Model DPV-1 Droge alarmklep
Model ACC-1 Versneller voor droge alarmklep Klepombouw conform Europese normen
Pag. 1 van 26 JUNI 2021 TFP1090_NL
BELANGRIJK
Raadpleeg het Technische Gegevensblad TFP2300 voor waarschuwingen met betrekking tot informatie over regelgeving en gezondheid.
komen. Een onechte activering zou kunnen optreden als gevolg van schommelingen in de watertoevoer.
Versneller
De optionele versneller model ACC-1 van TYCO is een snel openend apparaat bedoeld om de activeringstijd van een klep te versnel- len na de inwerkingtreding van een of meer automatische sprinklers. De versneller model ACC-1 past zich automatisch aan kleine en langzame veranderingen in de systeemdruk aan, maar slaat door wanneer er een snel en constant drukverlies optreedt (zoals in geval van een sprinkleractivering). Door het door- slaan stuurt de versneller systeemluchtdruk naar de tussenkamer van de droge alarmklep model DPV-1. Dit neutraliseert de differentiële druk die de droge alarmklep model DPV-1 gesloten houdt en zorgt dat deze open gaat.
De versneller model ACC-1 heeft een unieke, positieve actie, intern anti-overstromingsap- paraat en een vlotterbal. Deze combinatie voorkomt dat water en uit water afkomstige overblijfselen in de meer gevoelige werkings- ruimten van de versneller terechtkomen. Het anti-overstromingsapparaat sluit en vergren- delt onmiddellijk na activering van de versnel- ler model ACC-1 zonder dat er gewacht hoeft te worden op een drukopbouw in de tussen- kamer van de droge alarmklep. De vergren- deling houdt het anti-overstromingsapparaat afgesloten, zelfs wanneer het systeem wordt afgewaterd. De vlotterbal sluit de stuurka- merinlaatpoort wanneer de droge alarmklep onbedoeld doorslaat, bijvoorbeeld door een storing van de luchtcompressor in combina- tie met een langzaam verlies in de luchtdruk van het systeem als gevolg van een lekkage.
OPMERKING
De droge alarmkleppen model DPV-1 en de versneller voor de droge alarmklep model ACC-1 zoals hierin beschreven, moeten worden geïnstalleerd en onderhouden conform dit document, alsook conform de van toepassing zijnde richtlijnen zoals erkend door de goedkeuringsinstantie en de richtlij- nen van enig ander bevoegd gezag. Niet-na- koming van deze verplichting kan schadelijk zijn voor de werking van deze toestellen.
De eigenaar is verantwoordelijk voor het onderhoud van zijn brandbeveiligingssys- teem en voor het in goede staat houden van de apparatuur. Bij vragen dient contact te worden opgenomen met de installateur of fabrikant.
Algemene Beschrijving
Droge alarmklep
De droge alarmklep van TYCO, Model DPV-1, is een differentiële klep die gebruikt wordt om de waterstroming in sprinklersystemen met een droge leiding automatisch te regu- leren na activering van een of meer automa- tische sprinklers. Wanneer het systeem wordt geactiveerd, levert de DPV-1 ook de active- ring voor een brandalarm. De klep is verkrijg- baar in vier groottes: DN65, DN80, DN100 en DN150.
De kenmerken van model DPV-1 zijn als volgt:
• Extern terugstellen
• Grenswaarde van de druk 16 bar
• Het unieke ontwerp van een asymmetri- sche enkelvoudige klep zorgt voor een eenvoudige compacte klep. Dit reduceert de installatiewerkzaamheden
• Smeedijzeren constructie voor een lichtge- wicht klep verlaagt de verzendkosten
• Een verscheidenheid aan inlaat- en uitlaataansluitingen
• Eenvoudige terugstelprocedure door de afvoer van waterslot
Droge sprinklersystemen worden gebruikt in onverwarmde magazijnen, parkeerga- rages, etalages, zolders, laadperrons en andere ruimtes die aan vriestemperaturen worden blootgesteld en waar een met water gevulde leiding niet kan worden toegepast.
Wanneer klaar voor gebruik, wordt het droge sprinklersysteem onder druk gebracht met lucht (of stikstof). Wanneer een automati- sche sprinkler geactiveerd wordt door de hitte van een brand, ontstaat er drukverlies.
Hierdoor opent de droge alarmklep DPV-1 en begint het water door het leidingwerk van het sprinklersysteem te stromen. Tabel B geeft de minimaal vereiste luchtdruk in het systeem weer, inclusief een veiligheidsfactor om een onechte activering van het systeem te voor-
Nomina- le klep- doorlaat
Alarm- test- afsluiter
versneller Met Afbeel- ding
DN65
Drieweg 7
✓ 13
Stan- daard
10
✓ 16
DN80
Drieweg 7
✓ 13
Stan- daard
10
✓ 16
DN100
Drieweg 8
✓ 14
Stan- daard
11
✓ 17
DN150
Drieweg 12
✓ 15
Stan- daard
10
✓ 18
TABEL A
KLEPOMBOUW CONFORM EURO-
PESE NORMEN
1 2 3
6 7 8
10 11 12
15
17 4 5
13 14
16
(a)
(b)
(c) 9
1.
(d) (e) 2.
3.
Kleplichaam NR1
NR1 NR1
(a) (a) of (b)
(a) (c) of (d) Lucht- en
waterzitting Handgatdeksel
Klep Kleppakking
1/4" x 3/8" Lange
Scharnierpen van de klep Terugstelknop Terugstelveer
Subconstructie van de terugstelver- grendeling Sluitplaat
#10-32 Schouder- schroef
Pakking van het
handgatdeksel (b) 1/2-13 UNC x 1"
zeskantige kopschroef:
CH2 DN65-,
DN80-kleppen
Kleppakking
(a)
(a)
(c)
Terugstelbus (c)
O-ring van de
terugstelbus (b), (c) of (e) O-ring van de
terugstelplunjer3 (b) of (c) Terugstelplunjer (c)
(c) NO. BESCHRIJVING REF.
Klepconstructie
Het pakket reserveonderdelen
Het pakket onderdelen van de terugstelplunjer omvat de onderdelen 11-17 omvat de onderdelen 6-10:
omvat de onderdelen 4, 7, 14, 15 CH2 DN100-klep
DN65-, DN80-kleppen
DN100-klep 92-312-2-203 92-312-2-403
DN65-, DN80-kleppen
DN100-klep 92-312-1-204 92-312-1-404 DN65-, DN80-kleppen:
1/4-20 UNC x 1/2"
Inbuskop-
schroef (a)
DN100-klep:
OPMERKINGEN:
NO. BESCHRIJVING Ond.nr VERVANGINGSONDERDELEN
92-312-1-405 92-312-1-406 Terugstelknop, onderdeel 11
O-ring van de terugstel-
plunjer, onderdeel 15 92-312-1-407 N.V. = Niet vervangbaar
CH: Standaard verkrijgbaar
Dow Corning FS3452 Flourosilicone vet in de fabriek aangebracht op de O-ring van de terugstelplunjer; verwijder geen vet bij het opnieuw monteren van de klep.
1 1 1
1 1
1 1 1
5
1
5
1 1 1 1 1
1 AANT.
6
7 . . . .
. . . . . . . . . . . .
. . .
. . . .
. . . . . . . . .
. . . . .
. . . .
. . . .
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
. . . . . . . . .
. . . . . . .
. . . . . . . . . . .
. . . . . . . 5
3 4 1 9
11
12
13
14
15
16
17
2 6
7
8
10
KLEPCONSTRUCTIE ONDERDELEN
TERUGSTEL- PLUNJER
FIGUUR 1A
MODEL DPV-1 DROGE ALARMKLEP
MONTAGE DN65, DN80 EN DN100
1 1 1
1 1
1 1
6
1
9
1 1 1 1 1 AANT.
1
8 AANT.
1 1 AANT.
1
. . . .
. . . . .
.
. . . . . . .
. . . . . . . . .
. . . .
. . . .
. . . .
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
. . . . . . . .
. . . . . . . .
. . . . .
. . . .
T .
. . . . 9
10 11 12
13 14 15
18
20 7
8
16 17
19 5
2 3 1
4
6
(a) (b)
(c)
(d) (e) 1.
2.
3.
NR1 (a)
(a) of (b)
(a) (c) of (d)
Handgatdeksel Klep
Kleppakking
1/4-20 UNC x 1/2"
Scharnierpen van de klep Terugstelknop Terugstelveer
Subconstructie van de terugstelvergrendeling (c) Sluitplaat
Inbuskop- schroef Pakking van het
handgatdeksel (b)
5/8-11 UNC x 1"
CH2
Kleppakking
(a) Zeskantige
kopschroef
(a)
(c)
Terugstelbus (c)
O-ring van de
terugstelbus (b), (c) of (e) O-ring van de
terugstelplunjer3 (b) of (c) Terugstelplunjer (c) NO. BESCHRIJVING REF.
NR1 O-ring van de
luchtafdichting
3/8-16 UNC x 1"
Inbuskop-
schroef NR1
NO. BESCHRIJVING REF.
Lucht- en waterzitting O-ring van de
waterafdichting NR1
Kleplichaam NR1
NO. BESCHRIJVING REF.
NR1
Klepconstructie
Het pakket reserveonderdelen
Het pakket onderdelen van de terugstelplunjer omvat de onderdelen 14-20 omvat de onderdelen 7, 10, 17, 18
92-312-1-405 NO. BESCHRIJVING Ond.nr
VERVANGINGSONDERDELEN 92-312-2-603
92-312-1-604
92-312-1-406 Terugstelknop, onderdeel 14
O-ring van de terugstelplunjer,
onderdeel 18 92-312-1-407 OPMERKINGEN:
NR = Niet vervangbaar CH: Standaard verkrijgbaar
Dow Corning FS3452 Flourosilicone vet in de fabriek aangebracht op de O-ring van de terugstelplunjer; verwijder geen vet bij het opnieuw monteren van de klep.
