• No results found

Aflevertarieven Telfort te hoog 1

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Aflevertarieven Telfort te hoog 1"

Copied!
16
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Telfort levert het mobiele en vaste telefoonverkeer van andere operators naar haar eindgebruikers af op het eigen netwerk. Dit heet call termination. KPN Mobile vindt de tarieven die Telfort voor call termination hanteert onredelijk hoog en verzocht OPTA deze in 2001 te beoordelen in een geschilprocedure. NADER ONDERZOEK

Op grond van het eerste globale onderzoek vindt OPTA de door Telfort gehanteerde terminating tarieven te hoog. Dit is een probleem dat zich ook bij andere mobiele aanbieders voordoet. Om die reden is besloten eerst nader te onderzoeken wat marktbreed als een redelijk tariefsniveau voor call termination kan worden beschouwd, voordat een beslissing wordt genomen op de aanvraag van KPN Mobile. Daartoe startte op 19 december 2001 een marktconsultatie. In het consulta-tiedocument ‘De regulering van mobiele terminating tarieven’ stelt OPTA voor om de mobiele terminating tarieven in een periode van anderhalf jaar stapsgewijs

te laten dalen naar een redelijk niveau, dat is georiën-teerd op de kosten.

BEVOEGD

In eerste instantie was onduidelijk of OPTA bevoegd is de aanvraag van KPN Mobile in behandeling te nemen. KPN Mobile en Telfort hebben voor call termination namelijk geen directe uitdrukkelijke afspraken gemaakt die OPTA kan beoordelen. KPN Mobile levert het door Telfort te termineren verkeer aan via het vaste netwerk van KPN Telecom. Beide partijen maakten hiervoor afzonderlijk afspraken met KPN Telecom.

In december 2001 besloot OPTA de aanvraag van KPN Mobile te behandelen en de call terminatingtarieven die Telfort vraagt te onderzoeken. Dit deed OPTA omdat mag worden aangenomen dat met KPN Telecom gemaakte verbintenissen ook tussen KPN Mobile en Telfort gelden. Bovendien bleek tijdens de hoorzitting dat KPN Mobile getracht heeft een directe afspraak met Telfort te maken over de huidige wijze van call termination. Telfort heeft hier niet op gereageerd.

DIRECTE INTERCONNECTIE

KPN Mobile en Telfort hebben hun netwerken niet direct aan elkaar gekoppeld. Hun verkeer

Februari 2002 nr.

1

N

IEUWSBLAD VAN DE

O

NAFHANKELIJKE

P

OST EN

T

ELECOMMUNICATIE

A

UTORITEIT

A

ANPASSING GEDOOGPLICHT

2

KPN

MOET VERLEGGEN KABELS BETALEN

4

P

LEIDOOI BREDE DISCUSSIE GEDOOGPLICHT

5

L

IBERTEL

-V

ODAFONE GEEN

AMM-

PARTIJ MEER

6

N

IEUWE

E

UROPESE WETGEVING

/

HERBESTRATING

7

C

ONSULTATIEDOCUMENT POST

/

D

IGITALE HANDTEKENING

8

S

OCIALE WERKVOORZIENING

O

SS

9

C

ONSULTATIES

: RIA

EN TARIEFREGULERING

10

G

ARANTIE DIENSTVERLENING

KPN

11

W

IJZIGING NUMMERPLAN

12

W

IJZIGING ALGEMENE VOORWAARDEN

KPN / K

LACHTEN

06760-

NUMMERS

14

K

LACHTEN

T

OP

10 / V

ACATURES

16

Call termination

Aflevertarieven Telfort te hoog

De tarieven die Telfort aan KPN Mobile vraagt voor het afleveren van telefoonverkeer naar haar eigen abonnees zijn te hoog. OPTA gaf dit oordeel op 19 december 2001.

(2)

[vervolg van pag. 1]

Veel gestelde vragen

gedogen kabels

OPTA heeft in januari de tekst van de veel gestelde vragen met betrekking tot het gedogen van kabels geactualiseerd. U kunt deze aantreffen op: www.opta.nl

Zoektermen: <interconnectie> <achter-grondinformatie>

Aanpassing gedoogplicht

Op 1 januari 2001 is de Telecommunicatiewet (Tw) aangepast met betrekking tot de graafrechten en gedoog-plicht.

Het tweede lid van artikel 5.8 is komen te vervallen. OPTA en het Directoraat Generaal Telecommunicatie en Post waren geza-menlijk van mening dat de bestuursdwang bij het niet naleven van de snoeiplicht ook al in hoofdstuk 15 van de wet wordt omschreven. Het college blijft het geëigende toezichthoudende orgaan.

Een toevoeging betreft artikel 5.11, waardoor (de kabels van) omroepzendernetwerken, zoals Nozema en Broadcast, ook onder hoofdstuk 5 van de Tw vallen (graafrechten, gedoogplicht, schadevergoeding, medegebruik.) 

Last onder dwangsom

abonnee-gegevens deels opgeschort

KPN krijgt nog tot 1 april 2002 de tijd om haar telefoni-sche abonnee-inlichtingendienst aan te vullen met ont-brekende abonneegegevens. Ook krijgt KPN nog tot 13 mei 2002 de tijd om de papieren telefoongids aan te vullen met de nog ontbrekende gegevens. Deze gidsdien-sten bevatten gegevens van de telefoon-abonnees die geen bezwaar maken hierin te worden opgenomen.

OPTA schortte de in juni 2001 opgelegde last onder dwang-som op nadat KPN aannemelijk maakte dat zij uiterlijk op 19 december 2001 niet de hele gids compleet kon hebben. AFHANKELIJK

KPN is voor het samenstellen van de dienst afhankelijk van andere aanbieders en een aantal van hen leverde niet op tijd of kon niet op tijd leveren. KPN krijgt dan ook uitstel voor het voldoen aan de last onder dwangsom, namelijk voor het verwerken van de gegevens van de partijen waarvan de gegevens nog niet in het bezit van KPN zijn. Inmiddels zijn er, sinds de last onder dwangsom door OPTA aan KPN is opge-legd, ruim 800.000 extra abonneegegevens in de gidsdiensten van KPN opgenomen, waaronder die van de mobiele aan-bieders. 

loopt via het vaste netwerk van KPN. De Telecommunicatiewet verplicht aanbieders hun onderlinge telefoonverkeer wederzijds af te leveren, zodat eindgebruikers op alle netwerken met elkaar kunnen communice-ren. Hiertoe moeten hun netwerken aan elkaar worden gekoppeld. Dit wordt ook wel directe interconnectie genoemd. OPTA is bevoegd om op aanvraag aanbieders van deze verplichting te ontheffen, bijvoor-beeld als er een goed technisch of com-mercieel alternatief is voor het direct kop-pelen. Omdat KPN Mobile en Telfort een dergelijke ontheffing nooit bij OPTA heb-ben ingediend, heeft OPTA hen in het besluit van 19 december 2001 verplicht voor de door hen gekozen indirecte wijze van interconnectie schriftelijk toestem-ming te vragen.

KPN Mobile heeft recent aangekondigd ook tegen de resterende aanbieders van mobie-le temobie-lefonie geschilmobie-len aan te spannen over hun call termination tarieven. 

