aard betrokken is, die hiervan melding moet maken bij de ver-keersleiding.
De controle op het luchtruim behoort niet tot de bevoegdheid van het Vlaams Gewest, maar van de federale overheid (Regie der Luchtwe-gen).
2. De radarinstallaties zijn eigendom van de Regie der Luchtwegen en worden door haar beheerd en onderhouden.
3. De plaatsing van het ILS-systeem op baan 08 is onderworpen aan een milieueffectrapport (MER), dat wordt uitgevoerd door VZW Milieu en Veiligheid in Brugge. Met de Regie der Luchtwegen werd ondertussen reeds een over-eenkomst opgesteld over de aanbesteding en de plaatsing van het ILS-systeem. Deze overeen-komst ligt thans voor medeondertekening bij de federale minister van Vervoer. Het MER zal tegen eind 1998 voltooid zijn. Daarna volgt nog een conformiteits- en openbaar onderzoek. Ver-volgens kan de bouwvergunning worden aange-vraagd.
Na het verkrijgen van de bouwvergunning kan het werk worden toegewezen, met het oog op uitvoering in 1999.