4
8 2
3 5
13
14
15
16
17
18
19
20 9
10
11
12
KLEPCON-
STRUCTIE ONDERDELEN
TERUGSTEL- PLUNJER
1
7
6
FIGUUR 1B
MODEL DPV-1 DROGE ALARMKLEP
MONTAGE DN150
Technische gegevens
Goedkeuringen
De droge alarmkleppen model DPV-1, met of zonder versneller voor de droge alarmklep model ACC-1 van TYCO zijn FM-, LPCB-, VdS- en CE-goedgekeurd en conform de Europese normen voor klepombouw (zie afbeelding 7 tot en met 18).
Neem voor meer informatie over Goedkeurin- gen van de goedkeuringsinstanties contact op met Johnson Controls op het volgende kantoor:
Kopersteden 1 7547 TJ Enschede Nederland
Tel: +31-(0)53-428-4444 Fax: +31-(0)53-428-3377 Droge alarmklep
De droge alarmkleppen model DPV-1, met DN65, DN80, DN100 en DN150, zijn bedoeld voor verticale installaties (stroom gaat opwaarts) en zijn gewaardeerd voor gebruik met een maximale gebruiksdruk van 16 bar.
Het nominale drukverlies versus stroming wordt getoond in grafiek A. De montageaf- metingen van de klep worden weergegeven in afbeelding 2.
De flensaansluitingen zijn geboord volgens ISO 2084 (PN10/16) of ANSI B16.1 (klasse 125). De gegroefde uitlaataansluitingen, indien van toepassing, worden gesneden overeenkomstig de standaard groefspecifi- caties voor stalen buizen. Deze zijn geschikt voor gebruik met pijpkoppelingen met een gegroefd uiteinde die listed of goedgekeurd zijn voor gebruik in brandveiligheidssystemen.
Draadaansluitingen van de poorten zijn uit- gevoerd volgens ISO 7/1 en accepteren de ombouwsamenstellingen zoals aangegeven in de afbeeldingen 7 tot en met 18.
Onderdelen van de DPV-1 klep met DN65, DN80 en DN100 worden weergegeven in afbeelding 1A; onderdelen van de DPV-1 klep met DN150 worden getoond in afbeel- ding 1B. Het deksel van de behuizing en het handgat zijn vervaardigd uit smeedijzer. De pakking van het handgatdeksel is van neo- preen. De kleppakking is van EPDM [Ethy- leen Propyleen Dieen Monomeer Synthetisch
rubber]. De zittingring van lucht/water is van messing, de klep is van koper en zowel de sluitplaat als de vergrendeling van de klep is van brons. De scharnierpen is van aluminium- brons; de bevestigingen van het handgatdek- sel zijn vervaardigd uit koolstofstaal.
Klepombouw
De klepombouw wordt getoond in de afbeel- dingen 7 tot en met 18 en beschreven in tabel B. De klepombouw maakt deel uit van de laboratoriumgoedkeuring van de DPV-1 klep en is noodzakelijk voor een juiste werking van de DPV-1 klep. Ieder pakket aan ombouw omvat de volgende onderdelen:
• Watertoevoermanometer
• Systeemmanometer
• Hoofdafwateringsklep
• Afwateringsklep in het lager gelegen deel van de behuizing
• Alarmtestafsluiter
• Automatische afwateringsklep
• Voorziening voor een optionele versneller Luchttoevoer
Tabel B toont de vereisten wat betreft lucht- druk van het systeem als een functie van de waterleidingdruk. Het wordt aanbevolen om de luchtdruk (of stikstofdruk) in het sprinkler- systeem automatisch te handhaven door gebruik van een van de volgende drukrege- laars, als van toepassing:
• Model AMD-1 Luchtregelset (drukreduce- rend type). Raadpleeg Technisch Gege- vensblad TFP1221.
• Model AMD-2 Luchtregelset (type com- pressorbediening). Raadpleeg Technisch Gegevensblad TFP1231.
• Model AMD-3 Stikstofregelaar (hoge druk reducerend type). Raadpleeg Technisch Gegevensblad TFP1241.
Snel openend apparaat
Als optie kan de droge alarmklep model DPV-1 worden uitgevoerd met de mecha- nische versneller voor de droge alarmklep model ACC-1 (zie afbeelding 4). De ACC-1 wordt gebruikt om de tijd tot de klepactive- ring te reduceren na de inwerkingtreding van een of meer automatische sprinklers.
Werking
Droge alarmklep
De droge alarmklep model DPV-1 van TYCO is een differentiële klep die gebruik maakt van een systeemdruk (lucht of stikstof) die aan- zienlijk lager ligt dan de toevoerdruk (water) om de ingestelde positie zoals weergegeven in afbeelding 3A vast te houden. De differen- tiële aard van de DPV-1 is gebaseerd op het gebiedsverschil tussen de luchtzitting en de waterzitting in combinatie met de verhouding van het radiale verschil van de scharnierpen naar het midden van de waterzitting en de scharnierpen naar het midden van de lucht- zitting. Het verschil is zodanig dat de DPV-1 een nominale overzetverhouding heeft van 5,5:1 (water staat tot lucht).
Tabel B geeft de minimaal vereiste lucht- druk in het systeem weer, inclusief een vei- ligheidsfactor om een onechte activering van het systeem te voorkomen. Een onechte acti- vering zou kunnen optreden als gevolg van schommelingen in de watertoevoer.
De tussenkamer van de DPV-1 wordt gevormd door de ruimte tussen de lucht- zitting en de waterzitting zoals getoond in afbeelding 3B. De tussenkamer blijft normaal gesproken onder atmosfeerdruk door de aan- sluiting van de alarmuitgang en de klepom- bouw naar de gewoonlijk open automatische afwateringsklep (zie afbeelding 7 tot en met 18). Voor de blijvende instelling van de DPV-1 klep is het van essentieel belang om de tus- senkamer, afbeelding 3B, open te hebben naar de atmosfeer; anders kan de volledige resulterende druk van de systeemluchtdruk boven op de klepconstructie niet worden gerealiseerd. Bijvoorbeeld, wanneer de sys- teemluchtdruk 1,7 bar is en zich een druk van 1,0 bar in de tussenkamer bevindt, is de resulterende druk door de bovenzijde van de klep slechts 0,7 bar. Deze druk zou onvol- doende zijn om de klepconstructie gesloten te houden tegen een waterleidingdruk van 6,9 bar.
Wanneer een of meer automatische sprinklers als gevolg van een brand in werking treden, wordt de luchtdruk binnen de systeemleiding ontlast door de open sprinklers. Wanneer de luchtdruk voldoende wordt gereduceerd, overschrijdt de waterdruk het differentieel dat de klepconstructie gesloten houdt. De klepconstructie schiet vervolgens vrij van de waterzitting zoals getoond in afbeelding 3C.
Deze actie laat het water in de systeemleiding stromen en vervolgens weglopen via iedere open sprinkler. Wanneer de klepconstruc- tie open staat, komt de tussenkamer onder druk te staan en stroomt het water door de alarmuitgang (zie afbeelding 3B) tegen de achterzijde van de DPV-1 klep. Naarmate de stroming door de alarmuitgang de afwate- ringscapaciteit van de automatische afwate- ringsklep overschrijdt, komt de alarmleiding onder druk te staan. Dit activeert de water- stroomalarmen van het systeem.
DN100 DN150
DN65, DN80
FXF, FXG of GXG 406 mm FXG 348 mm FXF 346 mm
GXG 349 mm ALLEEN
GXG 311 mm
FIGUUR 2
MODEL DPV-1 DROGE ALARMKLEP
MONTAGEAFMETINGEN
Na klepactivering en vervolgens het sluiten van een hoofdafsluiter van het systeem om de waterstroming te stoppen, opent de klep- constructie de vergrendeling zoals weergege- ven in afbeelding 3D. De open vergrendeling van de DPV-1 maakt een volledige afwate- ring van het systeem mogelijk (inclusief losse aanslag) via de hoofdafwateringsuitgang.
Tijdens de terugstelprocedure van de klep en na een volledige afwatering van het systeem, kan de externe terugstelknop eenvoudig worden ingedrukt om de klep- constructie extern te ontgrendelen, zoals getoond in afbeelding 3E. Hierdoor keert de klepconstructie terug naar de normaal inge- stelde positie wat de instelling van het droge sprinklersysteem vereenvoudigt. Het deksel van het handgat hoeft hierbij niet verwijderd te worden.
Versneller
De inlaatkamer van de versneller, model ACC-1 van TYCO (zie afbeelding 5), wordt onder druk gezet via de aansluiting naar het systeem. De stuurkamer wordt op zijn beurt onder druk gezet door de inlaatpoort. Deze wordt gevormd door de ringopening rond het laagste punt van de anti-overstromings- klep. Naarmate de druk in de stuurkamer toe- neemt, wordt de differentiële kamer door de restrictie onder druk gezet.
De versneller bevindt zich in de ingestelde positie wanneer deze onder druk wordt gebracht, alsook nadat de druk in de inlaat, stuurkamer en differentiële kamer in even- wicht is gebracht. Eenmaal in de ingestelde positie, wordt de uitlaatkamer afgesloten door het afblaasventiel. Deze wordt tegen de zitting gehouden door een combinatie van de veer die omhoog drukt tegen de hefboom en de netto neerwaartse kracht die in de stuur- kamer wordt uitgeoefend.