(3)

Wat heeft het een nu met het ander te maken, zult u zeggen? Veel, zoals hieronder moge blijken.

TPG is wettelijk verplicht een scheiding aan te brengen in haar financiële verantwoording tus-sen de voorbehouden, overig opgedragen en de vrije dienstverlening. De voorbehouden dienst is de exclusieve bezorging door TPG van brieven t/m 100 gram. Onder overig opgedragen dien-sten valt de dienstverlening die TPG moet en haar concurrenten mogen leveren. Hierbij gaat het onder meer om brieven en drukwerken tot en met 2 kg, alsmede binnenlandse pakketten tot en met 10 kg. De vrije diensten zijn dien-sten die TPG in concurrentie met anderen aan-biedt. De gescheiden financiële verantwoording heeft tot doel ongeoorloofde kruissubsidiëring tussen voorbehouden en overig opgedragen dienstverlening enerzijds en het vrije deel anderzijds te voorkomen of zichtbaar te maken. Ter uitvoering van de gescheiden financiële ver-antwoording is TPG verplicht om een toereke-ningssysteem voor kosten en opbrengsten vast te stellen. Eind 2000 heeft het college TPG’s toerekeningssysteem goedgekeurd, doch heeft een aantal voorschriften aan de goedkeuring verbonden. TPG was het hier niet mee eens en maakte bezwaar. In zijn besluit op bezwaar van oktober 2001 heeft het college de voor-schriften grotendeels in stand gelaten. De voorschriften hebben onder meer betrekking op het door TPG gebruikte systeem van kosten-toerekening naar activiteiten (activity based costing) en op de vermogenstoedeling. TPG is inmiddels bij de bestuursrechter in Rotterdam in beroep gegaan. Naar verwachting doet de rechter begin maart uitspraak.

Het automatisme waarmee TPG dit besluit – en vrijwel alle recente besluiten van OPTA – aanvecht, komt niet als een verrassing. Toen de telecomsector aan het begin stond van de transitie van een monopolistische naar een geliberaliseerde markt, werd door KPN ook

tegen elk besluit van OPTA geageerd. Dat hoort er bij en gaat na verloop van tijd over. Ook om een andere reden komt de reactie van TPG niet als een verrassing. Het zichtbaar laten maken van de financiële verantwoording door TPG om te kunnen toetsen of er al dan niet sprake is van kruissubsidiëring, brengt met zich mee dat tevens inzicht wordt verkregen in de rendemen-ten die TPG op de verschillende typen dienst-verlening behaalt. Hoe zit dat precies? Het toerekeningssysteem van TPG moet ervoor zorgen dat de kosten en opbrengsten in die categorie van dienstverlening worden geboekt waar ze thuishoren. Zo mogen de kosten van vrije diensten niet op het voorbehouden gedeelte worden geboekt. Daarnaast kunnen financiële stromen vanuit het vermogen van het voorbehouden of overig opgedragen deel naar het vrije deel duiden op kruissubsidiëring. Mutaties in het vermogen komen tot uitdruk-king in de balans. Die geeft aan op welke wijze het vermogen van de verschillende typen dienstverlening is vastgelegd.

Uit het inzicht in kosten en opbrengsten én vermogen per type dienstverlening valt auto-matisch ook af te leiden wat de rendementen voor de verschillende typen dienstverlening zijn. In analistenrapporten wordt wel gespecu-leerd over het (zeer hoge) rendement op geïnvesteerd vermogen in het voorbehouden gedeelte. Als het rendement inderdaad zo hoog is, is dat zeer relevant in het kader van de herziening van de tariefregulering die dit jaar door het ministerie van Verkeer en Waterstaat wordt uitgevoerd.

Ook tegen die achtergrond wekt TPG’s bezwaar tegen OPTA’s besluit inzake het toerekenings-systeem geen verbazing. Toch zal binnenkort de discussie over het rendement gevoerd moe-ten worden. Daarover een volgende keer meer. Frank van der Plas Plv. hoofd van de afdeling Eindgebruikersmarkt

Colofon

Eindredactie:

Delphinus, Amsterdam

Redactie, onder andere:

Jasper van Delft Rob van Eijl Gertrude Langedijk Stefan Wijers

Fotografie:

Kelle Schouten

Illustraties:

Arend van Dam

Grafische productie:

Herbschleb & Slebos

Drukwerk: Teunissen, Amsterdam Redactieadres, abonnementen en adreswijzigingen: Postbus 90420, 2509 LK Den Haag Telefoon (070) 315 35 64 Telefax (070) 315 35 01 E-mail: mail@opta.nl

OPTA Connecties is het nieuwsblad van de Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit. OPTA wil met deze uitgave onder meer bereiken dat de organisaties in de markt voor telecommunicatie en post op gelijke voet geïnformeerd zijn over de ingenomen standpunten, gedane uitspraken en nieuwe ont-wikkelingen in verband met het werk van OPTA. Reacties op de inhoud van dit blad zijn van harte welkom.

Connecties wordt met grote zorg-vuldigheid samengesteld. Om de leesbaarheid te bevorderen zijn juridische zinsneden vaak vereen-voudigd weergegeven. Soms betreft het ook delen van of uit-treksels uit wetteksten. In al deze gevallen is het verstandig de originele teksten te raad-plegen. Aan de artikelen in Connecties kunnen geen rechten worden ontleend.

Missie OPTA

OPTA stimuleert bestendige con-currentie in de telecommunicatie- en postmarkten. Dat wil zeggen: een duurzame situatie waarin particuliere en zakelijke eind-gebruikers een keuze kunnen maken tussen aanbieders en tussen diensten, zodanig dat het prijs- en kwaliteitsaanbod op de diverse deelmarkten tot-standkomt door effectieve markt-prikkels. Bij onvoldoende keuze beschermt OPTA eindgebruikers.

(4)

KPN moet verleggen kabels

in ’s-Gravenzande betalen

OPTA kwam tot deze constatering nadat de feiten in deze zaak op dezelfde wijze wer-den getoetst als in het geschil tussen KPN en de gemeente Lelystad. Vastgesteld is dat de gemeente ’s-Gravenzande voldoet aan de eisen van artikel 5.7, eerste lid, van de Telecommunicatiewet (Tw), het zogeheten verlegartikel.

VERLEGARTIKEL

Het verlegartikel is de enige uitzondering op de stelregel dat als er eenmaal gedoogd is, dit in de toekomst onder alle omstan-digheden blijft gelden, ook als de grond van status verandert. In dit geval lopen de kabels eerst onder het openbare trot-toir, vervolgens zouden ze onder het schoolplein komen te liggen: een duidelij-ke verandering van de status van de grond. Het gedoogregime blijft in deze zaak van kracht op de kabels, waardoor OPTA bevoegd is het geschil te behandelen. De kabeleigenaar moet de kabels verleggen als de gedoogplichtige een gebouw wil oprichten of een werk wil uitvoeren. De gemeente is in deze zaak de gedoogplich-tige en het schoolplein is een werk, dus moet KPN volgens artikel 5.7 de kabels verleggen. De gemeente moet het school-plein kunnen inrichten zonder meer dan noodzakelijk gehinderd te worden door de kabels van KPN. Het schoolplein is onlos-makelijk met de school verbonden en heeft een duidelijke recreatieve functie. Daarnaast is het plein van belang voor de opvang en veiligheid van de kinderen. Deze argumenten gaven aan OPTA de door-slag bij de afweging wie er voor de kosten

opdraait voor het verleggen van de kabels. Het geschil tussen ’s-Gravenzande en KPN dateert van begin 2001. Nadat de partijen niet tot een overeenstemming konden komen, vroeg de gemeente in oktober 2001 aan OPTA om een beschikking te geven op grond van art. 5.7 en art. 5.3 van de Telecommunicatiewet. 

