• No results found

Vraag nr. 26 van 8 januari 1996 van mevrouw MARIJKE DILLEN

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Vraag nr. 26 van 8 januari 1996 van mevrouw MARIJKE DILLEN"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Vraag nr. 26 van 8 januari 1996

van mevrouw MARIJKE DILLEN Comité XVIII – Functie en samenstelling

Ik vernam dat het zogenaamde Comité XVIII tot een protocol-overeenkomst over het minidecreet inzake de hervorming van de BRTN diende te komen.

1. Wat is de decretale basis van dit Comité XVIII ? Wanneer is het Comité opgericht ?

2. Wat is de taak en functie van dit Comité XVIII ? Welke bevoegdheden verschaffen hen een verplich-tende tussenkomst ? Welke een vrijblijvende tus-senkomst ?

3. Het Comité XVIII had tot taak een protocolover-eenkomst uit te werken. Kan de minister mij hier-van een nadere omschrijving geven ? Wat zijn de gevolgen indien zulke protocolovereenkomst niet wordt afgesloten ?

4. Op welke wijze wordt Comité XVIII samengesteld ? Wie wijst de leden aan ? Uit welke instellingen of sectoren komen ze ?

Antwoord

1. Krachtens artikel 4 van de wet van 19 december 1974 tot regeling van de betrekkingen tussen de overheid en de vakbonden van haar personeel richt de Koning ten hoogste vijfentwintig sectorcomités op. Het Sectorcomité Vlaamse Gemeenschap en Vlaams Gewest werd, ingevolge het koninklijk besluit van 2 augustus 1990 tot wijziging van het koninklijk besluit van 28 september 1984 tot uitvoe-ring van de wet van 19 december 1974 tot regeling van de betrekkingen tussen de overheid en de vak-bonden van haar personeel, opgericht vanaf 1 okto-ber 1990.

De bevoegdheden van het Sectorcomité XVIII wor-den geregeld door artikel 2 van de voormelde wet van 19 december 1974 en het koninklijk besluit van 29 augustus 1985 tot aanwijzing van de grondrege-lingen in de zin van artikel 2, § 1, 1°, van de wet van 19 december 1974 tot regeling van de betrekkingen tussen de overheid en de vakbonden van haar per-soneel.

De Vlaamse overheid is wettelijk verplicht alle voorgenomen algemene maatregelen betreffende haar personeel voor onderhandeling voor te leggen aan de representatieve vakbonden in het Sectorco-mité XVIII met betrekking tot :

1° het administratief statuut, met inbegrip van de vakantie- en verlofregeling ;

2° de bezoldigingsregeling ; 3° de pensioenregeling ;

4° de betrekkingen met de vakorganisaties ; 5° de organisatie van de sociale diensten.

De verplichting tot voorafgaande onderhandeling is een door de wet zelf voorgeschreven substantiële vormvereiste. In de voormelde wet van 19 decem-ber 1974 is er geen sprake van vrijblijvende tussen-komst van het Sectorcomité XVIII.

3. De conclusies van iedere onderhandeling in het Sec-torcomité XVIII worden vermeld in een protocol waarin ofwel het eenparig akkoord van de afvaardi-ging van de overheid en van de afvaardiafvaardi-gingen van de vakbonden, ofwel hun respectieve standpunten worden opgetekend. Het protocol vormt het kader waarbinnen de Vlaamse overheid kan ageren en omschrijft de grenzen van haar actiemogelijkheden. Maatregelen die zouden worden genomen naar aan-leiding van een onderhandeling en die ten gronde zouden afwijken van het afgesloten protocol, zijn voor vernietiging vatbaar.

Zoals reeds gezegd is de verplichting tot vooraf-gaande onderhandeling een door de wet zelf voor-geschreven substantiële vormvereiste. Dit betekent dat de beslissingen of maatregelen door de Vlaamse overheid genomen zonder voorafgaande onderhan-deling, door de Raad van State kunnen worden ver-nietigd.

4. De samenstelling van het Sectorcomité wordt gere-geld door artikel 21 van het voormeld koninklijk besluit van 28 september 1984. Het Sectorcomité is samengesteld uit :

1° de afvaardiging van de overheid ;

2° de afvaardiging van elke representatieve vak-bond.

De leden van de afvaardiging van de overheid kun-nen zich laten vervangen door een behoorlijk gemachtigd afgevaardigde. De afvaardiging van de overheid mag zich doen vergezellen door technici. Elke representatieve vakbond stelt vrij haar afvaar-diging samen. Zij bestaat uit maximum vier leden. De afvaardiging van elke vakbond mag zich doen vergezellen door maximum twee technici per op de dagorde ingeschreven punt.

In haar vergadering van 28 juli 1995 heeft de Vlaamse regering de overheidsdelegatie in het Sec-torcomité XVIII Vlaamse Gemeenschap en Vlaams Gewest vastgesteld. De overheidsdelegatie bestaat uit de volgende leden :

1° vaste kern van permanente leden :

– voorzitter : de minister-president van de Vlaamse regering ;

– ondervoorzitter : de minister vice-president en Vlaams minister van Onderwijs en Amb-tenarenzaken ;

– lid : Vlaams minister van Financiën, Begro-ting en Gezondheidsbeleid ;

2° de andere leden van de Vlaamse regering wor-den op de vergaderingen uitgenodigd voor de punten met betrekking tot de diensten of instel-lingen die onder hun bevoegdheid ressorteren ;

(2)

3° voor aangelegenheden met betrekking tot het Universitair Ziekenhuis Gent of de BRTN kan de voormelde vaste kern van permanente leden aangevuld worden met het hoofd van de betrok-ken instelling of zijn behoorlijk gemachtigd ver-tegenwoordiger.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Penvoerende instelling aangewezen door de be- trokken partners van het regionaal expertisenet- werk Oost-Vlaanderen : de Universiteit Gent; Bedrag : 11.790.866

Hoeveel rechtszaken zijn er thans lopende per bevoegdheid van de minister en hoeveel rechts- zaken zijn er tot op heden reeds definitief afge- sloten sinds zijn/haar aantreden

[r]

Het is de bedoeling dat het Groot Europees Theater in Brussel een gezamenlijk initiatief wordt van de Vlaamse Gemeenschap én de Franse Ge- meenschap?. Aangezien het

Voor het decreet op het gemeentelijk jeugd- werkbeleid werd decretaal een budgetverhoging van 131 miljoen frank ingeschreven vanaf 2002, mede om de nieuwe prioriteit

– er werd in de studie dus zeker niet onderzocht of kinderen van werkloze vaders meer werkloos zijn dan kinderen van werkende vaders. I n d i e n er al sprake kan zijn

In het regeerakkoord is afgesproken de niet objec- tief te verklaren verschillen in leerlingenkostprijs tussen het vrij onderwijs en het gemeenschapson- derwijs weg te werken1. Is

– Een informatiesessie van de SERV (Sociaal- Economische Raad van Vlaanderen) in samenwerking met de Vlaamse regering onder de titel "Informatie en communicatie" :