Door de stroming via de restrictie, worden zowel kleine als langzame veranderingen in de systeemdruk mogelijk gemaakt. Echter wanneer zich een snelle en gestage daling in de systeemdruk voordoet (d.w.z., inlaat- en stuurkamer), verlaagt de druk in de differen- tiële kamer tot een aanzienlijk lager niveau.
Deze voorwaarde schept een netto neer- waartse kracht op de plunjer die de hefboom laat draaien. Naarmate de hefboom wordt gedraaid (zie afbeelding 6), wordt de ontlast- klep omhoog gebracht uit de ontlastuitgang.
De anti-overstromingsklep wordt neergedrukt in de stuurkamerinlaatpoort, en ontlucht zo de stuurkamer.
De systeemdruk in de inlaatkamer duwt het afblaasventiel uit zijn zitting omhoog. Dit zet de rotatie van de hefboom voort in de door- geslagen (vergrendelde) positie (zie afbeel- ding 6). Naarmate het afblaasventiel uit de zitting wordt gedrukt, wordt de systeemdruk overgebracht naar de tussenkamer van de droge alarmklep. De tussenkamer neutrali- seert de differentiële druk die de klep geslo- ten houdt.
Omdat de anti-overstromingsklep de inlaat- poort heeft afgesloten, wordt voorkomen dat water en uit water resulterend vuil zoals slib de stuurkamer binnendringen.
Nadat de versneller/droge alarmklep is doorgeslagen en het sprinklersysteem is afgewaterd, moeten ook de leidingen van het systeem naar de versneller afgewaterd worden. Vervolgens moet de versneller terug- gesteld/ geïnspecteerd worden conform de instructies gegeven in het hoofdstuk Proce- dure Klepinstelling.
De stroomratio door de restrictie is zo inge- steld dat de versneller model ACC-1 een maximale praktische gevoeligheid biedt voor een verlies in de systeemdruk als gevolg van
een sprinkleractivering. Tegelijkertijd is de versneller nog steeds in staat is om normale afwijkingen in de systeemdruk, bijvoorbeeld veroorzaakt door veranderingen in de omge- vingstemperatuur, automatisch te com- penseren. Een test om te controleren of de stroomratio door de restrictie zich binnen het bereik bevindt voor een optimale presta- tie van de versneller, wordt gegeven in de het hoofdstuk Procedure Klepinstelling.
2000 3000 10000
0,08
0,03 0,04 0,06 0,05 0,10 0,20 0,30 0,40 0,50 0,60
600 1000
0,02
0,01
NOMINALE DRUKV AL IN BAR
400 4000 6000
DOORSTROOMSNELHEID IN LITERS PER MINUUT (L/MIN)
DN150DN100 DN65, DN80
GRAFIEK A
MODEL DPV-1 DROGE ALARMKLEP
NOMINAAL DRUKVERLIES VERSUS STROMING
KLEPCON- STRUCTIE VOLLEDIG
OPEN
AFWATERINGSPOSITIE POSITIE INSTELLEN
AFSLUITEN WATERLEIDING VANUIT WATERTOEVOER
AFWATE- RINGSUIT-
GANG LAGER GELEGEN DEEL VAN BEHUIZING DE KLEPCON- STRUCTIE VERGREN- DELD OPEN
KLEPVER- GRENDELING
TERUGSTEL- CONSTRUCTIE
POSITIE INSTELLEN TUSSENKAMER LUCHTDRUK NAAR SYSTEEM
LUCHT- VOER- TOE- GANG UIT-
WATERLEI- DINGDRUK &
ALARMTEST- UITGANG
KLEPCON- STRUCTIE TERUG IN ZITTING ALARMUITGANG WATERSTROMING
NAAR ALARM
TERUGSTELPOSITIE AFSLUITEN WATERLEIDING
POSITIE IN WERKING
KLEPVERGREN- DELING DRAAIT OM KLEPCON-
STRUCTIE TE ONTGRENDELEN
VANUIT WATERTOEVOER WATERSTROMING NAAR SYSTEEM
KLEPVERGRENDELING DRAAIT OM KLEPCONSTRUCTIE VOLLEDIG TE LATEN OPENEN
ALARMUITGANG OPEN NAAR ATMOSFEER
TERUG- STELKNOP AFWATERING VAN
SYSTEEM COMPLEET AFWATERING VAN
SYSTEEM
KLEPCON- STRUCTIE IN INGESTELDE
POSITIE
HIER DRUKKEN OM KLEP TERUG TE STELLEN TUSSENKAMER
WATER- ZITTING
KLEP WATER- STROMING
KLEPCONSTRUCTIE
ALARMUITGANG LUCHTZITTING
HOOFDAFWA- TERINGSUIT-
GANG
FIGUUR 3D FIGUUR 3A
FIGUUR 3B
FIGUUR 3E FIGUUR 3C
FIGUUR 3 (DEEL 1 VAN 2) MODEL DPV-1 DROGE ALARMKLEP
WERKINGSFASEN
DN65, DN80 EN DN100 KLEPPEN
FIGUUR 3A
FIGUUR 3D
FIGUUR 3B
FIGUUR 3E FIGUUR 3C KLEPCONSTRUCTIE
VOLLEDIG OPEN
AFSLUITEN WATERLEIDING VANUIT WATERTOEVOER
AFWATE- RINGSUIT-
GANG LAGER GELEGEN DEEL VAN BEHUIZING DE
KLEPCON- STRUCTIE VERGREN- DELD OPEN
KLEPVER- GRENDE-
LING TERUGSTEL- CONSTRUCTIE POSITIE INSTELLEN
TUSSENKAMER LUCHTDRUK NAAR SYSTEEM
LUCHTTOE- VOERUIT-
GANG
WATERLEIDING- DRUK & ALARM- TESTUITGANG
KLEPCON- STRUCTIE TERUG IN ZITTING ALARM- UITGANG
WATER- STRO-
MING NAAR ALARM
AFSLUITEN WATERLEIDING KLEPVERGREN-
DELING DRAAIT OM KLEPCON-
STRUCTIE TE ONTGRENDELEN
VANUIT WATER- TOEVOER
WATERSTROMING NAAR SYSTEEM
KLEPVERGRENDELING DRAAIT OM KLEPCON-
STRUCTIE VOLLEDIG TE LATEN OPENEN
ALARMUITGANG OPEN NAAR ATMOSFEER
TERUG- STEL- KNOP AFWATERING VAN
SYSTEEM COMPLEET AFWATERING VAN SYSTEEM
KLEPCON- STRUCTIE INGESTEL- IN POSITIE DE
HIER DRUKKEN OM KLEP TERUG TE
STELLEN TUSSENKAMER
WATER- ZITTING
KLEP WATER- STROMING KLEPCONSTRUCTIE
ALARMUIT- GANG LUCHTZITTING
HOOFDAF- WATE- RINGSUIT-
GANG
POSITIE INSTELLEN
AFWATERINGSPOSITIE TERUGSTELPOSITIE
POSITIE IN WERKING
FIGUUR 3 (DEEL 2 VAN 2) MODEL DPV-1 DROGE ALARMKLEP
WERKINGSFASEN
DN150 KLEP
NO. BESCHRIJVING AANT. Ond.nr
1 Basis 1 NR
2 Deksel 1 NR
3 Bovenste membraan-
plaat 1 Zie (c)
4 Draaiplaatconstructie 1 Zie (b)
4a Breekpen 1
4b Draaiplaat 1
5 Plunjer 1 Zie (a)
5a Kegelkop Machine-
schroef 1
5b Afsluitingring bovenste
membraan 2
5c Bovenste membraan 1
5d Tegenmoer 1
6 Afblaasventiel 1 Zie (a)
6a Bovenste plug 1
6b Sluitring 1
6c Onderste membraan 1
6d Onderste plug 1
6e O-ring* 1
6f O-ringhouder 1
6g Schroef van het afblaas-
ventiel 1
7 Bolkopmachineschroef
1/4”-20 UNC x 5/8” 6 Zie (c) 8 Dekselpakking 1 Zie (a) 9 Ontluchtingsplug 1 Zie (c)
10 O-ring* 1 Zie (a)
11 Restrictie 1 Zie (a)
12 Toegangsplug van de
restrictie 1 Zie (c)
13 Kegelkop Machine- schroef 10-32 UNF x
5/8˝ 4 Zie (b)
14 Splitpen 1 Zie (b)
15 Hefboom 1 Zie (b)
16 Afsluitring 1 Zie (b)
17 Anti-overstromingsklep 1 Zie (b)
18 Ontlastklep 1 Zie (b)
19 Veer 1 Zie (b)
20 Zitting van de ontlast-
klep 1 Zie (b)
21 O-ring* 1 Zie (b)
22 Afdichtingsring 1 Zie (b) 23 Vergrendeling 1 Zie (a) 24 Cilinderkop Machine-
schroef 1/4”-20 UNC x
1-1/2˝ 8 Zie (c)
25 Plugklep 1 Zie (c)
26 O-ring* 1 Zie (c)
27 O-ring* 1 Zie (a)
28 Terugstelknop 1 Zie (c) 29 Zittingconstructie van de
anti-overstroming met
vlotterbal 1 Zie (b)
29a Invoegen 1
29b Afdichting 1
29c Richtlijnen 1
29d Vlotter 1
29e Clip 1
29f O-ring* 1
* Heeft dunne laag FS3452 Fluorosilicone vet nodig NR: Niet vervangbaar
Pakket reserveonderdelen
Pakket Beschrijving Ond.nr
Pakket vervan-
gingsonderdelen (a) bevat onderdelen 5, 6, 8, 10, 11, 23, 27
& 1,5 g van FS3452 92-311-1-116 Pakket reserveon-
derdelen (b) bevat onderdelen 4, 13-22, 29 & 1,5 g
van FS3452 92-311-1-117
Pakket reserveon-
derdelenkit (c) bevat onderdelen 3, 7, 9, 12, 24-26, 28
& 1,5 g van FS3452 92-311-1-118
29b 29a
29c
29d
29e
29f
13
15 16
19 29 17
6
21 20
22 23 14
4a 4b 4
16 18 10
11 12 9
(TOEGANGS- PLUG VAN DE
RESTRICTIE) (ONTLUCH-
TINGSPLUG
8 2
6a
6g 6f 6e 6d 6c 6b 3 5a 5
5b 5c
5b 5d
7
28 (TERUGSTELKNOP) 27
24 1
25
26
5 3
FIGUUR 4
MODEL ACC-1 CONSTRUCTIE
VAN DE VERSNELLER
1/4" NPT MANOMETE- RAANSLUITING
DIFFEREN- TIËLE KAMER
RESTRICTIE
VEER
VLOTTERBAL 1/2” NPT INLAAT
STUURKAME- RINLAATPOORT INLAATKAMER 1/2” NPT UITLAAT
STUUR- KAMER
AFBLAASVENTIEL UITLAAT-
KAMER ONTLASTKLEP ANTI-OVER-
STROMINGS- KLEP
PLUNJER
HEFBOOM
VER- GRENDE-
LING TERUG-
STEL- KNOP
ONTLASTUITGANG SYSTEEM- VAN
LEIDING
NAAR TUSSENKAMER DROGE ALARMKLEP FIGUUR 5
MODEL ACC-1 VERSNELLER IN INGESTELDE POSITIE
FIGUUR 6
MODEL ACC-1 VERSNELLER
IN DOORGESLAGEN POSITIE
Installatie
OPMERKING
Aanpassing van de ombouw kan tot gevolg hebben dat de DPV-1 klep niet naar behoren werkt en dat de goedkeuringen en garanties van de fabrikant nietig verklaard worden.