Nadere uitleg over het geschil tussen ’s-Graven-zande en KPN is te vinden bij de veel gestelde vragen (faqs) met betrekking tot gedogen op www.opta.nl/interconnectie/ achtergrondinformatie. De volledige tekst van de beschikking treft u ook op deze web-site aan. Over het geschil tussen Lelystad en KPN kunt u lezen in Connecties 5, 2001.

(5)

Wetstekst verouderd

OPTA pleit voor brede discussie

gedoogplicht

De wetgeving geeft geen oplossingen voor alle situaties die zich in een geli-beraliseerde markt voor doen. De wet is

op een aantal punten achterhaald. Daarnaast kent hij enkele ongelukkige formuleringen. Dit leidt tot eigenmach-tig optreden van kabelleggers en grond-eigenaren.

TOEGENOMEN PROBLEMEN

In de afgelopen drie jaar is de bemoei-enis van OPTA bij graven en gedogen intensiever geworden, evenredig aan de toegenomen problemen die door andere betrokkenen, bijvoorbeeld gemeenten en aanbieders, ervaren werden. Sinds 1999 onderhoudt OPTA zich over de graafproblematiek met het ministerie van Verkeer en Waterstaat.

Naar aanleiding van de problemen die vanuit diverse kanten bij het ministerie werden gemeld, publiceerde het Directoraat Generaal Telecommunicatie en Post de ‘Probleemanalyse project Graafrechten’. OPTA gaf op deze analyse een reactie, en maakte hierbij een onderscheid tussen maatregelen op de lange en de korte termijn.

KORTE TERMIJNOPLOSSING

Op korte termijn ziet OPTA nog steeds mogelijkheden om de diverse taken uit te voeren. Bijvoorbeeld het beslechten van geschillen. Met het ministerie wordt overlegd hoe gemeenten gedwongen kunnen worden een

telecommunicatie-verordening vast te stellen, waartoe zij sinds 15 juni 1999 verplicht zijn. Voor de korte termijn verzoekt OPTA de staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat een verduidelijking te geven op die onderdelen van de huidige wet-stekst, waar dit is gewenst.

Bijvoorbeeld met betrekking tot de coördinerende bevoegdheden van gemeenten en het verlegregime (artikel 5.7, lid 1).

LANGE TERMIJNOPLOSSING

Voor de lange termijn benadrukt OPTA de noodzaak van een onderzoek dat begint aan de basis van het onderwerp graven en dat zich stap voor stap ver-breedt. Dit onderzoek dient te leiden tot een heroverweging en daarop vol-gend een aanpassing van de huidige wetstekst, die recht doet aan de eisen die de 21e eeuw stelt. Rechten en plichten met betrekking tot graven dienen over en weer duidelijk te zijn. Vervolgens kan worden bepaald welk toezichtregime bij welke regel past en wie de geëigende toezichthouder voor welk segment van de wet is. Dit laatste zal tot eenduidigheid in het toezicht en de jurisprudentie leiden. Indien wordt geconstateerd dat de OPTA (deels) het geëigende toezichtorgaan is, dan zullen er middelen beschikbaar gesteld moeten worden die effectief toezicht mogelijk maken. 

Op www.opta.nl/interconnectie/achter-grondinformatie is de reactie van OPTA te vinden, in het position paper ‘Toezicht op gedoogplicht en graafrecht’. De bijlage bevat een inventarislijst met alle proble-men over ‘graven en gedogen’ waarmee OPTA te maken heeft gehad.

(6)

OPTA wil structureler op strategisch niveau met marktpartijen van gedachten wisselen over belangrijke actuele en toekomstige ontwikkelingen in de post- en telecommu-nicatiemarkt. Dit zou moeten gebeuren op basis van zowel kwantitatieve als kwalita-tieve gegevens. Dit vergroot het inzicht in de ontwikkeling van de concurrentie, het functioneren van OPTA daarin en de koers die door OPTA moet worden gevaren. In deze behoefte wordt vooralsnog te weinig voorzien.

MISSIE

Het project marktmonitoring is een belangrijke ondersteuning voor het welsla-gen van OPTA’s missie. Het doel van dit project is dan ook tweeledig. Enerzijds het verwerven van structureel en breed inzicht

in de ontwikkelingen in de post- en tele-communicatiemarkten. Anderzijds zal OPTA door deze gerichte marktinformatie de concurrentie-ontwikkeling beter in beeld kunnen brengen in de te publiceren markt-monitoren. De publicaties zullen uitgebrei-der en gedetailleeruitgebrei-der de marktontwikke-lingen beschrijven. Daarnaast wordt het inzicht vergroot voor het uitvoeren van relevante marktstudies.

PROJECTEN EN PUBLICATIES

Een uitgebreid kwantitatief overzicht van de marktontwikkelingen komt de resulta-ten van projecresulta-ten en publicaties van de hele organisatie ten goede. Een en ander leidt ertoe dat OPTA beter kan inspringen op actuele en toekomstige ontwikkelingen en haar eigen rol daar binnen beter kan

bepalen. De toename van het aantal bron-nen met marktgegevens biedt OPTA grotere ondersteuning bij haar besluitvorming en verantwoording.

De afdeling Strategie & Coördinatie nodigt partijen uit om hun zienswijze op de marktontwikkelingen te geven en informa-tie over relevante ontwikkelingen, bijvoor-beeld in de vorm van onderzoeksrappor-ten, aan OPTA toe te sturen. 

Contactpersoon voor het project marktmonitoring is de heer L. Donners (tel. 070 315 35 80, e-mail:

l.donners@opta.nl).

Marktmonitoring

OPTA gaat meer structureel markt verkennen

Op de markt voor mobiele telefonie is Libertel-Vodafone niet langer aangewe-zen als partij met aanmerkelijke macht. OPTA kwam tot deze conclusie na een marktonderzoek dat zij heeft verricht in verband met de jaarlijkse evaluatie van deze AMM-aanwijzing, die voor onbepaalde duur is en tot ver-plichtingen leidt.

Uit het marktonderzoek blijkt dat het marktaandeel van Libertel-Vodafone op de markt voor mobiele telefonie rond de 25% fluctueert. OPTA toetste het bedrijf vervol-gens op de overige criteria uit artikel 6.4 van de Telecomwet (Tw) en de met de aan-wijzing te bereiken effecten. Naar aanlei-ding van dit onderzoek, rekening houdend met de marktontwikkelingen en de ontwik-kelingen in de regelgeving, heeft OPTA er toe besloten de aanwijzing van Libertel-Vodafone op de markt voor mobiele telefo-nie in te trekken.

BESLISSING OP BEZWAAR

OPTA wees Libertel op 20 oktober 1999

aan als aanbieder met aanmerkelijke macht op de markt voor mobiele telefonie, op basis van artikel 6.4 van de Tw. Libertel heeft naar aanleiding hiervan destijds een voorlopige voorziening aangevraagd, wat ertoe heeft geleid dat de aanwijzing pas met de beslissing op bezwaar eind 2000 effectief werd. De aanwijzing brengt ver-plichtingen met zich mee op het gebied van interconnectie en bijzondere toegang ten aanzien van het mobiele netwerk. OPTA wijst een aanbieder met AMM aan als deze op de desbetreffende markt beschikt over een marktaandeel van meer dan vijf-entwintig procent. Op basis van bepaalde

Libertel-Vodafone geen AMM-partij op markt m

(7)

Nieuw Europees wetgevingskader

voor telecommunicatie (ONP)

De nieuwe regelgeving kent een drietal rode draden. De wetgeving zal techniek-onafhankelijk zijn, sectorspecifiek toezicht blijft bestaan en toezichthouders moeten beslissingen zowel onderling als met de Europese Commissie afstemmen. TECHNIEKONAFHANKELIJK

Doordat de wetgeving onafhankelijk wordt van techniek, is de wet beter opgewassen tegen convergentie van diensten en net-werken, bijvoorbeeld het aanbieden van

Internet via de kabel. De nieuwe regelge-ving spreekt heel algemeen over ‘elektroni-sche communicatiediensten- en netwerken’. OPTA zal ook onder het nieuwe regime vóóraf verplichtingen kunnen opleggen aan partijen die een aanmerkelijke macht op de markt (AMM) hebben. De AMM-aanwij-zing betekent straks echter niet meer dat de AMM-partij direct aan allerlei verplich-tingen moet voldoen. OPTA wordt namelijk in de gelegenheid gesteld om alleen die verplichtingen op te leggen die geschikt

zijn om tegenwicht te bieden aan de marktmacht van de betreffende partij. Meer dan tot nu toe het geval was, gaat het sectorspecifieke toezicht lijken op het algemeen mededingingsrecht. Het aanwij-zen van marktpartijen met aanmerkelijke marktmacht gebeurt in het nieuwe regelge-vend kader aan de hand van een kwalita-tieve toets in plaats van een kwantitatie-ve. Het huidige criterium van 25% markt-aandeel gaat op de helling. In plaats daar-van wordt mede aan de hand daar-van allerlei inhoudelijke criteria bepaald of een partij een machtspositie heeft.

Nationale telecommunicatietoezichthouders zullen in de toekomst de belangrijkste beslissingen onderling én met de Europese Commissie afstemmen, bijvoorbeeld bij het vaststellen van marktdefinities en AMM-aanwijzingen. De Commissie krijgt in som-mige gevallen een vetorecht. 

obiele telefonie

uitzonderingsgronden in de Tw (artikel 6.4) kan OPTA ook een aanbieder met een marktaandeel van minder dan 25 procent aanwijzen, dan wel een aanbieder met meer dan 25 procent marktaandeel niet aanwijzen. Deze uitzonderingscriteria zijn: de mogelijkheid om de markt te beïnvloe-den, de omzet in verhouding tot de markt, de beheersing van de middelen om toe-gang tot de eindgebruikers te krijgen, de toegang tot financiële middelen en de ervaring met het verstrekken van diensten en producten. Daarnaast houdt OPTA bij de toepassing van het instrument AMM reke-ning met de ontwikkelingen van de tele-communicatiemarkt. 

Een graafgerechtigde is in beginsel verantwoordelijk voor de herbestra-tingswerkzaamheden na het aanleg-gen van kabels. Alles dient na de graafwerkzaamheden in de oude staat te worden hersteld. Dit is de conclu-sie van het onderzoek dat OPTA deed naar aanleiding van een vraag van een kabelbedrijf over dit onderwerp.

OPTA kwam tot dit antwoord na het raadplegen van het wettelijk kader (artikel 5.4 van de Telecommunicatiewet) en de parlementaire geschiedenis (Kamerstukken I 1997/98, 25 533, nr. 309b).

GEEN NADEEL VAN AANLEG

De graafgerechtigde heeft de verplichting ervoor te zorgen dat een gedoogplichtige geen nadeel ondervindt van de aanleg van kabels. Dit is volgens de parlemen-taire geschiedenis de kern van artikel 5.4. Het is dus van belang dat er deug-delijk herbestraat wordt na de aanleg van kabels.

Als het herbestraten niet deugdelijk gebeurt, kan het onderhoud van de straat tot hogere kosten leiden. Deze komen in beginsel voor rekening van de graafgerechtigde. 

Momenteel voert de Vereniging van Nederlandse Gemeenten overleg met KPN en de Vecai over een nieuwe herbestra-tingsregeling.

Herbestrating na aanleg van kabels

Dankzij een compromisvoorstel van de Europese Raad heeft het Europees

(8)

OPTA publiceert consultatiedocument post

Deze zogeheten ‘visie op de postmarkt’ bevat een analyse van de huidige markt-situatie en een visie op de wijze waarop de postmarkt zich in de komende jaren zal gaan of zou moeten ontwikkelen. Daar-mee fungeert de visie op de postmarkt als nuttige indicatie voor de agenda-bepaling van partijen op de postmarkt,

de politiek en voor die van OPTA als toe-zichthouder.

Uit contacten met marktpartijen is geble-ken dat bepaalde thema’s in de postmarkt spelen. Deze thema’s hebben betrekking op toegang tot postbussen, toegang tot het netwerk van TPG op andere onderdelen dan

postbussen, het onderscheid tussen brie-ven en drukwerk en document exchange-diensten. Het doel van de consultatie is om de inzichten van marktpartijen over deze thema’s te vernemen. Inzichten van partijen op de postmarkt zijn van groot belang voor de taakvervulling van OPTA op diezelfde postmarkt. 

Het consultatiedocument is verkrijgbaar via de website (www.opta.nl). De reactietermijn voor verwerking in de visie op de postmarkt is gesteld op 1 februari 2002, maar reacties na die datum zijn altijd nog welkom.

De nieuwe brievenbus van PTT Post. Binnen vijf jaar worden de oude bussen hiermee vervangen.

Elk jaar spreekt het college van OPTA, de Onafhankelijke Post- en Telecommuni-catie Autoriteit, zich uit over de verwachte toekomstige ontwikkelingen op de post- en telecommunicatiemarkt, als wettelijk verplicht onderdeel van zijn jaarverslag (artikel 17.2 van de OPTA-wet).

De voorbereiding op de invoering van digitale handtekeningen in Nederland is

weer een stapje verder. Het ministerie van Verkeer en Waterstaat gaat een bij-drage leveren in de kosten voor het toe-zicht op de elektronische ondertekening.

Digitale handtekeningen met volledige rechtsgeldigheid gaan vergezeld van een verklaring (een certificaat) van een Trusted Third Party (TTP). TTP’s worden op hun beurt geregistreerd en gecontro-leerd door OPTA. Dit is in lijn met de EU-richtlijn 1999/93/EG, die eist dat digita-le handtekeningen in lidstaten rechts-geldig worden erkend en dat er adequaat toezicht komt op de aanbieders van

gekwalificeerde certificaten aan het publiek.