Het niet vergrendeld openen van de klepcon- structie voorafgaand aan een hydrostatische systeemtest kan resulteren in beschadiging aan de klepconstructie.
De DPV-1 klep moet worden geïnstalleerd op een gemakkelijk zichtbare en toeganke- lijke locatie.
De DPV-1 klep en de bijbehorende ombouw moeten op een minimumtemperatuur van 4°C gehouden worden.
Leidingverwarming van de DPV-1 klep of de bijbehorende ombouw is niet toegestaan.
Leidingverwarming kan resulteren in de vorming van geharde mineraalafzettingen die mogelijk een juiste werking van het systeem tegengaan.
De droge alarmklep model DPV-1 van TYCO moet worden geïnstalleerd conform de hier- navolgende criteria:
• De droge alarmklep model DPV-1 moet worden geïnstalleerd met de in de fabriek gemonteerde ombouw.
• Er moeten juiste voorzieningen worden getroffen voor de afvoer van drainage- water. Drainagewater moet zo worden geleid dat het geen onopzettelijke schade aan eigendommen of gevaar voor personen oplevert.
• Het wordt aanbevolen om een luchtre- gelset, beschreven in het hoofdstuk Tech- nische Gegevens, te installeren.
• Het wordt aanbevolen om stroomop- waarts van de droge alarmklep model DPV-1, tussen de inlaat van de DPV-1 klep en eventuele terugslagkleppen, een geclassificeerd en gecertificeerde ontlast- klep te installeren, om ervoor te zorgen dat tijdelijke toenames in de waterdruk niet leiden tot een onbedoelde activering van de DPV-1 klep.
• Een inspecteur-testaansluiting moet worden voorzien op het leidingwerk van het systeem op de plaats die het verst van de klep model DPV-1 ligt.
• Buis- en elektrische aansluitingen moeten conform de vereisten van enig bevoegd gezag worden gemaakt.
• Voordat een hydrostatische systeemtest wordt uitgevoerd conform de normen zoals erkend door de goedkeuringsin- stantie, naast enig ander bevoegd gezag, moet de klepconstructie handmatig vergrendeld geopend worden (zie afbeel-
Maximale waterlei-
dingdruk (bar) Bereik systeem- luchtdruk (bar)
1,4 0,7
4,1 1,0 - 1,6
5,5 1,4 - 1,9
6,9 1,7 - 2,3
8,3 2,1 - 2,6
10,0 2,4 - 3,0
11,4 2,8 - 3,3
12,8 3,1 - 3,7
14,1 3,4 - 4,0
15,5 3,8 - 4,3
16,0 4,1 - 4,6
Druk (bar) Minimum
(sec.) Maximum (sec.)
1,4 24 160
1,7 18 116
2,1 15 92
2,8 10 60
3,5 8 48
4,1 6 36
TABEL C
VULTIJDEN DIFFERENTIËLE KA- MER VERSNELLER TOT 0,7 BAR
TABEL B
VEREISTEN LUCHTDRUK VAN HET SYSTEEM
ding 3D). De automatische afwaterings- klep (zie afbeeldingen 7 tot en met 18) moet tijdelijk afgesloten worden. De bouten van het handgatdeksel moeten kruislings worden vastgedraaid.
Procedure Klepinstelling
Deze procedure moet worden uitgevoerd bij de begininstelling van de droge alarmklep model DPV-1; na een operationele test van het brandbeveiligingssysteem; of na inwer- kingtreding van het systeem als gevolg van een brand.
Stel vast welke van de afbeeldingen 7 tot en met 18 van toepassing is op uw gegeven stijgleiding en voer hierna het volgende uit:
Stap 1. Sluit de hoofdafsluiter en sluit de luchttoevoerafsluiter. Wanneer de DPV-1 is uitgerust met een versneller voor de droge alarmklep, sluit dan de versnellerafsluiter.
Stap 2. Open de hoofdafwateringsklep en alle aanvullende afwateringskleppen in het systeem. Sluit de aanvullende afwaterings- kleppen nadat het leeglopen van het water is gestopt. Laat de hoofdafwateringsklep open.
Stap 3. Plaats, indien van toepassing de drieweg-alarmafsluiter in de open positie.
Stap 4. Controleer of de automatische afwateringsklep is gestopt met afwateren om te bepalen of de DPV-1 klep volledig afge- waterd is.
Stap 5. Vervang, indien noodzakelijk, alle sprinklers die gewerkt hebben. De vervan- gende sprinklers moeten van hetzelfde type zijn, met dezelfde nominale temperaturen als de geactiveerde sprinklers.
OPMERKING
Om de mogelijkheid te voorkomen dat een oververhitte soldeertype sprinkler onbedoeld geactiveerd wordt, moeten alle soldeertype sprinklers, die mogelijk aan een temperatuur groter dan hun maximaal ingeschaalde omge- ving zijn blootgesteld, worden vervangen.
Stap 6. Druk de terugstelknop (afb. 3E) in om de klepconstructie terug in de zitting te plaatsen.
Stap 7. Breng het systeem onder druk met lucht (of stikstof) tot 0,7 bar en open vervol- gens, een voor een, alle aanvullende afwa- teringskleppen in de systeemleiding om achtergebleven water in de afgesloten sec- ties af te voeren. Sluit iedere afwateringsklep zodra het water met lopen stopt. Open ook de afwateringsklep in het lager gelegen deel van de behuizing in de klepombouw gedeel- telijk om te controleren of de stijgleiding vol- ledig afgewaterd is. Sluit de afwateringsklep in het lager gelegen deel van de behuizing zodra het water met lopen is gestopt.
Stap 8. Raadpleeg tabel B en breng het systeem vervolgens terug onder de normale luchtdruk van het systeem die nodig is om de DPV-1 klep gesloten te houden.
Stap 9. Controleer of er geen lucht blijft lopen via de automatische afwateringsklep.
De afwezigheid van lucht die wegloopt uit de automatische afwateringsklep geeft aan dat de luchtzitting binnen de DPV-1 klep correct is ingesteld. Wanneer er lucht lekt, raadpleeg dan het hoofdstuk Beheer en Onderhoud onder Inspectie Automatische Afwaterings- klep om de oorzaak van het lekkageprobleem vast te stellen/te corrigeren.
Stap 10. Wanneer de DPV-1 is uitgerust
met een versneller voor de droge alarmklep,
stel de versneller dan terug conform de stap-
pen 10A tot en met 10H. Is dit niet het geval,
ga dan verder met stap 11.
a. Houd de plunjer van de automatische afwateringsklep neergedrukt. Open tegelijkertijd de versnellerafsluiter een kwartslagdraai en laat het water in de leiding van de versneller naar buiten stromen. Nadat de waterstroom is gestopt, sluit dan de versnellerafsluiter en laat de plunjer los.
b. Verwijder langzaam de ontluchtings- plug die zich aan de voorzijde van het deksel van de versneller bevindt. Laat restluchtdruk in de differentiële kamer wegstromen.
c. Draai de gekartelde terugstelknop aan de voorzijde van de versneller los (tegen de klok in draaien) totdat deze niet verder gedraaid kan worden. U kunt hierbij een klik horen. Dit is het geluid van de hefboom die terug in de inge- stelde positie schiet. Schroef de terug- stelknop met de hand terug.