WETSVOORSTEL

In de Tweede Kamer is een wetsvoorstel in behandeling om deze EU-richtlijn in Nederland in te voeren, waarin voor-gesteld wordt alle TTP’s gezamenlijk alle kosten voor het toezicht te laten betalen. Omdat het aantal partijen klein is, zouden

(9)

Uitspraak rechter in beroepsprocedure

Oss mag eigen post in eigen beheer bezorgen

Ook op grond van de nieuwe Postwet mag

de gemeente Oss haar eigen post laten bezorgen door medewerkers van de plaat-selijke sociale werkvoorziening. De rechter bepaalde dit in een uitspraak van 19 december 2001 in het kader van een door TPG tegen een beslissing van OPTA inge-stelde beroepsprocedure.

Rekening houdend met de nieuwe Postwet van 1 juni 2000, nam OPTA deze beslissing

op 29 juni 2000. Dit besluit is conform een eerdere uitspraak van de rechter in een beroepsprocedure dat door de gemeente Oss was aangespannen tegen een eerdere beslis-sing van OPTA in deze zaak. De rechter bepaalde in deze uitspraak van 7 december 1999 dat het verbod om brieven te vervoe-ren van (tegenwoordig) maximaal honderd gram niet slaat op rechtspersonen die eigen post in eigen beheer laten bezorgen, zoals de gemeente Oss dat doet. Omdat de sociale werkvoorziening volgens OPTA deel uitmaakt van de interne organisatie van de gemeente Oss, is er sprake van eigen beheer.

De gemeente Oss handelt dus niet in strijd met de Postwet.

EIGEN BEHEER

TPG was het daar niet mee eens en stelde beroep in. De concessiehouder vond dat door een kleine tekstuele wijziging in de nieuwe Postwet postbezorging in eigen beheer onder het vervoersverbod valt. Alleen TPG mag brieven tot en met honderd gram vervoeren. De rechter onderschrijft deze stelling niet en verklaarde het beroep van TPG ongegrond. Ook onder de nieuwe Postwet heeft het vervoersverbod geen betrekking op het vervoeren van eigen brie-ven in eigen beheer, door een natuurlijke persoon of rechtspersoon zelf. Hierbij is namelijk geen sprake van vervoer tegen vergoeding door derden.

De rechter heeft dus nogmaals laten weten dat de gemeente Oss eigen brieven mag be-zorgen, mits dit in eigen beheer gebeurt.  Wat OPTA onder ‘eigen beheer’ en andere begrippen uit de Postwet verstaat, is te lezen in de beleidsregels ‘Richtsnoeren Post: verbod artikel 2a, 2b en 2c Postwet’ (juni 2000/ OPTA/EGM/ 201365; Staatscourant 10 juli 2000, nr. 130/pag. 12). De volledige tekst van deze beleidsregels is te vinden op de website van OPTA: www.opta.nl.

de jaarlijkse tarieven die zij voor het toe-zicht van OPTA moeten betalen, zeer hoog zijn. Dat zou de toetreding van TTP’s kunnen belemmeren. Zowel marktpartijen, OPTA als de Tweede Kamer spraken hier hun zorgen over uit. Na overleg tussen OPTA, marktpartijen en het ministerie van Verkeer en Waterstaat is besloten dat het ministerie de tarieven gaat drukken door middel van een bijdrage uit de schatkist.

De verwachting is dat de wet in de eerste helft van 2002 van kracht wordt. Dan zal het ministerie ook de tarieven publi-ceren.

CERTIFICATIE

TTP’s hebben zelf, in samenwerking met de ministeries van Verkeer en Waterstaat en Economische Zaken, de mogelijkheid geschapen voor een certificering van de

TTP’s. Om in aanmerking te komen voor een certificaat moet een TTP aan een aan-tal kwaliteitseisen voldoen. Dit keurmerk is te vergelijken met het ISO-certificaat, maar dan toegespitst op TTP-dienstverle-ning. De eerste controles worden in het voorjaar verwacht. 

Meer informatie over het keurmerk is te vinden op www.ecp.nl.

De digitale handtekeningen komen eraan!

Connecties 1, 1998: OPTA kondigt

aan een onderzoek in te stellen om te kunnen beoordelen of gemeenten die hun post door de sociale werkvoorzie-ning laten bezorgen de (oude) Postwet overtreden.

Connecties 2, 1999: OPTA laat op 12 februari 1999 weten dat gemeenten, waaronder de gemeente Oss, in strijd handelen met de (oude) Postwet als zij hun post laten bezorgen door medewer-kers van de sociale werkvoorziening.

OPTA oordeelt dat dit verboden is onder de (oude) postwet, omdat de postvoor-ziening bedrijfsmatig gebeurt.

Connecties 6, 2000: OPTA bepaalt in een beslissing dat de gemeente Oss haar eigen post door de sociale werk-voorziening mag laten bezorgen, omdat sprake is van eigen beheer. OPTA beslis-te dit naar aanleiding van een uitspraak van de rechter in een beroepsprocedure die door de gemeente Oss was aange-spannen.

(10)

Korte impressie van de RIA-consultatie

De RIA is een catalogus van de moge-lijkheden, voorwaarden en tarieven die KPN op het gebied van interconnectie

aan haar concurrenten kan leveren. Uit de consultatie is gebleken dat verschil-lende aanbieders waarde hechten aan de opname van diverse onderwerpen in de RIA, zoals bijvoorbeeld: ‘overloopfacili-teiten’, ‘bi-directionele verbindingen’, ‘kwaliteitsrapportage’ en het ‘delen van carrier systemen’. Daarnaast hechten aanbieders waarde aan een flexibele ‘prognose- bestel- en leveringsprocedure’. NIET TOEREIKEND

Sinds maart 2001 heeft OPTA een hand-havingstraject van het RIA-oordeel van 28 juli 2000 ingezet. OPTA heeft daar-toe lasten onder dwangsom aan KPN uitgevaardigd en is met KPN een inten-sief besprekingentraject over de RIA ingegaan. Aan de hand van een door OPTA opgesteld overzicht van de pun-ten waarover OPTA en KPN tot op heden nog geen overeenstemming

heb-ben bereikt en de in de besprekingen behaalde resultaten, hebben aanbieders de mogelijkheid gekregen een reactie te geven op de RIA. Verschillende aanbie-ders hebben in de RIA-consultatie, maar ook daarna, in hun schriftelijke reacties aan OPTA hun mening over de diverse onderdelen van de RIA kenbaar gemaakt.

OPTA zal de definitieve resultaten ten aanzien van het RIA-handhavingstraject zo spoedig mogelijk aan de markt bekendmaken. Hierbij wordt mede reke-ning gehouden met de reacties van de aanbieders op de RIA.

Voor het ‘Tussenstand-document OPTA behorende bij de RIA-consultatie d.d. 12 december 2001’, zie

www.opta.nl. Zoektermen: <thema> <interconnectie> <achtergrond-informatie>

De Referentie Interconnectie Aanbieding (RIA) van KPN is nog steeds niet toereikend. De RIA consultatie van 12 december 2001 bood marktpartijen de mogelijk-heid aan te geven hoe zij denken over de standpunten van zowel OPTA als KPN ten aanzien van diverse onderdelen in de RIA. Ook werd de marktpartijen speci-fiek gevraagd bij welke onder-werpen hun prioriteiten liggen.

OPTA legde de marktpartijen vier onderwer-pen voor. Een eerste onderwerp betreft de invoering van een meerjarig tariefsysteem voor interconnectie en bijzondere toe-gangsdiensten van KPN. Door introductie hiervan ontstaat een grotere

voorspelbaar-heid van toekomstige tariefontwikkelingen. Bij het huidige systeem worden de tarie-ven jaarlijks bepaald. Nagenoeg alle markt-partijen staan, onder bepaalde voorwaar-den, positief tegenover een overstap naar een meerjarig systeem.

FINANCIËLE RAPPORTAGE

Een tweede onderwerp waar de markt gevraagd werd op te reageren is: het wijzi-gen van de structuur en de inhoud van de door KPN aan OPTA te overleggen financië-le rapportage voor interconnectie en bij-zondere toegang, vaste telefonie en huur-lijnen. De rapportages dienen zodanig te zijn dat inzichtelijk wordt dat de retail-organisatie van KPN interconnectie en bijzondere toegangsdiensten bij KPN’s net-werkbedrijf inkoopt, tegen dezelfde tarie-ven en voorwaarden als haar concurrerende aanbieders. De indeling die OPTA voorstelt sluit aan bij de aanbeveling van de Europese Commissie. Marktpartijen zijn het hier ook mee eens. Zij zouden bovendien graag door middel van een marktconsulta-tie betrokken blijven bij de verdere

invul-Behoefte aan een geïntegreerd, transparant en consistent lange termijn

Consultatie ‘Integraal tariefregulering voor

(11)

De verplichtingen waaraan KPN moet vol-doen, vloeien voort uit haar hoedanigheid als verlener van de universele dienst (UD) en haar aanwijzing als partij met aanmer-kelijke marktmacht (AMM). Zowel op de markten voor vaste telefonie en huurlijnen als op de markt voor mobiele telefonie is KPN AMM-partij.

VERPLICHTINGEN

De verplichtingen hebben onder meer betrekking op het leveren van de vaste openbare telefoondienst, het bieden van non-discriminatoire interconnectie, het voldoen aan redelijke verzoeken tot

bij-zondere toegang en ontbundelde toegang tot het aansluitnet. Daarnaast heeft KPN de plicht om openbare betaaltelefoons en een universele telefoongids en abonnee-informatiedienst beschikbaar te stellen. INVESTERINGEN

Naast vragen over bovengenoemde ver-plichtingen bevroeg OPTA KPN ook over de investeringen die hiervoor nodig zijn, zowel op korte als op lange termijn. KPN heeft aangegeven aan haar verplichtingen te kunnen voldoen, omdat de reorganisatie en ontslagen bij KPN als doel hebben om te komen tot een efficiency-slag voor de

eerstkomende jaren en om het bedrijf slagvaardiger te maken.

OPTA hecht een groot belang aan het nakomen van bovengenoemde verplichtin-gen door KPN, zodat een adequate dienst-verlening aan zowel concurrenten als de eindgebruiker gewaarborgd is in de komen-de jaren. OPTA zal KPN daar dan ook op aan blijven spreken en zal met regelmaat verslag doen van haar bevindingen op het gebied van de kwaliteit van de dienstverle-ning van KPN en de mate waarin ze vol-doet aan haar verplichtingen. Dit zal onder meer via Connecties gebeuren. 

Informatie over de bevoegdheden van OPTA met betrekking tot de maatregelen die ge-nomen kunnen worden als KPN niet kan vol-doen aan haar verplichtingen, staat op de website www.opta.nl, bij ‘actuele informatie’.

KPN kan haar dienstverlening garanderen, ondanks de voorgenomen ontslagen. Aldus luidt het antwoord van het telecombedrijf op de vraag van OPTA of KPN kan voldoen aan de wettelijke verplichtingen.

KPN zegt dienstverlening te kunnen

garanderen ondanks reorganisatieplannen

tariefbeleid

eindgebruikers- en interconnectiediensten’

ling van de financiële rapportage,

bijvoor-beeld bij de bepaling van de grondslagen op basis waarvan de rapportage zou moe-ten worden ingericht, de onderverdeling van diensten en de openbaarheid van de gegevens. KPN is geen tegenstander van een wijziging in de financiële rap-portage.

LEVEL PLAYING FIELD

In het consultatiedocument is beschreven op welke wijze KPN bepaalde groothan-delskosten zou moeten toerekenen ter bevordering van een level playing field. KPN rekent deze kosten momenteel uitslui-tend aan aanbieders die bij KPN’s netwerk-organisatie interconnectie en bijzondere toegangsdiensten afnemen en niet aan KPN zelf. OPTA vindt dat deze scheve

situatie moet worden gecorrigeerd. Uit de reacties van marktpartijen blijkt dat het voorstel van OPTA over het algemeen bijval vindt, met uitzondering van KPN. Kosten die door alternatieve aanbieders worden veroorzaakt, moeten volgens KPN door hen zelf gedragen worden. Enkele marktpartijen geven aan dat OPTA zich met name zou moeten richten op het kritisch onderzoeken van de hoogte van het bedrag aan groothandelskosten.

BELEMMEREN LOKALE INTERCONNECTIE Het laatste onderwerp betreft de zoge-naamde problematiek. Het biba-probleem wordt veroorzaakt doordat in KPN’s biba-dienst lokale, regionale en nationale groothandelsdienstverlening wordt gebundeld. Concurrenten van KPN

(12)

Wijziging nummerplan

Streven naar gelijk gebruik

van korte nummers bij alle

aanbieders

Nog minder nummers uit het hoofd leren! Dat is het gevolg van een wijzi-ging van het nummerplan voor telefoon- en ISDN-diensten op 8 december 2001. De verplichting voor aanbieders van vaste of mobiele telefonie om dezelfde nummers te gebruiken voor bijvoorbeeld het afluisteren van de voicemail of het opvragen van het beltegoed wordt hiermee aangescherpt. Met name aanbieders van mobiele telefonie zullen hierdoor hun huidige korte nummers moeten aanpassen.

Door de wijziging van het nummerplan zijn er korte nummers beschikbaar voor diverse speciale diensten ter ondersteuning van vaste en mobiele telefonie. Deze nummers behoren tot de zogeheten 1-serie.

WILLEKEUR

Tot nu toe bestond er een willekeur aan korte nummers voor diverse dien-sten bij vooral de mobiele aanbieders. Nog steeds zijn bijvoorbeeld voor het beluisteren van voicemailberichten onder andere de nummers 333, 555, 121 of 777 in gebruik. Een eindge-bruiker die overstapt naar een andere aanbieder moet dus een reeks andere nummers leren als hij bij zijn nieuwe aanbieder gebruik wil maken van dezelfde dienstverlening. Daaraan komt door de nummerplanwijziging een einde.

Door de nummerplanwijziging zijn alle aanbieders verplicht om in beginsel dezelfde nummers voor dezelfde dien-sten te gebruiken, bijvoorbeeld 1233 voor het beluisteren van

voicemail-berichten. Voor eindgebruikers kan de omnummering betekenen dat zij voor bepaalde diensten een ander nummer moeten gaan gebruiken. Van dit een-malige ongemak hebben zij echter langdurig voordeel, omdat de nummers voor een bepaalde dienst bij alle aan-bieders hetzelfde worden.