OPMERKING
Forceer de terugstelknop niet. Dit kan scha- de veroorzaken. De terugstelknop is hand- matig aan te draaien.
d. Plaats de ontluchtingsplug.
e. Controleer of de luchtdruk van het systeem naar het normale niveau is teruggekeerd.
f. Gebruik een horloge en noteer de tijd die nodig is om de druk in de differenti- ele kamer van de versneller op te laten lopen tot 0,7 bar nadat de versneller- afsluiter is geopend. Voor een opti- male werking van de versneller, moet de tijd binnen de waarden liggen die zijn aangegeven in tabel C. Wanneer de tijd die nodig is om de druk van de differentiële kamer tot 0,7 bar te laten oplopen, buiten de waarden valt zoals aangegeven in tabel C, moet de ver- snellerafsluiter worden gesloten. Ver- volgens moet de correctieprocedure, beschreven in het hoofdstuk Beheer en Onderhoud van het Technische Gege- vensblad TFP1112 van de ACC-1, worden opgevolgd.
g. De versneller is ingesteld en klaar voor gebruik wanneer de luchtdruk in de dif- ferentiële kamer van de versneller gelijk is aan die in het systeem.
h. Sluit de versnellerafsluiter en open vervolgens langzaam de afwaterings- klep in het lager gelegen deel van de behuizing om overtollig water, dat zich boven de klep van de droge alarmklep bevindt, weg te laten stromen. Hersluit de afwateringsklep in het lager gelegen deel van de behuizing, breng de druk van het systeem terug naar de normale waarde en open vervolgens de versnel- lerafsluiter opnieuw.
Stap 11. Open de hoofdafsluiter gedeelte- lijk. Sluit de hoofdafwateringsklep langzaam zodra het water via de afwateringsaansluiting wegloopt.
Controleer of er geen water blijft lopen uit de automatische afwateringsklep.
De afwezigheid van water dat wegloopt uit de automatische afwateringsklep, geeft aan dat de waterzitting binnen de DPV-1 klep correct is ingesteld. Wanneer er water lekt, raadpleeg dan het hoofdstuk Beheer en Onderhoud onder Inspectie Automatische Afwaterings- klep, om de oorzaak van het lekkagepro- bleem vast te stellen/te corrigeren.
Als er geen lekken zijn, is de DPV-1 klep klaar voor ingebruikneming en moet de hoofdaf- sluiter volledig geopend worden.
Breng, na inschakeling van het brandbevei- ligingssysteem, de juiste autoriteiten op de hoogte en informeer iedereen die verantwoor- delijk is voor de controle van eigen alarmen en/of alarmen van de brandmeldcentrale.
Stap 12. Een keer per week, nadat een klep is teruggesteld na een operationele test of na activering van het systeem, moet de afwa- teringsklep in het lager gelegen deel van de behuizing (en iedere afwateringsklep op lager gelegen punten) gedeeltelijk geopend worden (en vervolgens gesloten worden) om terugloopwater af te voeren. Herhaal deze procedure totdat al het terugloopwater is verdwenen.
Beheer en onderhoud
De hiernavolgende procedures en inspecties dienen te worden uitgevoerd zoals aange- geven, naast alle overige specifieke vereis- ten van enig bevoegd gezag. Discrepanties moeten onmiddellijk worden gecorrigeerd.
De eigenaar is verantwoordelijk voor de inspectie, het testen en het onderhoud van zijn brandbeveiligingssysteem en apparatuur conform dit document alsook de van toe- passing zijnde richtlijnen van het bevoegde gezag. In geval van vragen dient met de installateur of de productfabrikant contact te worden opgenomen.
Het wordt aanbevolen om de automatische sprinklersystemen door een gekwalificeerde Inspectiedienst te laten inspecteren, testen en onderhouden.
OPMERKING
De operationele testprocedure en alarmte- stprocedure voor de druk van de waterstro- ming resulteren in de inwerkingtreding van de gerelateerde alarmen. De eigenaar en de brandweer, de alarmcentrale of andere sig- naalstations waaraan de alarmen verbonden zijn, moeten daarom vóór de uitvoering van de testprocedures op de hoogte worden gesteld.
Voordat de hoofdafsluiter van een brand- beveiligingssysteem wordt afgesloten ten behoeve van onderhoudswerkzaamheden aan het systeem dat door deze klep wordt geregeld, moet voor het afsluiten van de betreffende systemen eerst goedkeuring worden verkregen van de juiste autoriteiten.
Daarnaast dient al het personeel dat door deze beslissing beïnvloed kan worden hiervan op de hoogte worden gesteld.
Procedure Jaarlijkse Draaiproef
De juiste werking van de DPV-1 klep (d.w.z.
de opening van de DPV-1 klep in geval van brand) moet ten minste eenmaal per jaar als volgt gecontroleerd worden:
Stap 1. Indien moet worden voorkomen dat het water boven de stijgleiding uitkomt, voer dan de volgende stappen uit:
a. Sluit de hoofdafsluiter.
b. Open de klep van de hoofdafwatering.
c. Open de hoofdafsluiter een slag verder dan de positie waarop het water begint te stromen vanuit de klep van de hoofdafwatering.
d. Sluit de klep van de hoofdafwatering.
Stap 2. Open de inspecteur-testaansluiting van het systeem.
Stap 3. Controleer of de DPV-1 klep gewerkt heeft zoals aangegeven door de waterstro- ming in het systeem en of alle waterstrooma- larmen naar behoren werken.
Stap 4. Sluit de hoofdafsluiter van het systeem.
Stap 5. Stel de DPV-1 klep terug conform de Procedure Klepinstelling.
Het wordt aanbevolen om op dit moment de binnenzijde van de klep te inspecteren, voordat de DPV-1 klep wordt teruggesteld.
Raadpleeg de stappen 2 tot en met 5 in het hoofdstuk Inspectieprocedure onder Auto- matische Afwateringsklep, voor instruc- ties met betrekking tot de inspectie van de kleppakking.
Periodieke testprocedure waterstrooma- larm
Het testen van de waterstroomalarmen van
het systeem moet periodiek worden uit-
gevoerd op basis van de vereisten van het
bevoegde gezag. Om het waterstroomalarm
te testen, plaatst u de drieweg-alarmtestaf-
sluiter in de “test”-positie of opent u de stan-
daard alarmtestafsluiter. Hierdoor stroomt er
water naar de alarmdrukschakelaar en/of de
water gedreven alarmgong. Plaats, nadat de
test naar tevredenheid voltooid is, de drie-
weg-alarmtestafsluiter in de “open” positie of
sluit de standaard alarmtestafsluiter.
Inspectie van de waterdruk
De manometer voor waterdruk moet peri- odiek worden geïnspecteerd op basis van de vereisten van het bevoegde gezag om te controleren of de normale waterdruk in het systeem wordt gehandhaafd.
Inspectie van de luchtdruk
De manometer voor luchtdruk moet periodiek worden geïnspecteerd op basis van de ver- eisten van het bevoegde gezag om te contro- leren of de normale luchtdruk in het systeem wordt gehandhaafd.
Inspectie van de automatische afwate- ringsklep
De automatische afwateringsklep moet peri- odiek worden geïnspecteerd op basis van de vereisten van het bevoegde gezag door de plunjer neer te drukken en te controleren of de automatische afwateringsklep geen water en/of lucht lekt. Het weglekken van water en/
of lucht is een indicatie dat de lucht- en/of waterzittingen lekken. Wanneer de tussen- kamer onbedoeld onder druk zou komen te staan, zou dit een onechte activering kunnen veroorzaken.
In geval van lekkage, moet de DPV-1 klep buiten gebruik worden genomen (d.w.z. de hoofdafsluiter sluiten, de hoofdafwaterings- klep openen, de luchttoevoerafsluiter sluiten, indien van toepassing, de versneller voor de droge alarmklep buiten gebruik nemen door de versnellerafsluiter te sluiten en de inspec- teur-testaansluiting te openen, om de lucht- druk in het systeem naar nul te brengen zoals aangegeven op de systeemmanometerdruk).
Vervolgens moeten na verwijdering van het handgatdeksel de volgende stappen uitge- voerd worden:
Stap 1. Zorg ervoor dat de zittingring schoon is en vrij van krassen of inkervingen.
Stap 2. Verwijder de klepconstructie uit de klep door eerst de scharnierpen uit te trekken.
Stap 3. Demonteer de houder van de klep- pakking zodat de kleppakking verwijderd en geïnspecteerd kan worden. Zorg ervoor dat de kleppakking geen tekenen van compres- siezetting, beschadiging enz. vertoont. Ver- vang de kleppakking indien er tekenen van slijtage zijn.
Stap 4. Maak de kleppakking, klep en hou- der van de kleppakking schoon en zet de klepconstructie opnieuw in elkaar.
Stap 5. Herinstalleer de klepconstructie met de scharnierpen.
Stap 6. Plaats het deksel van het handgat terug:
a. Lijn de pakking van het handgatdek- sel en het handgatdeksel in de juiste richting uit met het kleplichaam, zoals weergegeven in afbeelding 1, en houd ze op hun plaats.
b. Breng LOCTITE Nr. 242 (of equivalent) aan op de draden van de zeskantbout.
c. Breng de zeskantbouten door de pakking van het handgatdeksel en het handgatdeksel in het kleplichaam aan en haal ze met de hand aan.
d. Haal de zeskantbouten voor uniformi- teit kruiselings met een sleutel aan tot de aanbevolen koppelwaarden, zoals weergegeven in tabel D.
e. Controleer of alle zeskantbouten stevig vast zitten.