PLAN VAN AANPAK

Gezien de maatschappelijke belangen is een snelle omnummering gewenst. OPTA realiseert zich echter dat vooral de mobiele aanbieders hier het nodige voor moeten doen. Daarom is eind december 2001 een brief gestuurd naar de aanbieders van mobiele tele-fonie met de vraag een plan van aan-pak voor te leggen met betrekking tot de omnummering. OPTA vroeg aanbie-ders vóór eind januari 2002 te reage-ren. OPTA zal de komende tijd samen met de mobiele operators zoeken naar een manier om het gebruik van korte nummers voor diverse speciale dien-sten snel in lijn met het nummerplan te brengen. 

(13)

Informatie over nummerplannen, beleidsvoorbereiding en achter-gronden, publicaties, en procedu-res... OPTA en het Directoraat Generaal voor Telecommuncatie en Post (DGTP) beheren websites die veel informatie geven over nummers in Nederland en daaraan gerelateerde onderwerpen.

De OPTA-site bevat het nummerregister en informatie over de aanvraag van nummers. Op de onlangs door DGTP geopende website zijn de nummerplan-nen en nummerprocedures te vinden. Gezamenlijk geven de sites een redelijk volledig beeld van nummergerelateerde onderwerpen in Nederland.

ACTUELE INFORMATIE

Met de websites komen OPTA en DGTP tegemoet aan de vraag van zowel het Nationaal Nummer Overleg (NNO), het overlegplatform voor nummers tussen ministerie en marktpartijen, als de markt: op eenvoudige, snelle en gestructureerde wijze over actuele

informatie kunnen beschikken. Op de site van DGTP staat ook informatie over Internet domeinnamen en hieraan gerelateerde onderwerpen.

Hoewel de informatievoorziening door de nieuwe websites verbeterd is, vindt OPTA de situatie nog niet optimaal. Het gebruik van twee sites voor de ver-spreiding van informatie over gerela-teerde onderwerpen is mede het gevolg van het feit dat verantwoordelijkheden rond het opstellen van nummerplannen verdeeld zijn tussen DGTP en OPTA. Het ministerie stelt het nummerplan vast en OPTA past het toe. Deze situatie is overigens uniek omdat in de andere EU-landen het opstellen en toepassen van nummerplannen wel door één organisatie worden gedaan. 

Actuele informatie over het nummer- en naambeleid is te vinden op de website van DGTP www.dgtp.nl. Zoektermen: <BELEID> <NUMMERS & NAMEN> Informatie over het nummerregister is op de OPTAwebsite te vinden: www.opta.nl. Zoektermen <Nummers en Registraties>

Nieuwe websites

Informatie over nummers

Klachten over 084- en 087-nummers

Abonnees zijn met 084- en 087-nummers bereikbaar op

wisselen-de aansluitingen en zij kunnen kiezen in welke vorm het bericht hen bereikt, via de fax, de voicemail of de email. De klachten lopen uiteen van onverwachte hoge rekeningen voor de bellers van deze nummers tot het aantreffen van sexlijnen en babbel-boxen. Ook worden de gesprekken kunstmatig verlengd door onnodig lange introducties.

OPTA heeft geen bevoegdheid over de hoogte van de tarieven, maar wel over de bestemming. In de bestemming van 087- en

084-nummers zijn diensten van erotische, seksuele of pornografi-sche aard en dating-, gespreksverlengende of amusementsdiensten uitgesloten.

ACTIEF TOEZICHT

(14)

Wijziging algemene voorwaarden KPN Mobile

Per 1 maart verlengt KPN Mobile de opzegtermijn voor haar mobiele bellers van 1 naar 3 maanden. Dit wordt gere-geld met een wijziging van de algemene voorwaarden van KPN Mobile. De consu-mentenbond uitte haar bezorgdheid over deze verandering en pleit voor uniforme algemene voorwaarden binnen de telecommarkt. OPTA is niet voor uniformiteit, maar wel voor het een-duidig informeren van de consument.

OPTA pleit niet voor dezelfde algemene voorwaarden voor de gehele telecom-branche. Aanbieders kunnen juist met elkaar concurreren op de voorwaarden waaronder zij hun dienst aanbieden, bij-voorbeeld door een snelle contractsbeëin-diging mogelijk te maken.

WETTELIJKE VERPLICHTING

KPN Mobile dient bij een wijziging van de algemene voorwaarden te voldoen aan de wettelijke verplichting om deze op genoegzame wijze kenbaar te maken. Volgens OPTA is hieraan voldaan: klanten worden op individuele wijze ruimschoots voor de ingangsdatum van de wijziging geïnformeerd.

OPTA onderschrijft wel het standpunt van de Consumentenbond dat het in de mobie-le temobie-lefoniemarkt in het algemeen ont-breekt aan goed vergelijkbare informatie over kwaliteitsgegevens en voorwaarden, zodat consumenten geen weloverwogen keuze kunnen maken.

KWALITEITSGEGEVENS

OPTA staat dan ook positief ten opzichte van de initiatieven die er zijn om daar-over afspraken te maken. Als deze niets opleveren, zouden operators wettelijk verplicht moeten worden eenduidige rapportages over kwaliteitsgegevens op te leveren.

Steeds meer Internet Service Providers (ISP’s) schakelen over op het internet-inbelnummer 06760. Door het gebruik van dit nummer wordt het internetverkeer los-gekoppeld van het vaste net van KPN, wat zorgt voor minder belasting van het net. ISP’s zijn overigens niet verplicht over te schakelen naar een 06760-nummer. PRIJSCONCURRENTIE

Met de nieuwe inbelnummers is het voor ISP’s gemakkelijker om niet alleen op kwa-liteit, maar ook op prijs te concurreren. De kosten voor een 06760-gesprek worden door een telecommunicatie-aanbieder of door de betreffende Internet Service Provider zelf bepaald en soms ook zelf gefactureerd.

De ISP is dus zelf vrij om het tarief te bepalen dat hij bij de consument voor zijn

dienstverlening in rekening brengt. Hij kan kiezen uit een groot aantal tarieven. Ook een tarief dat gelijk is of zelfs lager dan dat via de ‘oude’ geografische nummers via KPN, inclusief voordeelnummerkorting. Het is de commerciële afweging van de ISP om genoegen te nemen met een lagere marge om zodoende een hogere korting voor de consument te bedingen.

OPTA reguleert onder andere de eindge-bruikerstarieven en kortingsregelingen van KPN. In het begin heerste er veel onduide-lijkheid over de tarieven en kortingen die door KPN op 06760-nummers werden gegeven. Zo werd aanvankelijk gemeld dat 06760-nummers onder de (zakelijke) kortingsregeling WorldLine vielen. Dat is echter niet het geval en zou trouwens ook niet in overeenstemming zijn met door OPTA gestelde eisen. 

Klachten over 06760-nummers

(15)

Portugal

Vanaf 1 januari 2002 kunnen Portugese mobiele bellers hun oude nummer meene-men als zij van belbedrijf veranderen. Nummerportabiliteit in Portugal was al mogelijk bij het veranderen van belmaat-schappij op het vaste net. De Portugese telecomtoezichthouder introduceerde num-merportering op het mobiele net in samen-werking met de markt. Als het tarief op het nieuwe netwerk van de gebelde hoger is dan voorheen, krijgt de beller hiervan bericht.

Duitsland

Deutsche Telekom verhoogt de prijzen voor ADSL. Het telecombedrijf reageert hiermee op een eis van de Duitse telecomtoezicht-houder. Afhankelijk van het product stijgen de tarieven voor de ADSL-dienst T-DSL met maximaal 20 procent. De aansluitkosten voor ADSL worden in twee stappen even-eens verhoogd. Ook het abonnementsgeld gaat omhoog maar daar staat een verla-ging van het tarief voor lokale gesprekken tegenover. In Nederland heeft KPN de ADSL-tarieven in januari verhoogd. Dit leverde een storm van protesten op. 

Internationale ontwikkelingen

Verenigd Koninkrijk

Britse consumenten worden meer mogelijkheden geboden om te kiezen voor alternatieve belmaatschappijen op het vaste net. Met ingang van 12 december 2001 is carrier-preselectie mogelijk bij zowel lokale gesprekken, bellen naar mobiel, 0900-nummers en gratis nummers. Tot nu toe stond carrier-preselectie in het Verenigd Koninkrijk alleen open voor nationale en internationale gesprekken.

Het recente besluit van de Engelse telecommunicatietoezicht-houder OFTEL om voor vier jaar een prijsplafond in te stellen voor het afleveren van mobiel telefoonverkeer, mobile termina-ting tariffs, zal na klachten van mobiele aanbieders worden behandeld door de Britse NMa. Het ingestelde prijsplafond is bedoeld om de consument minder te laten betalen voor het bel-len naar mobiel en de mobiele belbedrijven kostenefficiënter te laten werken.

Frankrijk

Recente Franse wetgeving heeft de weg geëffend voor mobile blocking. Bij mobile blocking is het technisch onmogelijk om mobiel te bellen. Dit kan alleen binnen een klein, sterk afgeba-kend gebied, bijvoorbeeld in theaters, bioscopen en gebouwen. Voordat mobile blocking mogelijk is, zullen voorwaarden en tech-nische richtlijnen hiervoor worden vastgesteld. Hiertoe wordt de markt geconsulteerd.

(16)

Informatie en sollicitatie

Vacatures zijn voltijdfuncties, tenzij anders aangegeven. Een vierdaagse werkweek is bespreekbaar. Vervulling deeltijd kan in sommige gevallen in overweging worden genomen. Documentatie en informatie over de vacatures zijn verkrijgbaar bij Lard de Vries (P&O), telefoon (070) 315 92 75. Voor nadere informatie over OPTA kunt u ook de website raadplegen: www.opta.nl. Reacties kunt u, onder vermelding van het vacaturenummer, richten aan: OPTA, P&O Postbus 90420, 2509 LK Den Haag. Solliciteren kan ook per email:

P&O@opta.nl. OPTA is op zoek naar geïnteresseerden voor de functies van:

 Adviseur Interconnectie en

Bijzondere Toegang

TU, algemeen econoom of bedrijfseconoom (max. € 49.517,– bruto per jaar)

 Adviseur Eindgebruikersmarkt TU, algemeen econoom of bedrijfseconoom (max. € 49.517,– bruto per jaar)

 Juridisch Adviseur

Opleiding: Nederlands Recht met voorkeur voor Algemene Wet Bestuursrecht en Telecomrecht

(max. € 49.517,– bruto per jaar)

 Senior Juridisch Adviseur

Opleiding: Nederlands Recht met voorkeur voor Algemene Wet Bestuursrecht en Telecomrecht; minimaal 4 jaar relevante ervaring

(max. € 56.269,– per jaar)

Voor uitgebreide functieomschrijvingen kunt u ook de website raadplegen: www.opta.nl.

OPTA vacaturebank

Aankiesbaarheid en slamming nieuw in klachten top 10

Telefonische klachten december 2001

Ook ADSL leidt tot gemor. OPTA heeft geen bevoegdheid om ADSL-levering af te dwin-gen. Klachten over de levertijd moeten bij de ADSL-aanbieder ingediend worden. Eventueel is het mogelijk vragen en klachten te richten tot de Nederlandse vereniging voor Internet Providers (NLIP) www.nlip.nl.

BLOKKERING VAN NUMMERS

Nieuw in de klachten top 10 is de aankies-baarheid van nummers. Zo kunnen Ben-abonnees vanuit Telfort telefooncellen niet gebeld worden. Ook UPC blokkeert num-mers en met Telfort en Dutchtone is het moeilijk om persoonlijke assistentnummers (087 en 084) te bellen. De meeste mobiele

aanbieders blokkeren het gebruik van 06760-nummers om op het Internet in te bellen.

De tweede nieuwkomer, slamming, betrof telefonisch klachten over de agressieve marketingmethodes en ondoorzichtige klantenwerving van aanbieders van telefo-nie. Als een klant bijvoorbeeld inging op een aanbod, bleek dat de oude aansluiting al was opgezegd, terwijl de nieuwe tele-foonlijn nog niet beschikbaar was.  Meer lezen over klachten:

over 06760-nummers op p. 14; over 084- en 087-nummers op p. 13. Top 10 klachten december 2001

Positie Positie okt/nov Onderwerp klacht Aantal %

1 1 Mobiel (storing/dekking; klantenservice ) 21% 2 2 Internet (tarief; levertijd ADSL) 17% 3 4 Algemene voorwaarden (overeenkomst) 16% 4 3 Onjuiste rekening 15% 5 6 Kabelmaatschappij 9% 6 8 Carrier-preselectie 7% 7 9 Tarief 6% 8 - Slamming 5% 9 5 Nummerportabiliteit (levertijd; tarief) 3% 10 - Aankiesbaarheid nummers/ blokkering 1%

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Om althans nog even te kunnen opereren is het voor partijen als Tele2/Versatel van groot belang dat de toegang tot de MDF collocaties wordt voortgezet en indien dat niet meer geval

De tarieven voor KPN terminating access poorten voor de periode 1 september 2003 tot 1 sep- tember 2004. Terminating access poort nationaal/regionaal

Het tarief voor de 90x Customer Billing Service voor de periode 1 juli 2003 tot 1 juli 2004 90x Customer Billing Service Tarief in eurocenten per gesprek 0,86. Percentage van

Nu KPN er voor heeft gekozen om een systeem ter goedkeuring voor te leggen dat op een tweetal onder- delen niet in overeenstemming is met het BULRIC-III systeem dat naar het oordeel

De toename van deze opslag in de 1 mei rapportage ten opzichte van EDC-V wordt volgens KPN veroor- zaakt door het feit dat er in 2002 geen lokale interconnectie heeft plaatsgevonden

• Doorrekening van dit venster leidt uiteindelijk tot een bedrag van XXXX Euro per lijn aan projectkosten dat in het eenmalige tarief voor ASL lijnen dient te worden toegevoegd. In

Het zou bijvoorbeeld niet wenselijk zijn dat een OLO er voor kiest om niet te interconnecteren op een bepaalde locatie om de enkele reden dat KPN daar heeft gekozen voor een

Het betreft kosten voor het geschikt maken voor interconnectie van de lokale nummercentrales, inclusief de vervanging van de PRX/A centrales, voor het testen van de interconnectie,