Inspectieprocedure voor de versneller Het wordt aanbevolen om de versneller peri- odiek te inspecteren op basis van de vereis- ten van het bevoegde gezag. Tijdens deze inspectie moet een juiste werking van de versneller vastgesteld worden zonder dat deze naar de droge alarmklep hoeft door te slaan. Deze procedure moet ook worden gebruikt ingeval het systeem overstroomt en het water aan vriesomstandigheden wordt blootgesteld.
Raadpleeg het Technische Gegevensblad TFP1112 voor richtlijnen met betrekking tot de probleemoplossing van de versneller voor de droge alarmklep model ACC-1.
Stap 1. Controleer of de terugstelknop ingeschroefd is.
Stap 2. Sluit de hoofdafsluiter van het sys- teem en open de hoofdafwateringsklep om de toevoerdruk naar de droge alarmklep te ontlasten.
Stap 3. Controleer of de versnellerafslui- ter open staat.
Stap 4. Open de inspecteur-testaanslui- ting. Controleer of de tijd tot doorslaan van de versneller in essentie hetzelfde is als in de voorgaande tests. Een kortstondige luchtstoot vanuit de automatische afwate- ringsklep geeft aan dat de versneller door- geslagen is.
Controleer, naarmate de druk in het systeem afneemt, of er water wordt geloosd via de ontlastuitgang van de versneller.
Stap 5. Druk de plunjer van de automa- tische afwateringsklep naar beneden. Een stabiele stroom uitstotende lucht geeft aan dat de versneller correct is vergrendeld in de doorgeslagen positie.
Stap 6. Sluit de versnellerafsluiter en de inspecteur-testaansluiting.
Stap 7. Stel, nadat het systeem zich auto- matisch heeft hersteld naar de normale lucht- druk, de versneller en de droge alarmklep terug conform de Procedure Klepinstelling, stappen 10 en 11.
Nominale klep- grootte
DN
Koppel bouten handgatdeksel
lb-ft (Nm)
DN65 20
(27)
DN80 20
(27)
DN100 20
(27)
DN150 45
(61) TABEL D
AANBEVOLEN KOPPEL BOUTEN
HANDGATDEKSEL
AANT.
AANT.
1 1 3 1 2 1 1 3 1 2
1 2 2 1 1 1 2 1
1 1 1 1
1 1 1 2 1
1 1 2 1 1 1 1 1 1
1 1
1
1 1 . . . .
. . . .
. . . .
. . . . . . . .
. . . .. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
. . . . . . . . . . . .
. . . . . . . . . . . .
. . . . . . . . . . . .
. . . . . . . .
. . . .
. . . . . . . . . . . . . . . .
. . . . . . . . . . . .
. . . .
. . . .
. . . . . . . . NO.
16 17 18 11 12 14 15 13 7 8 109 6 5 4 2 3 1
NO.
37 38 32 33
36 35 34 31 24
27 28 30 29 25 26 22 23 21 20
19
DN15 buitendraad x DN15 buitendraad x DN15 binnendraad DN15 buitendraad x DN15 binnendraad x DN15 binnendraad
Adapterverloop, DN15 buitendraad x DN8 binnendraad Verloop, DN20 binnendraad x DN15 buitendraad Adapter T-stuk, DN15 x DN15 x DN15 binnendraad Overdrukslang, transparant, 3 x 6 x 1,2 m
Verloop, DN20 buitendraad x DN15 binnendraad
1" BSP binnendraad, 3 x 1/2" BSP binnendraad draadaansluitingen
Adapterfitting, DN15 x DN15 buitendraad Elleboog, DN15 buitendraad x DN15 binnendraad Elleboog, DN20 buitendraad x DN20 binnendraad
Adapterfitting, DN15 binnendraad x 15 mm compressie Adapterelleboog, DN15 buitendraad x 15 mm compressie BESCHRIJVING
Kogelkraan, 3-weg, 1/2" BSP
Elleboog, DN15 x DN15 binnendraad Elleboog, DN15 x DN15 buitendraad Koperbuis, 15 x 1 mm, Type B
Adapter T-stuk,
Verdeelstuk, Plug, DN15 buitendraad Adapter T-stuk,
Ond.nr BESCHRIJVING
Manometer voor luchtdruk, 250 PSI Pijpnippel, 1-1/2" BSP draad Plug, 3/4" BSP draad
Kogelkraan, DN15 draad Kogelkraan, DN20 draad Kogelkraan, DN40 draad Elleboog WES 3 mm/m5
Alarmdrukschakelaar, PS10-1 1/2” Zelfsluitende afwateringsklep Pijpnippel, 1-1/2" BSP draad x 150 mm
Verloop T-stuk, 1-1/2" x 1-1/2" x 1/2", BSP binnendraad Pijpnippel, 1/2" BSP draad x 100 mm
Pijpnippel, 3/4" BSP draad x 100 mm
Manometer voor waterdruk, 300 PSI / 21 bar Terugslagklep, DN15 buitendraad x DN15 binnendraad Droge alarmklep Model DPV-1, gegroefd/gegroefd Kogelkraan, DN15 met m5 ontluchtingsgat Pijpnippel, 1/2" BSP draad x 180 mm Pijpnippel, DN65-klep, 1/2" BSP draad x 100 mm
Pijpnippel, DN65-klep, 1" BSP draad x 90 mm
ETDMDFN ETDMCON ETDDMN K00128 MANIF3WAY ETEMEFN
ATDDMN ATDFCON ETDDFN TTDMDDFN WS00000004 WS00000082
TTDDDFN
RTDMBFN RTDMEFN RTEMDFN
PTDN TTDDMDFN
Ond.nr
0260 025500013 305105 2162156 406012
1610000270 1610000210 1610000480 AP100D4
59304FO A280H2 A291E2 A130RHHD2 923431012 AP150H2 AP100E4 AP180D4 AP100D4
AP90F4
Pijpnippel, DN80-klep, 1" BSP draad x 80 mm AP80F2
Pijpnippel, DN80-klep, 1/2" BSP draad x 80 mm AP80D4
DN65-klep 523131925
DN80-klep 523131930
CONTROLESCHAKELAAR ALARM/TESTKLEP, P/N WS0000011 APART TE BESTELLEN.
CONTROLE VERPLICHT VOOR VDS.
PAKKET LAGEDRUKSCHAKELAAR, P/N CEDPV1LPS APART TE BESTELLEN.
CONTROLE VERPLICHT MET DRUKSCHAKELAAR VOOR VDS.
38
13
33 20 16 37
25 7
24 17 1
5
3
14 11
4 35
23
21 12
10 18 8
13
12 15
32
36 4
2
9 31
29
18 6
28
19
34
26 30
22 2
18
29
27
31 8
9 13
FIGUUR 7
OMBOUW DPV-1 DROGE ALARMKLEP CONFORM EUROPESE NORMEN MET DRIEWEG-ALARMTESTAFSLUITER
DN65 AND DN80
AANT.
AANT.
1 1 3 1 2 1 1 3 1 2
1 2 2 1 1 1 2 1
1 1 1 1
1 1 1 2 1
1 1 1 2 1 1 1 1 1 1 1
. . . . . . . .
. . . .
. . . . . . . .
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
. . . . . . . . . . . .
. . . . . . . . . . . .
. . . . . . . . . . . .
. . . . . . . . . . . .
. . . . . . . . . . . . . . . .
. . . .
. . . . . . . . . . . . NO.
17 18 19 12 13 15 16 14 7 8 119 6 5 4 2 3 1
NO.
38 39 33 34
37 36 35 32 25
28 29 31 30 26 27 23 24 22 21 20
DN15 buitendraad x DN15 buitendraad x DN15 binnendraad DN15 buitendraad x DN15 binnendraad x DN15 binnendraad
Adapterverloop, DN15 buitendraad x DN8 binnendraad Verloop, DN20 binnendraad x DN15 buitendraad Adapter T-stuk, DN15 x DN15 x DN15 binnendraad Overdrukslang, transparant, 3 x 6 x 1,2 m
Verloop, DN20 buitendraad x DN15 binnendraad
1" BSP binnendraad, 3 x 1/2" BSP binnendraad draadaansluitingen
Adapterfitting, DN15 x DN15 buitendraad Elleboog, DN15 buitendraad x DN15 binnendraad Elleboog, DN20 buitendraad x DN20 binnendraad
Adapterfitting, DN15 binnendraad x 15 mm compressie Adapterelleboog, DN15 buitendraad x 15 mm compressie BESCHRIJVING
Kogelkraan, 3-weg, 1/2" BSP
Elleboog, DN15 x DN15 binnendraad Elleboog, DN15 x DN15 buitendraad Koperbuis, 15 x 1 mm, Type B
Adapter T-stuk,
Verdeelstuk, Plug, DN15 buitendraad Adapter T-stuk,
Ond.nr BESCHRIJVING
Manometer voor luchtdruk, 250 PSI Pijpnippel, 2" BSP draad Plug, 3/4" BSP draad
Kogelkraan, DN15 draad Kogelkraan, DN20 draad Kogelkraan, DN50 draad Elleboog WES 3 mm/m5
Alarmdrukschakelaar, PS10-1 1/2” Zelfsluitende afwateringsklep Pijpnippel, 2" BSP draad x 120 mm
Verloop T-stuk, 2" x 2" x 1/2", BSP binnendraad Pijpnippel, 1/2" BSP draad x 100 mm Pijpnippel, 3/4" BSP draad x 100 mm
Manometer voor waterdruk, 300 PSI / 21 bar Terugslagklep, DN15 buitendraad x DN15 binnendraad Droge alarmklep Model DPV-1, DN100, gegroefd/gegroefd Kogelkraan, DN15 met m5 ontluchtingsgat
Pijpnippel, 1/2" BSP draad x 180 mm Pijpnippel, 1/2" BSP draad x 60 mm Pijpnippel, 1" BSP draad x 80 mm
ETDMDFN ETDMCON ETDDMN K00128 MANIF3WAY ETEMEFN
ATDDMN ATDFCON ETDDFN TTDMDDFN WS00000004 WS00000082
TTDDDFN
RTDMBFN RTDMEFN RTEMDFN
PTDN TTDDMDFN
Ond.nr
0260 025500013 305105 2162156 406012
1610000270 1610000210 1610000600 AP100D4
59304FO A280I2 A291E2 A130RIID2 923431012 523091923 AP120I2 AP100E4 AP180D4 AP60D4 AP80F2
CONTROLESCHAKELAAR ALARM/TESTKLEP, P/N WS0000011 APART TE BESTELLEN.
CONTROLE VERPLICHT VOOR VDS.
PAKKET LAGEDRUKSCHAKELAAR, P/N CEDPV1LPS APART TE BESTELLEN.
CONTROLE VERPLICHT MET DRUKSCHAKELAAR VOOR VDS.
39
14
34 21 17 38
26 7
25 18 1
5
3
15 12
4 36
24
22 13
11 19 8
14
13 16
33
37 4
2
9 32
30
19 6
29
20
35
27 31
23 2
19
30
28
32 8
9 14
FIGUUR 8
OMBOUW DPV-1 DROGE ALARMKLEP CONFORM EUROPESE NORMEN MET DRIEWEG-ALARMTESTAFSLUITER
DN100
AANT.
AANT.
1 3 1 1 1 2 1 2
2
1 1 2 2 2 1 2 1
1 1 1 1 1 1 1 1
1 2 1 2 1 1 1 1 1 1 1
. . . . . . . . . . . .
. . . . . . . . . . . .
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
. . . . . . . . . . . .
. . . .
. . . . . . . . . . . . . . . .
. . . . . . . . . . . .
. . . . . . . .
. . . .
. . . .
. . . . . . . . . . . .
. . . . . . . . . . . . . . . . NO.
18 13 14 16 15 17 12 5
8 10 11 6 7 4 2 3 1
NO.
37 32 34 33 35 36 31 24
27 29 28 30 25 26 22 23 19 20 21
Adapter T-stuk, DN15 x DN15 x DN15 binnendraad Verloop, DN20 binnendraad x DN15 buitendraad Adapterverloop, DN15 buitendraad x DN8 binnendraad
Elleboog, DN20 buitendraad x DN20 binnendraad DN15 buitendraad x DN15 buitendraad x DN15 binnendraad
1" BSP binnendraad, 3 x 1/2" BSP binnendraad draadaansluitingen
Adapterelleboog, DN15 buitendraad x 15 mm compressie Adapterfitting, DN15 binnendraad x 15 mm compressie Elleboog, DN15 buitendraad x DN15 binnendraad
Adapterfitting, DN15 x DN15 buitendraad Elleboog, DN20 buitendraad x DN20 buitendraad Overdrukslang, transparant, 3 x 6 x 1,2 m BESCHRIJVING
Pijpnippel, 1" BSP draad x 80 mm Elleboog, DN15 x DN15 buitendraad Adapter T-stuk,
Plug, DN15 buitendraad Verdeelstuk,
Kogelkraan, 3-weg, 1/2" BSP Koperbuis, 15 x 1 mm, Type B
Ond.nr BESCHRIJVING
Pijpnippel, 2" BSP draad Manometer voor luchtdruk, 250 PSI
Elleboog WES 3 mm/m5 Plug, 3/4" BSP draad
1/2” Zelfsluitende afwateringsklep Kogelkraan, DN50 draad Kogelkraan, DN20 draad Kogelkraan, DN15 draad Alarmdrukschakelaar, PS10-1 Pijpnippel, 3/4" BSP draad x 120 mm Pijpnippel, 2" BSP draad x 100 mm Pijpnippel, 1/2" BSP draad x 100 mm
Verloop T-stuk, 2" x 2" x 1/2", BSP binnendraad Kogelkraan, DN15 met m5 ontluchtingsgat
Droge alarmklep Model DPV-1, DN150, gegroefd/gegroefd Pijpnippel, 1/2" BSP draad x 60 mm
Pijpnippel, 1/2" BSP draad x 180 mm
Manometer voor waterdruk, 300 PSI / 21 bar Terugslagklep, DN15 buitendraad x DN15 binnendraad
ETDDMN ETDMCON ATDFCON ATDDMN ETDMDFN ETEEMN
AP80F2 TTDDMDFN K00128 WS00000082 WS00000004
PTDN RTDMEFN RTDMBFN
ETEMEFN MANIF3WAY TTDDDFN
Ond.nr
025500013 2162156
0260 305105 1610000600 1610000210 1610000270 A291E2
59304FO 406012 A280I2 923431012 523131960 A130RIID2 AP100I2 AP100D4 AP180D4 AP120E4 AP60D4
CONTROLESCHAKELAAR ALARM/TESTKLEP, P/N WS0000011 APART TE BESTELLEN.
CONTROLE VERPLICHT VOOR VDS.
PAKKET LAGEDRUKSCHAKELAAR, P/N CEDPV1LPS APART TE BESTELLEN.
CONTROLE VERPLICHT MET DRUKSCHAKE- LAAR VOOR VDS.
14
10
30 3
33 26
25 13 31
13 15
35 4
18
19 3
13 28 37
7
34 23
7 12
8
22 30
11 28
17 27
8 5
21 6
29
20 4
32 24
6
1 5
17
16 36
2
FIGUUR 9
OMBOUW DPV-1 DROGE ALARMKLEP CONFORM EUROPESE NORMEN MET DRIEWEG-ALARMTESTAFSLUITER
DN150
2
2
2 3 1 1 1 1 1 3 2 1 1 2 1 3 1
1 1 1 1 1 3 1 2
1 2 1 1 1 1 1 1 1 1
1 AANT.
1 3
AANT.
1 1
1
1 . . . .
. . . .
. . . .
. . . .
. . . . . . . . . . . . . . . .
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
. . . . . . . . . . . . . . .
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
. . . . . . . .
. . . . . . . .
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . .. . . .
. . . . . . . .
. . . . . . . .
. . . .
. . . . 3
21
13 14 15 17 18 16 8 10 11 12 9 6 7 5 4
34 35 36 38 39 37 28 30 31
33 32 29 25 26 27 23 24 22 NO.
2 1
20 19
NO.
Overdrukslang, transparant, 3 x 6 x 1,2 m
Pijpnippel, 1/2" BSP draad x 60 mm WS00000004
AP60D4
Adapterfitting, DN15 buitendraad x 15 mm compressie Verloop, DN20 buitendraad x DN15 binnendraad
Adapterfitting, DN15 binnendraad x 15 mm compressie Adapter T-stuk, DN15 x DN15 x DN15 binnendraad Verloop, DN20 binnendraad x DN15 buitendraad Adapterverloop, DN15 buitendraad x DN8 binnendraad
Elleboog, DN20 buitendraad x DN20 binnendraad Elleboog, DN15 buitendraad x DN15 binnendraad DN15 buitendraad x DN15 binnendraad x DN15 binnendraad DN15 buitendraad x DN15 buitendraad x DN15 binnendraad
1" BSP binnendraad, 3 x 1/2" BSP binnendraad draadaansluitingen
Elleboog, DN15 x DN15 buitendraad Elleboog, DN15 x DN15 binnendraad Veerbelaste terugslagklep, 1/2" NPT
Adapter T-stuk,
Plug, DN15 buitendraad Verdeelstuk, Adapter T-stuk,
Pijpnippel, 1-1/2" BSP draad
Elleboog WES 3 mm/m5 Manometer voor luchtdruk, 250 PSI Plug, 3/4" BSP draad
Kogelkraan, DN40 draad Kogelkraan, DN20 draad Kogelkraan, DN15 draad Alarmdrukschakelaar, PS10-1 1/2” Zelfsluitende afwateringsklep Fitting anti-overstroming, 3/32” restrictie Pijpnippel, 1-1/2" BSP draad x 150 mm Pijpnippel, 3/4" BSP draad x 100 mm Pijpnippel, DN65-klep, 1/2" BSP draad x 120 mm
Kogelkraan, DN15 met m5 ontluchtingsgat
Terugslagklep, DN15 buitendraad x DN15 binnendraad
Manometer voor waterdruk, 300 PSI / 21 bar Verloop T-stuk, 1-1/2" x 1-1/2" x 1/2", BSP binnendraad
ETEMEFN ETDDMN ETDMDFN
ATDMCON ATDFCON ETDDFN TTDDMDFN TTDDDFN V923221002 TTDMDDFN
PTDN RTDMBFN
MANIF3WAY RTDMEFN RTEMDFN
2162156
0260 1610000480 1610000270
025500013 1610000210 923431012 59304FO
305105 406012 920321002 A291E2 A280H2 AP100E4 AP120D4 AP150H2
A130RHHD2 Koperbuis, 15 x 1 mm, Type B
Koperbuis, 1 mm x 1 m
BESCHRIJVING BESCHRIJVING
Pijpnippel, DN65-klep, 1" BSP draad x 90 mm Adapterfitting, DN15 x DN15 buitendraad
Ond.nr WS00000082 WS00000008
AP90F4 ATDDMN
Ond.nr
Droge alarmklep Model DPV-1, gegroefd/gegroefd
DN65-klep 523131925
DN80-klep 523131930
Pijpnippel, DN80-klep, 1" BSP draad x 80 mm AP80F2
Pijpnippel, DN80-klep, 1/2" BSP draad x 100 mm AP100D4
CONTROLESCHAKELAAR, WATER GEDREVEN ALARMGONG, P/N SUPSWITCHBI2DN15, APART TE BESTELLEN.
CONTROLE VERPLICHT VOOR VDS.
PAKKET LAGEDRUKSCHAKELAAR, P/N CEDPV1LPS APART TE BESTELLEN.
CONTROLE VERPLICHT MET DRUKSCHAKELAAR VOOR FM/VDS/LPCB.
25 38
9 37
16 21 17
4 18 1
7 11
5
34
21 6
5
14 36
23
37 24 13
12 10
19 10
14
13 33 15
37 6
3
11 32
30
2 19
29
28 8
20 31 5
14
39
35
26 22
3
19
30
27
32 10
FIGUUR 10
OMBOUW DPV-1 DROGE ALARMKLEP CONFORM EUROPESE NORMEN MET STANDAARD ALARMTESTAFSLUITER
DN65 AND DN80
2 2
2 3 1 1 1 1 1 3 2 1 1 2 1 3 1
1 1 1 1 1 3 1 2 1 1 2 1 1 1 1 1 1 1 1
1 AANT.
1 3 AANT.
. . . .
. . . .
. . . .
. . . . . . . . . . . . . . . .
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
. . . . . . . . . . . . . . .
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
. . . . . . . .
. . . . . . . .
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .. . . .
. . . .. . . .
3 21
13 14 15 17 18 16 8 10 11 12 9 6 7 5 4
34 35 36 38 39 37 28 30 31 33 32 29 25 26 27 23 24 22 NO.
2 1
20 19 NO.
Overdrukslang, transparant, 3 x 6 x 1,2 m WS00000004 Pijpnippel, 1/2" BSP draad x 60 mm AP60D4
Adapterfitting, DN15 buitendraad x 15 mm compressie Verloop, DN20 buitendraad x DN15 binnendraad
Adapterfitting, DN15 binnendraad x 15 mm compressie Adapter T-stuk, DN15 x DN15 x DN15 binnendraad Verloop, DN20 binnendraad x DN15 buitendraad Adapterverloop, DN15 buitendraad x DN8 binnendraad
Elleboog, DN20 buitendraad x DN20 binnendraad Elleboog, DN15 buitendraad x DN15 binnendraad DN15 buitendraad x DN15 binnendraad x DN15 binnendraad DN15 buitendraad x DN15 buitendraad x DN15 binnendraad
1" BSP binnendraad, 3 x 1/2" BSP binnendraad draadaansluitingen
Elleboog, DN15 x DN15 buitendraad Elleboog, DN15 x DN15 binnendraad Veerbelaste terugslagklep, 1/2" NPT
Adapter T-stuk,
Plug, DN15 buitendraad Verdeelstuk, Adapter T-stuk,
Pijpnippel, 2" BSP draad
Elleboog WES 3 mm/m5 Manometer voor luchtdruk, 250 PSI Plug, 3/4" BSP draad
Kogelkraan, DN50 draad Kogelkraan, DN20 draad Kogelkraan, DN15 draad Alarmdrukschakelaar, PS10-1 1/2” Zelfsluitende afwateringsklep Fitting anti-overstroming, 3/32” restrictie Pijpnippel, 2" BSP draad x 120 mm Pijpnippel, 3/4" BSP draad x 100 mm Pijpnippel, 1/2" BSP draad x 100 mm
Kogelkraan, DN15 met m5 ontluchtingsgat
Terugslagklep, DN15 buitendraad x DN15 binnendraad
Manometer voor waterdruk, 300 PSI / 21 bar Verloop T-stuk, 2" x 2" x 1/2", BSP binnendraad
Droge alarmklep Model DPV-1, DN100, gegroefd/gegroefd
ETEMEFN ETDDMN ETDMDFN
ATDMCON ATDFCON ETDDFN TTDDMDFN TTDDDFN V923221002 TTDMDDFN
PTDN RTDMBFN
MANIF3WAY RTDMEFN RTEMDFN
2162156
0260 1610000600 1610000270
025500013 1610000210 923431012 59304FO
305105 406012 523091923 920321002 A291E2 A280I2 AP100E4 AP100D4 AP120I2
A130RIID2 Koperbuis, 15 x 1 mm, Type B
Koperbuis, 1 mm x 1 m
BESCHRIJVING BESCHRIJVING
Pijpnippel, 1" BSP draad x 80 mm Adapterfitting, DN15 x DN15 buitendraad Ond.nr
WS00000082
WS00000008 AP80F2
ATDDMN Ond.nr
CONTROLESCHAKELAAR, WATER GEDREVEN ALARMGONG, P/N SUPSWITCHBI2DN15, APART TE BESTELLEN.
CONTROLE VERPLICHT VOOR VDS.
PAKKET LAGEDRUKSCHAKELAAR, P/N CEDPV1LPS APART TE BESTELLEN.
CONTROLE VERPLICHT MET DRUKSCHAKELAAR VOOR FM/VDS/LPCB.
25 38
9 37
16 21 17
4 18 1
7 11
5
34 21
6 5
14 36
23
37 24 13
12 10 39
19 10
14
13 33 15
37 6
3
11 32
30
2 19
29
28 8
20
35
26 31
22 3
19 27
30
32 10
5 14
FIGUUR 11
OMBOUW DPV-1 DROGE ALARMKLEP CONFORM EUROPESE NORMEN MET STANDAARD ALARMTESTAFSLUITER
DN100
2 1
1 3 1 1 1 1 2 2 1 1 3 1 2 3 1
1 1 1 1 3 1 1 1 1 2 2 1 1 1 1 1 1 1
1 AANT.
2 1 AANT.
. . . .
. . . .
. . . .
. . . . . . . . . . . .
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
. . . . . . . . . . . . . . . . .
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
. . . .. . . .
3 21
13 14 16 18 17 15 8 10
12 11 9 6 7 5 4
34 35
38 37 36 28 30
33 32 31 29 25 27 26 24 23 22 NO.
2 1
20 NO.
19
Pijpnippel, 3/4" BSP draad x 120 mm
Overdrukslang, transparant, 3 x 6 x 1,2 m WS00000004 AP120E4
1" BSP binnendraad, 3 x 1/2" BSP binnendraad draadaansluitingen DN15 buitendraad x DN15 buitendraad x DN15 binnendraad
Adapterverloop, DN15 buitendraad x DN8 binnendraad Verloop, DN20 binnendraad x DN15 buitendraad Adapter T-stuk, DN15 x DN15 x DN15 binnendraad
Adapterfitting, DN15 buitendraad x 15 mm compressie DN15 buitendraad x DN15 binnendraad x DN15 binnendraad
Adapterfitting, DN15 x DN15 buitendraad Elleboog, DN15 buitendraad x DN15 binnendraad Elleboog, DN20 buitendraad x DN20 buitendraad
Adapterfitting, DN15 binnendraad x 15 mm compressie Elleboog, DN20 buitendraad x DN20 binnendraad
Elleboog, DN15 x DN15 buitendraad Veerbelaste terugslagklep, 1/2" NPT
Adapter T-stuk,
Verdeelstuk, Plug, DN15 buitendraad Adapter T-stuk,
Manometer voor luchtdruk, 250 PSI Pijpnippel, 2" BSP draad
1/2” Zelfsluitende afwateringsklep Elleboog WES 3 mm/m5 Plug, 3/4" BSP draad
Alarmdrukschakelaar, PS10-1 Kogelkraan, DN15 draad Kogelkraan, DN20 draad Kogelkraan, DN50 draad
Kogelkraan, DN15 met m5 ontluchtingsgat Pijpnippel, 2" BSP draad x 100 mm Pijpnippel, 1/2" BSP draad x 120 mm
Droge alarmklep Model DPV-1, DN150, gegroefd/gegroefd Verloop T-stuk, 2" x 2" x 1/2", BSP binnendraad
Manometer voor waterdruk, 300 PSI / 21 bar Terugslagklep, DN15 buitendraad x DN15 binnendraad Fitting anti-overstroming, 3/32” restrictie
ETEEMN ETDMDFN ATDMCON ATDDMN ATDFCON ETDDMN TTDDDFN TTDDMDFN TTDMDDFN V923221002
RTDMBFN PTDN
ETEMEFN MANIF3WAY RTDMEFN
1610000600
0260 1610000270
025500013 1610000210 920321002
2162156 305105 406012 59304FO 523131960 A280I2 AP120D4 AP100I2 A291E2
923431012 A130RIID2 Koperbuis, 15 x 1 mm, Type B
Koperbuis, 1 mm x 1 m
BESCHRIJVING BESCHRIJVING
Pijpnippel, 1/2" BSP draad x 60 mm Pijpnippel, 1" BSP draad x 80 mm Ond.nr
WS00000088
WS00000008 AP60D4
Ond.nr AP80F2
CONTROLESCHAKELAAR, WATER GEDREVEN ALARMGONG, P/N SUPSWITCHBI2DN15, APART TE BESTELLEN.
CONTROLE VERPLICHT VOOR VDS.
PAKKET LAGEDRUKSCHAKELAAR, P/N CEDPV1LPS APART TE BESTELLEN.
CONTROLE VERPLICHT MET DRUKSCHAKELAAR VOOR FM/VDS/LPCB.
38 35
34 26
25 14
20 3
14 29
9 31
11 3 14 36
32 15
6
16 37 4
29
10
23 31
12 19 18
28
9 27
5 10
13 2
9
21 8
5 22
30 36
8 20
6
33 5 7
1
17 24
36